Don Pedro bereidt zijn komst voor Moderne schilderkunst, kunst... of kolder? R.K. Toneelgroep Sneek speelde „De man in de rolstoel" xj Tweede abonnementsconcert G.O.V. II HMI IJLST WYMBRITS ER A DEEL van B _rI E «Ww w. ‘X vcy n en St. Nicolaas is in aantocht Officieel Orgaan van de gemeenten SNEEK, ik- 113e jaargang no. 92 Maandag 17 nov. 1958 DRIJFHOUTS NIEUWSBLAD Redakteur L. KIEZEBRINK Ds. J. A. R. Terlet 45 jaar predikant Kedaktie-adre» Klenzand 7 Telefoon 2872, Prettige avond met de spelbrekers iHet Sneeker Nieuwsblad is een gecombineerde uitgave van NIEUWE SNEEKER COURANT, SNEEKER COURANT en Beroepsvoorlichtingscursus voor eindexamen-candida- en H.B.S. en M.S.M. Groninger avond Geslaagd - llllls SNEEKER NIEUWSBLAD J. N. Overgangsexamen voor 4B I Kentering. Lampionoptocht. hij Inzicht nodig. De abstracten. I stellen zullen weerstand bieden aan blijde kinderen, wier harten vol verwachting kloppen. De circulaire bevat tevens de mede, deling, dat de leerlingen van de 4e klasse B-afdeling niet langer op rapportcijfers zullen worden bevorderd, maar op grond van een overgangsexamen. Overgangsexamen voor de 4e klasse B Verschijnt MAANDAGS en DONDERDAGS Administratie: Comb. Driifhout Kiezebrink Co Kantoor; GROOTZAND 55 Telefoon: 3005 (K 5150) De Groninger Orkest Vereniging had donderdag j.l. een drukke en zware dag. ’s Middags werd nl. twee maal achtereen een concert gegeven voor de leerlingen van het ULO, Middelbaar- en Nijverheids onderwijs, waarbij de grote zaal van „Ons Gebouw” elke keer vol was, en ’s avonds verzorgde ze het tweede abonne mentsconcert van „Kunst aan Allen”. Toen was de zaal echter maar half ge vuld. Een feit dat wij uitermate betreu ren want drie factoren staan voor ons onomstotelijk vast, ten eerste: het onbe twistbare kunstenaarschap van Haakon Stotijn, de eerste solo-hoboist van het concertgebouw-orkest, die als solist me dewerkte; ten tweede dat de GOV een orkest van klasse is en ten derde, dat er aan de klare en heldere akoestiek van „Ons Gebouw” niets, maar dan ook niets ontbreekt! Al deze factoren maakten, dat het con cert van donderdagavond op ons een on uitwisbare indruk heeft gemaakt. Begonnen werd met de Symphonic, no. 8 in b. kl. t., nl. de beroemde „onvol tooide” van Schubert. Reeds in de eerste maten bleek de grote homogeniteit van het orkest en de fijnzinnige opvatting van de dirigent Jan van Epenhuysen, die vooral aangaande het eerste deel een eigen visie heeft. Schubert onder van Epenhuysen te horen uitvoeren is alzo een belevenis apart. Niet al te felle de- centen, een prachtige orkestklank, bizon- der hecht samenspel en fijne nuancering. Het was een schoon en boeiend begin. Daarna werd het concert voor hobo en orkest in C. grote terts van Mozart ten gehore gebracht, waarin Haakon Stotijn solieerde. In Mozarts rijk gevarieerde opus kon Stotijn zijn uitzonderlijk mees terschap ten volle demonstreren. Zijn feilloze techniek, prachtige toon, kortom dit wonderlijk gave musiceren bracht de ademloos toeluisterende aanwezigen in extase. De bescheiden en ragfijne bege leiding van het orkest, onder van Epen- huysens enthousiaste leiding, was schier volmaakt. Daarbij was de gave akoestiek in de grote zaal ook een belangrijk ele- i Onder de vele mannen die donderdag hun vrouwen vergezelden naar de avond van de Vrouwenbond van het N.V.V. in I de toneelzaal van Hanenburg zullen er waarschijnlijk meerderen geweest zijn die dit deden „om hun vrouw