I I I I 1 Officieel Orgaan van de gemeenten SNEEK, WYMBRITSERADEEL en IJLST Nieuwe oudheidkundige vondsten uit Sneker bodem Uitvoering van de soc. verzekeringswetten in de landbouw vereenvoudigd I i 5e JAARGANG Noll DINSDAG 7 FEBRUARI 1950 10 L KIEZEBRINK 572 Het Nut Feestavond A.N.G.B. s. Wie er uit Indonesië naar huis komen Fries als literaire taal officieel erkend Boringen naar olie in Friesland Marva’s naar Indonesië alleen op eigen verzoek j KLEINZAND 7 - Telef. 2872 Tekenen van vroeg voorjaar De bedrijfsverenigingen ingeschakeld Os Zaborsky Gevonden voorwerpen Wymbritseradeel Oud stadgenoot gepromoveerd Benoemd ---= Het Sneeker Nieuwsblad is een gecombineerde uitgave van NIEUWE SNEEKER COURANT, SNEEKER COURANT en DRIJFHOUTS NIEUWSBLAD Chr. Bond van Transport- en Fabrieksarbeiders Redacteur: f II i i Maar ditmsal waren ze gebruikt om er Ook in de Z.W.hoek? Te Friese Palen, aan de grens tussen Friesland en Groningen, worden enige boortorens gebouwd, waarmee de Ne derlandse Aardoliemaatschappij proef boringen zal verrichten. Aan de hand van de resultaten van enige onderzoe kingen heeft men enkele plaatsen in Friesland, waarbij men ook de Zuid westhoek noemt, aangewezen voor een nauwkeurig onderzoek naar mogelijke oliebronnen. Advertentieprijs 15 ct. per m.m. Bij contract (handelsadv.) lager. Abonnementsprijs I 2.50 per half jaar. Franco per post I 3.75 per half jaar. Giro 50748 ten name van Firma E. J. Drijfhout, Sneek. men ijet- •der rote i de de laar dds- aeer van laar we laar i de :heel ^aar der Aan Adr. Volkers Maatschappij tot het uitvoeren van openbare werken n.v., gevestigd te Sliedrecht, is opgedragen het op diepte brengen van de uitmon ding van de Solent bij Southampton. De Times schreef dezer dagen, dat het hier betrof het grootste baggerwerk, dat ooit in Engeland aan een buitenlandse firma werd opgedragen. Het is een werk van ruim ƒ6.500.000 en de tijdsduur wordt geschat op ruim twee jaar. be- feit dit het jen, lar, een lies Verschijnt: DINSDAGS en VRIJDAGS. Administratie Comb. Drijfhout-Kiezebrink Co. Kantoor: GROOTZAND 55 Telefoon 3005 (K 5150) )ben een ioen aar- iing af- ima. sjes, der leu- jste, aas. uit- djes van •aag ge was .om- urig het een bill Redactie-adres ie k e Ka sten yer- vist aad zijn en tijd ons ge- I is fde tei- ne- aar al ga- Veg tel- >er- eker 'dag ring ■am- alle d Ifs, en- die en rij- ooi Men meldt ons dat dezer dagen bij de secretaris der plaatselijke pluimvee, en konijnenfokvereniging, de heer M. Bos ma, de eerste kuikens zijn geboren, wel ke op natuurlijke wijze zijn uitgebroed. De moeder met de twaalf kleintjes ma ken het zeer goed. OPPENHUIZEN. Bij de heer Hendrik Oppenhuis alhier zijn Zondag 29 Januari bij een vorst van 10 graden 8 kuikens geboren. Kloek en kinderen maken het best. De vlagofficier-personeel van de K.M. heeft beslist dat voor dienst in Indo nesië alleen in aanmerking zullen komen Marva’s met een „mobiel contract”, die de wens om uitgezonden te worden daartoe kenbaar maken. Men zal dus niet overgaan, zoals aanvankelijk werd gemeld en van bevoegde zijde bevestigd, tot aanwijzing van Marva’s met een „mobiel contract” zonder dat zij een verzoek tot uitzending hebben inge diend. In overleg met de Provinciale Con- tact-Commissie, gevormd door de Stich ting voor de Landbouw, de Bedrijfsver enigingen en het Bedrijfspensioenfonds, hielden de Kriten IV en V van de Stich ting van de Landbouw Donderdagmor gen een vergadering in de bovenzaal van Hotel Hanenburg alhier. In