I
Vrijdag 27 Aug. 1943
No. 34
2e Jaargang
Ten Westen van Charkof vijand in een tegen
aanval teruggeworpen.
Een nieuwe tactiek: wervelslagen
SNEEKER EDITIE
NIEUWSBLAD VOOR HET WESTEN VAN FRIESLAND
WEERMACHTSBE RICHT
1
KZ3
pioniers
1
de
r.)
g-
Usl
c.
TERGOO
week een verklaring zal worden afgelegd
een aantal geallieerde regeeringen.
Commentaar van Berlijn.
politieke kringen te Berlijn noemt men de
ACHTYRKA ONTRUIMD.
Naar de militaire correspondent van het D.N.B.
verneemt, heeft de Duitsche legerleiding in het
gebied van Charkow Woensdag de plaats Achtyr-
ka volgens de plannen ontruimd. De bolsjewisten
hielden de stad nog onder vuur, toen de Duitsche
troepen de plaats reeds verlaten hadden.
100 cent
6 cent
Ij.
ijn
WERVELSLAGEN.
Ook na de ontruiming van Charkow blijft men
26
de
MR. H. REYDON OVERLEDEN.
De secretaris-generaal van het departement
van Volksvoorlichting en Kunsten en gemachtigde
van den Leider voor de volksvoorlichting, mr. H.
Reydon, die op 9 Februari 1943 door een sluip
moordenaar door verscheidene schoten werd ge
wond, is Dinsdag 24 Augustus te 9.30 uur na lang
durig smartelijk lijden overleden.
Mr. H. Reydon werd geboren in 1896. Hij gaf
zich op als lid der N.S.B. in Juli 1932. Tevens was
hij drager van het Strijd- en Offerinsigne.
Hij diende de Beweging als groepsleider en
kringleider, lid van den Algemeenen Raad, den
Politieken Raad en den Propaganda-Raad. Van
19331938 was hij redacteur van Volk en Vader
land en van 1937 tot 1940 politiek redacteur van
Het Nationale Dagblad. Hij werd in de „Meida
gen” geïnterneerd.
In de Beweging was hij Hoofd van de theore
tische vorming van de Hoofdafdeeling Vorming.
Hij was Stafleider der Hoofdafdeeling I van het
Algemeen Bestuur in den Nederlandschen Land
stand en lid van den Raad voor Volkshuishouding.
Op den 28 Januari benoemde de Rijkscommissaris
hem tot secretaris-generaal van het Departement
van Volksvoorlichting en Kunsten als opvolger
van prof. Goedewaagen.
KOLONEL-GENERAAL JESCHONNEK
OVERHEDEN.
Het D.N.B. meldt uit Berlijn:
In den ochtend van 19 Augustus is kolonel-
generaal Hans J eschonnek, chef van den generalen
stat van de luchtmacht, in het hoofdkwartier van
den opperbevelhebber van de luchtmacht, aan een
ernstige kwaal overleden.
Kolonel-generaal Jeschonnek werd in 1899 in
Hohensalza geboren. In het cadettencorps opge
leid, werd hij enkele weken na het uitbreken van
dan oorlog, begin September 1914, pas 15% jaar
oud, luitenant bij het derde Neder-Sleeswijksche
infanterieregiment nr 50. In den zomer van 1917
meldde hij zich aan bij de vliegertroepen. Na den
oorlog ging hij over naar de Reichswehr. Als
eerste-luitenant en kapitein deed hij dienst bij
het Reichswehrministerie. Toen de luchtmacht
weer werd opgericht ging kapitein Jeschonnek
daarheen. 1 October 1937 werd hij benoemd tot
chef van de eerste afdeeling van den generalen
staf der luchtmacht en in den opbouw en uitbrei
ding van de jonge luchtmacht heeft hij een suc
cesrijk aandeel gehad. 1 Februari 1939 werd ko
lonel Jeschonnek benoemd tot chef van den gene
ralen staf der luchtmacht. 1 Augustus 1939 volg
de zijn bevordering tot generaal-majoor. Na den
veldtocht in het Westen werd hjj, met oversprin-
ging van den rang van luitenant-generaal, gene
raal der vliegers en 1 Maart 1942 kolonel-gene
raal.
Generaal Jeschonnek ontving na den veldtocht in
Polen het ridderkruis van het ijzeren kruis.