een ple zier te doen”. Na afloop echter zijn ze hun wederhelft stellig dankbaar geweest, dat ze mee „mochten”, want de Spel brekers, die het programma verzorgden maakten er zo’n gezellige en bovenal pleizlerige avond van, dat beide partijen en ook de vele jongeren onder de be zoekers zich kosteljjk hebben geamu seerd. Hoewel er op dezelfde avond een goed concert was, dat velen er om hebben moeten verzuimen, heeft de Nuts-avond, donderdag in zaal Piso, toch een bui tengewoon groot aantal bezoekers ge trokken. Wel een bewijs dat velen be lang stellen in het onderwerp „Moderne Schilderkunst, Kunstof Kolder”, waarbjj bovendien de naani van de spre ker, de heer J. J. A. Jongenelen uit Utrecht, verwachtingen wekte. En deze verwachtingen zijn niet beschaamd. HOOG BEZOEK AAN REACTOR-CENTRUM NEDERLAND. De heer H. Kre- keler, het Duitse lid van de Euratom-commissie, die op het ogenblik in Neder land vertoeft, heeft vrijdag het in aanbouw zijnde reactor centrum Nederland te Petten bezocht- Deze foto toont (geheel links met donkere bril) de heer Kreke. Ier bij het verlaten van het inwendige van de reactor. Geheel rechts op de voor grond de heer M. Gueron, directeur-generaal van de afdeling research van de Euratom. De twee sympathieke radio chanson niers brachten geestige liedjes en praatjes maar boekten ook een dave rend succes met het gezelschapsspelletje „Kermistijd”, dat door een drietal oude re dames uit het publiek zichtbaar met veel pleizier werd meegespeeld, ter wijl de veelzijdige voordrachtkunstena res Marijke Jonker en Joop Reynold aan het Hammond orgel een niet minder be langrijk aandeel leverden in het succes van deze avond. Maar naast al dit aangename ontbrak ook het nuttige niet. En daarvoor zorg de vooraf de spreekster mevr. Otten uit Leeuwarden. Deze toonde aan dat de vakbeweging ig ontstaan uit een besef van verantwoordelijkheid. Zij heeft de arbeiders bggebracht dat zij de wereld na-.r meer welvaart kunnen leiden. De invloed van het N,V.V. is dan ook over al merkbaar. Spreekster wees hierbij speciaal op de sociale voorzieningen bij geboorte, ziekte, werkloosheid en de oude dag. Wij vinden dat nu heel ge woon, maar deze verzekerdheid moest door de vakbeweging bevochten worden en ze vecht nog. Vakbeweging is echter niet alleen een taak voor de mannen. Ze gaat ook de vrouwen aan. Als voorbeelden noemde mevr. Otten het onderwijs aan de kin deren en de woningnood. De vakbewe ging strijdt tegen misstanden en heeft daarbg aller hulp, ook van de vrouwen, nodig. Daarom is de Vrouwenbond van het N.V.V. opgericht, die nu al bijna 240 afdelingen met 16000 leden telt. waarover de angst, de verwarring hangt en hg schildert De Waanzin, en als Willink de Geëvacueerde stad dat is niet mooi meer, dat is niet prettig om naar te luisteren maar het is nu een maal zo, dit is het hedendaagse leven. De mens uit het atoomtijdperk, ver schrikkelijk maar gevoeld door de schilder. Een werk van Charley Toorop, hard, genadeloos geeft ze een gezin weer. Maar het is gezien in het genade loze licht van de hedendaagse wereld. De man staat met harde ogen klaar om te vechten voor zijn vrouw en kinderen, de vrouw waakzaam en zorgelijk de kinderen, in de kinderogen zien we nog de droom. Kinderen dromen nog van een betere wereld, van een wereld waarin plaats is voor schoonheid en samenwer king. Als elk mens streeft naar zo’n wereld, zonder spanningen en verwar ringen, kan ook de schilderkunst weer