Pleidooi behoud voor confessionele partijen Trouwen kan altijd nog Gebroeders Gonggrijp verzamelden Sneker oudheden iO w J Jetske Gonggrijp (1734-1753) - 11 Bij het portret van ^YERTENTIES IJsbrechtum 72 1 Morgenavond finales noordelijke bokskampioenschappen H. JILLINGS, ADVERTENTIES BRANDSMA’s BLOEMENSYMPHONIE VERKOOPSTER 'ifl CHU-voorman dr. Tilanus sprak in Scharnegoutum 1 ZAKENMEVWS Nieuwe jalla 850 II V aangenomen door onze agent Mevr. Douma-Zijlstra te Oppenhuizen Zeepost Voetbalwedstrijden beginnen vroeger „Koekoek op it nést" rum-Rien vergaderde B schriftelijk te NIET IN CHU MISKRAMEN Begrafenisver. Lutkewie- door JETSKE TROUWDE I FLEURIGE KLEEDIJ [JSBRECHTUM den in gaarne H. H. zak fruit meenemen. En wat chocolade Feuilleton door Tom Lodewijk 18) (Wordt vervolgd) Krite Suits hat tua stikken op 't program four dit jier (1772- Over voor dit blad worden in OPPEN HUIZEN gaarne aangenomen door onze agente na. Het was een advertentie van een scheepvaartmaatschappij, die in teke ning een oude koopvaarder deed zien, ’in contrast tot de snelheid, de luxe en het comfort, dat de schepen van de maatschappij verschaften. „Hij heeft zo een hele serie gete kend”, vertelde Roosje, „dat was leuk. Vader heeft er allerlei voor moeten opzoeken, scheepsmodellen enzo.” Els bekeek de advertentie. Ze kende dit soort tekeningen, ze kwamen er weer „in”. Gemaakt met grote zin voor détail. Echt een plaatje voor de lief hebber om lang naar te kijken. Soms deed een tekening meer dan een foto. „Hij kan wel wat,” zei ze goedkeu rend. „Ja, maar de laatste tijd niet meer,” zei Roos. „Heeft hij er geen zin meer in?” „Vader kan niet werken zo,” zei het meisje mismoedig. „Hoe zo?” „Nou, zoals het thuis is.” „Je bedoelt,” zei Els voorzichtig, „zonder'je moeder.” „Dat vooral,” knikte Roosje, „moe der nam altijd alles uit de weg. Ze viel hem nooit lastig. Weet u, als vader met iets bezig is, dan weet hjj van geen hemel of aarde meer. Dan moet je hem nergens mee aan zijn hoofd ko men, anders is hij er uit.” Ze glimlach te. „Hij werkt soms ’s nachts door, als het hem te pakken heeft. Of hij komt niet eens eten. Dan keek moeder om de hoek en dan wist ze het wel. Ze En nu „on top of it” zat ze nog zon der Roos. Die was ziek. Een licht griepje, ze zou misschien volgende week er weer zijn. Maar ze miste haar. Niet alleen om het werk dat ze nu niet deed. Daarvoor kon wel een ander invallen. Zó belangrijk was dat niet. Al bleef Roos voor altijd weg, de zaak zou wel draaien. Maar Roos was méér voor haar dan een hulpje. Meer dan eens liet ze zich verleiden tot een praatje met het meisje, dat haar met een zo sympathiek geweest was. „O kijk es”, had Roos gezegd, toen ze eens in een tijdschrift bladerde dat ze moest opbergen, „dat heeft mijn vader getekend.” Els had kunnen zeggen: je bent hier niet om plaatjes te kijken, maar om de boel op te bergen. Ze zei het niet. Ze boog zich belangstellend over de pagi- Met de volgende schepen kan zee post worden verzonden. De data, waar op de correspondentie uiterlijk ter post moet zijn bezorgd, staan, tussen haak jes, achter de naam van het schip ver meld. Argentinië: ms „Aldabi” (14-2) Australië: ms „Zonnekerk” (13-2) ms „Poona” (15-2) Brazilië: ms „Aldabi” (14-2) Canada: ms „Prins Willem V” (15-2) Chili: ms „Buchenstein” (12-2) Indonesië: ms „Anchises” (14-2) Kenya, Oeganda, Tanganjika: ms „Ferd. de Lesseps” (17-2) Ned. Antillen: ms „Prins der Nederlanden” (15-2) Suriname: ms „Palamedes” (14-2) Verenigde Staten van Amerika: ss „American Reliance” (17-2) Z.-Afrika (Rep.) m.i.v. Z.-W.-Afrika: ms „S. A. Oranje” (12-2) Inlichtingen betreffende de verzen- dingsdata van postpaketten geven de postkantoren. mentale instelling heeft en een andere richting is uitgegaan. VERKIEZINGSPROGRAM De t.v.