De chef van den genera! n staf van de lucht
macht, kolonel-generaal Jeschonnek, is Zaterdag
middag te .elde ten grave gedragen. Op eigen
wensch vond de groote soldaat in de onmiddellijke
nabijheid van zijn arbeidsterrein op een gevechts-
post van den opperbevelhebber der luchtmacht de
laatste rust. De naaste familieleden van den over
ledene, Rijksmaarschalk Görlng en de intiemste
medewerkers van Jeschonnek nadden zich rond de
groeve geschaard. Ook generaal-v
Keitel, de Reichsführer-SS Himmlei
der artillerie Jodl, de generaal
AFWEERGESCHUT IN ACTIE.
In Noord-Friesland.
Het bureau van den Wehrmachtbefehlshaber in
Nederland maakt bekend:
Op 30 Aug. wordt tusschen 9 en 11 uur door het
afweergeschut geschoten op doelen te land in het
gebied ten Noorden van Leeuwarden. Het gevaar
lijke gebied wordt begrensd in het Noorden door
den weg VrouwenparochieSt. Anna Parochie, in
het Westen door de lijn MiddelwegHamerenweg
tusschen Vrouwenparochie en Beetgumermolen, in
het Zuiden door Tjessingaweg tusschen Beetgu
mermolen en SI. Haske, in het Oosten door de lijn
Stienserdijk, Schilweg, Molenweg tusschen Vrou
wenparochie en Jelsum.
Bureau voor abonnementen::
Kleinzand 7 Tel. 2200 Giro 130000
Advertentieprijs:
1 tot 10 m.m.
elke m.m. meer
Bureau voor advertentiën
Grootzand 55 TeL 3005 Giro 50748
Verantwoordelijk voor de advertentiën
L. de Jong Sneek.
Nederlandsche vrijwilligers bij de Duitsche ma
rine. „De muts past uitstekend”. De Gruppen-
führer overtuigt zich bij ieder afzonderlijk of de
uniform onberispelijk zit. Als ze voor het eerst
in „blauw” zijn, kunnen de jongens nauwelijks
het oogenblik afwachten, waarop zij met hun
nieuwe uniform in de stad kunnen gaan wande
len. (P.K. Andres/R Ps)
groote beteekenis moet worden geacht, tot dus
ver niet werd bereikt.
Verder draagt tot de positieve beoordeeling bij
het feit dat de verliezen van den aanvaller aan
zienlijk zijn, hetgeen, zooals de ervaring leert, in
de lijn der dingen ligt omdat de aanvaller, met
name wanneer hij er niet in slaagt omsingelingen
te forceeren, steeds grootere offers moet bren
gen dan de verdediger.
Charkow is nu voor de vierde maal van bezit
ter gewisseld. De Duitschers hebben de stad voor
den eersten keer bezet in den herfst van 1941,
vier maanden ra het begin van den oorlog in het
Oosten. In den daaropvolgenden zomer heeft Ti-
mosjenko gepoogd Charkow te heroveren, wat
toen door een uitstekende manoeuvre van gene-
raal-veldmaarschalk von Bock is mislukt. Tijdens
den afgeloopen winteroorlog geraakte de stad in
het kader van het groote offensief weer in de
hande van de Sowjet-Russen, maar door een
tegenoffensief van generaal-veldmaarschalk von
Manstein, met medewerking van sterke SS-for-
maties, kon dit succes genivelleerd worden. Op
15 Maart bezetten de Duitschers weer de stad,
die zij heden, nog geen vijf maanden later dus,
om strategische redenen opnieuw moesten prijs
geven.
Aandacht verdient een in den laatsten tijd
in de Duitsche militaire commentaren voorko
mende omschrijving van een nieuwe tactiek, wel
ke resulteert in zoogenaamde wervelslagen. Zulk
een wervelslag zou ook op het oogenblik in den
omtrek van Charkow gaande zijn, in welk ver
band men de in het weermachtsbericht gemelde
vernietiging van een vijandelijke gevechtsgroep
in dezen sector in het licht stelt.
Over het ontstaan van dergelijke wervelslagen,
die hun ontwikkeling danken aan de steeds ver
dergaande mechanisatie van de strijdkrachten
aan beide kanten, wordt o.m. het volgende ge
zegd: De Duitsche legerleiding heeft, om te be
ginnen, de Sowjet-Russen gedwongen aan te val
len over het geheele front, wat, gelijk gezegd,
voor den aanvaller aanzienlijke verliezen mee
bracht. Aan het grootste gedeelte van het front
is het offensief tot dezen aanval beperkt geble
ven. Echter daar, waar de druk der aanvallers en
hun numerieke superioriteit te groot was, ging
de Duitsche leiding over tot de elastische verde
diging en in het kader daarvan werden de Sow
jet-Russen verwikkeld in zoogenaamde wervel
slagen (Kreiselschlachten). Kenmerkend voor
deze slagen is de snel opeenvolgende wisseling
van aanvalsrichtingen, uitwijkende bewegin
gen en tegenaanvallen. De operaties loopen niet,
zooals aangenomen zou kunnen worden, van het
Oosten naar het Westen, maar van Noord naar
Zuid, en van Zuid naar Noord, van Oost naar
West en van West naar Oost. Een voorwaarde
voor een wervelslag noemt men het prijsgeven
van een voldoende groot strijdgebied, voor de
heen en weer-bewegingen, en daar als het strate
gische doel van de Duitschers wordt beschouwd
de afmatting van den tegenstander, zoowel wat
manschappen als materieel betreft, meent men
dat het zich terugtrekken uit bepaalde sectoren
en steden in sommige gevallen een voor de Duit
schers positief element kan zijn.
