i
L
Officieel Orgaan van de gemeenten SNEEK, WYMBRITSERADEEL en IJLST
Raadsel in Nijmegen
s
Raadsvergadering Sneek
ProvIriclaBe Bondsdag
DINSDAG IS «rinxi rvn
FEUILLETON
mst
I
allen.
VRIJ
EEK
(Vervolg.)
de
in
doom
I
VRIJ
ES
i
hadden”,
Wordt vervolgd.
47
ma
jr-
De moord werd gepleegd. Van der
Zuyden was in zijn huis en met hem
in de kamer waren Jörgensen en dr.
Maroniu. Die twee hadden noch met
de bende noch met de moord iets te
doen. Zij ware?’ wat zij zeiden, name
lijk zakenrelaties, die toevallig in Nij
megen logeerden en elkaar al kenden.
Jörgensen zag niets, voordat Van der
Zuyden dood lag. Dr. Maroniu echter
den dader. De Roemeen was een dap
per mens. Hij is onmiddellijk achter
den moordenaar aan gegaan. Die had
niets tegen hem, maar hij was in een
hoek gedreven en hij zag geen andere
uitweg, dan ook dr. Maroniu te doden.
Dat is gebeurd en wel met een mes,
omdat een schot andere achtervolgers
kon waarschuwen. Zo was de hoofd
man met al zijn menslievende bedoe
lingen door zijn relaties met de onder
wereld tenslotte toch een moordenaar
geworden.
Nu over de verdwijningen. André
Boorneman was al ontvoerd en in vei
ligheid gebracht, voordat Van der
Zuyden werd gedood. De hoofdman
deed dat persoonlijk. Hij wist nog
niet, wat hij later met Boorneman zou
doen, maar hij deinsde èr toen nog
voor terug, een onschuldige meteen
om te brengen. Na de beide moorden
wilde hjj ook Boorneman uit de weg
ruimen. Mile. Ilescu is toen tussen
beide gekomen. Zij heeft ontdekt, wie
Van der Zuyden en dr. Maroniu dood
de en het is duidelijk, dat zij haar
De Sub-Commiseie voor
het oprichten van een
Oorlogsmonument.
Jr.
as-
Venchljnt:
DINSDAGS en VRIJDAGS
Ab.-prlj» (2.50 per half jaar
Franco per post
(3.75 per half jaar
April
‘bouw
izand.
es
4A
eek
■WR
half
sen
ten,
Po-
edig
van
ge-
Jr-,
:dn.
ite,
ou-
67
ake
itje
Jr.,
is);
operette van Fr. v. Suppé: „De lande
lijke repetitie”. Hierin ontpopten enkele
jongens zich als volleerde acteurs en
uitstekende solisten.
Het Haags Matrozenkoor, dat binnen
kort naar Parijs vertrekt, zal daar onge
twijfeld grote successen kunnen oogsten.
L. G.
tin
ïtS
.kt
jn!
el-
PRIL
unc li
jk 20
and
etiek,
d van
MGA.
xd en
Ned.
k
I-
r
s
V.
Is
I.»
5-
>t
e
Bureau voor Advertenties
Fa. DRIJFHOUT
GROOTZAND 55
fel. 3005
slag verre hadden gehouden. Nu was
het toch zover gekomen en daardoor
was hun toestand volkomen veran
derd. Ja, ik ben er van overtuigd, dat
verschillende van deze lieden, die hun
eigen geweten tot dan toe met een ge
dachte aan sportiviteit in slaap had
den gesust, plotseling de beschuldi
gende stem in zichzelf duidelijk hoor
den. Misschien zou als gevolg daar
van automatisch egn einde gekomen
zijn aan de reeks van diefstallen, wie
weet? Het is een feit, dat zij door de
beide moorden nerveus waren gewor
den. Zij verloren de voorzichtigheid
een beetje uit het oog. Misschien moet
ik zeggen: zij waren zo pijnlijk voor
zichtig geworden, dat hun gedrag
achterdocht wekte. In elk geval, door
eigenaardige uitlatingen van mile.
Ilescu en anderen kreeg Jörgensen
langzamerhand het vermoeden, dat
hij den moordenaar in zijn naaste om
geving kon vinden. Op zeker ogenblik
kwam de Zweed in aanraking met den
Fransman Dupont. Die logeerde bij
den heer Nabarescu, den oom van
mile. Ilescu. Zij kenden elkaar min of
meer oppervlakkig, maar zij kenden
alle twee den vermoorden Roemeen,
dr. Maroniu. En deze beide mannen
hadden elk voor den Roemeen een
warme vriendschap gekoesterd. Zij
spraken samen veêT over hem. Jörgen
sen kwam met zijn nog vage ontdek
kingen voor den dag en op een dag
had ook Dupont iets vernomen”.
