Edelen in een burchtzaal Méar as Ballade=dichter I 1 I „Het Stedelijk Muziekcorps Sneek” gaat jubileren H I f I IJLST van II Daar gaat ’t om en ft Officieel Orgaan de gemeenten SNEEK, WYMBRITSERADEEL Donderdag 31 okt. 1957 By de bikroaning fan D. A. Tamminga De Anjumer moordzaak „Harkjen nei de oertael fan it libben” iiifuiniiuiiiHwuur Het Broederwerk in Suriname Wat te doen als u verblind wordt Redaktfe-adres Kleinzand 7 Telefoon 2872. Opbrengst kollekte Uitslag verkoping 112e jaargang no. 87 Het Sneeker Nieuwsblad is een Gehuldigd Geslaagd Oudste inwoner van Wym- britseradeel wordt 99 - gecombineerde uitgave een NIEUWE SNEEKER COURANT, SNEEKER COURANT en DRHFHOUTS NIEUWSBLAD Rijwielpad naar sluizen Terhorne Ook voor fietsers en brom fietsers geldt het verbod van verblindend licht Bioscoopnieuws SNEEKER NIEUWSBLAD Redakteur: L. KIEZEBRINK Fjouwer ófdielingen. Nieuw vaandel. Proses fan lichem-en-siel. U schrijft aan. Zittend v.l.n.r. J. 'B. Klasema, secretaris; T. van Gorkum, voorzitter; J. Smit, H .Zandstra nog altijd werkend lid, De vertelster mej. Hanny Hoogland met de edele personen om zich heen fersboekje ündertitel Ik sjoch hoedat de dagen eine Yn ’t sifer fan kalinderskyld Soms wol Ik my in takomst heine Ut mannichste en spegelbyld. De kollekte voor V.H.V. heeft in de gemeente Wymbritseradeel f 902.74 op gebracht. o boppe nachtegealen Tsjucht it elk stjerrebyld foarby. Net foar de mannichte. Merkt U bij de eerste keer, dat Uw sein om te dimmen onbeantwoord blijft, ga dan langzamer rijden en houd Uw blik zoveel mogelijk naar rechts en naar be neden gericht. Dit is in de gegeven om standigheden het beste wat U kunt doen. Plotseling afremmen kan fataal worden voor Uw achterligger, die misschien ook wel verblind is en daardoor geen reke ning kan houden met Uw bruuske re actie. (Internationale Antiverblindings-actie). Vereniging voor „Veilig Verkeer” voor Sneek en omgeving. Administratie: Comb. Drijfhout-Kiezebrink Co. Kantoor: GROOTZAND 55 Telefoon 3005 (K. 5150) be de Verschijnt MAANDAGS en DONDERDAGS Het lag aanvankelijk in de bedoeling van het bestuur dit feest in intieme kring te vieren. Maar de ereleden dach- t --ders over. Die grepen nl. deze Verhoging briefporto. U schrijft aan een zakenrelatie En plakt een paar centen méér (Eén troost: ook uw zakenrelatie Telt méér voor z’n brief-antwoord neer Dat willen fietsers en bromfietsers nog maar al te vaak vergeten. Rijwiel- licht, dat recht vooruit straalt, verblindt evengoed als het grote licht van een auto. Met één handbeweging kan een einde worden gemaakt aan verblindend rij wiel- en bromfietslicht: een stevige tik op de koplamp en het licht is goed ge richt. Het straalt schuin voorwaarts naar beneden. Weg is alle verblinding! Endoor dat ene tikje wordt een zware klap voorkomen! (Internationale Antiverblindings-actie). Vereniging voor „Veilig Verkeer” voor Sneek en omgeving. Mr K. H. Mulder, notaris te Lang weer verkocht in „Onder de Linden” fi naal de herenhuizinge aan de dr Bou- maweg 10, eigen aan de heer H. J. Hay- tink. Koper de heer G. R. Visser, gym nastiekleraar te Sneek voor f 18.889. De bondel bistiet üt fjouwer ófdielin gen: Untfinzenis, Advent, Berte en noch in koart Postludium(nei-spul). It earste diel.wurdt bihearske troch de forwach- ting fan de breid en troch har loksfielen: Ik bin de stream, in wylde jerne Sjongende stream en ’k sjong en ’k sjong Ik wit net mear yn hokfoar himel- herne Bij de burcht sloot een