Uit onze Raadzaal
I
i
Gemeentebegroting
1954
Behandeling Gemeentebegroting 1954
I
Beverrat leefde b'j het Oud Hof
KI'''
DINSDAG 2 MAART 1954
IWEEDE BLAD
-
Oud-wethouder Boeijenga
herdacht
mm ff B ft St
„SNEEKER NIEUWSBLAD"
Bedrijfsbegrotingen enz.
Algemene beschouwingen
r, fi
or-'
In gekomen stukken.
Benoeming.
Adzertentie l.M.
Reinigingsbedrijf.
had waardering
dat
MM
Antwoord van de Voorzitter.
Zie verder achterzijde 2* blad.
Tot onderwijzer aan de Gysbert Ja-
pikssehool wordt met algemene stem
men benoemd de heer H. Venema, onder
wijzer te Jubbega.
De Voorzitter zegt dat we inder
daad met een vrij aanzienlijk begrotings-
Deze grote beverrat werd 21 Februari in uitgeputte toestand door onze twintig
jarige stadgenoot Tj. de Haas in een rietkraag langs het Oud-Hof gevonden.
Hij maakte die middag met zijn meisje vanuit Hommerts een wandeling langs het
ijs, waarbij ze in de sneeuw een vreemdsoortig spoor van een dier ontdekten. Dit
leidde naar de rietkraag, waar de beverrat, waarschijnlijk een slachtoffer van de
winter, werd aangetroffen. Toen het dier dood was, hebben ze het mee naar huis
genomen. Het monster mat van kop tot staart 95 cm. en woog ruim 12 pond.
Verkeersmaatregelen Eierbrug
Grootzand.
Fonds voor uitbreiding van
het stadhuis.
ruwe, gesprongen huid, schrale lippen
ZWITSAL
verantwoordelijkheid betreft bestaat er
volgens B. en W. geen bezwaar voor de
gemeente.
sprak nog eens de heer F ij 1 s t r a, die
toegaf dat niet het grootste deel der be
volking van het toeristenverkeer leeft,
doch in ieder geval een belangrijk deel
Straatverlichting.
Mevr. Schaper verklaarde erg blij
te zijn met het antwoord van B. en W.
dat hun plan voor een algehele elec-
trische verlichting voorziet in een uit
stekende verlichting zowel van de bin
nenstad als 'an de buitenwijken.
dat het secretariaat van V.V.V. veel
werk belangloos verricht.
De algemene beschouwingen zijn hier
mede geëindigd en overgegaan wordt
tot behandeling der diverse posten der
begroting.
Z. h. s. wordt op voorstel van B. en
afwijzend beschikt op een verzoek
van de bond van mobiliaatieslachtoffers
om subsidie.
Op verzoek van de Vooiarzitter
verheffen alle leden zich van hun zetel
om in stilte de overleden oud>-wethouder
Boeijenga te herdenken met erkentelijk
heid in aller hart voor al hetgeen de
overledene voor deze gemeente heeft
gedaan en een gevoel van deelneming
voor de nabestaanden.
1927
(voor
De heer Groeneveld handhaafde
zijn in de sectie naar voren gebracht be
zwaar tegen het niet storten van de
huur van het perceel Marktstraat 15 in
het fonds. Dit fondr dient afzonderlijk te
worden geadministreerd. Het geniet zijn
inkomsten uit de rente, wat waarschijn
lijk wel de enige bron van inkomsten zal
blijven. Waar er nu f 17.000,is uitge
nomen om genoemd pand aan te open
meent spr. dat de netto huur van et
boven- en benedengedeelte ook weer aan
het fonds ten goede moet komen. Het
moet blijven groeien tot het vereiste be
drag voor uitbreiding van het stadhuis
zal zijn bereikt.
De Voorzitter: in principe zou
er iets voor te zeggen zijn om, zolang
het gebouw wordt verhuurd het verschil
tussen onderhoud en huur in het fonds
te storten. Maar de heer Groeneveld wil
verder gaan. Hij wil ook huur aan de
gemeente in rekening brengen. Ik geloof
echter dat de heer Groeneveld de functie
van het fonds verkeerd ziet. Het doel
daarvan is om vanneer te eniger tijd tot
een belangrijke uitbreiding van het stad
huis wordt overgegaan dat niet a fonds
perdu op de rekening zal drukken. Dat
zou een te zware uitgaaf voor de ge
meente zijn. De uitgaven voor aankoop
van dit pand z(jn gedaan om uitbreiding
van het stadhuis te bereiken. Het is lo
gisch dat deze normale uitgaaf aan het
fonds wordt onttrokken. Hier staan geen
inkomsten tegenover. Toevallig wordt
het voor korte tijd gedeeltelijk verhuurd,
wat er toe zou kunnen leiden dat de huur
In het fonds gestort werd. Maar B. en
W. hebben zich afgevraagd waarom zo
veel administratieve drukte te maken
om enkele jaren enige honderden gul
dens aan het fonds te kunnen toevoegen.
