I
c.
Fryslan: juster, hjoed moarn.
Raadsverga dering Wymbritseradeel.
V
-2
Opfeort
Ek skreaun as
de v^e/le
WALOseiN
L.
R.
S.
I
A.
B.
E.
Lening van f 92.000.
Van de tekorten op de gem.begro-
tingen 1941 t.m. 1945 is nog ongedekt
f 91589.95, rond dus f92.000. Momen
teel wordt dit bedrag door opname
van kasgeldleningen gedek*. B. en W.-
stellen thans voor tot dit bedrag een
lening aan te gaan* bij de N.V. Bank
voor Nederlandse gemèenten, looptijd
30 (jaren, rente eerste 10 jaar 3, daar
na 3}4%.
Z. Jh. s. wordt dit voorstel aange
nomen, evenals een voorstel van B.
en W. tot wijziging der begroting
1946. Hierna sluiting.
Staten bestaat geen bezwaar wanneer
dit bedrag, beschikbaar gesteld wordt
en B. en W. stellen voor daartoe over
te gaan.
Z. h. s. wordt dit voorstel aange
nomen.
E. Homminga te Nyland «verzoekt
verhoging van de vergoeding ex. art.
13 der L.O.wet 1920, voor het bezoe
ken van de R. K. scholen te Bols-
ward door zijn leerplichtige kinderen.
Deze vergoeding werd in 1934 bepaald
op f 15.pér leerling per jaar maxi
maal, voor die tijd een redelijk bedrag.
Thans komt echter een abonnement
op de trambus NijlandBolsward v.v.
per jaar op f 84.B. en W. stellen
dan ook voor Honiminga tegemoet te
komen door de vergoeding van f 15.—
tot 25.per jaar te verhogen.
Z. h. s. wordt dit voorstel aange
nomen.
De raadscommissie bestaande uit
de h.h. Waltje, Brandsma. en Boot-
Sma, welke de rekening 1946 van de
Woningstichting in Wymbritseradeel
onderzocht, stelt voor de balans en
verlies- en winstrekening goed te keu
ren en de gevraagde bijdragen nl. een
vaste bijdrage van f 5152.36 en een
extra bijdrage van f 1778.02 tot dek
king van het totaal nadelig saldo over
1946 beschikbaar te stellen. Gezien
het jaarlyks terugkerend exploitatie
tekort, waarvan met reden mag wor-
clen verwacht dat het nog zal stijgen,
betreurt de commissie het dat de mi
nister vorig jaar geen toestemming
gaf tot een alleszins gewettigde ge
ringe verhoging van de woninghuren,
waardoor dit tekort zoy kunnen wor
den gedrukt. Eveneens acht de com
missie de voor deze gemeente gelden
de onderhoudssom van f 30.— -per
woning per jaar te laag. De comrpis-
sie adviseert het bestuur der Wo
ningstichting om zodra dit mogelijk is
bij de betreffende instanties aan te
dringen op goedkeuring tot verho
ging van de woninghuren en de on-
derhoudsnorm. B. en W. stellen voor
overeenkomstig dit advies te beslui
ten.
De heer Gerbrandy zegt als
bestuurslid van de Woningstichting
dat het bestuur inderdaad zijn uiter
ste best zal doen de onderhoudsnorm
verhoogd te krijgen, daar deze ab-
Hitingenschaer.
mylje Hettinga.
Hielden.
Hlottingen wolde. Lei ünder ’e
Hommerts. Ifselde as Lippenwal-
de
Hotthia pond.
Indixstera feit. (Ypdykster fjild).
Janna Camp.
Jarich fem.a.
Jelta sloet. Ek Jolta sloet. Bikcnd
die cleyne land Tol (10 p.m.)
die grote land Tol (12 p.m.)
lege fenne.
M. Meersloeten.
Meije Block.
MoUa slaet.
N. Nije meden.
O. Cleijne Oerd.
Onsalige strengen.
Ottinge fenna.
Remertsma fenr.a, pond ek
Remmertsfenna.