Wervelslagen hebben in dezen zomer bereids
plaats gevonden bij Bjelgorod, Orel en Wjazjma.
•i aar schalk
de generaal
der artillerie Jodl, de generaal der infanterie
Zeitzler, vice-admiraal Meisel en een delegatie der
partij waren aanwezig.
De Rijksmaarschalk en opperbevelhebber van
de luchtmacht nam in zijn rede afscheid van kolo
nel-generaal Jeschonnek. Onze jeugdige chef, zoo
zeide hij o.a., had geen oogenblik tijd tot rust. De
luchtmacht zegt hem dank voor alles wat er voor
haar van hem is uitgegaan. Een hard lot heeft
hem weggeroepen. Een korte loopbaan, doch vol
successen en vol onderscheidingen en zoo vol
enormen arbeid, dat ook hij zich voor eeuwig bij
de mannen heeft gevoegd, die onvergeten blijven,
wanneer eens de overwinningsklokken over het
Duitsche vaderland zullen klinken.
Na de rede van den Rijksmaarschalk werd de
kist onder de tonen van „De goede kameraad” in
de groeve neergelaten. De opperbevelhebber van
de luchtmacht legde als laatste groet van den
Führer een krans bij de open groeve. Een eere-
compagnie loste een salvo over het graf.
SITUATIE IN MIDDELLANDSCHE- EN
ZWARTE ZEE.
Schout-bij-nacht Gadow houdt zich in de „Deut
sche Allgemeine Zeitung bezig met den militai
ren toestand ter zee in de Middellandsche en
Zwarte Zee. Het is vermoedelijk een onderdeel van
de vijandelrjke plannen, zoo schrijf hij, om ook in
het Oostelijke deel van de Middellandsche Zee tot
den aanval over te gaan. De druk op Turkije, de
millioenenlegers in het Nabije Oosten, dé groote
bezetting van Cyprus en ook de luchtaanval op de
petroleumvelden van Ploesti zijn aanduidingen ge
noeg. De bolsjewistische levensmiddelenzorgen, de
eigenlijke oorzaak van het zelfvernietigende zo-
meroffensief, vereischten een offensief om zoo
doende, behalve een doorbraak naar den Balkan
en het Zuidoosten, ook de verbinding via de zee
straten naar de Zwarte Z-e te verkrijgen en den
voor de Sovjet-ravitaüleering uiterst tijdrooven-
den omweg via de Perzische Golf, dr spoorweg
in Iran en den Kaukasus of Kaspische Zee te ver
korten. Deze doorbraak wordt behalve door de
Turksche neutraliteit belemmerd door de Duitsch-
Italiaansche bezetting van de Adriatische kust,
van Griekenland, Kreta en de /Egeische eilanden.
Dit laatste gebied wordt door de verbonden lucht
macht, door duikbooten en lichte vlootstrijdkrach-
ten bewaakt en dient het transportverkeer en den
aanvoer tusschen de afzonderlijke stellingen, is
door mijnen versperd en wordt op alle belangrijke
punten zwaar verdedigd.
In de Zwarte Zee komt duidelijk tot uiting, hoe
de uiteraard slechts lichte vlootstrijdkrachten der
verbonden naties de zeer veel sterkere vlootstrijd
krachten der bolsjewisten in toom houden en voor
zichzelf een vrijheid van verkeer hebben kunnen
veroveren.
Voor de algeheele strategische positie, zoo be
sluit de schout-bij-nacht, is de door de verbonden
vlootstrijdkrachten in de Zwarte Zee gevormde
flank- en rugdekking van den Zuidoostelijken
vleugel van het front even belangrijk als de moor
dende aanvallen op de scheepsruimte tijdens den
inval op Sicilië of de duikbootsuccessen in het
Noordelijke en Zuidelijke deel van den Atlanti-
schen Oceaan of Indischen Oceaan.
het Noordelijke Duitsche Rijksgebied zonder noe-
menswaardige schade aan te richten.