deze druk bezochte bijeenkomst, waarbij ook aanwezig waren de heren Ir. IJ. Kooistra, Mr. M. Cuperus en W. Struiksma, resp. voorz. van de bovenge noemde commissie en vertegenwoordiger van de Bedrijfsverenigingen, secretaris der Stichting voor de Landtbouw en In specteur van het Pensioenfonds, die in ’t bijzonder door de voorzitter, de heer G. M. Gerbrandij te Nijland, werden verwel komd, hield eerstgenoemde een inleiding over vereenvoudiging op het terrein der Soiale Verzekering. De classis Sneek van de Geref. Ker ken in Nederland, gesteund door de de- putaten van de part, synode van Fries- land-Zuid, heeft in haar vergadering van 1 Februari 1950 toegelaten tot de dienst des Woords en der Sacramenten in de Geref. Kerken in Nederland ds. J. A. I. Zaborszky, voorheen predikant bij de Herv. Geref. Kerk te Paks in Hon garije, thans wonende in Sneek, Groot- zand 44, aldus meldt het Friesch Dag blad. Op advies van classis en deputa- ten voomoemd, zal ds. Zaborszky zich niet beroepbaar stellen voor 1 Aug. a.s. opdat hij tijd zal hebben zich in het ker kelijk leven in ons land te oriënteren en de moeilijkheden, die er voor hem nog in onze taal liggen, te overwinnen. paar nieuwe kinderklompsokken, Postcommandant te Woudsend; 1 nijp tang, Lammert de Jong te Woudsend; 1 beurs met inhoud, Henstra, smederij te Nijezijl; 1 paar donkerblauw gebreide herenwanten, D. Dijkstra, 88 te Hom- merts; bl. dameshandschoenen, M. v. d. Velde, Hommerts 134. DE VESDRE STUWDAM BIJ. EUPEN IN BELGIE GEREED. Zaterdagochtend werd de stuwdam, het grootste waterbouwkundig in België, door de Prins Regent in gebruik gesteld. In noodgevallen kunnen in de stuwdam de sluizen worden in dienst gesteld en komt het water in de beek op de voorgrond. de een net op aak de iwe Uit wijde omtrek zelfs Drachten was door een aantal leden vertegenwoor digd waren de grafische werkers Donderdagavond naar Sneek gekomen om met hun Sneker makkers feest te vieren. Het is er gezellig toegegaan, trouwens we hadden niet anders ver wacht, want de faam, die het bekende Elly Rexon en Charles Aerts’ ensemble zich reeds door de radio had verworven, vormde een voldoende waarborg voor een goed gevulde zaal en een uitstekend programma. Het was kleinkunst van prima gehalte, wat dit gezelschap voor het voetlicht bracht en de vijf mede werkenden dec’ n in prestatie weinig voor elkaar onder. Dan blijft alleen de vraag, waar men het meeste van houdt. Van de prachtige zang van Elly Rexon en Charles Aerts, van de grappen en grollen van de onbetaalbare komiek Syl vain Poons wat was onze filmartist weer meesterlijk in zijn creatie als school meester van de uitstekende conferen ce van Cees de Lange of van de grote kwaliteiten die Tonny Schifferstein als pianist bezit. Bij de aanvang had voorzitter P. v. d. Veen alle aanwezigen, maar speciaal de leden van buiten en de vertegenwoordi gers van de bevriende organisaties een hartelijk welkom toegeroepen, terwijl de Bondsvoorzitter, de heer Staphorsius, een kort propagandistisch woord sprak en aan een aantal leden het insigne met oorkonde voor het 25-jarig lidmaatschap uitreikte. Daarbij drong hij er bij de jeugd op aan de voetsporen van deze ouderen te drukken. Aan de Gem. Universiteit te Amster dam is bevorderd tot doctor in de ge neeskunde op proefschrift, getiteld: „De betekenis van malaria voor kinderen en de waarde van het miltonderzoek voor de malariabestrijding” onze vroegere stadgenoot de heer H. R. v. Noort. De heer v. Noort is thans schoolarts