-uitzending van de wereldkam pioenschappen schaatsen, waarvoor weer ’n enorme belangstelling bestaat, noodzaakt de voetbalclubs, evenals bij de Europese kampioenschappen, het aanvangsuur van de wedstrijden te vervroegen. Zo speelt ONS zaterdag middag om 1 uur tegen Drachtster Boys en begint de wedstrijd HJSC Heeg ’s morgens reeds om 11 uur. de jongedames en vrouwen uit de meer gegoede Sneker kringen uit het mid den van de 18de eeuw plachten te fla neren, de eenvoudiger, dagelijkse klee- dij was niet minder bont en verleende het straatbeeld, zowel door de week als op feestdagen, een bont karakter, dat sterk afweek van de tamelijk mo notone, eenvormige dracht onzer da gen. Het is ons niet bekend of het brand schilderen van vensters het hoofdbe roep van de gebroeders Gonggrijp was, noch welk bedrijf of ambt door hun vader, Harmannus Tomas Gonggrijp, werd uitgeoefend, die zich in 1722 uit Harlingen te Sneek was komen vesti gen. Harmannus (1698-1739) werd reeds op 34-jarige leeftijd lid van de Sneker vroedschap en was van 1735 tot aan 1738 schepen. Wij vermoeden dat ook hij, evenals zijn vader, een leerlooierij bezat. Hij betreurde het, dat er zoveel on rust werd geschapen. In de CHU was volgens hem alles rustig. De CHU handhaaft de Bijbel als richtsnoer, zo wel in het persoonlijke als in het organisatorische vlak. De partij wil zich aan de confessionele politiek vasthou den. Hij verklaarde, dat er in de Unie allerlei soorten mensen zitten, die on derling hun problemen kunnen bepra ten. En dat is het beste voor het hele volk, zei hij. Aan de val van het kabinet-Cals heb ben we een erfenis overgehouden, zo ging hij verder. Die erfenis bestaat uit drie belangrijke punten. Het staats- uitgaveniveau was te hoog, de verder gaande geldontwaarding en de toene mende werkeloosheid, aldus de heer Tilanus. Hij was er dankbaar voor, dat het kabinet-Zijlstra een andere goudkleurige letters gepenseeld: „To- mas Gonggrijp fecit Aetat(e) XIX Anno 1749 No. 1”. Hieruit valt dus af te leiden, dat Thomas 19 jaar oud was toen hij het portret van zijn zuster Jetske schilderde en dat dit tevens zijn eerste „opus” was. voor het Sneeker Nieuwsblad wor- Beschouwen wij nu het portret van Jetske Gonggrijp eens nader. Het stamt dus uit 1749, toen Jetske nauwelijks 16 jaar oud in het huwelijk trad met de in Sneek in garnizoen liggende, in Staatse dienst getreden vaandrig Jean Francois de Vassy (1720-1808). In de rechter-bovenhoek voer de be schouwer links prijkt een gevieren deeld geslachtswapen met geparelde kroon. Daaronder de spreuk „En paine croissant”. De vier wapenschilden ver tonen,kruisselings gegroepeerd, twee paren van blazoenen. Het ene bestaan de uit een korenschoof, het andere uit een liggende maansikkel, waaronder twee zespuntige sterren. Ongetijfeld was dit het wapen van haar man, want het wapen der Gonggrijps vertoont een gedeeld schild, waarvan de rechter helft wordt ingenomen door een zwarte adelaar op gouden veld, het linker door drie gouden eikels in een blauw veld. In de linker bovenhoek voor de beskouwer rechts staat in keurige, wou dat stel wel es zien. Die zaterdagmorgen stopte haar sportwagen voor een groot, enigszins vervallen herenhuis in een oude stads wijk, zo’n huis waar allang een kan toor van gemaakt moest zijn. De ko zijnen en de deur mochten wel een verfje hebben, maar de gordijnen voor de ramen waren schoon, zag ze met een huishoudelijke blik. Tegen de muur leunde een vervallen kinder fietsje, de deur stond op een kier er hing een touwtje uit de brievenbus. „Kom maar binnen met je knecht,” dacht ze, maar ze greep toch maar de knop van de bel en luidde. Het weer klonk in een brede, lege gang, die ze zich kon voorstellen zonder dat ze hem zag. Ze wachtte geduldig en keek de straat af, tot ze zich opeens bewust werd dat er iemand in de deuropening stond. Hij behoefde zich niet voor te stellen, ze wist meteen wie hij was. Een lange man, met een gezicht dat veel mensen lelijk zouden genoemd hebben, met diepe rimpels in het voor hoofd, een warrige haardos en een be gin van ’n baard dat alleen ontstaan kon zijn doordat hij zich enkele dagen niet geschoren had. Hij droeg een trui met verfvlekken, een al evenzeer ge vlekte linnen broek en een paar afge trapte pantoffels. En hij zag haar aan als wilde hij zeggen. „Wat zullen we nü weer hebben... er kan nog