middeleeuwse „jaarmarkt” aan met een marskramer, koopvrouwen en een wonderdokter, waar de poorteressen langs drentelden. Voor dat kleurige tafereel zat in lange dichte rijen het gewone grauwe „volk” met open mond te kijken en te luisteren. De minstreel tokkelde, de edelvrouw liet het spinwiel snorren en midden in de burcht zaal, met alle edele personen om zich heen, zat de vertelster en bracht de avonturen tot leven van de jonker en de man met de huifkar. Kort verteld natuurlijk de bedoeling van de kin derboekenweek is dat uw kinderen zelf naar de boeiende boeken gaan grijpen.... H. Zandstra nog altijd werkend lid, zo dat het aanstaande 35-jarig jubileum voor hen een dubbel feest zal zjjn. Na de pauze, met een snoepje, werd Waar beide verenigingen ongeveer in dezelfde tijd waren opgericht, werd la ter ook nog overeengekomen, dat 1 november 1922 als de oprichtingsdatum van het nieuwe corps zou worden aan genomen. Dat is morgen dus 35 jaar ge leden, welk feit zal worden herdacht met een receptie van het bestuur op zaterdag 9 november in zaal Hanenburg en een Jubileumconcert voor genodigden dat op woensdag 13 november in Amici- tia gegeven wordt. frou wei. In foarbyld, ta in hichte, hat Tamminga dêrby hawn yn de „lyrische cyclus” „Geboorte” fan de Hollanske dichter Ed. Hoornik. It giet oer itselde proses fan lichem-en-siel en hjir en dér kin men biynfloeding waernimme yn wurdkar en byldfoarming, mar oer it gehiel is „It griene jier” in selsstannich, oarspronklik kunstwurk wurden, waer- mer, tearder, „frouliker” as dat fan syn Hollanske kollega, dat skerper, wranger aksinten hat. In de maandagavond gehouden ver gadering van de afd. Sneek van de N.C. G.B, heeft de voorzitter, de heer Tj. v. d. Werf, In een hartelijke toespraak de heer T. Sterk gehuldigd die 25 jaar lid was van de organisatie en hem het gouden insigne van het C.N.V. op de borst gespeld. Het hoge raam in de zaal van Frede- hlem, stjjlvol verdeeld in kleine ruitjes, was woensdagmiddag een passende ach tergrond voor een kleurrijk tafereel. Het was een burchtzaal waarin edelvrouwen en ridders verenigd waren met hun pages, minstreel en poortwachters. Bij de op 25 en 26 okt. in Zwolle ge houden examens voor Vrouwelijke Hand werken slaagden de dames A. en A. Ketelaar, opgeleid door mej. H. G. Zelle, lerares te Bolsward. Te Amsterdam is geslaagd voor het diploma Maatschappelijk werk A, onze vroegere stadgenote mej. G. R. de Vr’es, „bÖHieen Vrouwenben iddelaar t '-!> 1 het Gewestelijk Arbeidsbureau. het middeleeuwse verhaal Karei ende Elegast verteld. Er werd even aan ge dacht hoe op dit ogenblik vele kinde ren in heel veel andere plaatsen van ons land naar hetzelfde wonderlijk spannen de verhaal luisterden en het gaf een ge voel van grote verbondenheid met die andere lezertjes. Aan Het eind van deze vertelmiddag, die georganiseerd werd door de Leeszaal met grote medewerking van de plaatse- lijke boekhandelaren, smaakte een 20ste eeuwse taalman toch heel goed Nog niet geëindigd. Na de eerste wereldoorlog zat Sneek zonder muziekcorps. Het Stedeljjk corps, een voortzetting van de voormalige Schuttersmuziek, was namelyk opgeheven omdat de Gemeenteraad zjjn verzoek om verhoging der subsidie had afgewe zen. Voor het opluisteren van festiviteiten e.d. waren we hier toen aangewezen op corpsen uit de omtrek, wat nogal eens tot moeilijkheden leidde. Pas in 1922 werd deze leegte, die in alle krlngén der bevolking werd gevoeld, opgevuld. In dat