Kantoor voor AbonnamaMan:
Fa. KIEZEBRINH Co.
KLEINZAND Z - Tol. 2872
„En toen hebben zij hem dus ver
moord”, zei André Boorneman.
„Neen, niet direct. Eerst bent u ge
komen
„Wat vertelt u me nu?”
„Inderdaad. De hoofdman heeft de
scène in „De Vereniging” uit de verte
meegemaakt. De man was ten einde
raad. En toen kwaïn, hem een oplos
sing voor den geest, die weliswaar
volkomen in strijd was met zijn mens
lievendheid, maar die onvermijdelijk
schijnt te zijn bij eiken misdadiger.
Hij moet steeds dieper in het moeras
van de geestelijke ondergang, als hij
zich wil handhaven. Wel, de hoofdman
zag de scène, hoorde de woorden van
den dronken en jaloersen Van der
Zuyden, die ongetwijfeld gedacht moet
hebben, dat er iets tussen mile. Ilescu
en u bestond. De oplossing was, de
moord te plegen om hem de mond te
snoeren, meteen de langzamerhand
catastrophale afpersingen te doen ein
digen en zelf vrij uit te gaan door de
schuld op u te schuiven. U diende dan
natuurlijk spoorloos te verdwijnen
Op zichzelf was dit een oplossing, die
ons voor een wellicht onoverkomelijk
probleem zou hebben gesteld. Er wa
ren echter bijkomstigheden, waarover
dus gemakkelrjker kan doen, maar een
Uit alle streken van onze provincie
waren Paaschmaandag weer vele hon
derden jonge menschen naar Sneek ge
komen om de zoo langzamerhand al tra
ditioneel geworden N.J.V.-Bondsdag bij
te wonen. Het groote aantal bezoekers
maakte het ook deze keer noodzakelijk
tegelijkertijd in de Groote Kerk en in
het Gebouw voor Christelijke Belangen
te vergaderen. Het thema van deze dag
was: „Christus, Heer van ons leven,
Heer der wereld”, hetzelfde als dat voor
de a.s. zomer te houden wereldconfe
rentie van de christelijke jeugd te Oslo.
Een drietal sprekers sprak over dit
thema tijdens de Bondsvergaderingen in
de Kerk. Ds. S. J. Wouda van Rijper-
kerk begon met de vraag: „Is de uit
spraak: „Christus is Heer” eigenlijk niet
te groot voor ons?” Want het is een
boodschap met een totalitaire aan
spraak. Met eenvoudig nazeggen komen
we er niet. „Christus is Heer” moet een
belijdenis zijn, die we hebben door te
geven. We moeten er van doordrongen
zijn, dat er een vuur in deze woorden
brandt. Van deze boodschap behooren
we te schrikken. Want zij spreekt van
een christelijk imperialisme, dat geen
grenzen kent. De eerste christenen heb
ben reeds ervaren, dat deze belijdenis
botsingen oproept, maar zij verkozen
marteling en catacomben boven het ver
zaken van deze Paaschboodschap. Dan
is er nog de persoonlijke vraag: „Is
Christus Heer van uw leven?” De vree-
selijke mogelijkheid bestaat, dat wij onze
christelijke levensstijl en gewoonten
eigenlijk gaan maken tot een schuilkel
der, waarin we buiten bereik meenen te
zijn van Gods roepstem. Onze persoon-
voor de attentie hem door het bestuur
op zijn 75e verjaardag bewezen. Op voor
stel van de controlecommissie, gevormd
door „Sport en Liefdadigheid”, waarvoor
de heer J. Zijlstra verslag uitbracht,
werd de rekening goedgekeurd en het
bestuur décharge verleend. Periodiek af
tredend waren de heer H. A. Banning,
bestuurslid, en de heer G. Vrolijk, com
missielid. Beiden werden bij acclamatie
herbenoemd. De benoeming van mevr.