Cleyne Schaer grote Schaer
Slayta slaet
dat Spijkerboer
die Stoeten
stins strengen- (oanwiezing foar
it bistean fan ’e stins)
sylsloet (dit is wol in hiel bisun-
dere namme. Tr svl leit altyd yn
in dyk. Hokker dyk is bidoeld
Sjuch kaert fan Fryslan yn Win-
semius Chronyk).
U. Utema strengen.
W. Wymers. Waessige (—modderige)
Wijmers.
die waerd (stik lan fan 5 p.m.)
die Qlde wyer (19 p.m. finne).
O. SANTÊMA.
Om deze reden hebben B. en W. zich
bereids met' enkele grondeigenaren in
verbinding gesteld. Met uitzondering
van de heer dr. J. E. van Welderen
baron Rengers te IJsbrechtum heb
ben B. en W. deze grondeigenaren be
reid gevonden de in het raam van het
uitbreidingsplan benodigde grond in
der minne tegen een redelijke prys
aan de gemeente in eigendom over te
dragen. Van genoemde eigenaar is
nodig het in het dorp IJsbrechtum ge
legen perceel weiland kad. bek. gem.
Nieuwland, sectie C no, 1015, ter op
pervlakte van 15345 M2. Dit is het
enige in het voor het dorp IJsbrech
tum geldende uitbreidingsplan voor-
koipende perceel grond dat voor wo
ningbouw in aanmerking komt. Een
andere mogelijkheid is hier niet. De
eigenaar is niet genegen het perceel
aan de gemeente in eigendom over te
dragen op grond van bezwaren uit een
oogpunt van landbouwbelang; samen
stelling der bevolking in het dorp en
financiële consequenties van het
bouwrijp maken voor de gemeente.
Naar het oordeel van B. en W. wegen
deze bezwaren gesteld dat zij als
criterium voor het beleid van het ge
meentebestuur op dit terrein aan
vaardbaar zouden zijn niet op tegen
het grote belang dat de gemeente
Voor de behartiging van de* volkshuis
vesting bij dit punt heeft. Aangezien
de gemeentebesturen hebben te zor
gen voor de beschikbaarheid van
bouwterrein, diént een niet te vermij
den onteigeningsprocedure tijdig af
gewikkeld te zijn. Daarom stellen B.
en W. voor een besluit te nemen tot
voorlopige goedkeuring van het plan
tot onteigening van bedoeld perceel.
De heer G. D ij k s t r a zegt dat het
voorstel van B. en W. de schijn Wekt
dat de eigehaar bezwaren heeft land
voor woningbouw af te staan. Dat nu
is niet geheel overeenkomstig de
werkelijkheid. Uit een brief yan de
heer Rengers blijkt, dat deze de ge-
meente wel wil tegenjpetkomen. Spr.
verzoekt de secretaris deze brief voor
te lezen. Uit dit schrijven blykt, dat
de heer Rengers als Nederlander be
zwaar heeft zo’n groot perceel land
als B. en W. wensen, aan de land
bouwproductie te onttrekken, als in
gezeten© van Wijmbritseradeeï meent
schr. dat in verhouding tot het dorp
een te groot complex voor woning
bouw wordt bestemd en als bewoner
van het dorp dat daardoor IJsbrech
tum nog meer op de stad wordt ge
oriënteerd. Schr. is wel bereid een
deel van\het perceel langs de weg
naar Scharnegoutum voor 4 a 6 wo
ningen van het kleinste type af te
staan, er is in IJsbrechtum behoefte
aan dergelijke woningen voor ouden
van dagen. Over de diepte van het af
te stane perceel kan nader overlegd
worden. De heer G. D ij k s t r a con
cludeert uit dit schrijven dat de treer
Rengers wel bereid ‘is terrein af te
staan, deze heeft spr. ook verzekerd,
dat hij etappegewijs wel meer grond
beschikbaar wil stellen, naarmate de
gemeente meer woningen moet bou
wen. Waar de situatie zo is», is er geen
reden voor een onteigeningsprocedure,
want het hele complek land, dat B.
