Edelen in een burchtzaal
Méar as Ballade=dichter
I
1
I
„Het Stedelijk Muziekcorps Sneek”
gaat jubileren
H
I
f
I
IJLST
van
II
Daar gaat ’t om
en
ft
Officieel Orgaan
de gemeenten SNEEK, WYMBRITSERADEEL
Donderdag 31 okt. 1957
By de bikroaning fan D. A. Tamminga
De Anjumer moordzaak
„Harkjen nei de oertael fan it libben”
iiifuiniiuiiiHwuur
Het Broederwerk in
Suriname
Wat te doen als u verblind
wordt
Redaktfe-adres
Kleinzand 7 Telefoon 2872.
Opbrengst kollekte
Uitslag verkoping
112e jaargang no. 87
Het Sneeker Nieuwsblad is een
Gehuldigd
Geslaagd
Oudste inwoner van Wym-
britseradeel wordt 99
-
gecombineerde uitgave een NIEUWE SNEEKER COURANT, SNEEKER COURANT en DRHFHOUTS NIEUWSBLAD
Rijwielpad naar sluizen
Terhorne
Ook voor fietsers en brom
fietsers geldt het verbod van
verblindend licht
Bioscoopnieuws
SNEEKER NIEUWSBLAD
Redakteur: L. KIEZEBRINK
Fjouwer ófdielingen.
Nieuw vaandel.
Proses fan lichem-en-siel.
U schrijft aan.
Zittend v.l.n.r. J. 'B. Klasema, secretaris; T. van Gorkum, voorzitter; J. Smit, H .Zandstra nog altijd werkend lid,
De vertelster mej. Hanny Hoogland met
de edele personen om zich heen
fersboekje
ündertitel
Ik sjoch hoedat de dagen eine
Yn ’t sifer fan kalinderskyld
Soms wol Ik my in takomst heine
Ut mannichste en spegelbyld.
De kollekte voor V.H.V. heeft in de
gemeente Wymbritseradeel f 902.74 op
gebracht.
o boppe nachtegealen
Tsjucht it elk stjerrebyld foarby.
Net foar de mannichte.
Merkt U bij de eerste keer, dat Uw
sein om te dimmen onbeantwoord blijft,
ga dan langzamer rijden en houd Uw blik
zoveel mogelijk naar rechts en naar be
neden gericht. Dit is in de gegeven om
standigheden het beste wat U kunt doen.
Plotseling afremmen kan fataal worden
voor Uw achterligger, die misschien ook
wel verblind is en daardoor geen reke
ning kan houden met Uw bruuske re
actie.
(Internationale Antiverblindings-actie).
Vereniging voor „Veilig Verkeer” voor
Sneek en omgeving.
Administratie:
Comb. Drijfhout-Kiezebrink Co.
Kantoor: GROOTZAND 55
Telefoon 3005 (K. 5150)
be
de
Verschijnt
MAANDAGS en DONDERDAGS
Het lag aanvankelijk in de bedoeling
van het bestuur dit feest in intieme
kring te vieren. Maar de ereleden dach-
t --ders over. Die grepen nl. deze
Verhoging briefporto.
U schrijft aan een zakenrelatie
En plakt een paar centen méér
(Eén troost: ook uw zakenrelatie
Telt méér voor z’n brief-antwoord
neer
Dat willen fietsers en bromfietsers
nog maar al te vaak vergeten. Rijwiel-
licht, dat recht vooruit straalt, verblindt
evengoed als het grote licht van een
auto.
Met één handbeweging kan een einde
worden gemaakt aan verblindend rij
wiel- en bromfietslicht: een stevige tik
op de koplamp en het licht is goed ge
richt. Het straalt schuin voorwaarts naar
beneden. Weg is alle verblinding!
Endoor dat ene tikje wordt een
zware klap voorkomen!
(Internationale Antiverblindings-actie).
Vereniging voor „Veilig Verkeer” voor
Sneek en omgeving.
Mr K. H. Mulder, notaris te Lang
weer verkocht in „Onder de Linden” fi
naal de herenhuizinge aan de dr Bou-
maweg 10, eigen aan de heer H. J. Hay-
tink. Koper de heer G. R. Visser, gym
nastiekleraar te Sneek voor f 18.889.