Stockmann en de heer N. de Vries, die
verleden jaar niet door de algem. verga
dering kon geschieden, werd op dezelfde
wijze bekrachtigd. De voorzitter deelde
mede, dat de vereeniging geen rechts
persoonlijkheid meer bezit, zoodat deze
opnieuw moet worden aangevraagd. Het
bestuur stelde echter voor deze zaak nog
even aan te houden teneinde te overwe
gen of de vereeniging omgezet zal wor
den in een Stichting of dat opnieuw de
Kon. goedkeuring t worden aange
vraagd. Nadat de heer Banning een
vraag van een der leden had beantwoord
ging de vergadering hiermee accoord.
Daar de rondvraag niets opleverde, werd
de vergadering daarna gesloten.
HAAGS MATROZENKOOR.
Toen Donderdagavond te ongeveer
kwart over acht in het Gebouw van
Chr. Bel. het doek opging, aanschouw
den een 200 belangstellenden het keurig
uitgedoste Haagse Matrozenkoor.
De dirigent, Theo van Elferen, was zo
attent eerst het Frysk Folksliet te laten
zingen, waarmee hjj terstond de harten
der toehoorders veroverde.
In de vele liederen, die het koor daar
na ten gehore bracht, toonde het tot
hoge prestaties in staat te zjjn. Prachtig
klonken „Ave Maria” van Fr. Hamma
en „Sanctus” van Durante, waarin de
veelstemmige melodie zich als een rag
fijne draad voortspon.
Ook het lang niet gemakkelijke Enge
lenkoor uit de Elias van Mendelssohn en
de Barcarole van Mozart werden zuiver
en volkomen beheerst uitgevoerd.
Minder geslaagd vonden wij de voor
dracht van enkele oud-Nederlandse
volksliedjes „De winter is vergangen”,
„Daar was 'n wuf die spon” o.a. Deze
in hun eenvoud zo schone melodieën ver
dragen niet de kunstige bewerkingen
en effectvolle crescendo’s en diminuen
do’s, welke we hier te verwerken kregen.
Zeer in de smaak viel de komische Woudstra, OppenTuizen.
HET NUT.
Voor het dept. Sneek der Maatschap
pij tot Nut van 't Algemeen komt Max
Croiset hier a.s. Donderdag in Amicitia
„Muizen en menschen” van Steinbeck
voordragen. Croiset had in vele steden
groot succes met deze voordracht, welke
op buitengewoon hoog artistiek peil
staat. Ditmaal kunnen ook niet-leden
er van genieten. Men zie -de adv. in
dit nr.
DE PRODUCTIE-F ACTOR
BIJ ONS FOKVEE.
De heer H. Wind, Landb.kundige,
voorzitter van de speciale Landbouw-
dagen, denkt op 17 April a.s. van 7.15
7.30 uur ’s avonds voor de Hilversum-
sche zender te spreken over: De produc-
tie-factor bij ons fokvee.
DOOR EEN AUTO AANGEREDEN.
Zaterdagmiddag is Mej. Dirkje Vonk,
wonende in de Maria Louisestraat alhier,
by het oversteken van de Oppenhuizer-
weg door een auto aangereden. Zij liep
een vrij ernstige hoofdwonde op en is
naar het ziekenhuis overgebracht. De
chauffeur, die nog probeerde mej. Vonk,
die een weifelende houding aannam bij
het oversteken, te ontwijken, en daarbij
ook nog een bakkerskar aanreed, kon
toch niet voorkomen, dat zij werd ge
raakt met het bovengenoemde gevolg.
IJLST. 9 April. Uitslag schutjaspartij
bij H. Siebesma. Hoofdprijs: A. Speer-
stra, Heeg en B. Planting, IJlst; 2e pr.
Wiebe G. Walinga en Jisk Meijer, IJlst;
le troostprijs: G. Brouwer, Nijland en
Paulus Buma, IJlst; 2e troostprijs: Jan
Feenstra en Jac. v. d. Zee, UJst; Poe
delprijs: Albert Buma, IJlst en S.
den moordenaar ontdekt
vroeg Ernst Verhagen.
„Juist”, stemde de inspecteur toe.
„Jörgensen en Dupont kwamen lang
zamerhand heel wat te weten, vooral
toen de Zweed op uitnodiging van Na
barescu hij hem kwam logeren. Maar
ook zij verrieden zich Mile. Hescu
ontdekte, dat die twee iets wisten en
dit joeg haar zulk en panische schrik
aaan, dat zij in de nacht het huis van
haar oom ontvluchtte.
We mogen daar niet al te verbaasd
over zijn; het is zeker, dat de vooraf
gegane schokkende gebeurtenissen
haar al heel wat hoofdbrekens had
den gekost. Maar niet daarom vlucht
te zrj, meer eigenlijk voor het eigen
geweten dan voor de twee mannen.