schoonheid brengen. Zolang dit niet het geval is moeten wij proberen het werk van de hedendaagse schilders objectief te bekijken en zullen wg moeten aan vaarden dat elke schilder maar een klei ne groep volgelingen kan hebben. Deze prachtige uiteenzetting van de heer Jongenelen maakte grote indruk op zijn toehoorders. Mr. van Bottenburg was dan ook de tolk van allen toen hg hem daarvoor dank bracht. Het doet er niet toe of men het met de opvattingen van de heer Jongenelen al of niet eens kan zijn, maar een feit is dat hij zijn hoorders een buitenge meen boeiende en zeer interessante avond bezorgd heeft. Spreker hield zijn lezing in de donkere zaal bij lichtbeelden, en toch beheerste zgn persoonlijkheid, zgn voordracht, de gehele avond waarbij de lichtbeelden van schilderijen enkel een illustrerende rol vervulden. Hg begon met de schilder kunst van de 15e eeuw toen het nog voornamelijk de taak van de schilder was de mens te vertellen over God. Het was een simpel godsdienstonderwijs aan mensen die de kunst van lezen en schrij- Ten behoeve van de leerlingen van alle eindexamenklassen aan de HBS’en en Middelbare scholen voor Meisjes wordt van maandag' 5 tot zaterdag 10 januari a.s. in samenwerking met de Volkshoge school te Bakkeveen een beroepsvoorlich- tingscursus gehouden. Deze cursus wordt gesubsidieerd door het Ministerie van O.K. en W. Voorlichting door beroepsin stanties, die de scholen de laatste jaren overstromen met verzoeken daartoe, kan daardoor achterwege blijven. Dit werd medegedeeld aan de ouders van de leerlingen van de RKHBS en de RMSM alhier, waarbij de directeur aan neemt dat alle eindexaminandi deze cur sus zullen meemaken. Advertentieprijs 15 ct per mm Bij contract (handelsadv.) lager Abonnementsprijs f 3.— per half jaar. Franco per post f 3.75 per half jaar. Giro 8 5 0 7 4 8 ten name van Sneeker Nieuwsblad. druk op de mens. Ruysdael heeft zijn prachtige landschappen niet naar de na tuur „nageschilderd”, een schilder com poneert steeds een schilderij blijft al tijd een schepping, dit moeten we goed in het oog houden, willen we de ontwik keling van de schilderkunst begrijpen. Een schilder verbeeldt altijd; het is nu maar de vraag hoe ver mag hij gaan? Jozef Israëls: de schilder die leefde in de tgd van het sociale conflict waarvan een Heijermans fel getuigde. Israëls geeft dit conflict verdroomd weer; zgn werk is uit de fantasie opge komen, maar men had inderdaad de ta ferelen ergens in een vissersdorp kun nen zien. We kunnen gerust zgn, de kwartier-1 meester van Sinterklaas is in de stad en hij maakt alles gereed voor de komst van de goede heilige. Zaterdagmiddag I is hij over de oude Bolswarderweg onze stad binnengereden; de hoge Spaanse functionaris Don Pedro. Intussen heeft Don Pedro het hart van de jeugd al veroverd door in de lampion-optocht mee te rijden. Vanaf het balkon van Onder de Linden heeft ven nog niet verstonden. In de 16e eeuw, hij de stoet kinderen langs zich zien trekken en toen kwam er toch op zijn hooghartig Spaans gelaat een blijde lach zelfs zo’n hoge edelman kan geen Zondag 16 november was het vjjf-en« veertig jaar geeleden dat onze oud- stadgenoot ds J. A. R. Terlet uit Am sterdam werd bevestigd als predikant in de Nederl. Hervormde Kerk. Ds Terlet werd op 31 juli 1881 ge boren. Nadat hij in 1913 door het pro vinciaal kerkbestuur van Friesland was toegelaten tot de evangeliebediening in de Ned. Hervormde Kerk werd hg op 16 november