De bondel bistiet üt fjouwer ófdielin
gen: Untfinzenis, Advent, Berte en noch
in koart Postludium(nei-spul). It earste
diel.wurdt bihearske troch de forwach-
ting fan de breid en troch har loksfielen:
Ik bin de stream, in wylde jerne
Sjongende stream en ’k sjong en ’k
sjong
Ik wit net mear yn hokfoar himel-
herne
Bij de burcht sloot een middeleeuwse
„jaarmarkt” aan met een marskramer,
koopvrouwen en een wonderdokter, waar
de poorteressen langs drentelden. Voor
dat kleurige tafereel zat in lange dichte
rijen het gewone grauwe „volk” met
open mond te kijken en te luisteren. De
minstreel tokkelde, de edelvrouw liet het
spinwiel snorren en midden in de burcht
zaal, met alle edele personen om zich
heen, zat de vertelster en bracht de
avonturen tot leven van de jonker en
de man met de huifkar. Kort verteld
natuurlijk de bedoeling van de kin
derboekenweek is dat uw kinderen zelf
naar de boeiende boeken gaan grijpen....
H. Zandstra nog altijd werkend lid, zo
dat het aanstaande 35-jarig jubileum
voor hen een dubbel feest zal zjjn.
Na de pauze, met een snoepje, werd
Waar beide verenigingen ongeveer in
dezelfde tijd waren opgericht, werd la
ter ook nog overeengekomen, dat 1
november 1922 als de oprichtingsdatum
van het nieuwe corps zou worden aan
genomen. Dat is morgen dus 35 jaar ge
leden, welk feit zal worden herdacht
met een receptie van het bestuur op
zaterdag 9 november in zaal Hanenburg
en een Jubileumconcert voor genodigden
dat op woensdag 13 november in Amici-
tia gegeven wordt.
frou wei. In foarbyld, ta in hichte, hat
Tamminga dêrby hawn yn de „lyrische
cyclus” „Geboorte” fan de Hollanske
dichter Ed. Hoornik. It giet oer itselde
proses fan lichem-en-siel en hjir en dér
kin men biynfloeding waernimme yn
wurdkar en byldfoarming, mar oer it
gehiel is „It griene jier” in selsstannich,
oarspronklik kunstwurk wurden, waer-
mer, tearder, „frouliker” as dat fan syn
Hollanske kollega, dat skerper, wranger
aksinten hat.
In de maandagavond gehouden ver
gadering van de afd. Sneek van de N.C.
G.B, heeft de voorzitter, de heer Tj.
v. d. Werf, In een hartelijke toespraak
de heer T. Sterk gehuldigd die 25 jaar
lid was van de organisatie en hem het
gouden insigne van het C.N.V. op de
borst gespeld.
Het hoge raam in de zaal van Frede-
hlem, stjjlvol verdeeld in kleine ruitjes,
was woensdagmiddag een passende ach
tergrond voor een kleurrijk tafereel. Het
was een burchtzaal waarin edelvrouwen
en ridders verenigd waren met hun
pages, minstreel en poortwachters.
Bij de op 25 en 26 okt. in Zwolle ge
houden examens voor Vrouwelijke Hand
werken slaagden de dames A. en A.
Ketelaar, opgeleid door mej. H. G. Zelle,
lerares te Bolsward.
Te Amsterdam is geslaagd voor het
diploma Maatschappelijk werk A, onze
vroegere stadgenote mej. G. R. de Vr’es,
„bÖHieen Vrouwenben iddelaar t '-!> 1
het Gewestelijk Arbeidsbureau.
het middeleeuwse verhaal Karei ende
Elegast verteld. Er werd even aan ge
dacht hoe op dit ogenblik vele kinde
ren in heel veel andere plaatsen van ons
land naar hetzelfde wonderlijk spannen
de verhaal luisterden en het gaf een ge
voel van grote verbondenheid met die
andere lezertjes.
Aan Het eind van deze vertelmiddag,
die georganiseerd werd door de Leeszaal
met grote medewerking van de plaatse-
lijke boekhandelaren, smaakte een 20ste
eeuwse taalman toch heel goed
Nog niet geëindigd.
Na de eerste wereldoorlog zat Sneek zonder muziekcorps. Het Stedeljjk corps,
een voortzetting van de voormalige Schuttersmuziek, was namelyk opgeheven
omdat de Gemeenteraad zjjn verzoek om verhoging der subsidie had afgewe
zen. Voor het opluisteren van festiviteiten e.d. waren we hier toen aangewezen
op corpsen uit de omtrek, wat nogal eens tot moeilijkheden leidde.