Er kwam bjj, dat zij de andere leden
van de bende had gewaarschuwd. De
hoofdman besloot, dat Jörgensen en
Dupont onschadelijk gemaakt moesten
worden. Mile. Hescu begreep dit en zij
vreesde meer moorden. Daarom durf
de zjj niet te blijven onder het dak,
waar zich de twee mensen bevonden,
die door haar mededeling in gevaar
waren gekomen. Het is begrijpelijk,
dat zij haar bondgenoten voor het
hen dreigende gevaar had gewaar
schuwd. Maar, het is ook begrijpelijk,
dat zij nu terugdeinsde voor de ge
volgen van haar ingrijpen. Zij wist,
dat de hoofdman radeloos was en tot
het ergste bereid. Maar de man is,
vermoedelijk ook door toedoen van
zijn medewerkers, van nieuwe moor-
Boorneman had haar vriendschap ge
wonnen door zijn optreden tegenover
den dronken Van der Zuyden, want
hij had haar niet in den steek gelaten,
toen zij hem vroeg, te blijven om met
haar te dansen. Daarom kwam zij er
tegen op, dat deze jongeman zou wor
den gedood. Zij stelde voor, hem een
sprookje op te dissen en te pogen,
hem naar het buitenland te krijgen.
De hoofdman, die bij nader inzien van
een derde doodslag niets moest heb
ben, ging aaar graag mee accoord. Wij
mogen dus aannemen, dat André
Boorneman voor een goed deel zijn
leven aan de Roemeense te danken
heeft”.
„Ik was bijna jaloers op haar ge
worden, maar nu ben ik haar dank
baar”, merkte Madeleine Uittenterpe
op, terwijl ze André’s hand stevig
vasthield. Sven Ohlquist moest even
glimlachen. Dan vervolgde hrj:
„Namen heb ik tot dusver niet ge
noemd, behalve die van mile. Hescu.
Nu zullen we er meer te horen krij
gen. Kijk, Van der Zuyden was dood
en Boorneman veilig opgeborgen,
waardoor men de politie op een
dwaalspoor hoopte te brengen. De
hoofdman en zijn kernmedewerkers
voelden zich dus betrekkelijk veilig.
De gebeurtenissen hadden echter in
vloed gehad op hun zenuwen. Laat
ons vooral niet vergeten, dat deze
mensen weliswaar de aanvoerders van
een geraffineerde dievenbende waren,
bedrijfsbegrootingen-1946. Bij de
grooting voor het waterleidingbedrijf
zegt de heer van derVeen dat in de
vorstperiode wel 50 der inwoners zon
der water zat, en nu zijn nog velen daar
van verstoken, daarom gaf spr. in de
sectie de wenk de ingezetenen in derge-
lijke strenge winters, als we er nu een
achter de rug hebben in de gelegenheid
te stellen water te betrekken uit de
brandkranen of uit tankwagens. De
V o o r z. antwoordt dat volgens de mee-
ning van het bedrijf er geen noodtoe
stand was. De brandkranen dienen zoo
veel mogelijk onberoerd te blijven en
slechts bij uiterste noodzaak en alleen
door terzake kundig personeel te worden
gebruikt. Dit personeel kon echter niet
beschikbaar worden gesteld, het was
nie.. verantwoord het aan de werkzaam
heden, voortspruitende uit de vorstperi
ode, te onttrekken./De sproeiwagen kan
als tankwagen voor dit doel niet dienen,
daar er wel eens giftige stoffen mee
worden gesproeid. De heer de Boer
klaagt er over dat het waterleidingbe
drijf niet over de apparatuur beschikt
om de leidingen vóór de meter te ont
dooien en de menschen daarom naar het
particuliere bedrijf verwijst, dat het te
druk heeft. Dat wijst op een tekort aan
service bij dit bedrijf. De V o o r z. wijst
er op dat deze kwestie niet in de secties
is aangeroerd en B. en W. zich dus niet
hebben kunnen doen voorlichten, waar
om zij op deze o. meriting thans niet
kunnen ing'fi.an. Deze bedrijfsbegrooting
wordt alsnu z. h. s. vastgesteld, evenals
de andere bedrijfsbegrootingen, nadat
bij die voor de reiniging de heer van
der Molen een inlichting van den
V o o r z. heeft gevraagd en verkregen
inzake de houding van B. en W. ten op
zichte der personeelsbezetting.
Aan de orde is nu de behandeling der
gemeentebegrooting-1946.