te Zaandam, Benoemd tot onderwijzeres aan de Koningin Emmaschool te Sneek, mej. W. y. Renema, te Scharnegoutum, thans trjdelijk werkzaam aan de Chr. Nat. School te Veejiwouden. Max Croiset in Schnitzlers „Spel in de Ochtendschemering”. Het genre dat Max Croiset brengt is spelen en voordragen tegelijk, een kunst uiting, welke meer dan de simpele voor dracht, de hele persoonlijkheid van de kunstenaar opeist, maar hij krijgt dan ook de gelegenheid zijn talent ten volle te ontplooien en zijn publiek van de rijk dom er van te overtuigen. Dat was overigens hier te Sneek niet meer no dig, want dank zij het dept. Sneek van het Nut, had het publiek al vaker gele genheid te genieten van Croisets uitzon derlijk meesterschap, dat Donderdag avond opnieuw bleek in zijn vertolking van Arthur Schnitzlers „Spel in de Och tendschemering”. Een spel dat in Croi sets weergave ons werkelijk deed mee beleven de laatste uren van het aardse bestaan van een schneidige luitenant van het Oostenrijkse K. und K. leger, die, meegesleept door de hartstocht voor het spel, een klein vermogen ver liest en, niet in staat de ereschuld af te doen, dus bedreigd met ontslag uit de dienst, zich tot een vroeger vriendinne tje, nu de vrouw van zijn oom, wendt om hulp, en die, als deze raadselachtige figuur ten slotte niet bereid schijnt die te verlenen, met een kogel uit zijn re volver een eind aan zijn leven maakt. Een paar uur lang heeft Croiset ons in de ban van zijn machtig talent en in de waarlijk beklemmende sfeer van het onafwendbaar lot dat zich over deze of ficier voltrekt gevangen gehouden, en ons doen doorleven het gehele gamma van emoties, dat door deze jonge levens genieter heengaat, van zijn hartstochte lijke overgave aan het spel, dat met wisselende kansen verloopt prachtig uitgebeeld was dattot het trieste einde, dat de luitenant verloste uit zijn kwellingen en ook voor het publiek als een bevrijding kwam, zo had Croisets magistrale vertolking, die ook recht deed aan de bijfiguren, het geboeid. Het zaaltje van Kingma was bijna te klein om al de bezoekers te bevatten, dat leek nu misschien wel aardig voor het Nut, maar moest een kunstenaar als Croiset eigenlijk niet kunnen rekenen op een veel grotere en dan ook geheel bezette zaal? De volgende personen komen thuis met de troepentransportschepen Cheshire en Tabinta en het passagiersschip Dor- sethshire, resp. van Tandjong Priok 21 Jan., 23 Jan. en 21 Jan. vertrokken en vermoedelijk resp. aankomende te Rot terdam 18 Februari en te Amsterdam 19 Febr. en 25 Februari Per Cheshire van het le Mitr. Bat. korporaal F. Abma, Oudega (W!) 166A soldaat P. Heemstra, le Frittemahoven- straat 1; sergeant D. Hofman, Lutke- wierum 39; van 44 R.I., sergeant C. H. Hoogstra, 2e Frittemahovenstr. 3. Per Tabinta van 314 R.I., korpo raal J. Brattinga, Woudsend, Eewal 229; korporaal J. Stoffelsma, Monnikstr. 8, Sneek; van 4—4 R.I., korporaal F. J. Verbeek, Oudega (W.) 114; van 49 R.I., korporaal G. v. d. Wal, Sneek, Zuid- end 23; van 4—1 R.I., soldaat S. Wier sma, Oudega Dorpsstraat 95; van 49 R.I., soldaa’ M. Winia, Tirns 18. Per Dorsetshire geen voor deze om geving bestemd. 