jaar werd Sneek ineens drie corpsen rijk: de Arbeiders- muziekver. „Steun in de Strijd”, de Chr. Muziekver. „Harmonie” en het „Sneeker Muziekcorps”. Later is echter gebleken, dat dit van het goede wel wat te veel was. De corp sen kregen allen met moeilijkheden en een gebrek aan werkende leden te kam pen. Tijdens de oorlogsjaren leed „Steun In de Strijd”, dat zich in de jaren daar voor zeer verdienstelijk had gemaakt voor de moderne arbeidersbeweging, zelfs een kwijnend bestaan. Dat leidde er tenslotte toe, dat de voorzitter T. van Gorkum en wijlen de heer P. Schurer, toen secretaris van het Sneeker Muziek corps, contact met elkaar opnamen om zo mogelijk tot een fusie te komen. Het resultaat hiervan was dat op 27 juli 1945 in een gecombineerde leden vergadering tot dit samengaan werd besloten, waarbij het nieuwe corps, dat startte met 45 leden, zijn tegenwoordige naam „Het Stedelijk Muziekcorps Sneek” kreeg, en besloten werd dat het de roemrijke traditie van het neutrale Sneeker Muziekcorps ten dienste van de gehele burgerij zou voortzetten. Wat de muzikale prestaties betreft heeft de fusie zeer gunstige resultaten „It griene jier” is grif gjin poëzij foar de greate mannichte, it is net gaedlik foar foardrachtjounen, gearkomsten en doarpssealen. It is poëzij foar de fyn- priuwers, dy’t yn stiltme, iensumheit en tagedienens de fynste Ontroeringen fan de poëzij priuwe en ündergean wolle. Fokke Sierksma hat dit gdicht neamd: „it harkjen nei de oertael fan it libben seis om dy yn skientme fan wurden stal to jaen”. Better soe ’k it net sizze kinne. Ik haw de frijmoedichheit hawn eat to sizzen oer in poëzij dêr’t it net mak lik oer praet, om it persoanlike en deli- kate derfan. Ik haw dy frijmoedichheit nommen om’t it my oandeare soe, as Tamminga, ek mei troch dizze bikroa ning, foar ivich mei bannen en fuotten oan syn (fansels tige fortsjinstlik) bal- lade-dichterskip fêstknótte wurde soe. Mear as ballade-dichter. Ek yn de leaf- despoëzij, ek yn it harkjen nei de oer tael fan it libben hat Tamminga birikt hwat oan distiid ta yn it Frysk birikber wie. Dat er ek dêrfoar de kommende dagen huidige wurde mei. Anne Wadman. Laitsjende ik Ontsprong. De twadde ófdieling Advent (it neijer- oan-kommen) biskriuwt earst it wacht- sjen op, de twivel ek oangeande it yn forwachting wêzen. Prachtich wurdt dy ünwissens ütbylde yn it folgjende ge dicht, dat ik alhiel oernim; de breid bücht har oer kalinder en spegel om de tekens fan it swier wêzen waer to nim- men, mar Is toIoOlacvld, ii spe^eioyla sjocht har „fammich” oan en de twivel komt: de Natür soe it mis hawwe kinne: I penningmeester. Staande v.l.n.r. I. Silvius, 2e voorzitter; J. Rosier, bibliotheca/ris; H, Feenstra, 2e secretaris; H. de Blauw, 2e penningmeester. Oude getrouwen. Het corps en het trommelcorps tellen thans samen 54 leden. Van hen die in 1922 „Steun i. d. Strijd” en het Sneeker Muziekcorps oprichtten zijn de heren H. Feenstra, G. Bouma, W. van Winden en zo dat het kamende 35-jarig jubileum voor hen een dubbel feest zal zijn. een meisje van twintig, Blondharig en licht-blauw van oog (Voor hiér is het porto van 12 Ook tweemaal zo hoog niet te hoog. PHILIA. WOUDSEND, 30 oktober. Zondag 3 nov. hoopt onze dorpsgenoot Jochum Jacobs de Vries zijn negenennegentigste verjaardag te vieren. Hij is de oudste inwoner van Wymbritseradeel en tot zijn 90ste jaar turfschipper geweest, al oefende hij dat bedrijf de laatste jaren dan ook uit met zjjn jongste