van datzelfde jaar (1913) te Zuid-Scharwoude in het ambt bevestigd. Daarna stond de jubilaris verder nog te Koedijk in de classis Alkmaar(1917) Drempt in de classis Doetinchem 1917 tot 1920 en nog ongeveer zeven jaar te Sneek, waar hem in verband met zijn benoeming als predikant bij de Protes tantse Kerk in het voormalig Nederlands Oost Indië met ingang van 20 juni 1927 eervol ontslag met de bevoegdheid van emeritus werd verleend. Ds Terlet was toen in Indonesië eerst ongeveer twee jaar werkzaam te Semarang en daarna nog ongeveer vier jaar te Soerabaja en na zijn Europees verlof ongeveer twee jaar te Fort de Koek, waar hem met in gang van 1 juni 1936 eervol ontslag met de bevoegdheid van emeritus werd ver leend. Na zijn terugkeer in Nederland stelde de jubilaris zich weer beroepbaar in de Nederl. Herv. Kerk en werd hij op 5 mei 1940 bevestigd als predikant van de Herv. gemeente van Hilvaren- beek in de classis ’s-Hertogenbosch. Op 27 november 1949 verwisselde de jubila ris deze gemeente met die van Limmen in de classis Alkmaar, waar hem met ingang van 1 oktober 1951 op zeventig jarige leeftijd emeritaat werd verleend. Bij de opening van deze tweede Nuts- avond had mr van Bottenburg gespro ken over de verschillende cursussen welke het Nut voor deze winter heeft georganiseerd en met zeer grote spijt melding gemaakt van het vertrek van de heer Huese naar Heerenveen. De heer Huese heeft nl. buitengewoon veel werk gedaan voor de cursus „eenvoudig tim meren” voor jongens en het departe ment Sneek is hem grote dank ver schuldigd. Het speet het bestuur dat de heer Huese niet aanwezig was, maar men wil hem graag gelegenheid geven een keuze te maken uit ontwerpen van de jongens waarna ze het gekozen voor werp voor hem zullen maken, De heer W. Meindersma heeft zich bereid ver klaard hem op te volgen. ment. Geen wonder dat solist, dirigent en orkest met een ovationeel applaus be loond werden. Na de pauze werd „The Young Persons Guide to the orchestra” van Benjamin Britten uitgevoerd. Dit interessante werk dat op een thema van Purcell werd op gebouwd en instructieve betekenis heeft, is zeer interessant. Alle groepen krijgen een beurt, zowel in samen- als in solo spel. Britten heeft hierin de instrumen- tatie-mogelijkheden volkomen uitgebuit en de GOV gaf er een geraffineerde re productie van. Hetzelfde kan gezegd wor den over „The flight of the bumble bee” van Rimsky-Korsakoff, een geestige com positie, die dienovereenkomstig en boven dien licht en transparant verklankt werd. Het orkest besloot met een sprankelende weergave van de Slavische dansen van Dvorak. Wij zijn de GOV zeer dankbaar voor het gebodene. Terecht moesten van Epen huysen en de zijnen een langdurig ap plaus in ontvangst nemen. Zeer veel kinderen hebben hem inge- i haald; sommige liepen brutaalweg mee in de stoet, anderen scholen aan de kant van de weg wat achter moeders rug, I toen de altijd weer opwindende muziek aankondigde dat de hoge gast in aan- tocht was. Al was hij dan niet Sinter- klaas zelf, je kunt toch nooit weten... en het kleine meisje schudde haar hoofdje toen moeder aanbood haar op te tillen. Liever maar met beide voeten op de stevige grond. De muziek trok voor bij, de zes lopende schildknapen-herau- ten volgden, en daar was dan, hoog te paard gezeten, Don Pedro. Hij werd om- stuwd door 12 Spaanse edellieden te paard; maar ook zonder dit schitterende gevolg kon men direct Don Pedro heb ben herkend