In de zware afweergevechten ten Z.W. van
Wjasjma hebben zich de Wurtembergsch-Baden-
sche 260e infanterie-divisie en de Bayrisch Ost-
markische 268e infanterie-divisie bijzonder onder
scheiden.
Wanneer de laatste vrai
van het land op de boer
komt, wordt dit feit, vo
typisch Drentsche
eenigszins feestelijk her<
boer tracteert zijn mee
en nadien wordt thuis e
maaltijd gegeven. De
vracht koren arriveert
boerderij.
aan Duitsche zijde den toestand aan het Ooste
lijke front positief beoordeelen, aldus de corres
pondent van de N.R.Ct. te Berlijn aan zijn blad.
Men gaat van het standpunt uit dat de Sowjet-
j Russen met hun verwoede offensief weliswaar
benige belangrijke plaatsen hebben kunnen her
overen, maar dat het eigenlijke doel, het terug
winnen van gebied dat voor de oorlogvoering van
DE LUCHTAANVAL OP BERLIJN.
Zooals de Britsche nieuwsdienst Dinsdag meld
de, neeft de Britsche luchtmacht bij haar aanval
in den nacht van Maandag op Dinsdag op Noord-
Duitschland en Berlijn 58 bommenwerpers en 1
jager verloren.
Omtrent den Duitschen afweer bij den aanval
op Berlijn meldt de Britsche berichtendienst, dat
teruggekeerde bestuurders verklaard hebben, dat
heele zwermer, jagers, die met de zoeklichten sa
menwerkten zich op de bommenwerpers stortten,
zoodra deze naderden. Een bestuurder zeide: „Wij
begrepen eerst niet, waarom er zoo weinig gra
naten werden af gevuurd. Toen wij echter de ja
gers ontdekten, begrepen wij het onmiddellijk. Ik
heb nog nooit zooveel jachtvliegtuigen gezien. De
gevechten tusschen bommenwerpers en jagers
hadden overa plaats”.
253 BOLSJEWISTISCHE TANKS VERNIETIGD.
UIT HET HOOFDKWARTIER VAN DEN
FÜHRER, 26 Augustus. Het opperbevel der
weermacht maakt bekend:
Aan het Mioesfront duurden de sterke vrjande-
lijke aanvallen voort. De bolsjewisten leden daar
opnieuw zware verliezen. Een doorbraakpo
ging der bolsjewisten bij Isjoem werd in een ge-
vech. van man tegen man afgeslagen. De vijand
werd op zijn punt van uitgang teruggeworpen. In
een onmiddellijk hierop volgenden tegenaanval
werd terrein veroverd.
Ten W. vanfCharkof vielen sterke infanterie-
en pantserstnjdkrachten der bolsjewisten over
een breed front aan. De vijand werd in een ge
vecht van man tegen man afgeslagen en in een
tegenaanval naar het Noorden teruggeworpen.
Gisteren overdag werden 253 bolsjewistische
tanks vernietigd.
Bij den ft weer van vijandelijke luchtaanvallen
op Zuid-Italiaansche stede: schoten Duitsche ja
gers en de luchtdoelartillerie der luchtmacht gis
teren 9 vijandeljjke vliegtuigen, waaronder ver
scheidene meer-motorige bommenwerpers, neer.
In het zeegfb.ed ten Westen van kaap Ortegal
werd een vijandelijke torpedojager door bommen
tot zinken gebracht.
In luchtgevechten boven den Atlantischen Oce
aan en bfl aanvallen op enkele plaatsen in de be
zette gebieden in het Westen verloor de vijand 8
vliegtuigen, 5 andere, waaronder 3 meer-motorige
bommenwerpers, werden door bewakingsvaartui-
gen der marine in het zeegebied der West-Frie-
sche eilanden neergeschoten.
In den afgeloopen nacht wierpen enkele vijande-
Ijjke storingsvliegtuigen hier en daar bommen op
Het Internationale Informatiebureau schrijft
o.a. over de beteekenis dezer wijzigingen in het
Duitsche burgerlijke bestuur aan het Algemeen
Handelsblad
De benoeming van Himmler tot minister van
LITWINOW NIET AAR WASHINGTON
TERUG.