Pas in 1922 werd deze leegte, die in alle krlngén der bevolking werd gevoeld,
opgevuld. In dat jaar werd Sneek ineens drie corpsen rijk: de Arbeiders-
muziekver. „Steun in de Strijd”, de Chr. Muziekver. „Harmonie” en het „Sneeker
Muziekcorps”.
Later is echter gebleken, dat dit van het goede wel wat te veel was. De corp
sen kregen allen met moeilijkheden en een gebrek aan werkende leden te kam
pen. Tijdens de oorlogsjaren leed „Steun In de Strijd”, dat zich in de jaren daar
voor zeer verdienstelijk had gemaakt voor de moderne arbeidersbeweging,
zelfs een kwijnend bestaan. Dat leidde er tenslotte toe, dat de voorzitter T. van
Gorkum en wijlen de heer P. Schurer, toen secretaris van het Sneeker Muziek
corps, contact met elkaar opnamen om zo mogelijk tot een fusie te komen.
Het resultaat hiervan was dat op 27 juli 1945 in een gecombineerde leden
vergadering tot dit samengaan werd besloten, waarbij het nieuwe corps, dat
startte met 45 leden, zijn tegenwoordige naam „Het Stedelijk Muziekcorps Sneek”
kreeg, en besloten werd dat het de roemrijke traditie van het neutrale Sneeker
Muziekcorps ten dienste van de gehele burgerij zou voortzetten.
Wat de muzikale prestaties betreft
heeft de fusie zeer gunstige resultaten
„It griene jier” is grif gjin poëzij foar
de greate mannichte, it is net gaedlik
foar foardrachtjounen, gearkomsten en
doarpssealen. It is poëzij foar de fyn-
priuwers, dy’t yn stiltme, iensumheit en
tagedienens de fynste Ontroeringen fan
de poëzij priuwe en ündergean wolle.
Fokke Sierksma hat dit gdicht neamd:
„it harkjen nei de oertael fan it libben
seis om dy yn skientme fan wurden stal
to jaen”. Better soe ’k it net sizze kinne.
Ik haw de frijmoedichheit hawn eat
to sizzen oer in poëzij dêr’t it net mak
lik oer praet, om it persoanlike en deli-
kate derfan. Ik haw dy frijmoedichheit
nommen om’t it my oandeare soe, as
Tamminga, ek mei troch dizze bikroa
ning, foar ivich mei bannen en fuotten
oan syn (fansels tige fortsjinstlik) bal-
lade-dichterskip fêstknótte wurde soe.
Mear as ballade-dichter. Ek yn de leaf-
despoëzij, ek yn it harkjen nei de oer
tael fan it libben hat Tamminga birikt
hwat oan distiid ta yn it Frysk birikber
wie. Dat er ek dêrfoar de kommende
dagen huidige wurde mei.
Anne Wadman.
Laitsjende ik Ontsprong.
De twadde ófdieling Advent (it neijer-
oan-kommen) biskriuwt earst it wacht-
sjen op, de twivel ek oangeande it yn
forwachting wêzen. Prachtich wurdt dy
ünwissens ütbylde yn it folgjende ge
dicht, dat ik alhiel oernim; de breid
bücht har oer kalinder en spegel om de
tekens fan it swier wêzen waer to nim-
men, mar Is toIoOlacvld, ii spe^eioyla
sjocht har „fammich” oan en de twivel
komt: de Natür soe it mis hawwe kinne:
I
penningmeester. Staande v.l.n.r. I. Silvius, 2e voorzitter; J. Rosier, bibliotheca/ris;
H, Feenstra, 2e secretaris; H. de Blauw, 2e penningmeester.
Oude getrouwen.
Het corps en het trommelcorps tellen
thans samen 54 leden. Van hen die in
1922 „Steun i. d. Strijd” en het Sneeker
Muziekcorps oprichtten zijn de heren H.
Feenstra, G. Bouma, W. van Winden en
zo
dat het kamende 35-jarig jubileum
voor hen een dubbel feest zal zijn.
een meisje van
twintig,
Blondharig en licht-blauw van oog
(Voor hiér is het porto van 12
Ook tweemaal zo hoog
niet te hoog.
PHILIA.