zoon Otto. De Vries is steeds Woudsend, waar hij werd geboren, trouw gebleven evenals het turfschippersvak dat hij tot zijn 25ste jaar met zijn vader bedreef. Toen huwde hy Hiltje Brouwer, ook al een schippersdochter, uit Hommerts en ging zelfstandig varen. Uit dit huwelijk zijn elf kinderen geboren, nl. tien jongens en één dochter, Wiebrigje, die haar vader thans uitstekend verzorgt. Er zijn thans nog acht zjjner kinderen in leven. Moe der de Vries overleed al meer dan veer tig jaar geleden. De oude baas is nog kras, al laten gehoor en gezicht wel wat te wensen over, en het zal stellig a.s. zondag een drukke dag voor hem worden, ook al wordt deze verjaardag dan nog alleen in de familiekring ge vierd, waar de stille wens zal heersen dat het volgend jaar de derde novem ber een grote feestdag zal worden om dat Jochum Jacobs de Vries dan zjjn honderdste verjaardag zal hebben mo gen bereiken. wurdt fan de hjerst as eftergroun, de stille tiid fan ófwachtsjen en öfstjerren, sa de tredde fan de winter as de kritike tiid, mei it Krêbbebern en de winter- fearren op it rüt as oantsjuttende sym- boalen. Dy tredde ófdieling sprekt fan de eangstme foar it greate barren, mar ek fan moed en fan folsleine oerjefte der oan. Oan ’e ein dan it hichtepunt, it barren fan de berte, heind yn it byld fan de mole dy’t barnend ündergiet („En yn dy fal fan bynt en balke Bin ik it hout en dü de flam”), oant üt ’e stealen wei it lüd fan de lytse opklinkt: IJLST. Vrijdag sprak voor de afde ling IJlst van de NCVB mej. Eringa. I evangeliste te Grouw, over het Broeder- werk in Suriname. De spreekster heeft verscheidene jaren in Suriname gewoond 1 en gewerkt als evangeliste en directrice i van kinderhuizen. Vooral toen in de j oorlog de band met Nederland verbro- j ken werd, was het zeer moeilijk het ze genrijke werk gaande te houden. De op- i leiding voor dit mooie werk vindt plaats op Nijenburg, Mogen veel jonge mensen hiervoor roeping gevoelen, want het zendingsveld is erg uitgestrekt. De kinderboekenweek is met deze vertelmiddag nog niet geëindigd. Gaat U nog eens kijken naar de tentoonstel ling in de leeszaal en de etalages van de boekwinkels, die er extra verzorgd uitzien met middeleeuws tin en koper naast een uitgezóchte collectie kinder boeken Foroarje ik? Brant my it segel Tomük en blij read op ’e koan? Mar ’t wjerbyld keatsend yn ’e spegel Sjucht my sa lang en fammich oan Dat ik my kear en yn ’t ünwisse Spatte de donkre triennen los O trien, it kin de Hófker misse It krintsjen fan de druvetros. Men moat binammen tinke om dat moaije, Bibelsk oandwaende byld yn de beide léste rigels, in byld dat men troch ütliz en forklearring allinne mar skeine soe. Yn it fers dat dan folget komt de wjerslach, wurdt de wissichheit fan jong libben to dragen ütsprutsen en de forhalding ta de noch net berne, oant dizze ófdieling einiget yn in naneliet. Lyk as dizze twadde ófdieling bihearske opgeleverd. De achtereencolgende diri genten resp. de heren H. B. te Strake, Dr Smit Marlisse, B. de Jong, A. Bou- man en A. Feenstra hebben het corps op een zeer hoog peil gebracht. Het be gon in 1946 in de eerste afdeling van de Friese Bond, maar werd in 1952 lid van de Kon. Nederl. Federatie van Har monie- en Fanfarecorpsen, waarin het opklom van de afdeling Uitmuntendheid tot de (hoogste) Vaandelafdeling. Deze opmerkelijke successen zijn vooral te danken aan wijlen de heer Bouman, die het corps mentaal belangrijk omhoog stuwde en de