Daar staat nl. tegenover dat de laatste
jaren belangrijke bedragen uit de gewo
ne middelen in het fonds zijn gestort.
Waar het dus laar voor zeer korte tijd
is hebben B. en W. gemeend op de sug
gestie van de heer Groeneveld, hoewel
principieel volkomen juist en getuigend
van goed uitrafelen der begrotingspos
ten, niet te moeten ingaan.
De heer Groeneveld replicerend,
ziet het fonds als de spaarpot om straks
de uitbreiding van het stadhuis mogelijk
te maken. Zodra dit geschied is kan
het verdwijnen. Wanneer het pand op
korte termijn of zelfs zeer korte termijn
wordt verhuurd, zoals de Voorzitter zei,
heb ik echter geen bezwaar tegen deze
post, aldus spr.
Telefoonnummer Brandweer.
Z. h. s. of discussie worden de begro
tingen 1954 vastgesteld van het woning
bedrijf, het slachthuisbedrijf, het water
leidingbedrijf en van het leningfonds.
De heer Zei s t r a informeerde nog
maals naar de mogelijkheid naast het
nummer van de politie nog een gemak
kelijk nummer voor brandmelding te
krijgen en dit regelmatig bekend te ma
ken. Verder betoogde hij dat de afsluit
hekken van de Harinxmabrug niet aan
de wettelijke eisen voldoen. Ze zijn donker
geverfd, in het donker en bij regenach
tig weer slecht te zien en hebben als de
brug geopend is bovendien een donkere
achtergrond. Een oplossing is mogelijk
door ze in een opvallende kleur te verven
en de bestaande verlichting door natrium
kwiklampen te vervangen.
Betreffende de post voor bescherming
der burgerbevolking merkte spr. nog op
met verwondering te hebben kennis ge
nomen van de uitspraak van het lid der
2e sectie dat zich tegen deze uitgaaf
verklaarde. Een organisatie die haar
best doet de gevolgen van de oorlog
voor de burgers zo klein mogelijk te
houden, verdient de steun van de ge
hele bevolking en zeker van de raads
leden, die beloofd hebben de belangen
van de gemeente naar beste weten te
zullen bevorderen. Rampen komen altijd
onverwacht, aldus spr. Zie maar naar de
overstromingsramp van verleden jaar en
naar Zwitserland. Daarom moet de ge
hele Raad achter B. en W. staan.
De Voorzitter antwoordde,
B. en W. reeds in de Memorie van Ant
woord hebben medegedeeld, dat de eerste
twee punten die de heer Zeilstra noem
de nog in overweging zijn. De definitie
ve oplossing van de brandmelding zou
een speciaal nummer zijn, hoewel er tot
nü toe nog geen moeilijkheden zijn ge
weest. Een verbinding met de Brand
weerkazerne zoals de heer Zeilstra sug
gereerde, is onjuist en in strijd met de
organisatie van de Brandweer. Als er
toevallig niemand aanwezig zou zijn,
zou de alarminstallatie niet in werking
kunnen worden gesteld. Wat de hekken
bij de Harinxmabrug betreft is in de
stukken reeds medegedeeld, dat over de
aanduiding van de bruggen ten behoeve
van het verkeer een diepgaande studie
door de A.N.W.B. is gemaakt. In ver
band hiermede wordt een onderzoek in-
geste’d wat de beste oplossing voor alle
bruggen in de gemeente zou zijn.
Subsidie verenigingen voor
kinderuitzending.
Volgens de teer de Vries kan uit
de stukken worden afgeleid, dat deze
verenigingen voor de kinderen een be
langrijk stuk werk verrichten. Het is
daarom verheugend dat B. en W. dit
voorstel willen doen. Aanvankelijk heb
ik echter gemeend, aldus spr., dat het
uitgetrokken bedrag aan de lage kant
is en ook beschik ik nog niet over vol
doende gegevens om een juist oordeel
hierover te kunnen vellen. Wel weet ik,
dat er soms kinderen lamg moeten wach
ten. Mocht daarom het volgend jaar
blijken dat er een tekort is dan hoop ik
dat B. en W. dan een verhoging zullen
voorstellen.
Vergadering van de raad der ge
meente Sneek op Vrijdag 26 Februari,
's avonds 7.15 uur. Voorzitter: burge
meester Rasterhoff, secretaris de
heer K. Koster. Aanwezig 16 leden.