De heer van der Veen vraagt of
waar deze begroeting gecyclostyleerd is,
er ook prijsopgaaf gevraagd is voor het
drukken van dit werk. De V o o r z. ant
woordt dat het cyclostyleeren ongeveer
1300 a 1400 kostte. De drukwerk
tarieven in het algemeen in aanmerking
genomen zou het drukken zoo ongeveer
het viervoud gekost hebben. Gezien de
betrekkeljjke waarde van een begroe
ting, die grootendeels haar waarde ver
liest als de gemeenterekening tot stand
is gekomen, hebben B. en W. het niet
verantwoord geacht een dergelijk bedrag
aan deze begrooting te besteden.
Bij de post „presentiegelden leden
stembureaux” zegt de heer F y 1 s t r a
dat de bestaande regeling hem niet be
vredigt. Een onderwijzer, dïe lid is ont
vangt ƒ6.terwijl zijn salaris door
gaat, maar een werknemer uit het par
ticuliere bedrijf derft door zijn verzuim
meer loon dan hij aan presentiegeld
ontvangt en heeft dus nadeel. Er dient
onderzocht hoe dit te voorkomen. De
V o o r z. antwoordt dat deze zaak vorig
jaar volledig bekeken is, B. en W. heb
ben den raad toen, na onderzoek, moeten
meedeelen, dat zjj geen mogelijkheid om
tot een geheel bevredigende oplossing te
komen, zagen. Men mag nu eenmaal niet
hooger gaan dan het vastgestelde be
drag. De heer F gistra zegt dat als
men een onderwijzer een.: 2.50 gaf en
den werknemer uit het particuliere be
drijf zijn loonderving vergoedde men
waarschijnlijk niet boven het totaal uit
getrokken bedrag zou komen. De heer
Groeneveld: onderwijzers hebben
als er stemming is vrij omdat de scho
len stemlokalen zijn. Ze geven dus eigen
lijk een vrije dag aan dit werk. De werk
nemer zou ook een vacantiedag kunnen
opofferen, al moet spr. toegeven dat de
onderwijzer langer vacantie heeft en het
voorts rjjkstoezicht. De hier gedane
mededeelingen zullen ter kennis van ds
commissie worden gebracht. De heer
Blok sluit zich bij den heer v. d. Mo
len en mevr. SpaanderKok aan. Wij
hebben in dezen bij het chr. onderwijs
ervaring opgedaan en naast de school
arts een zuster, omdat wij meenen dat
de ouders ingeschakeld moeten blijven.
Daarom gaat het bij ons via de wijkver
pleging, wordt er iets ontdekt dan stelt
deze het gezin onder toezicht. Wanneer
dit alles grooter omvang aanneemt ge
looft spr. ook wel dat het in de richting
van een sociaal werkster zal gaan.
Terrein Waaggebouw.
Op een vraag in de secties naar de be
stemming van het terrein-Waaggebouw
hadden B. en W. in de memorie van
antwoord als hun meening te kennen
gegeven dat dit moet worden ingenomen
door een gebou z, dat in de bebouwing
van de naaste omgeving past en een be
hoorlijke afsluiting van de Marktstraat
ter plaatse zal vormen. De heer Groe
neveld vraagt nu of de raad gelegen
heid zal krijgen om een uitspraak te
doen over de vraag of dit terrein be
bouwd zal worden, dan wel onbebouwd
blijven. Voorts vraagt spr. of B. en W.
een eind zullen maken aan het minder
goed schoonhouden van het Gerechtsge
bouw. De V o o r z. antwoordt op de eer
ste vraag dat als een particulier op dit
terrein wil bouwen, de raad over de ver
koop zal hebben te beslissen, en zou de
gemeente het willen doen dan zal de
raad hgt bouwplan moeten goedkeuren,
de beslissing blijft dus bij den raad. Wat
de tweede vraag betreft, de schoonma
ker is in dienst van het rijk, dit heeft
dus zeggenschap over hem.
Slot volgt.
SNEEKER NIEUWSBLAD
Redacteuren: L. KIEZEBRINK en C. SMIT Redactie-adresKLEINZAND 7 SNEEK
lijke beslissing bepaalt ook onze verhou
ding tot den naaste. Een apostolische
dfang moet ons bewegen getuigen in de
wereld te zijn. Daarom geen afzondering
in eigen knus kringetje. We moeten be
lijden zonder achterdeur, dat is: radi
caal. Dat zal zyn invloed hebben op al
onze verhoudingen. Vandaag komt ds
roep tot u: „Christus is Heer”. Niet om
het er mee eens te zyn, maar om deze
boodschap te belijden en door te geven.