1 Mei 1923 is een datum, die voor de gehele sociale verzekering van groot belang is, aldus ving spreker het korte historisch over zicht aan, waarmee hij zijn inleiding begon. Op die datum trad nl. de Land- en Tuin bouw Ongevallenwet in werking, bij de uitvoering waarvan toen voor het eerst de bedrijfsvereniging werd betrokken. De eerste jaren daarna kenmerkten zich door een periode van strijd tussen de bedrijfsverenigingen, maar gelukkig duurde dat niet lang en kwam er samen werking in de vorm van een commissie van overleg uit de verschillende orga nen (acht vertegenwoordigers van de werknemersorganisaties en acht direc teuren) voor in de plaats, welke com missie geregeld bijeen kwam om de be langen van leden, in ’t bijzonder die van de boeren en arbeiders, te bespreken. In 1947 kwam de vraag op of het niet beter zou zijn inplaats van de acht be drijfsverenigingen tot één bedrijfsver. voor de landbouw te komen, vooral in verband met de op handen zijnde werk loosheidsverzekering, waarvan de uit voering voor alle bedrijfstakken in han den van één bedrijfsvereniging gelegd zal worden. Een nieuw orgaan, belast met de uitvoering van de werkloosheids wet achtte men nl. niet nodig, en boven dien erg ondoelmatig. In September 1949 was het reeds zo ver dat tot oprichting van die éne bedrijfsvereniging kon wor den besloten. De bestaande soc. verze keringswetten maakten het wel noodza kelijk dat er twee verenigingen werden opgericht (bij de landbouw-ongevallen- wet hebben we nl. te maken met een werkgeversorganisatie, terwijl de ziek tewet gebaseerd is op werkgevers- en werknemersorganisaties) maar in feite is er maar één bedrijfsver. omdat in bei de besturen, alsook in de bestuursraad, dezelfde personen zitting hebben. Deze besturen bestaan uit de zes standsorga- nisaties. In 1947 kwam ook de vereenvoudiging van de soc. verzekeringswetten naar vo ren, en daarom wordt thans getracht in elke krite één apparaat te krijgen, waar mee de boeren en de arbeiders voortaan te maken zullen krijgen. Voor dit doel is samenwerking gezocht en verkregen met de Stichting van de Landbouw, met als resultaat dat in iedere provincie een provinciale contact-commissie gevormd zal worden, bestaande uit vertegenwoor digers van de Bedrijfsverenigingen, de Stichting voor de Landbouw en het Pen sioenfonds. Sociale Verzekerlngs-commissies. De bedoeling is om in zeer korte tijd (z.m. 15 Febr.) te komen tot de oprich ting van sociale verzekeringscommis- sies en daarna tot de benoeming van de provinciale functionarissen, die een vol ledige dagtaak krijgen en practisch al het gewone dagelijkse werk doen. Hierdoor kan de uitvoering van de so ciale verzekeringswetten, voorzover dat door de eigen organen mogelijk is, ver eenvoudigd worden, al ligt het niet in de bedoeling dat deze commissies direct hun taak aanvangen omdat eerst de be staande plaatselijke organen hun taak moeten neerleggen. Verschillende vragen. Er doen zich echter verschillende vra- aen voor. Ten eerste of het wenselijk is GESLAAGD. Aan de Landbouw Hogeschool te Wa- geningen is geslaagd voor het prop. ex. Ned. Landbouw de heer B. Gietema te Hommerts. .i De minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen heeft de Bond van Friese Kunstenaars officieel bericht gegeven, dat de Friese schrijvers in hun eigen taal mee kunnen dingen naar de reisbeurzen, die door de regering wor den uitgekeerd. De kopij voor deze wed strijd zal getypt onder pseudoniem in gestuurd moeten worden en wel voor 15 Februari aan de afdeling Kunst van het Ministerie, Prinsessegracht 21, Den Haag. of >e jz r Het zal menige Sneker niet zijn ont gaan, dat in een pand aan de Zuidzijde van de Marktstraat, halverwege tussen Waag en Grote Kerkstraat, ingrijpende verbouwingen plaats grepen. Aange kocht door de Boaz-Bank, moest onder het gebouw een grote en zeer diepe kel