als een zeer hoog perso nage, èeh edelman uit de onmiddellijke nabijheid van Sinterklaas. Men zag het aan zijn gouden kuras, gouden helm, groen fluwelen cape, en bovenal aan zijn waarlijk vorstelijke houding en streng gezicht met trots neergeslagen oogleden. Hij verwachtte geen toejuichin gen van de kinderen, die zgn volgende week voor Sinterklaas. Het handje van het kleine meisje ging dan ook niet om hoog het was ook niet nodig. Don Pedro wil alleen de weg effenen voor Sinterklaas en er voor zorgen dat a.s. zaterdag alles voor de ontvangst gereed is. Sinterklaas wordt een dagje ouder en kan niet alles meer alleen doen met zijn ook al bejaarde zwarte Piet. De Vrouwenbond helpt dus mee de doelstellingen van het N.V.V. te verwe- zenijken, maar daarvoor is nodig, dat de vrouwen inzicht krijgen in alle pro blemen welke zich in de maatschappij voordoen. Daarom wordt in grote en kleine bijeenkomsten gesproken over al les wat voor het gezin van belang is - onderwijs, prijzen van de levensmidde len, werkgelegenheid, beroepskeuze, huishoudelijk werk enz. enz. Wij willen de arbeidersvrouwen in staat meer te leren, opdat ze sterk staan in de samenleving, aldus spreek- str, maar daarnaast willen wg' uit soli dariteit hulp en vreugde brengen waar dat nodig is zoals bij zieken en ouden van dagen. Ook noemde zij nog de vie ring van het Meifeest, waarna zij tot besluit nogmaals beklemtoonde, dat het van heel veel belang is dat de vrouwen een woordje mee spreken in de vakbe weging. Aan het einde van de avond sprak de voorzitster mevr. Veensma, die in haar openingswoord haar vreugde had uitge- sprok"., over de grote opkomst, woorden van dank tot de Spelbrekers en mevr. Otten, waarbij zij de laatste en Marijke Jonker ieder een bus drabbelkoeken aanbood. Verder beval zij met klem de collecte voor de Speelgoedactie van de V.A.R.A. aan welke bij de uitgang werd gehouden. Als inleiding tot het nieuwe seizoen begon de Groninger Vereniging alhier met het geven van een toneelopvoering. Nadat de voorzitter, burgemeester Ras- terhoff, de avond geopend had met een welkom toe te roepen aan de, in behoor lijk aantal opgekomen, leden en met enige gevoelvolle woorden de overleden penningmeester Jongkind die ettelijke jaren zijn gewaardeerde medewerking aan de vereniging verleende, had her dacht, werd begonnen met de opvoering van het toneelstuk in drie bedrijven „de Familie Wiersum”. Het eenvoudige le vens- en rasechte Groninger stuk met de speciale lokale humor, werd door de toneelgroep goed vertolkt. Alle rollen, zowel de hoofd- als bijfiguren werden knap uitgebeeld. De heer Bolhuis als Oom Meindert en de heer v. Bekkum als Wiersum waren, als typen van twee volkomen tegenovergestelde broers, van karakterisering prima. Hetzelfde gold voor de dames Abeln, Koelstra en Meierhof in hun respectieve rollen van Ebeltje, Gezinoa en Rikoa. Hoewel min der opvallend, vooral omdat deze rollen kleiner waren, kan hetzelfde gezegd worden van de heren Eggens, Wezel en van Aarle en van Mevr. Sikkens, die als Thomas, Hayo, Theo en Moeke een belangrijk aandeel in de goede vertol king van het geheel hadden. Een woord van lof voor de hele groep die in dit ta melijk lange en niet altijd gemakkelijke stuk weinig steken liet vallen, is o.i. dan ook welverdiend. Gezien de vrij korte tijd van voorbereiding en de, door ziekte enige keren minder goede repeti ties, kunnen wij spreken van een ge slaagde opvoering, die, gehoord het