WOUDSEND, 30 oktober. Zondag 3
nov. hoopt onze dorpsgenoot Jochum
Jacobs de Vries zijn negenennegentigste
verjaardag te vieren. Hij is de oudste
inwoner van Wymbritseradeel en tot
zijn 90ste jaar turfschipper geweest, al
oefende hij dat bedrijf de laatste jaren
dan ook uit met zjjn jongste zoon Otto.
De Vries is steeds Woudsend, waar hij
werd geboren, trouw gebleven evenals
het turfschippersvak dat hij tot zijn
25ste jaar met zijn vader bedreef. Toen
huwde hy Hiltje Brouwer, ook al een
schippersdochter, uit Hommerts en ging
zelfstandig varen. Uit dit huwelijk zijn
elf kinderen geboren, nl. tien jongens en
één dochter, Wiebrigje, die haar vader
thans uitstekend verzorgt. Er zijn thans
nog acht zjjner kinderen in leven. Moe
der de Vries overleed al meer dan veer
tig jaar geleden. De oude baas is nog
kras, al laten gehoor en gezicht wel
wat te wensen over, en het zal stellig
a.s. zondag een drukke dag voor hem
worden, ook al wordt deze verjaardag
dan nog alleen in de familiekring ge
vierd, waar de stille wens zal heersen
dat het volgend jaar de derde novem
ber een grote feestdag zal worden om
dat Jochum Jacobs de Vries dan zjjn
honderdste verjaardag zal hebben mo
gen bereiken.
wurdt fan de hjerst as eftergroun, de
stille tiid fan ófwachtsjen en öfstjerren,
sa de tredde fan de winter as de kritike
tiid, mei it Krêbbebern en de winter-
fearren op it rüt as oantsjuttende sym-
boalen. Dy tredde ófdieling sprekt fan
de eangstme foar it greate barren, mar
ek fan moed en fan folsleine oerjefte
der oan. Oan ’e ein dan it hichtepunt,
it barren fan de berte, heind yn it byld
fan de mole dy’t barnend ündergiet
(„En yn dy fal fan bynt en balke Bin
ik it hout en dü de flam”), oant üt ’e
stealen wei it lüd fan de lytse opklinkt:
IJLST. Vrijdag sprak voor de afde
ling IJlst van de NCVB mej. Eringa. I
evangeliste te Grouw, over het Broeder-
werk in Suriname. De spreekster heeft
verscheidene jaren in Suriname gewoond 1
en gewerkt als evangeliste en directrice i
van kinderhuizen. Vooral toen in de j
oorlog de band met Nederland verbro- j
ken werd, was het zeer moeilijk het ze
genrijke werk gaande te houden. De op- i
leiding voor dit mooie werk vindt plaats
op Nijenburg, Mogen veel jonge mensen
hiervoor roeping gevoelen, want het
zendingsveld is erg uitgestrekt.
De kinderboekenweek is met deze
vertelmiddag nog niet geëindigd. Gaat
U nog eens kijken naar de tentoonstel
ling in de leeszaal en de etalages van
de boekwinkels, die er extra verzorgd
uitzien met middeleeuws tin en koper
naast een uitgezóchte collectie kinder
boeken
Foroarje ik? Brant my it segel
Tomük en blij read op ’e koan?
Mar ’t wjerbyld keatsend yn ’e spegel
Sjucht my sa lang en fammich oan
Dat ik my kear en yn ’t ünwisse
Spatte de donkre triennen los
O trien, it kin de Hófker misse
It krintsjen fan de druvetros.
Men moat binammen tinke om dat
moaije, Bibelsk oandwaende byld yn de
beide léste rigels, in byld dat men troch
ütliz en forklearring allinne mar skeine
soe.
Yn it fers dat dan folget komt de
wjerslach, wurdt de wissichheit fan
jong libben to dragen ütsprutsen en de
forhalding ta de noch net berne, oant
dizze ófdieling einiget yn in naneliet.