der gegraven worden, een welkome ge legenheid om profijt uit te trekken voor de kennis van oud-Sneek! Zowel de heer Dethmers, namens de Boaz-Bank, als het personeel der firma Metz, belast met de uitvoering van het werk, gaven ons elke gewenste medewerking. In het bijzonder is een woord van dank op zijn plaats aan de heer J. Visser, door wiens toedoen enkele aardige vondsten be waard bleven voor het Sneker Museum. Zo voor en na het werk zoekende Werd het ons duidelijk, dat dit gedeelte van Sneek vóór het jaar 1200 niet of spaarzaam bebouwd moet zijn geweest. Zulks in tegenstelling met de hoogte, waarop de Sint Maartenskerk is ge bouwd en de daaraan ten Zuiden gren zende buurt, en waar wel eens een munt yan Keizer Augustus is gevonden. Blijkens de aard van het gevonden aardewerk heeft men aan deze zijde van de Marktstraat eerst in de loop der 13e eeuw huizen gezet. Wij vonden name lijk scherven van zogenaamde bolpotten, yan een type, dat in de latere middel eeuwen eerst in zwang kwam. Boven dien een enkele scherf van meer zeld zaam, van elders ingevoerd aardewerk, zoals een bodemstuk van een kruik, te dateren op de 13e eeuw; zeldzamer nog zijn twee aaneenpassende scherven van een kan-kruik, bedekt met in die tijd, ook weer de 13de eeuw, nog hoogst zeld zaam voorkomend glazuur. Groen van kleur, gemalen uit slecht verpulverd koper-oxyde, bedekte het, te voren in de kan gestoken versieringsfiguren. Men kent tot dusverre alleen uit Zeeland .(Middelburg) een tegenhanger. Volgens sommigen werd dit aardewerk inge voerd uit Engeland, volgens anderen echter uit Vlaanderen. De geleerden zijn het nog niet eens. Misschien heb ben ze beide wel gelijk. Jammer, dat de Sneker stukjes zo klein zijn, men kan niet eens met zekerheid zeggen, hoe het oorspronkelijke vaatwerk er uit moet hebben gezien. Het bijzondere van deze vondsten was, uat men resten van houten huizen kon ontwaren. Eerst in de loop der löe eeuw kwamen hier stenen huizen. Wat de houtresten betreft, zoals ge zegd zijn deze afkomstig van meerdere huizen, die elkaar hier in de loop van twee, drie eeuwen opvolgden. Daarbij hoogde men het woonvlak steeds iets op, zodat er nu een bijna twee meter dikke bouwlaag, bestaande uit door werkte klei op de vaste kleibodem rust. De eerste bewoners hebben hun woon stede gezet op het slechts weinig opge hoogde maaiveld. Blijkens de richting van de bouwresten stonden toen de hui zen ook al in dezelfde lijn als nu nog. Misschien was het wel de ene oever van de vaart, waarvan wij vroeger de sporen meenden te hebben gevonden, midden in de Marktstraat. Aan de overzijde had men dan de Hemdijk, het verlengde van de Peperstraat. Hier was de grond na tuurlijk hoger, en daar zullen dan ook wel eerder huizen zijn verrezen, waar onder de voorgangers van de bekende stinsen, als Roordahuis, en Gruytersma- stins. Later vervuilde het water, wegens de toenemende bebouwing, en door dem ping verkreeg men de brede straat, nu bekend onder de naam van Marktstraat. Vandaar dat men in de Marktstraat zelf veel dieper moet graven om de vaste grond te bereiken dan onder de huizen aan de Zuidzijde daarvan. Wat nu de aard »an de gevonden huis- resten betreft, uiteraard kennen wij nu nog maar een heel klein stukje, dat al leen een deel van de huisplattegronden vertoonde. Maar toch leverde dit be perkte vlak aardige wetenswaardig heden op. Wij zagen, hoi in deze eeuwen de Sneker huizen bestonden uit zware eiken posten, waartegenaan dikke plan ken bevestigd waren. Ook