De twadde sprekker wie d« hear G.
van der Leest, oansteand geastlik for«
soarger fan de militairen. „Hwerora”, sa
sei er, „lit God sa faek ta, dat syn
tsjinstfeinten hjir op ierde lije?" Wiid-
weidich fortelde hy dan it libben fan syn
freon, sindeling Van der Weg, dy’t nei in
tsjinttiid fan 30 jler grouwelik op Java
formoarde is. Koe de Hear fan de Ge
meente dan net forhlnderje, dat sok-
soarte dingen barre? Mar léze wy net
yn de Bibel: ,Jn tsjintfelnt is net mear
as syn Hear”? Wy hawwe earst Góed-
freed en dan Peaske. Earst it lyen en
dan de oerwinning. Kristus is de Heat"
en somtiids gean syn neifolgers de dea
yn, mar der bliuwt foar harren In ta-
komst. Nei oanlieding fan in diel üt
Mattheus 25, hwer’t Kristus sprekt oer
de greate skieding tusken de minsken
yn forbftn mei har hftlding tsjinoer har
neisten, fortelda sprekker in oangripend
troch himsels bilifebe barren yn in Ja-
pansk finzenenlcamp. Hy bisleat mei
wurden fol goede rie ta de strak nei In
donesië foartgeande soldaten en die doe
in goed wurdtsje foar de kollektgfoar it
N.J.V.-wurk Onder de militairen.
De derde spreker, ds. A. de Jonge van
Workum wilde allereerst aan zijn ge
hoor de vraag voorleggen: „Wie heeft
het eigenlflk voor het zeggan in deze
wereld?” Zoo dikwijls lijkt het, of God
er niet is, alsof de naensch het zelf wél
af kan. De Bijbel leert ons al, dat de
mensch als God wilde zijn. Goed be
schouwd was dit een overwinning van
den duiveL Hiertegenover gebruikt God
geen geweld. In God worstelde de Liefde
om het behoud van de wereld. Zijn
Liefde zond Jezus Christus. Hjj ging niet
de weg van geweld en macht, maar dia
van dienst en offer. Zjj x leven was strijd,
maar het was de Liefde, die den duivel
overwon. Goddelijke Liefde is het eenige
wapen, waartegenover de duivel niet op
kan. Als we de krant lezen en naar de
radio luisteren, lijkt het er dikwijls zoo
weinig op, dat dc duivel 1 is versHijeu-
Maar ook nu nog blijft God de weg gaan
van dienst en offer en gebruikt Hij geen
geweld. Wij worden opgeroepen Gods
overwinning uit te dragen en niet te
streven naar macht en heerschappij. Wij
moeten gaan in den weg van Jezus
Christus. Het gaat niet in de eersta
plaats om een groote christelijke jeugd
organisatie en niet om onze macht en
invloed. Het gaat om het belijden van
Jezus Christus; straks in Oslo, maar ook
nu in onze eigen omgeving. Hjj roept
ons op Zijn voetstappen te drukken*
want toch is deze wereld van God, om
dat het Goede Vrydag en Paschen Is ge
weest. Volgt daarom Hem!
In het Gebouw voor Christelijke Be
langen werden de meer ontspannende
bijeenkomsten gehouden, welke georga
niseerd waren door de plaatseljjke C.J.
M.V. Hier werd opgevoerd het ernstig
spel in drie bedrijven: „Wijkende We
gen” van Slebe de Jong. De wijze waar
op beide keeren een geheel gevulde zaal
hierop reageerde, was voor de uitvoe
renden het beste bewijs, dat hun keurig
spel zeer werd gewaardeerd. De ver
schillende vergaderingen stonden onder
leiding van de heeren Tj. de Boer van
Marrum en M. K. Feenstra van Nijland,
respectievelijk voorzitter en vice-voor-
zitter van de Provinciale Commissie
voor Friesland van het N.J.V.
„HULP IN NOOD”.
Bovengenoemde vereeniging hield Vrij
dagavond in „De Gouden Leeuw” haar
algemeene ledenvergadering onder lei
ding van den heer F. Matak Fontein. De
gecombineerde rekening over 1945 en
1946 leverde een nadeelig saldo op van
ƒ592.22. De penningmeester, de heer J.