en W. willen kopen, hebben we toch
nu niet nodig, dat zal geen van ons
zelfs beleven. Spr. stelt dus voor het
voorstel van B. en W. niet aan te
nemen en het college uit tte nodigen in
nader overleg met de heer Rengers
te treden. De V o o r z. zegt dat B. en
W. daarvoor geen aanleiding hebben,
zij dienen'uit te maken hoe de straat-
aanleg in een bepaald dorp zal zyn en
niet een particulier. B. en W. willen
een straat aanleggen volgens het uit
breidingsplan en wensen het gehele
perceel nu in het bezit der gemeente
te brengen omdat het volgens dat
plan toch voor bouwterrein is be
stemd en men dan later niet weer bij
de grondeigenaar behoeft aan ^te
kloppen. De heer Gerbrandy is
van dezelfde gedachte als de heer
Dijkstra. Er is in alle dorpen behoefte
aan woningen, maar in IJsbrechtum
is zeker niet zoveel bouwterrein no
dig a’s B. en W. nu willen. IJsbrech
tum wordt wat de woningnood be
treft ook al ontlast door de bouw van
het grote aantal woningen te IJs
brechtum. Men denke er ook aw dat
Sneek zyn uitbreidingsplan in de rich
ting van IJsbrechtum heeft ontwor
pen, bouwt men veel in IJsbrechtum
zelf, dan komt men te dicht bij dè
stad; bovendien zal bouw van vele
woningen in IJsbrechtum. indirect er
toe leiden dat mensen worden gehol
pen, die in Sneek hun werk hebben,
evenals dat in Scharnegoutum het
geval is. Veel bouwterrein in IJs
brechtum schept een dwangpositie
voor dat dorp, zoals dié er ook was
voor Scharnegoutum, als de gemeente
dan plotseling bouwvolume krijgt toe
gewezen, en elders nog geen terrein
heeft, gaat men maar in zo’n dorp
bouwen. Wy moeten er op uit zyn in
alle dorpen betrekkelyk kleine ter
reinen te hebben, zodat we overal wat
woningen kunnen neerzetten. De
V o or z. kan slechts herhalen wat hij
reeds vaker gezegd heeft, het is niet
de bedoeling dergelijké terreinen di
rect vol te bouwen, dat gaat geleide
lijk, maar men moet systematisch
bouwen en volgens het uitbreidings
plan en dan is het gewenst direct alle
terrein ter beschikking te hebben.
Wat de onteigeningskwestie betreft,
elke gemeente moet volgens de wo-
voorstel nu aangenomen.
Aankoop bouwterrein te Oppen
huizen en Jutrijp.
Onteigeningsprocedure tegen
de. Kerkvoogdij te Jutryp.
B. en W. hebben getracht om, ten
einde ook in 1948 en volgende jaren
woningen te bouwen of te doen bou
wen, in verschillende dorpen als Op
penhuizen, Jutrijp, Heeg, Woudsend
en IJsbrechtum nieuw bouwterrein te
verkrqgen en wel zodanig terrein dat
volgens het uitbreidingsplan het eerst
voor bebouwing in aanmerking komt.
De aan te kopen terreinen willen B.
en W. in een grondbedrijf onderbren
gen, waaromtrent in een volgende
vergadering nadere voorstellen zullen t
worden gedaan. Van de kerkvoogdij
der Ned. Herv. Gem. te Oppenhuizen
stellen B. en W. voor aart te kopen
totaal 14100 M2, grond voor f 5250, of
f 0.37 per M2, waarmede genoegen
CONGRES VAN DANSLERAREN.
Vorige week vond in Huize Maas
te Groningen gedurende 3 dagen het
gewestelijk congres var de Neder
landse Bond van Dansleraren plaats
voor de noordelijke provincies. Door
middel van een instructeur werd de
dansleraren weer nieuw les- en stu
diemateriaal aangeboden, o.a. een een-
heidslesprogramma en methode voor
Tango. Op een gehouden propagan-
da-avond, bijgewoond door enige au
toriteiten en pers, werden zgn. team
matches gehouden tussen 8 Noorde
lijke en 8 Oostelijke paren (uit Gel
derland en Overysel) als onderdeel
van wedstrijden tussen Noord-Oost en
Zuid. Deze eerste teammatches in het
noorden des lands werden mede door
gebrek aan wedstrijd-routine der
noordelijke dansleraren gewonnen
door Oost, dat in het bezit kwam van
een zjlveren wisselbeker. Nadien vond
nog een succesyolle demonstratie
plaats van oude dansen. Deze avond,
die bjj 't talrijke publiek uitstekend in
de smaak viel en waar de wedstrijden
en demonstraties zeer veel bijval
oogstten, stond cultureel op hoog peil
en toonde dat,dansen nóg iets anders
kan zijn, dan wat wij vaak zien. Het
heeft tevens geleid tot vorming van
e; i Fries trainings 'tram, waaruit
een Fries team kan worden gevormd
om de naam van Friesland ook op djt
srebied hoos te houden.