Bij de aanvang afwezig mr J. A. de
Jong (m. k.)„
De heer Fjj 1 s t r a wjjst er op dat in
de Eerste Kamer ook over de financiële
verhouding tussen rijk en gemeenten is
gesproken en prof. Hellema zich daarbij
heeft afgevraagd of de gemeenten wel
zuinig genoeg met het geld omspringen.
Spr. nu is overtuigd dat hier een zuinig
beheer wordt gevoerd en hoopt dat de
regering welwillend zal staan tegenover
onze aanvraag om een extra uitkering
uit het gemeentefonds. Wat het
vreemdelingenverkeer betreft was het
geenszins de bedoeling van de uitlatin
gen in de sectie twijfel uit te spreken
aan de ijver van de Ver. tot bevordering
van het Vreemdelingenverkeer, integen
deel haar werk stellen we zeer op prijs.
Maar we wilden eens in het licht stellen
dat het Sneeker meer toch van zeer
groot belang is voor onze stad, waar het
grootste deel der bevolking van het toe
risme leeft. Het is te betreuren dat een
inrichting aan dat meer feitelijk niet
exploitabel is, maar spreker zoekt de
oorzaak daarvan in het ontbreken van
een goede weg. Sneek heeft op dit ge
bied eigenlijk niet genoeg zeggingschap,
we hebben hier het mooiste watersport -
gebied van Nederland, maar Sneek kan
er niet voldoende zijn vleugels over uit
breiden. Spr. doet een dringend beroep
op B. en W. om te trachten het gebied
langs de Houkesloot voor Sneek in han
den te krijgen, tevens zou dat een goed
werkobject zjjn.
De heer de Vries is het met B. en
W. eens dat deze begroting eigenlijk te
leurstellend is, en spr. gelooft niet dat
er in deze begroting posten voorkomen
welke niet verantwoord zijn. Spr. herin
nert aan hetgeen de voorzitter bij de be
handeling van de begroting 1951 zeide
nl. dat als het met de financiële verhou
ding tussen rijk en gemeenten deze kant
opging, de zelfstandigheid der gemeen
ten zou verdwijnen en deze allen slechts
hun best zouden doen het grootste deel
uit de centrale pot te krijgen. Dit beeld
geldt nu nog en niet alleen de zelfstan
digheid der gemeenten, maar ook de
verantwoordelijkheid dreigt verloren te
gaan. Iedere gemeente moet trachten
zoveel mogelijk uit de gemeenschappe
lijke pot te krijgen, dat is ongezond. Spr.
hoopt dat er spoedig een definitieve en
gunstige regeling van de financiële ver
houding tussen rijk en gemeenten zal
komen. Intussen hebben B. en W. toch
in het afgelopen jaar zeer veel tot stand
gebracht en ook dit jaar krijgt nog veel
zijn beslag. Wij kunnen niet alles voor
uitzien, de mens wikt, maar God be
schikt, maar spr. wenst B. en W. onder
Gods zegen dezelfde kracht bij het be
sturen der gemeente en de behartiging
harer belangen toe als zij in het verle
den ten toon spreidden, zodat ieder zijn
recht krijge. Spr. wenst de voorzitter
nog geluk met zijn benoeming in de
commissie van advies voor het land- en
tuinbouwonderwijs, ze bewijst dat onze
burgemeester een specialist is op dit ge
bied; mogen uit deze benoeming ook
goede dingen voor Sneek zelve voort
komen.
Mevrouw Schaper wil alleen iets
zeggen over de verhoogde aanvraag uit
het gemeentefonds. Uit het antwoord
van B. en W. op een vraag daaromtrent
in de secties gedaan blijkt hoe moeilijk
de financiële positie is, dat er wel te
korten zijn maar dat men maar moet
afwachten of er hulp komt en dat op
een spoedige beslissing weinig hoop is.
Dat is zeer teleurstellend omdat allerlei
verbeteringen als woningbouw en scho
lenbouw daardoor op losse schroeven ko
men te staan. Spr. zou gaarne zien dat
het verzoek om een verhoogde bijdrage
spoedig werd ingediend en dat er daarbij
werd aangedrongen op een spoedige be
handeling van het wetsontwerp. Nu het
verzorgingspeil beneden het gewenste
ligt, drukt er een zware verantwoorde
lijkheid op het rijk.
De heer Boonstra pleit nog eens
voor de cultuurraad. Verschillende ge
meenten als Opsterland en Baarderadeel
hebben die al en spr. is bang dat o~
deze wijze het platteland een voorsprong
krijgt op de steden. Een cultuurraad zou
een zeer nuttig instrument kunnen zijn
en misschien ook een oplossing aan de
hand kunnen doen voor een waardige
herdenking van 5 Mei. Men voelt than-'
hier geen behoefte aan zo'n raad, maar
spr. hoopt dat dit in de toekomst wel
het geval zal blijken.