tegenwoordige dirigent de heer Feenstra van IJlst, onder wiens leiding vooral het tegenwoordige hoge muzikale peil, hoger dan ooit eerder in Sneek bereikt werd, is bereikt. In de beginjaren werden echter ook al opmer kelijke prestaties geleverd. In de jaren 1946, 1947 en 1948 bijv. behaalde men in de marswedstrijden te Sneek, Ak- krum en Warga reeds het hoogst aan tal punten. .up Viad van Utlr.Bora^c.cl heeft >'n in samenwerking met F- ninciaie Waterstaat ten behoeve van de rec-eatie een toeristisch rijwielpad aan te leggen op de provinciale water kering de Nieuwe Slachte, van de weg Terkaple-Terhome naar het sluizencom- plex te Terhorne. In Uniform. 1951 was een bijzonder jaar. Toen kregen de leden nl. hun mooie uniform en werd er een Trommelcorps aan het corps toegevoegd, waarvan de heer B. H. Wempe de leiding op zich nam. Op 5 mei luisterde het corps voor de eerste maal in uniform het Bevrijdingsfeest op en maakten de trommelaars in het open baar hun debuut. Het geld voor de uni formen was bijeengebracht door een co mité, bestaande uit de heren K. van Gorkum, G. W. Poiesz en Menno de Vries, die daarvoor met het erelidmaat schap werden beloond. Later werd deze onderscheiding ook nog toegekend aan de heren P. Lantinga, G. Bouma, A. Eeden, H. Feenstra, H. van Winden en H. Ferwerda, die zich eveneens zeer verdienstelijk hebben gemaakt. De Snltser Ungetiders. Vijf jaar geleden vormde zich uit het corps een boerenkapel die „De Snitser Ungetiders” gedoopt werd en in de kor te tijd van haar bestaan reeds in vele delen van ons land bekendheid heeft ge kregen. Overal waar deze vrolijke muzi kanten optreden oogsten ze nl. veel succes, waarvan ook Ds Bruinsma uit Gaastmeer geprofiteerd heeft toen ze hem verleden jaar op de Dam in Am sterdam hielpen bij de verkoop van koek ten bate van de restauratie van zijn oude vervallen kerkje. Ook voor het corps zelf hebben de Ungetiders grote activiteit ontwikkeld. Met hun jaarlijkse bliksemactie bijv, hebben ze de financiële positie niet on belangrijk verstevigd. gelegenheid aan het corps een nieuw vaandel te schenken ter vervanging van het oude dat geen plaats meer bood voor de vele medailles en eretekens wel ke in de loop der jaren op concoursen en muziekfeesten waren gewonnen. De actie daarvoor door hun ingezet werd een groot succes, zodat inderdaad tij dens het jubileumconcert een nieuw vaandel zal worden aangeboden. Zelfs zal daaraan nog iets moois worden toe gevoegd, maar waaruit dat bestaat moet nog een geheim blijven. Fraaie prestaties. It fait net ta en siz jitte hwat nijs oer de Fryske dichter D. A. Tamminga, dy’t dit jier bijeftige is mei de Gysbert-Japikspriis foar poëzij tusken twa heakjes: de tredde Snitser al dy’t dy prils oant nou ta krige hat, as de Ys>- brechtumers him foar dizze gelegenheit noch oan üs öfstean wolleDer Is oer syn wurk sa foar en nel al gans sein dat hout snjjt, ü.o. troch Fokke Sierk sma, dy’t yn in opstel fan in foech 30 siden (Frysk Jierboek 1946) alle kanten fan Tamminga syn dichtwurk yngeand en skerpsinnich bisprutsen hat. Dér komt by, dat Tamminga yn syn dichtsjen net folie problemen skept, minder B.g. as Obe Postma en miskien ek noch minder as Fedde Schurer. Hy stelt jin mar komselden foar dichterlike riedsels en geheimen, al makket er fan symboalen wol graech gebrük. In great part fan syn wurk is iepen, trochsichtich, klear byldzjend en glêshelder; hat alhiel gjin forlet fan tekst en ütliz. Binammen de Balladen, dêr’t