ap plaus na ieder bedrijf en aan het slot, bij de toeschouwers bizonder in de smaak is gevallen. In Arnhem slaagde voor fabrieks- controleur de heer S. Th. Draisma, werkzaam bij de K.N.M. alhier. rechercheur van de centrale recherche Boersma, die verlangt naar promotie, omdat hij met Coby wil trouwen. Dat het einde van het spannende stuk ook het einde van de misdadigersloopbaan van Smeling betekent is duidelijk. De heer A. Flapper speelde de mis- dadiger-criminoloog, die door kinder verlamming aan de rolstoel scheen ge bonden, maar als hij het nodig vond, even kwiek ter been was als wie dan ook, en hij deed dat zo overtuigend dat we er haast wat van zouden gaan den ken, ware het niet dat we deze speler ook uit vele „brave” hoofdrollen ken den, waarin hij het er al even goed af bracht. Hij had ditmaal een bijzonder goede tegenspeelster in mej. Cl. Drai sma (Coby Tasman), terwijl mevr. G. BootsmaBonte opvallend goed de secretaresse van dokter Smeling. Aukje Hoogeveen, speelde. De heer G. Potma gaf een knappe typering van de huis knecht van Smeling en de heer Joh. Hottinga deed hetzelfde met inspecteur Steenbakkers van de Centrale Re cherche; trouwens ook de heer F. Poiesz als rechercheur Boersma schoot niet te kort. Een moeilijke rol als die van „De herinnering aan inspecteur Broos” kwam goed tot zijn recht door de heer W. Siemonsma, en mevr. A. Ringnalda Hammersma als de moeder van Sme ling, de heer S. Siemonsma als haar broer, mevr. A. Louwmans—Bult als de pleegzuster, mej. E. Bonte als de vrouw van de huisknecht droegen in kleinere rollen het hunne bij tot een vertolking van een boeiend stuk, welke er bij het publiek inging als koek. Er was veel applaus aan het slot, de actrices kregen bloemen. De heer H. A. Siemonsma had de regie, het kapwerk was van de heer D. Hamersma, de to- neelaankleding van H.B.Z. De opvoe ring eindigde mooi op tijd, zodat er nog enige uren gezellig kon worden gedanst bij muziek van het ensemble Schuil, dat zich ook tussen de bedrijven had laten horen. De kentering komt met van Gogh. In zijn tijd, einde 19e eeuw, moest een schilderij het oog strelen. Van Gogh schildert een paar boerenschoenen, een gevangenis-binnenplaats met in een kring lopende gevangenen. Is dat mooi? Is het dan misschien lelijk het is ka raktervol. Niet „mooi” als het conter- feitsel van „Een Tiroolse jager”, maar het voert wel naar het leven zelf zoals Chabot naar het leven voert met zijn polderwerker en zijn angstaanjagend landschap. Ook deze schilder compo neerde zijn landschap evenals Ruysdael dit deed, alleen zal men het landschap van Chabot niet in de natuur vinden men kan het wel ondergaan, doorvoelen. Men schildert hier niet meer voor het menselgk oog, maar voor de menselgke geest. Daar zijn de twee schilders die elk een oorlogstafreel uitbeelden. Het ene zou een fotografische weergave van een slagveld uit de oorlog 1870 kunnen zijn; fraai gecomponeerd, knap geschil derd maar het hart blijft onberoerd. Dan de hedendaagse jonge Oostenrijkse schilder die de oorlog als jong soldaat meemaakte. Hij blijft aan de grond ge nageld staan als de vijand op hem aan stormt. Monsters zgn het ze hebben niets menselijks meer; de schilder kon ze niet meer natuurgetrouw zien, schilderde een „gewaarwording”. Conflict. Eeuwenlang zijn schilder en schrijver hand in hand gegaande schilder heeft steeds een verhaal uitgebeeld, waarom mag de abstracte schilder nu niet al leen maar spelen