Het telegraafagentschap Tass meldt, dat het
presidium van den oppersten raau der Sowjetunle
Litwinow, den plaatsvervangende', volkscommis
saris van buitenlandscne zaken, heeft ontheven
van de ambtsplichten van buitengewoon en ge
volmachtigd ambassadeur in de Vereenigde Sta
ten. Het presidium heeft in zijn plaats Gromyko
benoemd tot buitengewoon en gevolmachtigd am
bassadeur i de Vereenigde Stat< a. (Gromyko was
tot dusver raad van de ambassade te Washington
Aan een bericht van Reuter uit Washington
ontleent de correspondent van het D.N.B. te Lis
sabon:
Berichten uit Moskou, waarin gezegd wordt,
dat met de aflossing van Litwinow als Sowjet-
ambassadeur te Washington geen scherpe wijzi
ging van koers in de buitenlandsche politiek van
de Sowjetunle in het voornemen ligt, hebben de
eerste indrukken bevestigd, die men hier (Was
hington) in welingelichte kringen heeft gehac
Het vermoeden is opgedoken, dat deze stap een
uitdrukking was van ontstemming over de hou
ding van bepaalde Amerikaansche kringen van de
pers tegenover de Sowjetunle, maar de meeste
waarnemers nemen aan, dat de leiding van de
Sowjetunle „te realistisch denkt” om zich van
r DE ONTRUIMING VAN CHARKOF.
Maandag maakte het opperbevel van de Duit
sche weermacht o.m. bekend
„Charkof, dat tijdens den veldtocht in het oos
ten reeds meerdere malen van bezitter is gewis
seld en thans nog slechts een puinhoop is, is in
het kader van een stelselmatige distancieerings-
beweging opnieuw ontruimd”.
Een door D.N.B. ontvangen verslag van een
Duitschen oorlogscorrespondent geeft een be
schrijving van de wijze waarop te Charkow stel
selmatig door de aftrekkende Duitsche troepen
belangrijke objecten en inrichtingen door explo
sies voor de Sowjets onbruikbaar werden ge
maakt
Een doode stad, dat was onze indruk van Char
kow, toen wij door het puinveld van deze plaats
reden. Voor de poorten lagen onze troepen, die
in de hevigste gevechten den vijandelijken mas
sa’s verbitterden tegenstand boden. Tijdig en in
volkomen rust waren de groote transporttreinen
weggegaan, die have en goed van de burgerbe
volking naar het achterwaartsche gebied brach
ten. Vele duizenden bedroeg het getal der bur
gers, die op de Duitsche bureaux verschenen en
erom smeekten, met de Duitschers te mogen
wegtrekken, om niet aan de Sowjets te worden
uitgeleverd. Grootmoedig werden al deze wen-
schen vervuld. Volgens de plannen werden alle
inrichtingen in veiligheid gebracht, die den
Duitschen troepen van nut geweest waren. Door
pioniers en speciale troepen werden tegelijkertijd
alle tactisch belangrijke objecten, voorts de ver-
zorgingsinrichtingen en bedrijven gereed ge
maakt om te worden opgeblazen. Bruggen, spoor-
wegcomplexen, alle eenigszins nog bruikbare in
richtingen der vliegvelden werden zoo voorbe
reid om opgeblazen te worden, dat een druk op
een knop voldoende was, om op het bevolen tijd
stip alle voor den vijand nog bruikbare objecten
in de lucht te laten springen.
Op het eind van de week werd tot het opblazen
overgegaan, nadat tevoren alles wat nog eenigs
zins bruikbaar was in veiligheid was gebracht.
I Op de vliegvelden werden de startbanen door
explosies diep omgewoeld en gingen de gebou-
wen en hangars in vlammen op. Zij zijn daar
mede niet alleen volkomen onbruikbaar gewor
den, maar het is zelfs uitgesloten dat afzonder
lijke deelen nog weer gebruikt kunnen worden.
Maandagochtend in de vroegte gingen na het
stelselmatig vertrek van de laatste eenheden alle
bruggen en overgangen de lucht in. Boven de
stad hangen enorme rookkolommen. Overal laaien
de vlammen op. Om 5.35 uur hebben de laatste
verkenningstroepen en „Sprengkommandos” zich
uit het gebied van de doode stad teruggetrokken.
Aarzelend volgt de vijand naar een waardeloozen
puinhoop, naar een wirwar van brandende hui
zen, waarvan de muren krakend ineenstorten.
KISKA DOOR DE JAPANNERS ONTRUIMD.
Het Japansche aoofdkwartier meldt:
De Japansche leger- en vlootstrijdkrachten, die
gestationneerd warer op het eiland Kiska, hebben
in de tweede helft van Juli de wegvoering van al
haar troepen voltooid, zonder door den vijand ge
hinderd te worden. Deze troepen hebben reeds
nieuwe stellingen betrokken.
MUTATIES IN DUITSCHE REGEERING.
De Führer heeft den Rijksprotector in Bohe-
men en Moravië, Baron von Neurath, op zijn ver
zoek van deze functie ontheven. Tot Rijksprotec
tor in Bohemen en Moravië heeft de Führer den
Rijksminister van Binnenlandsche Zaken, dr.