kwamen er twee drinkwaterputten aan het licht. De ene bevatte een beschadigd Ja- coba-kannetje, nu in het Museum te zien. Hierdoor staat het vast, dat de put al vóór het jaar 1400 gebruikt werd. De put was heel eenvoudig gemaakt van een eikenhouten boter- of haringvat, dat, ontdaan van bodem en deksel, diep genoeg in de grond wae gegraven, om steeds water te bereiken. Om het kwel water zuiver te houden, was dt put ge plaatst in een mantel van schelpen. Maar of het water altijd even fris heeft gesmaakt, is de vraag, met de brakkige venige kleigrond rondom.' Het vaatje zelf was kennelijk niet nieuw meer, toen het in de grond belandde; verschillende duigen vertoonden ingesneden merken, de welbekende huismerken, waarmee nog tot in onze eeuw de Friese boter- kooplieden de door hen gekochte vaten merkten om ze te kunnen herkennen als hun eigendommen. Deze merken uit Sneek zijn nu stellig de oudste merken mee die wij kennen; immers van vóór het jaar 1400! Aardig is het even te vermelden, dat wij op het eiland Ameland ook zulke oude merken vonden op eiken duigen. SNEEKER NIEUWSBLAD kriten samen te voegen of hun grenzen te wijzigen. De contact-commissie staat op het standpunt dat over ’t algemeen de begrenzing wel ongeveer gelijk kan blijven. Een ander punt is de grootte van deze verzekeringscommissles. De contact-comm. meent dat deze niet te groot moeten zijn, maar uit praktisch oogpunt ook weer niet te klein daar het wenselijk is dat van iedere plaats of streek een vertegenwoordiger van de werkgevers en de werknemers er in zit ting heeft. Een van de taken der com missie zal nl. de looncontróle zijn. De derde belangrijke vraag is welke personen zullen in deze commissie be noemd worden? Volgens de contact- comm. zullen deze personen aan hoge eisen (zowel verstandelijke als morele) moeten voldoen en bovendien het ver trouwen van werkgevers en werknemers hebben. Voorts kan hierbij overwogen worden of personen benoemd moeten worden die reeds ervaring in de andere organen van de landbouw (P.O.C.’s, be drijfsverenigingen enz.) hebben opge daan. Volgens de contact-comm. is dat wel gewenst, zelfs noodzakelijk. De taak van de sociale verzeke- rings-commissie. Deze commissie neemt zonder meer de taak van de bestaande verenigingen op dit terrein over, o.a. de looncontróle, ter wijl men het er verder over eens is dat ze ook een taak zal krijgen bij de uit voering van de werkloosheidswet. Bij deze wet krijgen we een geheel nieuwe figuur. Ieder landbouwer die een verze- keringsplichtig bedrijf uitoefent, zal nl. automatisch bij een bedrijfsvereniging aangesloten zijn, en daar het de bedoe ling van de regering is op deze weg voort te gaan, mag verwacht worden dat er spoedig een zelfde orgaan zal ko men voor de ziektewet en de kinderbij slagwet, waarvan de uitvoering eveneens in handen van een bedrijfsvereniging (één per bedrijfstak) gelegd zal worden, Ook daarvoor zullen de werkgevers ver plicht bij een bedrijfsvereniging voor de landbouw aangesloten moeten zijn. Overigens blijven de bestaande be drijfsverenigingen op dezelfde voet door werken, maar als afdelingen van de nieuwe bedrijfsvereniging. De functionarissen. In de benoeming van de nieuwe func tionarissen zullen ook de soc. verz.com- missies erkend worden. Een van de eerste punten die straks aan de orde komen is de vraag hoe groot deze soc. verz.commissies moeten zijn, en de be noeming van de functionarissen. Voor het laatste zullen de plaatselijke afdelin gen van de zes standsorganisaties