De heer Groeneveld zegt dat de
uitgaven dezer gemeente steeds groeien,
zoals trouwens overat, maar de inkom
sten houden daar geen gelijke tred mee.
Er is een beduidend tekort dat dc
laatste tijd snel aangegroeid is door de
vele kapitaalsuitgaven waarvan rente en
aflossing op de gewone dienst drukken.
Dat is een moeilijke situatie, welke spr.
doet denken aan de tiid dat de meeste
gemeenten moesten worden gesaneerd
en dat de gemeenten, welke het zuinigst
waren, feitelrjk werden gestraft, het rijk
zeide eigenlijk: „geef maar uit”. Maar
zo’n systeem ontneemt feitelijk aan een
gemeentebestuur alle verantwoordelijk
heid. Spr. vraagt zich af of er in deze
gemeente structurele veranderingen zijn
opgetreden, welke ons op deze grond
recht geven te pleiten voor een hogere
uitkering. Ook ter wille van de eigen
verantwoordelijkheid van het gemeente
bestuur dient er in ieder geval een re
geling te komen, waarbij de inkomsten
een zodanig niveau bereiken, dat hier
een redelijk verzorgingspeil kan worden
gehandhaafd.
W. met raad en daad ten deze bijstaan
en daarmee zijn we dus het platteland
vooruit. Een cultuurraad kan slechts
daar met resultaat optreden, waar het
culturele leven minder ontwikkeld is en
waar een gemeente bjjv. ook tal van
dorpen telt, zodat er geheel andere ver
houdingen bestaan. Spr. gelooft niet dat
er reden is te vrezen dat het platteland
ons voor zal komen. Als er behoefte aan
zo’n raad zou blijken, zullen B. en W.
niet aarzelen voorstellen te doen. Maar
nu hier al allerlei krachten werkzaam
zijn om het culturele leven te stimuleren
moet men toch even voorzichtig zijn met
van gemeentewege een bepaald lichaam
op dit gebied in het leven te roepen en
daarmee andere activiteiten te doorkrui
sen. Wat de vraag van de heer Groene
veld betreft een verhoging van de alge
mene uitkering, wordt door de regering
aan bepaalde normen getoetst, anders
zou het gevaar bestaan dat ongemoti
veerde beroepen op het fonds werden
gedaan en men er uit zou willen halen wat
er in zit. Zo heeft de regering dan o.a.
als een mogelijke norm genoemd: struc
turele veranderingen. In welke mate zij
daaraan zal vasthouden is nog de vraag.
Spr. zal hier niet uiteen zetten in welke
mate hier structurele veranderingen
zouden kunen bestaan; wij zullen in ons
adres aan de minister nze argumenten
voor de aanvraag moeten geven en de
hoffelijkheid gebiedt dat deze er het
eerst van kennis neemt. Maar er is ten
slotte iets anders: voor het eerst is, zij
spr. niet, waar het in dit geval ver- i bereiken. Spr. gelooft niet dat hier een
nlichte uitgaven betreft. B. en W. heb- taak voor de gemeente ligt. Men moet
ben niet gelegd dat er in deze gemeertc n et vergeten dat de exploitatie der in-
geen plaats vcor een cultuurraad is, richting maar zes weken per jaar op
doch a'leen <’at er op dit ogenblik geen [volle toeren draalt. Uit de cijfers welke
behoefte aan gevoeld wordt, omdat hier i B. en W. in hun memorie van antwoord
andere instanties bestaan, welke B. en hebben gegeven blijkt overigens opnieuw
het schoorvoetend, in een wetsontwerp
het verzorgingspeil als een element dat
een rol kan spelen bij de uitkering ge
noemd, en dit principe zal in het ver
zoek dus ook aan de orde komen en dan
volkomen terecht, omdat dit peil nog
niet het niveau bereikt heeft dat rede
lijk lijkt. Misschien heeft daarbij vroe
ger ook een rol gespeeld de kwestie der
sanering en de wens zijn eigen boontjes
te doppen. Hier werken omstandigheden
die veel uitgaven eisen, als daar bijv. Is
de krotopruimlng. Het verzorgingspeil
van de volkshuisvesting is zeker nog
niet op een hoogte, welke redelijk is.
Dergelijke dingen betreffen onvermijde
lijke uitgaven, welke bij de beoordeling
van de aanvraag een rol moeten spelen.
Onze begroting is zo opgesteld dat ze de
toets der kritiek volledig kan doorstaan,
er zijn geen uitgaven op uitgetrokken
welke niet verantwoord zijn en er is ge
streefd, hoe gaarne we ook anders zou
den willen, naar een beperking der uit
gaven tot het onvermijdelijke. Hopelijk
stelt de regering ons in staat het ver
zorgingspeil te verhogen.