Frick, benoemd en hem ontheven van de functies
van Rijks- en Pruisisch minister van Binnenland
sche Zaken, alsmede van die van algemeen ge
volmachtigde voor het Rijksbestuur. Baron von
Neurath en dr. Frick blijven Rijksminister. De
Führer heeft den leidenden staatssecretaris van
het Rijksministerie van Binnenlandsche Zaken,
Hans Pfundtner, op zijn verzoek op wachtgeld
gesteld.
Tot Rijks- en Pruisisch minister van Binnen-
k landsche .Zaken, alsmede tot algemeen gevol-
machtigde voor het Rijksbestuur heeft de Führer
den Reichsführer SS en chef der Duitsche politie,
1 Heinrich Himmler, benoemd. De Rijksarbeids-
I dienst ressorteert niet langer onder den Rijks-
1 minister van Binnenlandsche Zaken. De Reichs-
I arbeitsführer staat als chef van een opperste
Rijksorgaan onmiddellijk onder den Führer. Den
I Reichsarbeitsführer Hierl heeft de Führer titel,
I rang en bevoegdheden van een Rijksminister ver-
I leend.
I De benoeming van den nieuwen Rijksprotector
I heeft tot gevolg, dat de aan den SS-Oberstgrup-
I penführer en Generaloberst der Polizei, Dalüge
verstrekte opdracht, de zaken van den Rijkspro
tector als plaatsvervanger te leiden, is geëindigd.
Den staatssecretaris bij den Rijksprotector in
Bohemen en Moravië Karl Hermann Frank,
heeft de Führer benoemd tot staatsminister en
hem in rang met de Rijksministers gelijkgesteld.
De Führer heeft den Rijksminister baron von
Neurath en dr. Frick, den SS-Oberstgruppen-
führer en Generaloberst der Polizei Dalüge, als
mede den staatssecretaris Pfundtner in een per
soonlijk schrijven zijn dank betuigd voor de
groote diensten aan het Duitsche volk bewezen.
BESCHOUWINGEN OVER DE INVASIE.
Een Duitsche militaire schrijver trekt in het
weekblad Das Reich een vergelijking tusschen de
landing op Sicilië en mogelijke geallieerde landin
gen elders. Het hoofdkenmerk van de eerstge
noemde operatie was rolgens hem een „honderd-
percentige” en vooral gedurende de eerste dagen
nauwelijks te overtreffen bescherming door jacht
vliegtuigen, welke o.a. de ontplooiing van de volle
artilleristische kracht van de zware oorlogssche
pen mogelijk maakte. Een dergelijk luchtscherm
was slechts te onderhouden, doordat de aanvaller
beschikte over een zeer nabij gelegen steunpunt,
namelijk Malta. Bestaat een dergelijke onmisbare
voorwaarde voor de herhaling van soortgelijke
operaties ook ten aanzien van West-Europa?
vraagt de schrijver zich af. Natuurlijk valt het
oog direct op de nauwe wateren aan weerszijden
van het Kanaal. Daarbuiten, aldus het betoog, is
wel een ononderbroken gebruik van op het land
steunende vliegtuigen met grooten actieradius
mogelijk (behalve wat betreft Noord-Noorwegen,
dat bij deze beschouwingen wordt uitgesloten),
maar een werkelijk effectieve bescherming door
jachtvliegtuigen is buiten de Kanaal-zone slechts
van vliegdekschepen af te verwezenlijken. Het ge
tal van dergelijke eenheden is echter beperkt,
haar strijdmiddelen staan bij landvliegtuigen ach-
tei en kunnen daartegenover in het algemeen
geen luchtheerschappij verkrijgen. De schrijver
meent, dat dit te meer zal gelden, omdat voor een
inval in West-Europa een veel grootere landings-
macht noodig zal zijn, dan tegen Sicilië is ge
bruikt, hetgeen ook de eischen van de luchtdek
king in evenredigheid verhoogt. Wanneer men uit
gaat van geallieerde uitlatingen, als zouden voor
zulk een onderneming tenminste 5060 divisies
noodig zijn en .7 miUfoen ton sc^eepsruinjte, dan
Comb, van: SNEEKER NIEUWSBLAD
(Drijfhout’s Nieuwsblad en
Nieuwe Sneeker Courant) en
DE JONG’S NIEUWSBLAD, Bolsward.
Verschijnt eiken Vrijdagavond.
Leesgeld ƒ0.75 per kwartaal bij vooruit
betaling. Losse nummers 10 ct.
HoofdredacteurL. Kiezebrink, Sneek.