een voordracht moeten indienen. Na de pauze werden enige vragen ge steld, o.a. over de benoeming van de functionarissen wat, zoals de heer Kooi stra antwoordde, door de hoofdbesturen van het Pensioenfonds, de St. v. d. Land bouw en de nieuwe Bedrijfsver. zal ge schieden. Verder gaf mr. Cuperus nog enige in lichtingen. Krite 5 achtte het van belang dat de commissie uit 12 leden zal bestaan, z.m. uit ieder dorp één lid. Het bestuur, dat eerst meende dat zes leden voldoende zouden zijn en reeds zes dubbel-tallen had opgemaakt, zal zich nu echter nader over deze zaak moeten beraden en bin nen 14 dagen candidaten opgeven. Bij de verdere besprekingen werd ten slotte besloten dat de commissie voor beide kriten uit 10 personen zal bestaan, als volgt aan te wijzen: Krite IV: voor de werkgevers Friesche Mij. v. Land bouw 2, C.B.T.B. 2 en A.B.T.B. 1; voor de werknemers: N.C.L.B. 4 e. Alg. Ned. Landarb.Bond 1. Krite V: voor de werk gevers Fr. Mg. v. L. 2, C.B.T.B. 2, A.B. T.B. 1; voor de werknemers N.C.L.B. 3 en R.K. Landarb.Bond 2. De gewenste spreiding zal hierbij zoveel mogelijk worden betracht. De afd Sneek van bovengenoemde bond kwam Donderdagavond in jaarvergade ring bijeen in Aere Perennius. De voorz., de heer Rienstra, heette in zgn openings woord de aanwezige dames en heren hartelijk welkom, in ’t bijzonder het lid van het H.B., de heer de Vries uit Zwol le en de afgevaardigden van de Chr. Be sturenbond. Spr. herdenkt in enkele ge voelvolle woorden het op zo tragische wijze om het leven gekomen lid J. Koop- mans. Daarop volgden de jaarverslagen van secretaris en penningmeester. De heer de Vries sprak over „Dankbaar heid”, waarbij hij wees op de groei van de Christelgk Nationale Vakbeweging, die van 1 Jan. ’46 tot 1 Juli ’49 steeg met bijna 60.000 leden en op dat tijdstip ruim 151.000 telde. Wij mogen voor deze groei dankbaar zijn, want in ver schillende landen heerst de leuze „Niet rood geen brood”. Het bestaan van onze christelijke vakorganisatie legt ver antwoordelijkheid op. Als straks de Pu bliekrechtelijke Bedrijfsorganisatie wordt ingevoerd, zullen we daaraan moeten meewerken en mogen we niet rustig af wachten. Vooral de jongeren moeten zich hun taak en plicht terdege bewust zijn, opdat het straks niet te laat zij. Als Vs van de kiezers zich voor een christelijke regering uitspreekt, moet ook i/3 van ons volk lid zijn van de chr. vakbeweging. Nadat de voorz. van de C.B.B. een kort woord had gesproken, werd het gouden insigne voor 25-jarig lidmaat schap van het C.N.V. met een toepasse lijke gelukwens aan de heer Hospes uit gereikt. Het verdere deel van de avond werd in zeer gezellige sfeer doorge bracht, terwijl een verloting voor „D.E. L.” 20.30 opbracht. De voorz. bracht allen hartelijk dank, waarna de heer Wielsma in gebed voorging. dwarse bodemplankjes van te maken in uiterst eenvoudige doodkisten. Ook hier weer vondsten van vóór het jaar 1400. Enkele gemerkte duigen zijn nu be waard in het Museum, maar het is niet zeker of deze op den duur bewaard kun nen blijven in droge toestand. In elk ge val zijn de tekeningen overgenomen en zodoende vastgelegd. De andere put was van heel ander makelij en bestond uit rechtstandig in de grond gedreven planken, die een in doorsnede vierkante koker vormden. Jammer genoeg hebben we uit deze put geen vondsten kunnen bemachtigen, omdat de bodem zo diep was, dat men er slecht bij kon. Maar het staat vast, dat deze put dicht bij een houten wand lag, evenwijdig aan de