In tweede instantie
Het gasbedrijf en het aardgas.
De heer Terpstra zegt dat bij de
vele problemen welke annex zijn met
het aardgas er nu nog een is bijgeko
men, nu deze winter gebleken is dat de
leidingen daarvan ook kunnen bevrie
zen. Misschien kan deze kwestie ook
nog een punt van bespreking vormen als
deze zaak aan de orde komt.
De heer Groeneveld zegt dat een
federaal orgaan waarbij een aantal ge
meenten is aangesloten de onderhande-
lingen met het rijk over het betrekken
van aardgas voert, maar spr. krijgt de
indruk, dat tal van gemeenten zich aan
dat verband onttrekken en afzonderlijk
met het rijk contracteren, en ze laten
dan in het contract een meest-begunsti-
gingsclausule opnemen. Is daar nu niets
aan te doen? Op deze wijze wordt het
onderhandeiingsfront doorbroken en is
het dan nog wel de moeite met het fede
raal overleg door te gaan. Spr. zou niet
aahraden ook buiten dat overleg om te
gaan, maar schuilt hier geen gevaar
Dp Voorzitter: Er zijn inder
daad allerlei problemen, maar die be-
vriezingskwestie is toch niet nieuw.
Wel is waar heeft men hier geen erva
ringen met aardgas, maar in het bui
tenland, en in t bijzonder in Amerika
wel. Daarom weten wij dat aardgas, dat
een droog gas is, niet kan bevriezen.
Maar sterke temperatuurwisselingen
kunnen wel bepaalde stoffen in het
aardgas tot kristallisatie brengen en
dat is in Assen het geval geweest. Wel
tracht men dit euvel al bij de bron te
bestrijden door deze stoffen te verwij
deren, doch dat gelukt tot nog toe niet
volledig. Natuurlijk zullen we ook op dit
punt onze aandacht gevestigd houden,
want we zullen moeilijk een voorstel tot
aansluiting kunnen doen, als de kans
blijft bestaan dat men in een bepaald
seizoen niet over het gas zou kunnen
beschikken. Op dit punt zal een nader
onderzoek klaarheid moeten brengen
voor we onze houding bepalen, inder
daad hebben een aantal gemeenten hun
principiële beslissing tot aansluiting niet
meer afhankelijk gesteld van het ont
staan van overeenstemming tussen het
praefederaal orgaan en de regering. Dat
is een minder bevredigende situatie om
dat als dit algemeen navolging zou vin
den dat orgaan niet veel meer te onder
handelen zou hebben. Maar men moet
deze zaak toch iets anders zien, er zijn
gemeenten, waar de toestand der fa
brieken niet gedoogt langer te wachten
op de afloop der zeer moeizame onder-
handelmgen met het rijk, en uit die
toestand moesten deze gemeenten wel
de consekwenties trekken. Maar de ge
meenten die daarom tot het sluiten van
een contract zijn overgegaan hebben een
betrekkelijk slechts geringe afname, de
grote hoeveelheden moeten door de an
dere bij het orgaan aangesloten gemeen
ten worden afgesloten. Tot nog toe
houdt onze gemeente zich aan het fede
raal overleg, op dit ogenblik is er hier
nl. geen situatie welke ons noopt tot een
snelle belissing en zo kunnen we ons
voorlopig aan het o. i. juiste zakelijke
standpunt houden. Maar B. en W. moe
ten het voorbehoud maken, dat er een
Volgens de heer Boonstra erken
nen B. en W., dat de toestand daar in
derdaad niet bevredigend is en maat
regelen tot verplaatsing van de kraam
pjes worden overwogen. Ik zie voor deze
kleine neringdoenden echter niet veel
andere mogelijkheden, aldus spr., die
daarom aan B. en W. verzocht zoveel
mogelijk rekening met hun belangen te
willen houden.
De Voorzitter antwoordde, dat
de voorgenomen verplaatsing maar eni
ge meters zal bedragen. Dus niet naar
een ander gedeelte van de stad. Dit
kleine offer zullen betrokkenen echter
in het belang van het verkeer moeten
brengen.
De heer L a n g i u s, wijzende op de
z.i. gevaarlijke toestand op het trottoir
aan de noord-oostzjde van de Oppenhui-
i fe™eg' vr?eg of gemeente by even
tuele ongelukken daarvoor ook verant
woordelijk kan worden gesteld. Het aan
brengen van een behoorlijke oversteek
plaats zou aanbeveling verdienen.