Plaatsverv. hoofdredacteur: C. Smit, Sneek
K. 224?
In
slotverklaring van Quebec rijkelijk kronkelig en
inhoudloos. De aankondiging van verdere confe
renties toont, dat toch niet alles duidelijk is. De
concentratie van de oorlogvoering tegen Japan
beschouwt men in Berlijn als een loutere buiging
voor het Amerikaansche volk en Tsjiang Kai
Sjek. Ook de wensch naar een conferentie met
Stalin is volgens Duitsche meening een verlegen-
heidsfrase, evenals ae erkenning van het Fransche
dissidentencomité te Algiers, welke in het voor
uitzicht gesteld wordt.
Ontstemming tusschen Sovjet-Unie
an Westelijke Geallieerden.
De Britsche nieuwsdienst verspreidt een uitla
ting van de D ily Mail over den afloop van de
conferentie te Quebec. De schaduw van een ont
stemming tussenen de Sovjet-Unie en de weste
lijke geallieerden zoo schreef het Londensche blad,
schijnt nog boven de besluiten van Quebec te han
gen. Op dat puat bestaat er een vraagteeken, dat
blijven zal totdat een der leidende staatslieden bij
machte is een ondubbelzinnige verklaring over de
betrekkingen 'usschen i geallieerden af te leg
gen.
den eenmaal ingeslagen weg door geprikkeldheid
of iets dergelijks te laten afbrengen. De voorstel
ling van zaken, dat dee® stap verband houdt met
het ontbreken van eèn Sowjet-vertegenwoordiger
te Quebec, wijst men om dezelfde redenen af. De
actie is er wellicht op berekend, nadruk te leg
gen op het Sowjet-standpunt, dat de tijd rijp is
om „dringende na-oorlogsche vraagstukken” te
gaan bespreken.
De diplomatieke correspondent van het D.N.B.
schrijft:
De in Moskou officieel bekend gemaakte aflos
sing van Litwinow door een tot nu toe noch op
binnen- noch op buitenlandsch politiek gebied
naar voren gekomen persoonlijkheid, is, evenals
de terugroeping van Mr.iski uit Londen, de conse
quente ontwikkeling van een politiek, waartoe
Stalin door de Anglo- amerikaansche concessie
aan de Sowjet-wenschen voor Europa werd aange-
moedigd. Stalin maakt slechts gevolgtrekkingen
uit de principieele o-, ereenstemming met Enge
land en de Vereenigde Staten omtrent alle tus-
scher. de geallieerden hangende kwesties, die h(j
voorzoover zij de Sowjetunle in het bijzonder
aangaan tracht te realiseeren zonder er reke
ning mede te houden of zijn streven parallel loopt
met de financierings- en camouflage-politiek van
zjjn bondgenooten of den indruk zou kunnen wek
ken, dat er tusschen partners in een reeds lang
afgekaart spel eenigerlei verschil van meening of
zelfs oneenighede: zouden bestaan.
De Sowjet-Russische pobtici, die bijzonder ver
trouwd zijn met de Angelsaksische mentaliteit en
die een belangrijk aandeel hebben gehad in de
overeenkomsten met Engeland en de Vereenigde
Staten, zijn voor Stalin waardevoller medewerkers
te Moskou, waar thans met nadruk gewerkt
wordt aan de inlossing van de aan de Sowjetunle
gedane beloften. Bij de beoordeeling van den toe
stand is de kwestie van weinig belang of een van
de redenen waarom Stalin gesteld is op onmid
dellijke honoreering van de Anglo-Amerikaansche
wissels, misschien ook gezocht moet worden in
eei zeker wantrouwen. Een feit is, dat de Engel-
schen en Amerikanen zich voor de wenschen van
Stalin moeten buigen, hetgeen ook blijkt uit hun
thans merkbare bereidwilligheid om over het door
Stalin steed, dringender verlangde oprichten van
een tweede front te onderhandelen op een confe
rentie van drie, zelfs wanneer daarheen slechts de
ministers van buitenlandsche zaken van de drie
landen zouden worden gezonden.
SLOTCOMMUNIQUÉ VAN QUEBEC.
Churchill en Roosevelt heboen Dinsdag tot af
sluiting van de conferentie van Quebec een for-
meele verklaring uitgegeven, waarin o.a. wordt
gezegd:
l>e Britsch-Amerikaansche oorlogsconferentie.
die op 11 Augustus is begonnen onder auspiciën
van de Canadeesche regeering, neeft thans haar
werkzaamheden beëindigd. Het geheele gebied der
„wereldoperatles’ en de gebeurtenissen, die sedert
de laatste ontmcefing tusschen Roosevelt en
Churchil' in Washington eind Mei j.l. ontstaan
zijn, werden bestudeerd. Verder zjjn de noodige be
slissingen genomen om de acties der strijdkrach
ten van beide naties te waarborgen.