Lyk as dizze twadde ófdieling bihearske
opgeleverd. De achtereencolgende diri
genten resp. de heren H. B. te Strake,
Dr Smit Marlisse, B. de Jong, A. Bou-
man en A. Feenstra hebben het corps
op een zeer hoog peil gebracht. Het be
gon in 1946 in de eerste afdeling van de
Friese Bond, maar werd in 1952 lid
van de Kon. Nederl. Federatie van Har
monie- en Fanfarecorpsen, waarin het
opklom van de afdeling Uitmuntendheid
tot de (hoogste) Vaandelafdeling. Deze
opmerkelijke successen zijn vooral te
danken aan wijlen de heer Bouman, die
het corps mentaal belangrijk omhoog
stuwde en de tegenwoordige dirigent de
heer Feenstra van IJlst, onder wiens
leiding vooral het tegenwoordige hoge
muzikale peil, hoger dan ooit eerder in
Sneek bereikt werd, is bereikt. In de
beginjaren werden echter ook al opmer
kelijke prestaties geleverd. In de jaren
1946, 1947 en 1948 bijv. behaalde men
in de marswedstrijden te Sneek, Ak-
krum en Warga reeds het hoogst aan
tal punten.
.up Viad van Utlr.Bora^c.cl heeft
>'n in samenwerking met
F- ninciaie Waterstaat ten behoeve van
de rec-eatie een toeristisch rijwielpad
aan te leggen op de provinciale water
kering de Nieuwe Slachte, van de weg
Terkaple-Terhome naar het sluizencom-
plex te Terhorne.
In Uniform.
1951 was een bijzonder jaar. Toen
kregen de leden nl. hun mooie uniform
en werd er een Trommelcorps aan het
corps toegevoegd, waarvan de heer B.
H. Wempe de leiding op zich nam. Op 5
mei luisterde het corps voor de eerste
maal in uniform het Bevrijdingsfeest op
en maakten de trommelaars in het open
baar hun debuut. Het geld voor de uni
formen was bijeengebracht door een co
mité, bestaande uit de heren K. van
Gorkum, G. W. Poiesz en Menno de
Vries, die daarvoor met het erelidmaat
schap werden beloond. Later werd deze
onderscheiding ook nog toegekend aan
de heren P. Lantinga, G. Bouma, A.
Eeden, H. Feenstra, H. van Winden en
H. Ferwerda, die zich eveneens zeer
verdienstelijk hebben gemaakt.
De Snltser Ungetiders.
Vijf jaar geleden vormde zich uit het
corps een boerenkapel die „De Snitser
Ungetiders” gedoopt werd en in de kor
te tijd van haar bestaan reeds in vele
delen van ons land bekendheid heeft ge
kregen. Overal waar deze vrolijke muzi
kanten optreden oogsten ze nl. veel
succes, waarvan ook Ds Bruinsma uit
Gaastmeer geprofiteerd heeft toen ze
hem verleden jaar op de Dam in Am
sterdam hielpen bij de verkoop van koek
ten bate van de restauratie van zijn oude
vervallen kerkje.
Ook voor het corps zelf hebben de
Ungetiders grote activiteit ontwikkeld.
Met hun jaarlijkse bliksemactie bijv,
hebben ze de financiële positie niet on
belangrijk verstevigd.
gelegenheid aan het corps een nieuw
vaandel te schenken ter vervanging van
het oude dat geen plaats meer bood
voor de vele medailles en eretekens wel
ke in de loop der jaren op concoursen
en muziekfeesten waren gewonnen. De
actie daarvoor door hun ingezet werd
een groot succes, zodat inderdaad tij
dens het jubileumconcert een nieuw
vaandel zal worden aangeboden. Zelfs
zal daaraan nog iets moois worden toe
gevoegd, maar waaruit dat bestaat
moet nog een geheim blijven.
Fraaie prestaties.
It fait net ta en siz jitte hwat nijs oer de Fryske dichter D. A. Tamminga,
dy’t dit jier bijeftige is mei de Gysbert-Japikspriis foar poëzij tusken twa
heakjes: de tredde Snitser al dy’t dy prils oant nou ta krige hat, as de Ys>-
brechtumers him foar dizze gelegenheit noch oan üs öfstean wolleDer Is
oer syn wurk sa foar en nel al gans sein dat hout snjjt, ü.o. troch Fokke Sierk
sma, dy’t yn in opstel fan in foech 30 siden (Frysk Jierboek 1946) alle kanten
fan Tamminga syn dichtwurk yngeand en skerpsinnich bisprutsen hat. Dér
komt by, dat Tamminga yn syn dichtsjen net folie problemen skept, minder B.g.
as Obe Postma en miskien ek noch minder as Fedde Schurer. Hy stelt jin mar
komselden foar dichterlike riedsels en geheimen, al makket er fan symboalen
wol graech gebrük. In great part fan syn wurk is iepen, trochsichtich, klear
byldzjend en glêshelder; hat alhiel gjin forlet fan tekst en ütliz.