sleat. Sjuch kaertsje. Hjir leine
de nije meden).
Boernwer.
Bregwer (stikje l&n, dêr ’t de
brêge op lei dy’t Smelbrêge syn
namme jown hat).
die Campen.
Ee (bikend).
Eegrafft.
de greate „Es”.
„grote S”.
Hettingen schaer. Ek skreaun as
Nei de eale fa-
ningwet een uitbreidingsplan hebben
en aan de hand daarvan de bebouwing
doen geschieden. Daarvoor moet men
dan ook terreinen beschikbaar heb
ben en op grond daarvan kan de ont
eigeningsprocedure ook in dit geval
zeker toegepast. De heer G. D ij k-
s t r a zegt dat dit misschien ogen
schijnlijk zo is maar hier betreft het
een eigenaar die wel bereid is terrein
af te ètaan' in het raam van het uit
breidingsplan. Spr. ziet niet ip dat we
•een zo groot terrein als B. en W.
willen, nodig zullen hebben, tenzij we
de woningen vol Snekers willen stop
pen. Laat men nu toch eerst nog eens
met de heer Rengers overleggen. De
V o o r z. merkt nog op dat het argu
ment van de heer Rengers dat zo’n
groot terrein aan de landbouwpro
ductie wordt onttrokken, niet opgaat,
want slechts een klein deel wordt dit
reet bebouwd, de rest kan de ge
meente even goed als de tegenwoor
dige eigenaar voor de landbouwpro-
ductie beschikbaar stellen. De raad is
echter souverein en moet tenslotte
uitmaken wat er zal dienen te gebeu
ren. De heer G. Dykstra als het
hele terrein onteigend wordt, wórdt
dan de hele straat direct aangelegd?
De V o o r z. dat is niet de bedoe
ling. De heer G. Dykstra: dat is
dan een argument te meer om niet_al-
les te nemen maar nu met een perceel
geschikt voor 6 woningen genoegen te
nemen. De Voor z. dat is toch niet
de gangbare procedure, men neemt
een geheel complex terrein en be
bouwt het gaandeweg; dan heeft men
later niets meer met de grondeige
naars te maken. De heer Brand-
s m a zou het voorstel van B. en W.
willen aanhouden en B. en W. willen
uitnodigen nog eens met de heer Ren
gers te spreken. Ook hij is niet over
tuigd, dat B. en W. de juiste weg in
slaan. Wethouder H o f s t r a zegt
dat het niet de bedoeling is het hele
terrein direct te bebouwen, dat zal
gaandeweg gaan. Overigens verandert
er niets, het terrein dat niet direct
nodig is wordt ook weer verhuurd.
We kunnen nu wel weer met de heer
Rengers overleggen, maar spr. ziet
daar niet veel heil in. Wanneer we nu
een klein deel krijgen, moeten we tel
kens weer terugkomen en de ervaring
heeft ons geleerd dat in het algemeen
als men bij de eigenaars komt en het
blijkt dat het voor dit doel gaat men
de hoogste prijs vraagt. Daarom is
het aanlokkelijk nu direct het hele
terrein te nemen. De heer Rengers
zal wel opnieuw tegen ons zeggen:
„bouw tehuizen voor ouden van dagen
en de woningnood is opgelost”. De
heer Gerbrandy is evenmin over
tuigd als de heer Brandsma, hy acht
zo’n groot terrein niet nodig, vooral
niet nu Sneek zo dicht bij ÏJsbreclj-
tum ligt. De heer Jongstra is het
daarmee eens, laten B. en W. dit
voorstel terugnemen en overleggen
met de heer Rengers. Wethouder
J o u w s m a gelooft niet dat dit
overleg veel zal opleveren, de heer
Rengers wil alleen woningen doen
bouwen in het verlengde vaA de be-
staande. De V o o r z. is echter van
mening, dat gehoord de stemming in
de raad, B. en W. het beste doen dit
voorstel Van de agenda af te voeren,
ofschoon het hem niet goed toelijkt.