Het communiqué stelt in het licht, dat een vol
komen doelstelling en eenheid in de oorlogvoering
behouden moet blijven. Voorts wordt in de ver
klaring gezegd, dat in de toekomst waarschijnlijk
met vrij korte tusschenpoozen conferenties tus
schen Roosevelt en Cnurchill gehouden zullen wor
den. Er wordt op gewezen, dat de militaire be
sprekingen der drie stafchefs van de geallieerde
strijdkrachten in den grootsten omvang betrek
king hadden op den oorlog tegen Japan en een
doeltreffende hulp voor Tsjoenking-China. De ver
tegenwoordiger van Tsjiang Kai Sjek, minister
Soeng, is bij deze besprekingen tegenwoordig ge
weest. Op alle gebieden hebben Churchill en Roo
sevelt de aanbevelingen der geallieerde stafcl efs
goedgekeurd.
Verder wordt in het communiqué verklaard da1
ook een overeenkomst tot stand is gekomen, ten
aanzieu van de politieke problemen. Er werd be
sloten, afgezien van eenigerlei driemogendheden-
conferentie, wellicht met de sovjet-unie
een overeenkomst bereikt zou kunnen worden, een
tweede conferentie, voor het eind van het jaar tus
schen de Britsche en Amerikaansche bevoegde in
stanties te houden. Een volledig rapport omtrent
de besluiten, voorzoover die den oorlog tegen
Duitschland en Italië raken, zal aan de sovjet-
regeering worden toegezonden.
Tenslotte wordt in het communiqué gezegd, dat
men tijdens de conferentie ook aan het probleem
der betrekkingen met het Fransche dissidenten
comité bijzondere aandacht heeft geschonken. Er
verluidt, dat in dit verband in de tweede helft van
deze
door
binnenlandsche zaken biedt den besten waarborg
dat de leiding van de binnenlandsche politiek en
van het binnenlandsche bestuur van het Rijk na
de meer dan tienjarige ambtsvervulling van dr.
Frick ook na deze wisseling gekenmerkt zal wor
den door dezelfde stabiliteit en vastheid. Hein
rich Himmler staat bekend als een buitengewoon
krachtige leiderspersoonlijkheid, die tot nu toe
reeds op de meest verschillende gebieden op den
voorgrond is getreden. De organisatorische op
bouw van de Duitsche politie i evenzeer zijn
werk als de stichting van de Waffen-SS, wier
divisies zich in het verband van het Duitsche
leger in den loop van den oorlog aan alle fron
ten hebben onderscheiden. Als Reichskommissar
für die Sicherung und Festigung des Deutschen
Volkstums heeft hij bovendien ook op het gebied
van de nederzetting en den landbouw zijn veel
zijdigheid bewezen, zoodat met hem een energiek,
met alle facetten van het openbare leven zeer
goed bekend deskundige aan het hoofd van het
binnenlandsche bestuur van het Rjjk komt te
staan, die waarschijnlijk de voorwaarde schept
voor een verdere concentratie van krachten en
sterkere samenbundeling van het inwendige
front.
De Berljjnsche redacteur van het Alg. Handels
blad merkt t.a.v. de regeeringsmutatie in Duitsch
land nog het volgende op
Met de benoeming van dr. Frick tot Rijks
protector in Bohemen en Moravië in plaats van
dr. Neurath, die sedert eenige jaren zijn ambt
niet meer uitoefende, wordt de tijdelijke situatie
beëindigd, die ontstond, doordat generaal Hey
drich, en na diens vermoording generaal Daluege,
als plaatsvervangend Rijksprotector het gezag in
het Protectoraat uitoefenden.
Uit den terugkeer van generaal Daluege tot
zijn taak als generaal der politie kan waarschijn
lijk tevens de conclusie worden getrokken, dat de
toestand onder de bevolking in het Protectoraat
zijn vertrek uit Praag mogelijk maakt. In het
Protectoraat heerscht sedert geruimen tijd vol
komen rust en orde.
Met de benoeming van dr. Frick, den oudste
der nationaal-socialistische ministers hij pas
seerde reeds de zestig zet de Duitsche
staatsleiding klaarblijkelijk haar politiek voort
om aan het hoofd der Duitsche regeering in Bo
hemen en Moravië staatslieden te stellen, die
alleen reeds door hun leeftijd en hun ervaring
het overwicht bezitten, dat voor de uitvoering
van hun gecompliceerde taak noodig is.
laatste
aan de