Binammen de Balladen, dêr’t Tamminga syn prils yn ’e earste pleats foar kriget,
hearre foar in diel al ta it itige kultureel bisit fan it Fryske folk; guon wurde
by gelegenheden foardroegen. Forhalen en motiven üt sêgen, folkslibben en
histoarje binne yn dy ballade-samling op technysk knappe, fakkundige wize en
mei in tük each foar de waernommen wurklikheit yn dichtfoarm werjown.
Dizze balladen, ek de oersette, binne masterstikjes fan bylding en taelmacht,
en it wurk fan in fakman-dichter, in ambachtskunstner fan it wurd; guon
hawwe yn koarte jierren nasionale bits jutting krige, b.g. de „Ballade fan de
Ridderslach”, en men soe se as biwiisstikken fan hwat mei dy forachte Frys
ke folkstael op kulturele hichte mooglik is, net graach misse wolle.
Goede verhoudingen.
Het stemt eveneens tot voldoening,
dat de verhouding van ons jubilerend
corps tot de Chr. Muziekver. „Harmo
nie” en de corpsen uit de omgeving
zeer goed is. Het trad vele malen sa
men met „Harmonie” op en neemt een
levendig aandeel in de Uitwisselings-
concerten, georganiseerd door de fede
ratie SneekIJlstWymbritseradeel en
Bolsward, waarbjj het eveneens is aan
gesloten. Het is in de dorpen en steden
welke deze federatie omvat steeds een
welkome gast. Ook uit die kringen zal
tiet hem daarom bij de viering van het
jubileum stellig niet aan belangstelling
en waardering ontbreken.
De titel „It griene jier” is keazen
om’t dizze fersen yn dichterlike wurden,
bylden en symboalen bitrekking hawwe
op it earste jier fan it houlik, op ’e
ienwurding fan man en frou, op it yn
forwachting wêzen en op de berte fan
it bern. De ündertitel, „In leafdeliet”, is
sünder mear düdlik, al sil der wol in
biwuste bidoeling efter sitte: dat men it
berteproses net allinne mar sjocht as in
soarte fan natürforskynsel, mar like-
goed as in barren dat op ’en ynliksten en
djipsten forboun is mei de sielsgefoelens
tusken twa minsken, dy’t men gearfet-
tet ünder de namme „leafde”. „It griene
jier” is in saneamde „lyryske syklus”,
dat wol sizze: de fersen (ófsünderlike
titels hawwe hja net) hearre allegear
by elkoar, binne ünderdiel fan ien siels-
proses en toane dus in biskate üntjo-
wing. It gedicht bisiket üt to byldzjen,
to registrearjen, to bis jongen (de wur
den liet, sjongen, sang ensfh. komme der
gauris yn foar) de fynste en djipste, ge
heimste gefoelens dy’t tusken man en
frou libje yn ’e yntimiteit fan it byinoar-
wêzen en byinoar-hearren, mar dy
gf 'oelens dan bilibbe üt ’e siele fan de
■c
„It griene jier” is Tamminga syn
minst bikende wurk, en dat is wol to
bigripen, al is it spitich. 'Net allinne is
dizze fersesamling yn 'e oarlochstiid
klandestyn yn it „Ijocht” kommen yn in
biheind tal eksemplaren, mar it is ek
gjin poëzij dy’t fuortdaliks in greate
mannichte haegje kin. Net üt ünbigryp-
likheit sasear, mar wol om’t fan de lêzer
in sterke gefoelichheid frege wurdt foar
it genietsjen fan dizze teare, brekbere,
om it wurd sykjende en taestende poëzij.