Men kan dan nader overleggen met
de heer .Rengers. Z. h. s. aldus be
sloten.
bisit. It wie 35 p.m. De pastoar fan
Smelbrêge barde üt dy kleasterlannen
2 „klinkerden” (2 maal f0,02!/2) en
1 „klinkend” „toe die lamp in die
Kërcke voer dat heilige Sacrament
toe barnen”. Dat' wol dus sizze, de
pastoar kocht foar dy botsen(s)
waeks of kjersen om dy barne to lif
ten yn ’e doarpstsjerke ,foar it kastke
of alter, dêr ’t de hosty yn biwarre
waerd.
Hwat my opfalt is dit It Walds-
einder kleaster, ek ien fan ’e Karme-
liter oarder, hat hjir hielendal gjin
eigendommen, wylst datj.it dochs tich-
teby lei.
E. lerdrykskundige nammen yn 1511
to Smelbrêge
Lit ik dit artikel bislute mei in
rychje fan ierdykskundige nammen
üt 1511. Miskien binne der noch guon
fan oerbleaun, hwac ik dan hiel
graech witte wol.
Aetinge fenne (ek Oetinge fenne)
Anjuga schaer.
Baekingestreng Beuken-
string misstavering Baetinga
streng).
Bocka. 3 ponden.
Boemschaer (by de tsjinw. Boom-
Vergadering van de raad der ge
meente Wymbritseradeel op Zaterdag
12 Juli 1947, 's voorm. 10 uur.
Voorzitter de heer F. Tjaberings,
burgemeester.
Secretaris de heer K. Visser.
Aanwezig 13 leden. Afwezig de h.h.
Brouwer en van Gooi.
Nadat de vergadering op de ge
bruikelijke wijze is geopend worden de
notulen van 2 Juni j.l. op advies der
commissie, bestaande uit de h.h. Boot-
sma, Brandsma en Brouwer onveran
derd vastgesteld.
De nieuwe commissie- bestaat uit de
h.h. P. Dykstra, Gerbrandy en Jong
stra.
Bij het punt ingekomen stukken
worden enige resoluties van Ged. St.
tot goedkeuring van raadsbesluiten
op voorstel van B. en W. voor ken
nisgeving aangenomen. Idem een
schrijven van het Ministerie van O.,
K. en W. meldende dat de oprichting
en instandhouding van een landbouw-
huishoudcursus in deze gemeente, uit
gaande van de Aartsdiocesane R.K.
Boeren- en Tuindersbond is goedge
keurd. Idem een schrijven van de
Broederschap van Ontvangers van ge
meenten in Nederland betreffende
dit centralisatie van kasbeheer, daar er
in deze gemeente geen bedrijven zijn.
Op verzoek van Ged. St. wofden
enkele redactionele wijzigingen in de
nieuwe leges-verordening aange
bracht. De heer J. Valkema te Oude-
ga (W.) bedankt wegens drukke
werkzaamheden als lid van de plaat
selijke commissie Van toezicht op het
L. O., welke mededeling voor kennis
geving wordt aangenomen. Daar P.
J. de Haas té Oudega (W.) heeft be
dankt voor het dichtzet in de Bols-
warder vaart wordt op diens daartoe
gedaan verzoek en op voorstel van B.
en W. dit diphtzet onder gelijke voor
waarden nu verpacht aan Minze v. d.
Veen te Abbega.
Benoeming concierge-bode.