Tamminga syn prils yn ’e earste pleats foar kriget, hearre foar in diel al ta it itige kultureel bisit fan it Fryske folk; guon wurde by gelegenheden foardroegen. Forhalen en motiven üt sêgen, folkslibben en histoarje binne yn dy ballade-samling op technysk knappe, fakkundige wize en mei in tük each foar de waernommen wurklikheit yn dichtfoarm werjown. Dizze balladen, ek de oersette, binne masterstikjes fan bylding en taelmacht, en it wurk fan in fakman-dichter, in ambachtskunstner fan it wurd; guon hawwe yn koarte jierren nasionale bits jutting krige, b.g. de „Ballade fan de Ridderslach”, en men soe se as biwiisstikken fan hwat mei dy forachte Frys ke folkstael op kulturele hichte mooglik is, net graach misse wolle. Goede verhoudingen. Het stemt eveneens tot voldoening, dat de verhouding van ons jubilerend corps tot de Chr. Muziekver. „Harmo nie” en de corpsen uit de omgeving zeer goed is. Het trad vele malen sa men met „Harmonie” op en neemt een levendig aandeel in de Uitwisselings- concerten, georganiseerd door de fede ratie SneekIJlstWymbritseradeel en Bolsward, waarbjj het eveneens is aan gesloten. Het is in de dorpen en steden welke deze federatie omvat steeds een welkome gast. Ook uit die kringen zal tiet hem daarom bij de viering van het jubileum stellig niet aan belangstelling en waardering ontbreken. De titel „It griene jier” is keazen om’t dizze fersen yn dichterlike wurden, bylden en symboalen bitrekking hawwe op it earste jier fan it houlik, op ’e ienwurding fan man en frou, op it yn forwachting wêzen en op de berte fan it bern. De ündertitel, „In leafdeliet”, is sünder mear düdlik, al sil der wol in biwuste bidoeling efter sitte: dat men it berteproses net allinne mar sjocht as in soarte fan natürforskynsel, mar like- goed as in barren dat op ’en ynliksten en djipsten forboun is mei de sielsgefoelens tusken twa minsken, dy’t men gearfet- tet ünder de namme „leafde”. „It griene jier” is in saneamde „lyryske syklus”, dat wol sizze: de fersen (ófsünderlike titels hawwe hja net) hearre allegear by elkoar, binne ünderdiel fan ien siels- proses en toane dus in biskate üntjo- wing. It gedicht bisiket üt to byldzjen, to registrearjen, to bis jongen (de wur den liet, sjongen, sang ensfh. komme der gauris yn foar) de fynste en djipste, ge heimste gefoelens dy’t tusken man en frou libje yn ’e yntimiteit fan it byinoar- wêzen en byinoar-hearren, mar dy gf 'oelens dan bilibbe üt ’e siele fan de ■c „It griene jier” is Tamminga syn minst bikende wurk, en dat is wol to bigripen, al is it spitich. 'Net allinne is dizze fersesamling yn 'e oarlochstiid klandestyn yn it „Ijocht” kommen yn in biheind tal eksemplaren, mar it is ek gjin poëzij dy’t fuortdaliks in greate mannichte haegje kin. Net üt ünbigryp- likheit sasear, mar wol om’t fan de lêzer in sterke gefoelichheid frege wurdt foar it genietsjen fan dizze teare, brekbere, om it wurd sykjende en taestende poëzij. Men soe skromje it elkenien yn ’e han- nen to jaen. Net om’t it „üngeskikt foar ünder de 18” is, nou ja, goed, dat sil it ek wol wêze, mar alle sensaesje, alle pikartery is der frjemd oan, en dy’t dêr op üt is kin syn gading better earne oars sykje. Mar wol om’t dizze poëzij foar it goed forstean bihalven de jier ren fan ünderskied ek in biskate ynwin- dige biskaving freget, dy’t nou ienris net elkenien hiem is. Hja sprekt fan in yntym stik libben, dat winliken nim- men, ek in dichter net en binammen in Fries net, nei’t men