Keuning, die de ontvangsten toelichtte,
deelde mede, dat 1945 een klein voor-
deelig saldo opleverde, maar dat verle
den jaar een nadeelig saldo ontstond
doordat geen bijdrage van de commis
sie „Sport en Liefdadigheid” ontvangen
werd. Hij hoopte daarom dat de com
missie er dit jaar weer in zal slagen de
kas van „Hulp in Nood” te versterken.
De schenkingen zijn byna tot de helft
teruggeloopen. Tijdens de oorlog werden
meermalen bijdragen ontvangen van per
sonen die om principieele redenen niet
aan Winterhulp wilden geven, maar nu
de oorlog voorbij is, wordt er veel min
der ontvangen. De totale ontvangsten
over 1945-’46 bedroegen 6144.26; de uit
gaven waren: Ziekenhuisverpl. ƒ1064.91,
Herstellingsoorden 331.50, Geneeskun
dige hulp 419.Hulp in de huish.
128.80, Versterkende middelen 506.88,
Geldelijke steun 680, Kleeding 150.10,
Levensmiddelen 2953.50, Diversen
501.79. Totaal 6736.48. De admi
nistrateur, de heer S. Feenstra, lichtte
de uitgaven toe. De uitgaven voor ver
sterkende middelen beginnen in de laat
ste maanden weer sterk omhoog te loo-
pen. Er werden 305 Kerstbonnen uitge
reikt, t.w. 87 7:144 A 5.en
74 f 4.verdeeld over 11 winkeliers.
Verder sloot de heer Feenstra zich aan
bij de opmerking van den voorzitter dat
het werk van Hulp in Nood weer druk
ker begint te loopen. De voorzitter
dankte beide heeren voor hun arbeid, in
het bijzonder den heer Feenstra die zijn
taak ondanks zijn respectabele leeftijd
van 75 jaar altijd nog met veel ambitie
vervult. Moge het hem gegeven zijn zijn
functie nog vele jaren waar te nemen.
De heer Feenstra dankte voor deze
wensch, die hij gaarne onderschreef, en
den teruggeschrokken. Niettemin,
Jörgensen en Dupont werden gevan
gen genomen en weggebracht. Byna
had mile. Hescu dit doen mislukken.
Immers, tijdens haar vlucht in paniek
had ik haar gezien en ik was haar
achterna gegaan. Goed, zij had de
bende niet verraden. Integendeel, on
danks haar geschokte zenuwen had
zij direct een verhaal bij de hand,
waardoor zij Jörgensen en Dupont be
schuldigde. Dat was natuurlijk geheel
in de lijn van de voornemens, die de
hoofdman had. Het grote gevaar was
nu, dat door mijn telefonisch alarm
de politie te snel zou komen. Als die
de beide mannen nog vond, zou alJos
duidelijk worden. De hoofdman had
haar vlucht bemerkt. Hij kende haar
voldoende om te weten, dat zij in
haar wanhoop tot rare dingen in staat
was. Twee mannen werden met de
hond uitgezonden om haar op te spo-
ren. Zij ontdekten, dat mile. Hescu in
het huis van mijn zwager was. Zij
keerden snel naar den hoofdman te
rug en in aller ijl werden Jörgensen
en Dupont overweldigd. In een auto
bracht men ze weg, juist voordat de
politie arriveerde”.
„Alles goed en wql”, merkte mr.
Ernst Verhagen op, „maar hoe kon de
bende dit allemaal doen in de villa van
den heer Nabarescu?”
Aan de orde is de behandeling der onderwijzer werkt heel hard en heeft
be- I dus ook een lange vacantie noodig. De
heer Koolmoes wenscht den heer
Groeneveld toe dat hij eens een jaartje
het schoolmeesterschap moest waarne
men. De post wordt z. h. s. goedgekeurd.
Naar aanleiding van een vraag in een
der secties om doeltreffende maatregelen
voor te bereiden ter opheffing van het
gevaar dat in de stad op bepaalde plaat
sen voor het verkeer bestaat, welke
vraag B. en W. in haar algemeenheid
niet duidelijk achten, zegt de heer
Groeneveld dat B. en W. toch ook
wel een aantal zeer gevaarlijk: punten
kennen. Bijv, bij de brug-Oosterdijk, en
die by de Looxmagrrr’ voorts de vier
sprong MuntjepleinKruizebroeder-
straat. Men dient wel eens te over
wegen, wat daar gebeuren moet. De heer
Koolmoes wijst op het huis bij de
Lemmerbrug, dat dient weggebroken,
om het verkeer langs het Balthus-
streekje te verbeteren. De V o o r z.
zegt dat men in de sectie dergelijke
punten had moeten noemen, op een al
gemeene vraag in dezen was geen ant
woord mogelijk. Op drukke dagen is er
een verkeersagentbij de Oosterdijksbrug.