Aan de orde was vervolgens de be
noeming van een concierge-bode in
het gemeentehuis, waarvoor zich 75
gegadigden aanmeldden. B. en W.
leggen de volgende alfabetische aan
beveling over: 1. M. v. d. Meer, land
arbeider, Oppenhuizen2. G. Reitsma-,
koster N. H. Gemeente Oppenhuizensoluut te Jaag is. Z. h. s. wordt het
3. J. H. Snellenburg, rechercheur P.
R.A. te Scharnegoutum. De benoe
ming geschiedt met ingang van een
door B. en' W. te bepalen datum
aan te houden op 1 Oct. a.s. met
een proeftyd van 1 jaar.
De openbare vergadering wordt ge
schorst. Na heropening wórdt met 9
st. benoemd de hr. Reitsma; de h.h.
v. d. Meer en Snellenburg verwierven
elk 2 st.
De besturen der byzondere scholen
te Hommerts verzoeken een vergoe
ding wegens huur voor het sportter
rein aldaar ten behoeve van het on
derwijs in lichamelijke oefening. Deze
besturen vragen een bedrag van
f 200.de inspecteur van het L.O.
adviseert het verzoek in te willigen
tot een bedrag van f 125.nl. f 1.—-
per leerling per jaar, dat als regel
voldoende kan worden geacht en
waardoor lijn in deze vergoedingen
wordt gebracht. Deze scholen telden
op 16 April 111 leerlingen. Bij Ged. kan worden genomen uit overweging,
dat het aan te kopen land een waar
devolle „finne” vlak voor de betrok
ken boerderij is. De terreinen zijn ge
legen ten zuiden van het betonpad,
nevens de boerderij van de heer G. F.
Atsma.
Het ligt ook in de bedoeling in 1948
zo mogel(jk in Jutrijp woningen te
bouwen. Volgens het uitbreidingsplan
komen in dit dorp voor bebouwing het
eerst in aanmerking terreinen thans
als weiland in eigendom behorende
aan de Ned. Herv. Kerkvoogdy, S.
Wittermans en A. P. Nauta beide vee
houders te Jutryp. De beide laatste
heren hebben zich bereid verklaard
een perceel aan de gemeente te ver
kopen, van de kerkvoogdij zyn B. en
W. nog bericht wachtende.
B. en W. stellen voor van de heer S.
J. Wittermans aan te kopen voor
f 0.50" per M2 een deel van een perceel
land groot plm. 1200 M2 te beschou
wen als erf, hetgeen tevens de hogere
prys verklaart; en van de heer A. P.
Nauta een perceel weiland groot plm.
4.1 'pdm. voor de ronde som van
f 5000.Met de overige grondeige
naren zyn de besprekingen nog niet
beëindigd. In een volgende vergade
ring hopen B. en W. opnieuw met
voorstellen betreffende de grondaan
koop by de raad te komen.
De'heer Jongstra vraagt of het
de bedoeling is dat alle aan te kopen
grond direct bouwrijp zal worden ge
maakt, dat zal als de grond moet
aangevoerd veel kosten, tenzij het ter
rein kan worden opgespoten. De
V o o r z. antwoordt dat als men kans
krijgt de terreinen op te spuiten dl les
direct za' geschieden; anders worden
alleen die terreinen bouwrijp ge
maakt, welke men direct nodig heeft.
Van de kerkvoogdij te Jutrijp is nu
bericht ontvangen; dat men het land
wenst te verkopen voor 1.per M2.
B. en W. hebben in een conferentie
met de kerkvoogden meegedeeld, dat
zy bereid waren 35 ct. per M2, te be
talen, wat de heer Nauta ook krijgt.
In 1940 was deze kwestie ook aan de
orde en nam de kerkvoogdij genoegen
met 0.35, de prijs mag niet hoger
zyn. dan 9 Mei 1940/ dus waren B. en
W. aan 0.35 ook gebonden, zij heb
ben geen vrijheid gevonden op de
vraagprijs in te gaan en hebben kern
voogden meegedeeld, dat 0.35 hun
uiterste piijs was en gevraagd of
kerkvoogden daarmee accoord gin
gen. Antwoord was verzocht tegen
vanochtend voor de raadsvergadering,
omdat B en W. de raad anders wil
den voorstellen deze grond via een
onteigeningsprocedure voor de ge
meente te verwerven. Nu er geen ant
woord is gekomen, stellen B. en W
dus voor tot het laatste te besluiten.