met vorm en kleur, een ritmisch spel dat geen verhaal wil zijn Men moet hier niet meer vragen Wat stelt het voor, maar: wat onderga' ik? Daar is de brug die een olifant lijkt j de schilde:- heeft de gewaarwording gehad van iets logs en zwaars en het zo willen uitbeelden. Daar zijn de schil ders als Willink die hun spel spelen met lijnen en kleuren; geen verhaaltje en we kunnen vragen: zijn jullie hier niet te recht gekomen op decoratief terrein? Waarom breken jullie met de traditie dat de schilder hand in hand loopt met de schrijver? Mag ik me uitdrukken zo als ik het zelf voel, vraagt de schilder op zijn beurt. Hij leeft in een wereld Vorige week woensdagavond bracht, zoals wg reeds kort in ons vorig num mer meldden, de R.K. Toneelgroep Sneek in de zeer goed bezette Amicitia-zaal „De man in de rolstoel”, van Maarten van Vught over het voetlicht. Deze ge schiedenis van misdadig vernuft en ver nuftig speurwerk is een zeer spannende, zoals kapelaan Galama in zijn openings woord bij dit eerste optreden van de R.K.T.S. in dit seizoen al had aangekon- digd. Spannend ondanks het feit dat men niet haastig de laatste bladzijde van het verhaal hoeft op te slaan om te weten te komen wie de schurk in het spel is. Dat wordt in het eerste bedrijf direct al uit de doeken gedaan: het is dokter Smeling, een criminoloog die met de politie samenwerkt en, zich aldus veilig wanend, zijn misdadig bedrijf, het smokkelen van verdovende middelen, zeer geslepen uitoefent. Maar zo veilig niet of inspecteur Broos heeft ernstige verdenkingen tegen Smeling en deze ruimt de politieman dan ook uit de weg. Maar de misdadige dokter is daarmee niet van hem af, want hij kan de her innering aan deze speurder, die hij zijn vriend noemde, niet kwijt en die herinne ring leeft ook voort bij velen uit de om geving van Smeling, die óf betrokken zijn bij zijn misdaden of hem verdenken van boze praktijken. De schrijver heeft daarom kennelijk gemeend deze herin nering gestalte te moeten geven en zo laat hij „De herinnering aan inspecteur Broos” ook een rol spelen zowel in een proloog als epiloog, terwijl deze ook af en toe door de rest van het stuk dwaalt. Bepaald dol op dergelijke verschijningen zijn we niet, al komen ze meer voor in thrillers; ze doen iets af aan de reali- feit, welke de toeschouwer heeft mee te beleven, maar anderzijds verhogen ze de mysterieuze sfeer. Overigens is er geheimzinnigheid en spanning genoeg bij het dichthalen van het net om de criminele criminoloog. Daarin heeft vooral de hand een nicht van de dok ter, Coby Tasman, bijgestaan door de Hier begint het conflict. Hoe ver kan een schilder afwijken van de werkelijk heid? Picasso in zijn ernstige momen ten een razend knappe schilder, die de toeschouwer een gewaarwording kan geven b.v. van een huilende, redeloze vrottw, tegelijk van voren en op zij weer gegeven kan een groepje „ingewijde mensen” treffen, maar heeft deze schil derkunst ook iets te betekenen voor de gemeenschap? Men moet ontkennend antwoorden, maar zou kunnen vragen: vormen alle mensen nog wel één ge meenschap? En ook dan zeggen wij: nee. Wij leven in een tijd van grote geestelijke verwarring', en hoe kunnen wij dan één zijn in onze gevoelens voor de kunst? bij de opkomst van het humanisme schilderde de grote Pieter Breughel voor het eerst de menselgke samen leving. Hij legde in zijn werk de na- V?' - 'v

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1958 | | pagina 1