Men soe skromje it elkenien yn ’e han-
nen to jaen. Net om’t it „üngeskikt foar
ünder de 18” is, nou ja, goed, dat sil
it ek wol wêze, mar alle sensaesje, alle
pikartery is der frjemd oan, en dy’t dêr
op üt is kin syn gading better earne
oars sykje. Mar wol om’t dizze poëzij
foar it goed forstean bihalven de jier
ren fan ünderskied ek in biskate ynwin-
dige biskaving freget, dy’t nou ienris
net elkenien hiem is. Hja sprekt fan in
yntym stik libben, dat winliken nim-
men, ek in dichter net en binammen in
Fries net, nei’t men seit, graech oan de
iepenbierens priis jowt. „It griene jier”
hat dan ek by myn witten nea yn ’e
hannel west en is nea yn kranten en
tydskriften bisprutsen, hwat him net
allinne lein hawwe sil oan de oarlochs-
omstannichheden, mar ek grif wol oan
it feit, dat allinne Ijü dêr’t bikend fan
wie dat hja bigien wiene op Fryske poë
zij, der op yntekenje koene
Strijd tegen verdovende middelen.
Het Amicitia Theater heeft als hoofd
film „International Police”, een beeld
van de strijd welke het Interpol-bureau
voert tegen de handel in verdovende
middelen. Een strijd welke over een
groot deel van de wereld wordt uitge
vochten, zodat de Amerikaanse recher
cheur die in dit geval met de opsporing
van de internationale bende wordt be
last, Sturgis (Victor Mature) in tal
van Europese steden opduikt, waar hij
natuurlijk de hulp van de politie-autori-
teiten geniet. Sturgis is fel bij zijn werk,
niet alleen omdat het zijn plicht is, maar
ook omdat zijn zuster door de onverla
ten is omgebracht. Maar de bende-leden
zijn niet van gisteren, hun leider Mc
Nally (Trevor Howard) deinst voor
geen middel, ook niet voor moord, terug
om aan de vervolging te ontsnappen en
zijn illegaal en luguber bedrijf voort te
zetten. Boeiend tot het einde is deze
film, waarin ook Anita Ekberg als een
koerierster van de bende een hoofdrol
heeft.
U schrijft aan een „slechte betaler”
Hoe véél en hoe lang het al is
(Géén troost: déze brief en dat porto
Verhógen uw port-ergernis
U schrijft aan familie of vrinden
'n Verjaardagsgelukwens-briefkaart
(De troost: die familie of vrinden
Zijn doorgaans het porto wel waard).
Mear snaren op ’e harpe.
Dochs is it getaer great, dat ae aich-
ter Tamminga forienselvige wurdt mei
syn balladen, dat er to boek stean bliuwt
as forteller-op-rym. En dat soe ünbillik
wêze tsjinoer in dichter dy’t safolle
mear snaren op syn harpe hat. Tammin
ga is méér as ballade-dichter; hij is ek
(öfsjoen fan syn toanielwurk en syn ge-
skriften foar it ünderwiis) de makker
fan mannich snedich, ündogens, ironysk
of sentiminteel kabaretliet; hy is de
drege byldhouwer fan de knappe sonnet
ten üt de bondel „Nije gedichten”; hy is
de fynynlelne stikelder yn it lytse bon-
deltsje „Leksums”; hy is in leafdesdich-
ter fan formaet; boppe-al de dichter fan
dat lytse, suVer ünbikende
„It griene jier”, dat as
draecht: „it leafdeliet”.
„It griene jier”.
In verband met de moord op de An
jumer slikwerker P Steegstra, die in
september 1956 werd gepleegd en waar
in dit voorjaar door de Leeuwarder
rechtbank een nieuw onderzoek werd
gelast, heeft thans een nieuwe arrestatie
plaatsgevonden. Te Anjum is namelijk,
terwijl hij op het punt stond naar Am
sterdam te vertrekken om daar aan
boord te gaan van de walvisvaarder
Willem Barentsz, gearresteerd de 29-
jarige landbouwer D. B. te Anjum. Dit
geschiedde op bevel van de officier van
justitie te Leeuwarden. Er zijn aanwij i
zingen, dat B. in deze zaak een rol zou I
hebben gespeeld. Bovendien wordt de
arrestatie in verband gebracht met het
overlijden van B.’s vader. Deze is vijf
jaar geleden overleden naar men toen
aannam aan een hartkwaal. Er zijn nu
echter aanwijzingen, dat er vergiftiging
zou hebben plaats gevonden. Het lijk is
opgegraven.
Advertentieprija 15 ct per mm.
Bij contract (handelaadv.) lager.
Abonnementspriji f 3.per half
jaar. Franco per pott f 3.75 per
half jaar.
Giro 8 5 0 7 4 8 ten name van
Sneeker Nieuwsblad.