Zoals uit het antwoord van de Voor
zitter bleek, is hun antwoord op de
opmerking in de ie sectie gebaseerd op
de praktijk. Het trottoir aan de over
kant wordt door voetgangers meer ge
bruikt dan aan de linkerkant. Wat de
Bescherming Burger
bevolking.
De heer de Boer is van oordeel, in
tegenstelling tot het lid van de 2e sec
tie, dat deze post volledig verantwoord
is. De B.B. is gevormd uit de bevolking
en haar leden brengen een offer voor
hun medeburgers om hun hulp te kun
nen verlenen als ze het slachtoffer wor
den van oorlogshandelingen. In Londen
is tijdens de laatste oorlog gebleken wel
ke gunstige resultaten met een doelma
tige hulp kunnen worden bereikt. Op
deze stad vielen driehonderd maal zoveel
bommen als op Rotterdam, maar het
aantal slachtoffers was maar vijf maal
zo groot. In ons land heeft de B.B.
ook die van Sneek al nuttige diensten
bewezen bjj de overstromingsramp. Ten
slotte wees spr. er nog op, dat de B.B.
ressorteert onder de minister van Bin
nenlandse Zaken, en dus niet onder die
van Oorlog, en dat de onkosten voor de
blokploegen voor een groot deel door
het rijk worden vergoed.
Mevr. Schaper was het evenwel
nog niet duidelijk dat de B.B. uitsluitend
is opgericht voor bescherming van de
burgerbevolking. Als ze helpt bij na
tuurrampen kan men op haar steun re
kenen, maar spr. meent dat ze meer is
ingesteld om de bevolking vertrouwd te
maken met de gedachte dat er een
nieuwe oorlog zal komen. Het zou beter
zijn de bevolking te leren hoe de vrede
bewaard kan v’orden. Zij bleef daarom
tegen de uitgave voor de B.B.
De Voorzitter merkte naar aan
leiding van mevr. Schapers woorden op,
dat zij de Raad niet overtuigd had dat
de mogelijkheid van een nieuwe oorlog
niet aanwezig is. Zolang dat niet zeker
is, moet de overheid maatregelen nemen
om de burgerbevolking bescherming te
bieden. Men behoeft jniet zo geweldig in
gewijd te zijn in de internationale poli
tiek om te beseffen dat er op een ge
geven ogenblik we! eens een gewapend
conflict kan uitbreken. Zolang die mo-
gei’i'-’-'eid bestaat, ligt het op de weg
van de overheid evenals bij natuurram
pen waarvan we ook niet weten wan
neer ze komen een organisatie op te
zetten die uitsluitend ten doel heeft de
burgerbevolking te helpen.
mogelijk is alle belangen der gemeente
behoorlijk te verzorgen, want we hebben
ook nog rekening te houden met het
normale accres der uitgaven, zonder dat
het verzorgingspeil verhoogd wordt. Het
is zeer onbevredigend dat geen begro
ting kan Worden opgemaakt, waarin op
behoorlijke wijze in dat verzorgingspeil
is voorzien. Niet alleen gaat de verant
woordelijkheid der gemeente verloren,
doch ook de verantwoordelijkheid der
burgerij, die een gedeelte van de last
heeft te aanvaarden, welke dat verzor
gingspeil meebrengt. Spr. geeft toe dat
de last welke de burgerij zelf moet dra
gen, nooit zo kan worden geregeld als
in het verleden, want dan zouden de
verschillen in belastingdruk in de ver
schillende gemeenten onaanvaardbaar
worden. Daarom zal men steeds voor
een groot deel der gemeentelijke inkom
sten aangewezen zijn op het rijk, maar
de gemeente dient ook een eigen belas
tinggebied te hebben, waarin zij kan
opereren met eigen verantwoordelijk
heid, anders zal het niet gaan. Nu doet
iedere gemeente zijn best een behoorlijk
deel uit het gemeentefonds te krijgen.
Men bedenke echter wel dat de ontwik
keling van de financiële verhouding tus
sen rijk en gemeenten ook een moeilijk
probleem is voor het rijk en alle be
trokken instanties. Het lijkt twijfelach
tig ot het, nu van alle zijden cds op
haast wordt aangedrongen, nut heeft in
deze bij de regering nog een stap te
doen. Bovendien is de zaak reeds bij de
Staten-Generaal in behandeling en kan
de regering op de afdoening eigenlijk
geen invloed meer uitoefenen. En ove-.
rigeng moeten er in verband met de wij
ziging der personele belasting en de
nieuwe belastingmaatregelen ook weer
veranderingen in het ontwerp komen.