Marktstraat. Deze wand was over een hoogte van 40 cm nog blijven staan tot op de lijn van het grondwater en bestond weer uit zeer zware eiken planken, bevestigd aan hou ten posten. Resten van ijzeren nagels werden niet gevonden. Men zal met hou ten pennen gewerkt hebben. Evenwijdig lopende aan de Markt straat, leek het ons de achtergevel toe van een houten huis, daar eenmaal ge staan hebbende. De put zal vlak naast de achterdeur hebben gelegen, ten gerieve van de huisvrouw. Rondom en in de put waren aanwijzingen van mest en stro. Misschien was het een kleine koemelke- rij, zoals deze ook later nog in Sneek veelvuldig te vinden waren. Maar ook vele burgers hielden er nog wel een en kele koe, geit of schaap op na, in die landelijke periode van Sneek, zoals nu konijnen en postduiven. Tenslotte werd nog gevonden, naast een zware ligger, in een richting recht op de Marktstraat, een zeer lange boom, kloet of wat het ook maar geweest mag zijn, met sporen van een breuk, gelast met behulp van ijzeren bussen. Misschien was het een afgedankte schippersboom, die, half vergeten opgeborgen in de „krimpe” tussen twee huizen in, bij een afbraak en herbouw onder de grond raakte, en dank zij de in die tijd hoge grondwaterstand geconserveerd bleef. Want dat men in dat gedeelte van Sneek in die tijden leefde als in Giet hoorn, dat kan moeilijk bestreden wor den als men ziet hoe nü het toenmalige woonvlak er onder de grondwaterspie gel ligt. Men zal steeds moeten hebben ophogen om de voeten droog te houden, wanneer in de herfst het binnenwater op kwam zetten. Eindelijk zij nog vermeld een vondst, gedaan tijdens graafwerkzaamheden in de garage van de heer Fritsma. Het be trof hier een plek, waar vroeger de keu ken af het washuis van het voormalig i§t. Anthony-Gasthuis heeft gestaan, nu school voor buitengewoon onderwijs, aan de Oude Koemarkt. Het betrof hier de vondst van scherven geglazuurd aarde werk uit de 16e eeuw, alsmede een bijna geheel gave handmolensteen van tra chiet, een vulkanisch gesteente. Laatst genoemd voorwerp schijnt ons iets ouder toe dan de aardewerkscherven en werd gebruikt voor het in huis malen van graan tot pap of broodmeel, een ge woonte die tot in de latere middeleeuwen in zwang bleef. Ook deze vondsten „be daarden” in het Sneker Museum. Een en ander moge verduidelijkt heb ben welke aardige aanwijzingen zulke schijnbaar onaanzienlijke vondsten voor de Sneker historie kunnen geven. Want over Sneek’s oudste historie, en vooral ook de overgang van Sneek van dorp tot handelsplaats, weten wij maar bitter weinig. Misschien illustreren juist de middeleeuwse vondsten aan de Markt straat het feit, dat voor het eerst in het jaar 1191 Sneker kooplieden vermeld staan, en wel in een Hamburger oor konde. Veel later dus dan Staveren, Leeuwarden en Dokkum, waar in de 11e eeuw al munten geslagen werden, en waarvan verschillende exemplaren be waard bleven. Daarom een voorstel, vroede vaderen van Sneek Mocht U er toe besluiten op de lege plek, waar eens het hart van Sneek’s bedrijvigheid klopte, de boter markt, een nieuw gebouw te zett"n, dat Sneek’s zo ontsierde binnenstad een hart onder de riem kan steken want wat zou een mooi, voornaam gebouw juist op deze plaats veel voor Sneek’s aanzien betekenen geeft dan de oud heidkundigen de kans tevoren met de spade de geheimen van Sneek’s geboor te als stad te doorvorsen. Want hier ligt het, in de grond H. Halbertsma. el ■on'

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1950 | | pagina 1