De heer Jongstra vraagt of de
Kerkvoogdij ook een reden voor
de vraagprijs heeft genoemd. De
V o o r z. antwoordt ontkennend. De
heer Gerbrandy acht de liggmg
van alle in het voorstel van B. en W.
genoemde percelen geschikt voor wo
ningbouw, maar de terreinen liggen
zo laag, dat de ophoging kostbaar zal
zijn en te Oppenhuizen als het om op-
spuiting gaat, ook erg moeilijk zal
zijn. Maar te Oppenhuizen is anders
ook geen geschikt terrein aanwezig,
misschien wel in Uitwellingerga, maar
spr. geeft voor woningbouw de voor
keur aan Oppenhuizen boven Uitwel-
lingerga. De heer Brandsma vindt
de aan te kopen percelen nogal groot;
is het niet mogelijk slechts de helft te
kopen, dan heeft men toch voldoende
terrein voor de eerste jaren. Wij zijn
er immers ook nog niet, ook elders
moet land voor het bouwen van wo
ningen aangekocht worden. In Blauw
huis is ook grote behoefte .aan wonin
gen, tech vindt spr. dit dorp niet in
het voorstel van B. en W. genoemd.
Willen zfl ook daaraan aandacht
schenken De V. o o r z. Aankoop
van slechts kleine percelen brengt
moeilijkheden mede. Het is in de
praktijk altijd zo, dat als een gemeente
een uitbreidingsplan heeft uitge
werkt, getracht wordt de terreinen,
welke voor woningbouw en straataan-
leg bestemd zijn, in handen te krijgen.
Dan behoeft men niet steeds weer met
grondeigenaren te onderhandelen. B.
en W. stellen zich- voor een grond
bedrijf in te richten, dat maakt de
exploitatie overzichtelijker. Blauwhuis
is zeker een der dorpen, waar be
hoefte is aan woningen. B. en W.
trachten ook daar grond te krijgen. De
heer O s i n g a vindt de opzet ook
wel wat groot, in Jutrijp zou men
veel voordeliger kunnen bouwen op
een kleiner terrein aan de oostkant
van de weg. De V o o r z. antwoordt,
dat daar een of andere particulier
heel geschikt iets bouwen kan, de ge
meente moet echter systematisch bou
wen, d. w. z. complexen woningen en
in ieder geval direct de tefreinen be
zitten, waarop deze gaandeweg kun
nen verrijzen. Het voorstel van B. en
W. wordt alsnu z. h. s. aangenomen
en B. en W. worden tevens gemach
tigd ten aanzien van het betrokken
perceel land der Kervoogdij te Jutryp
voorbereidende maatregelen voor een
onteigeningsprocedure te treffen.
Onteigening te IJsbrechtum.
B. en W. stellen voor een besluit
tot voorlopige goedkeuring van een
plan tot onteigening van grond voor
bouwterrein te IJsbrechtum te nemen.
Het mag niet voorkomen dat de wo
ningbouw straks stagnatie ondervindt
doordat geen grond beschikbaar is.
Ut ’e skiednis fan in lyts doarpke yn
Wymbritseradlel Bütendyks.
4.
A. Noch in stikje politike skiednis
fan Smelbrêge.
Yn it foargeande artikel binne wy
eindige mei to fortellen, dat yn 1459
Smelbrêge syn stins Hepka-hüs
neamd, troch Haring Donia mei syn
„soldaten” ynnommen wie en ütfal-
poarte waerd nei alle wynstreken. Dit
feit hat it lytse doarpke tg in sin
tram makke yn dy dagen, hwêr ’t de
biwenners fêst net sa tige mei yn-
naem wiene. Doe 't de kriichsfeinten
fan Haring Donia lang om let de stins
fan de fornaémste biwenner fan it
doarp forlieten om ’t Douwe Sjaerda
fan Frjentsjer Sjirk Donia, in broer
fan Haring, losliet, op bitingst; dat
Haring fan Hepka-hüs öfsjen soe, doe
sille de Smelbregsters dêr neat net
rouwich om west hawwe.
Under de stêd Grins.