Men moet ook oog voor de moeilijkheid
dezer materie hebben. Maar spr. hoopt
dat de regeling binnen niet al te lange
tijd tot stand zal komen en op een voor
de gemeenten bevredigende wijze. Wat
het vreemdelingenverkeer betreft, dat is
hier zeker van grote betekenis, al is het
niet zo als de heer Fglstra zeide, nl. dat
het grootste deel onzer inwoners er van
moet bestaan, als spr. zich niet vergist
noemt het E.T.I.F.-rapport een cijfer
van 300. De ontsluiting van het Sneeker
meer is een probleem dat steeds sterker
de aandacht vraagt, naarmate het aan
tal recreatie-oorden in Nederland af
neemt en de belangstelling voor de zeil-
sport toeneemt. De ontsluiting van het
gehele me-engebied is echter een zaak
welke niet alleen Sneek aangaat, al
heeft het er het meeste belang bij en zal
net dus bepaalde initiatieven moeten ne
men. Ook de problemen van financiële
aard hiermee annex gaan ver boven de
draagkracht van Sneek uit.
Intussen mogen we niet ontevreden
zijn als we even tengzien. We kunnen
constateren dat de raad 15 jaar geleden
reeds oog had voor het belang van de doet dat. De mensen die „Sneeker Meer”
ontsluiting van het Sneeker meer, waar-*®~~- -
om toen de weg werd aangelegd. Dat
deze nu door het zwaardere en toegeno
men verkeer niet meer aan de eisen vol
doet ligt voor de hand, en dat is een der
kwesties welke de aandacht van het ge
meentebestuur moet hebben. Of dit ech
ter wel direct verband houdt met de ter
ritoriale indeling is de vraag, nacr spre
kers gevoel is er geen wijziging der ge
meentegrenzen nodig. Overigens zitten
er aan de gehele kwestie vele problemen
vast, de gedachten van de heer Fijlstra
gaan blijkbaar naar een corridor, zoals
er een in 1939 de tweede wereldoorlog
deed ontbranden! Dat lijkt ~nr. wel erg
ingriinend en het is de vraag of zoiets
wel de voorkeur verdient. Het Sneeker
meer bevindt zich op het gebied van
enkele andere gemeenten, en dat heeft
nooit moeilijkheden gegeven, beha! 'e
dan dat Prins Bernhard eens on een ge
geven moment drie burgemeesters met
ambtsketenen voor zich zag verschijnen!
Snr. dankt de heer de Vries voor diens
W’-’rderi”'’ voor het gevoerd beleid.
B. en W. hopen met dezelfde river l.un
nopingen tot behartiging der be’nngen
van Sneek voort te zetten,
van de financiën afhangen. Spr. danktweg en kon men dus per auto bij het
situatie kan ontstaan, al is die er nog tekort zitten en dat het inderdaad niet
niet, dat ook wij niet tot het einde der
onderhandelingen tussen federaal
gaan en rijk kunnen wachten.
Z. h. s. wordt ook de begroting van
het gasbedrijf alsnu vastgesteld.
'zeggen, zéggen ook „Sneek” en het is
dus van het uiterste belang dat Sneek
zeggingschap krijgt in het gebied tussen
de stad en het neer. Spr. voelt wel dat
hier bezwaren liggen, maar acht het
toch gewenst dat deze zaak onder ogen
wordt gezien.
De heer V i s zegt dat na de invasie
van 7000 vreemdelingen tijdens de elf-
merentocht (2000 deelnemers rekent spr.
te komen uit Sneek) nu weer het vreem
delingenverkeer de belangstelling trekt.
Spr. heeft de leden hier enig propagan
damateriaal van de Ver. tot bevordering
van het Vreemdelingenverkeer ter be
schikking gesteld en wenst hier nog
eens na te gaan wat de Ver. deed met
In 1926
in
aangelegd
betrekking tot het paviljoen,
kwam het eerste gebouwtje,
werd er een strand
zand werd f4000.— besteed) en een be
scheiden badgelegenheid; het zand is
thans weggespoeld, van het bad wordt
geen gebruik meer gemaakt, beide be
horen dus tot het verleden. In 1935 werd
het eerste deel van de weg aangelegd en
kreeg het paviljoen door de bouw van
het hotelletje zijn huidige vorm. In 1939
al zal veel I kwam er het tweede gedeelte van de
sr>^ Honirt wcg en kon men dus per auto bij het
ook voor de tot hem gerichte felicitatie paviljoen komen. Aan accomodatie kan
Mevrouw Schaper heeft de vrees ultge- j veel verbeterd, maar zelfs met f 150.000
sproken dat de woning- en scholenbouw Marsh a'.l-geld is geen sluitende exploi-
in de knel zou komen, d^ch dat gelooft tatie voor een grotere onderneming te
Subsidie reclasseringsverenlging.