De heer Groeneveld: „Eénrichting-
verkeer zou in de Kruizebroederstraat
de oplossing geven”. De V o o r z. zegt
nog dat B. en W. onder de gegeven om
standigheden geen vrijheid hebben ge
vonden het huis bij de Lemmerbrug te
verwijderen; de heer van der Veen
meent dat deze zaak destijds hier be
sproken is in verband met de kwestie
van een nieuwe brug. De V o o r z. Op
het oogenblik is hiervoor geen oplossing.
Geneeskundig schooltoezicht.
In een der secties is de wenschelijkheid
van assistentie van den schoolarts ter
sprake gebracht. De heer van der
Molen meent dat het geneeskundig
schooltoezicht nog niet aan het doel be
antwoordt. Een onderwijzeres heeft spr.
dingen verteld, waarvan hij schrok. Hij
verzoekt dat B. en W. met klem bij dê
commissie, welke namens de samenwer
kende gemeenten de dagelijksche leiding
van dit toezicht heeft, zullen aandringen
op een. assistente van den schoolarts,
die regelmatig toezicht kan houden, De
bedoelde onderwijzeres vertelde ^pr. dat
het op een school was voorgekomen dat
kinderen leden aan een venerische
ziekte, de onderwijzeres ontdekte dat.
De schoolarts komt met te lange tus-
schenpoozen. Het zou gewenscht zijn de
kinderen regelmatig door de assistente
te doen onderzoeken. Het komt meer
malen voor, dat de kinderen naar aan
leiding van een onderzoek een opdracht
mee naar huis krijgen, maar contröle
of die wordt uitgevoerd, ontbreekt.
Mevr. SpaanderKok meent ook
dat deze zaak met groote ernst doon de
commissie en B. en W. moet worden
bekeken. De schoolarts zelf zou assis
tentie zeer op prijs stellen. In Sneek zou
voor haar al voldoende werk zijn. Juist
de contröle in de gezinnen ontbreekt ten
eenenmale. Het geldt hier niet alleen
hygiënisch-medisch maar ook sociaal
werk. De assistente zou dan ook de be
voegdheid als sociaal werkster moeten
bezitten. De V o o r z. zegt dat het on
billijk zou zijn nu al een oordeel te vel
len over een dienst, die, wegens de oor
logsomstandigheden, eigenlijk nog maar
zeer kort eenigszins normaal werkt. De
vraag is maar hoe men de taak van den
schoolarts ziet. De heer v. d. Molen wil
dat hij elk ziektegeval moet constatee-
ren. Doch dat is zijn werk niet. Hij komt
met bepaalde tusschenpoozen de kinde
ren onderzoeken en geeft van gevonden
afwijkingen kennis, gevallen als de heer
V. d. Molen noemde kunnen dus inder
daad voorkomen. Maar de leiding is op
gedragen aan eene commissie, er is
OORLOGSMONUMENT.
’t Zal menigeen aangenaam zijn te
vernemen, dat de beeldhouwer geen
plaats zó geschikt achtte als het Oud
Kerkhof, dat door de rustige sfeer en
omgeving in staat was de kunstenaar de
zo nodige inspiratie te geven.
De Commissie kon niet anders dan
met deze keuze accoord gaan.
Eerlang zal ’t Sneker publiek in de
gelegenheid worden gesteld kennis te
nemen van ’t ontwerp.
Eén der vragen, die nog niet definitief
konden worden beantwoord, betrof
steensoort
Zal ’t een gedenkteken worden
zandsteen, hardsteen of graniet?
Zal 't geschikt zijn om na eeuwen nog
een indruk te geven van „at tijdens de
bezetting is doorgemaakt, of zal ’t dan
alleen uitmunten door zijn ouderdom?
Zal ’t door lijn en kleur en bezielende
gedachte spreken tot tijdgenoot en nage
slacht of zal men er achteloos aan voor
bijgaan
Stadgenoten, ’t is mede door uw ant
woord bij de inzameling van uw bijdra
gen, die deze week plaats heeft, dat de
oplossing van het vraagstuk wordt be
ïnvloed en de kunstenaar in staat ge
steld, z(jn gehele ziel in ’t kunstwerk
te leggen.
j
r
i
.-
e
e
e.
s-
f-