seit, graech oan de iepenbierens priis jowt. „It griene jier” hat dan ek by myn witten nea yn ’e hannel west en is nea yn kranten en tydskriften bisprutsen, hwat him net allinne lein hawwe sil oan de oarlochs- omstannichheden, mar ek grif wol oan it feit, dat allinne Ijü dêr’t bikend fan wie dat hja bigien wiene op Fryske poë zij, der op yntekenje koene Strijd tegen verdovende middelen. Het Amicitia Theater heeft als hoofd film „International Police”, een beeld van de strijd welke het Interpol-bureau voert tegen de handel in verdovende middelen. Een strijd welke over een groot deel van de wereld wordt uitge vochten, zodat de Amerikaanse recher cheur die in dit geval met de opsporing van de internationale bende wordt be last, Sturgis (Victor Mature) in tal van Europese steden opduikt, waar hij natuurlijk de hulp van de politie-autori- teiten geniet. Sturgis is fel bij zijn werk, niet alleen omdat het zijn plicht is, maar ook omdat zijn zuster door de onverla ten is omgebracht. Maar de bende-leden zijn niet van gisteren, hun leider Mc Nally (Trevor Howard) deinst voor geen middel, ook niet voor moord, terug om aan de vervolging te ontsnappen en zijn illegaal en luguber bedrijf voort te zetten. Boeiend tot het einde is deze film, waarin ook Anita Ekberg als een koerierster van de bende een hoofdrol heeft. U schrijft aan een „slechte betaler” Hoe véél en hoe lang het al is (Géén troost: déze brief en dat porto Verhógen uw port-ergernis U schrijft aan familie of vrinden 'n Verjaardagsgelukwens-briefkaart (De troost: die familie of vrinden Zijn doorgaans het porto wel waard). Mear snaren op ’e harpe. Dochs is it getaer great, dat ae aich- ter Tamminga forienselvige wurdt mei syn balladen, dat er to boek stean bliuwt as forteller-op-rym. En dat soe ünbillik wêze tsjinoer in dichter dy’t safolle mear snaren op syn harpe hat. Tammin ga is méér as ballade-dichter; hij is ek (öfsjoen fan syn toanielwurk en syn ge- skriften foar it ünderwiis) de makker fan mannich snedich, ündogens, ironysk of sentiminteel kabaretliet; hy is de drege byldhouwer fan de knappe sonnet ten üt de bondel „Nije gedichten”; hy is de fynynlelne stikelder yn it lytse bon- deltsje „Leksums”; hy is in leafdesdich- ter fan formaet; boppe-al de dichter fan dat lytse, suVer ünbikende „It griene jier”, dat as draecht: „it leafdeliet”. „It griene jier”. In verband met de moord op de An jumer slikwerker P Steegstra, die in september 1956 werd gepleegd en waar in dit voorjaar door de Leeuwarder rechtbank een nieuw onderzoek werd gelast, heeft thans een nieuwe arrestatie plaatsgevonden. Te Anjum is namelijk, terwijl hij op het punt stond naar Am sterdam te vertrekken om daar aan boord te gaan van de walvisvaarder Willem Barentsz, gearresteerd de 29- jarige landbouwer D. B. te Anjum. Dit geschiedde op bevel van de officier van justitie te Leeuwarden. Er zijn aanwij i zingen, dat B. in deze zaak een rol zou I hebben gespeeld. Bovendien wordt de arrestatie in verband gebracht met het overlijden van B.’s vader. Deze is vijf jaar geleden overleden naar men toen aannam aan een hartkwaal. Er zijn nu echter aanwijzingen, dat er vergiftiging zou hebben plaats gevonden. Het lijk is opgegraven. Advertentieprija 15 ct per mm. Bij contract (handelaadv.) lager. Abonnementspriji f 3.per half jaar. Franco per pott f 3.75 per half jaar. Giro 8 5 0 7 4 8 ten name van Sneeker Nieuwsblad.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1957 | | pagina 1