Mr de Jong, die inmiddels was bin
nengekomen, sprak, wat hij bij de alge
mene beschouwingen niet had kunnen
doen, alsnog zijn erkentelijkheid uit voor
het beleid van B. en W. in het laatste
jaar. Daarna sprak hij zijn voldoening
uit over het toekennen van deze subsi
die. De reclasseringsverenigingen zijn
wel zeer bescheiden geweest, maar het
valt toe te juichen dat er een begin is
gemaakt. Het aantal recidivisten onder
de veroordeelden wordt nl. steeds gro
ter. De toestand wordt benauwend. Het
lijkt er veel op, dat vele ontslagen ge
vangenen opnieuw tot misdrijf verval
len als ze niet direct door de reclasse
ring worden opgevangen. Spr. hoopte
daarom dat B. en W. t.z.t. de collecte
voor dit doel "'eer zullen toestaan en
aanbevelen en dat de bevolking deze dan
goed zal gedenken.
De Voorzitter
voor het betoog van mr de Jong, maar
deze is in gebreke gebleven aan te tonen
dat hier in de eerste plaats een taak
voor de gemeente ligt. Dit is meer de
taak van de Tweede Kamer. Wanneer
we zien de financiële moeilijkheden van
de reclasseringsverenigingen, en tev-ns
het grote belang van deze zaak, dan is
het eigenlijk beschamend dat hiervoor
van rijkswege niet meer wordt gedaan.
Wanneer het reclasseringswerk zó be
langrijk is, en daar twijfelen we niet aan,
dan bevreemdt ons de karige wijze waar
op deze verenigingen van middelen wor
den voorzien. Spr. acht het tenslotte niet
nodig dat B. en W. de collecte aanbe
velen.
Het is ook niet mijn bedoeling dat B.
en W. dit ongevraagd zullen doen, aldus
repliceerde mr de Jong, maar als dat
van hen gevraagd wordt.
De Voorzitter: De bereidheid
van B. en W. op dit punt is onbeperkt.
De heer Groeneveld had bezwaar
tegen aanbevolen en niet aanbevolen col
lectes. Niet echter als dat van de bur
gemeester uitgaat.
Dat is ook inderdaad de bedoeling,
antwoordde de Vo o r z i 11 e r.
fU
i:®ö
Op een vraag van de heer Boon
stra inzake een wijziging van de ver
ordening op de reinigingsbelasting in
verband met de ingevoerde huurverho
ging, antwoordt de Voorzitter dat
het de bedoeling van B. en W. is dat de
huurverhoging op 1 Januari 1954 toe
gepast, waardoor vele woningen in ho
gere klassen zijn gekomen, generlei ge
volg zal hébben voor de reinigingsbelas
ting.
De heer Boonstra zegt dat de
personele belasting over twee kalender
jaren loopt, de reinigingsbelasting over
één, zodat voor 1955 een wijziging in de
verordening op de reinigingsbelasting
zal moeten worden gebracht.
De Voorzitter antwoordt dat B.
en W. geen verhoging der reinigings
belasting willen, zodat inderdaad de
verordening dient gewijzigd om te voor
komen dat van de in hogere klassen ge
komen woningen -meer reinigingsbelas
ting moet worden betaald dan thans het
geval is.
De begroting wordt z. h. s. vastge
steld,
Subsidie kruisverenigingen.
De heer Groeneveld heeft uit het
voorstel van B. en W. gelezen, dat totaal
f 1170.aan het Groene Kruis wordt
toegekend en de voorgestelde subsidie
aan het Prov. Groene Kruis nu f 985.
zal bedragen. Er zijn echter meer kruis
verenigingen in onze stad. Waarom
wordt het geld niet onder deze vereni
gingen verdeeld? Ik meende toch dat
er een samenwerking tussen de vereni
gingen bestaat, aldus spr.
De Voorzitter antwoordde dat
het punt waarover de heer Groeneveld
sprak niet in de secties aan de orde is
geweest. Toch wilde hij het standpunt
van B. en W. wel uiteenzetten. In de
begroting is een bedrag van f 720.—
opgenomen ten behoeve van de zuigelin
genzorg en de kraamverzorging. Van
dit bedrag was vroeger f 200.bestemd
voor het consultatiebureau en f520.
voor de toen bestaande Vereniging voor
Kraamverzorging.
Nadien is het aantal kruisverenigin
gen met drie uitgebreid (het wit-gele
kruis, ’t oranje-kruis en N.H.Wjjkverpl.)
die op zeker ogenblik het plan hadden
naast het bestaande consultatiebureau
een ander of elk een ander op te richp
ten. Dit is voor de verschillende vereni
gingen aanleiding geweest de mogelijk
heid van aamenwerking te overwegen,
waarbij overeenstemming werd bereikt.