De ünrêstige 15e ieu bringt nést
yLlünske oarloch c’t d driging fan in
bütenlanske fijan. Der heart yn de
léste jierren fan 1400 Jjinammen ta
de stêd Grins, dy’t syn ekonomyske
en net to forjitten politike ynfloed
lans de wei fan militaire maetregels
bisiket to fêstigjen. Yn 1496 is dy
stêd syn macht oer it Westerlauwersk
Fryslan sa great, dat hiel Oostergoa
en in great part fan Westergoa nei
syn pipen dounsje moatte. Wymbrit-
seradiel b.g. jowt him de 20e April
mei de stêd Snits en Snitser Fiifgea
(de doarpen Skearnegoutum, Loaijin-
gea, Goaijinga, Offenwier en Gau)
sunder reServe oan ’e Rie en boarge-
mesters fan Grins- oer. De measte
plakken en plakjes yn de griteny bi-
tsjüge boppedat nochris apart of mei
in pear oare doarpkes yn ’e mande
dat hja it boun mei Grins oannimme.
Sa lés ik ek, dat der yn it Grinzer
Arehyf in stik wêze moat, dêr ’t yn
stiet, 'dat Smalebrugge, Yp-
k o 1 de g e a en Yndyk mei har
tryen har deljowe ünder de Grinzer
hearskippy.
C. It Register van den Aanbreng fan
1511 en Smelbrêge.
Ik ha hjir'en dêr alris sein, dat
Wymbritseradlel yn it Register
van den Aanbreng fan 1511 in
büiengewoan rike boarne’foar de ken-
nisse fan it gea bij de ütgóng fan ’e
Midsieuwen bisit. Sa kin men mei bi-
help fan de feiten, Smelbrêge oanbi-
langjend en biskreaun yn dit wurk,
hiel hwat bisünderheden oer
doarpke oan ’e weet komme.
Ik ha mij de muoite nommen, dy
bisünderheden der üt op to sykjen en
jow seQijir wer.
D. Alderearst dan oer de pleatsen
(better sein pleatskes)
fan Sm. yn dy dagen. Der wurdé
t r e 11 s j i n neamd, en dêr is ek by
it pastor ij-h s, dat ek gelegen
heid jown hat om kij op stal to set-
ten. Men hoecht hjir neat net frjemd
fan op to sjen, hwant in buorkjende
pastoar kaem yn ’e 16e ieu faek ge-
noch foar. De spullen wiene yn ’t
miene mar och sa lyts. De greatens
(ik bidoel it oantal pounsmjitten by
d*' pleats) fariearde fan 6 óant 45%
p.m. Meielkoar lei der 317 p.m. ünder
it rjuchtsgebiet fan it doarp en as
men der 13 op deelt, dan krijt men in
gemiddelde greatens fan likernóch
24% p.m.
Fan dy bidriuwen wiene 7 e i n-
ierde en6hierpleatsen, in
forhalding dy’t lang net min is as
men b.g. ris sjucht nei doarpen as
Skearnegoutum en Nylan, dêr hast
gjin einierde boeren foarkamen.
De pastoar fan Sm. hjitte Hear
„Fetthia”. Hy brükte 312/i2 p.m. Ian
by syn buorkerij; it lei meast oan ’e
Wimerts en ’e Ee. Fjirders wol ik de
neisieten fan Hepka noch neame, dy’t
fjouwer pleatsen bisieten n.l. in
pleats fan 4.5V2, de greatste fan ’t
doarp (eig. Fleyka Hepka z);
ien fan 34’/^, hwerby I6I/2 hierd (eig.
O b b a H e p k a z)ien fan 36 p.m.
(eig. Hepka Sijwrdz, mar der seis net
op wenne)ien fan 2' p.m. („Ffeyka
Hepkaz., sjuch boppe, dy’t him for-
hierde). It slachte fan Hepka hie dus
126 p.m. yn eigendom, hwat ganS mear
as in tredde is fan it totael. It feit
lykwols dat it oer fjouwer sibben for-
dield wie, bihoede dit doarp foar in
monopoalje-posity fan ien. forname
famylje, mei alle kweade gefolgen
dêrfan.
Ek in kleaster, nl. it Karmeliter
kleaster fan Dr.vlst hie in pleatske yn
4»
o
X