méér Jetske is niet oud geworden en over leed op 4 februari 1753, na bevallen te zijn van een levenloos geboren doch tertje. Voordien schijnt zij ook al één of meer miskramen te hebben moeten doorstaan het vóórtbrengen van kin deren was oudtijds heel wat riskanter dan in onze dagen en de sterfte onder de kraamvrouwen zowel als zuigelin gen was schrikbarend hoog, mede ten gevolge van onjuiste handgrepen tij dens de verlossing of besmetting gedu rende de behandeling. Wat men op dit gebied tot diep in de vorige eeuw, juist in ziekenhuizen, nog presteerde was trouwens hemelschreiend, zodat velen maar de voorkeur gaven aan het ont bieden van de baker thuis, in de hoop, dat er geen „complicaties’ ’zouden op treden. In 1749 kon men Jetske’s. tragische levensloop nog niet bevroeden, al zullen haafverwanten zich niet al te verheugd hebben getoond over de wel zeer jeugdige leeftijd, waarop zij hun dochter of zuster moesten afstaan. Jetske draagt een zogenaamde Duit se muts, uit prachtige kant vervaar digd, waaronder haar typisch Friese gezicht met de heldere, blauwe ogen ons welgemoed aankijkt. Men zou niet vermoeden, dat de afgebeelde vrouw amper 16 jaar oud was. Jetske droeg verder gouden oorhangers en een hals snoer van gitten. Daaronder nog een kanten halsdoek, terwijl de muts op het hoofd wordt geklemd door een smal gouden oorijzer. Eerst naderhand zou den deze oorijzers uitgroeien tot de benauwde gouden helmen, welke tot in onze dagen nog door zeer oude Frie zinnen op het platteland gedragen wor den. Gebrandschilderd ruitje, voorstellende een zeeslag en gesigneerd: „Tjalling Gonggrijp fecit in Sneek 1770”. Het portret reikt tot juist de middel zodat wij niet weten welk schoeisel Jetske droeg. Wel ontvaren wij nog juist een deel van een helder-rood ge- ruitte rok of schort, waarboven een strak geregen, sierlijk lijfje, vervaar digd uit sits ons welbekend van de Hindeloper kostuums. Het lijfje is hel derblauw, doch verrijkt met bonte, witte en rode bloemmotieven. Onder het lijfje draagt Jetske een fijn linnen hemd met opengewerkte, enigszins ge pofte en juist tot over de ellebogen reikende mouwen. Het geheel moet wel buitengewoon fleurig en elegant hebben gestaan en ook al gold het hier een zondagse dracht, waarmee alleen bij.” ..Dag meneer,” zei Els kordaat, „ik ben juffrouw De Jong, ik kwam eens zien hoe Roosje het maakt.” De sombere grijze ogen schenen van kleur te veranderen. Zijn gezicht kwam tot leven, en het leek een an dere man, die voor haar stond. „Zo,” zei hij, „bent u dat. Kom d’r in. Dat zal ze leuk vinden. Tuiten uw oren nooit eens?” „Van wat?” „Zo vaak als ze over u praat.” „Tuiten üw oren nooit eens?”, vroeg ze terug. „Waarvan?” „Zo vaak als ze over u praat.” Hij lachte weer. Grappig zoals dat gezicht dan veranderde. Het ene ogen blik was het loodgrijs meer onder een zwarte hemel, somber en naargeestig, en dan opeens brak de zon door, tin telde het licht op het water. Poeh, dacht ze, wat ben je poëtisch! „U moet maar niet naar de rommel kijken”, zei hij verontschuldigend, „de eh... dame die onze huishouding ver zorgt moest nodig naar een zuster of zo.” Het was weer zo, dacht Els. „En ik ben niet erg huishoudelijk, en Roos is ziek.” Ze stonden in de witmarmeren gang, beeld van vergane glorie. Aan een kapstok hingen door elkaar jassen en mantels en sjaals, op een antieke eiken bank lag een lappenpop. „Is Roos een goeie hulp?” De zon kroop weer weg. It Krite-toaniel spilet op tiisdei 21 maert en woansdei 22 maert it blijspul „Koekoek op it nést Op woansdei 20 en tongersdei 21 septimber 1967 komt it selskip Tetman de Vries mei syn nijste stik „De Wyl- depüst” en op tiisdei 14 en woansdei 15 novimber 1967 is der in ütfiering troch it eigen krite-toaniel. De kaertcn foar de septimber-ütfie- ring wurde de leden tidich tastjürd. lie te hebben. Dan zitten we zonder moeten wij het met elkaar opknappen, voor de rest van de bloemenwinkel. Ze nou u snapt wel wat daarvan terecht komt. Het meeste komt op mij neer. En vader wordt zo somber. Hij zit soms uren te zwijgen, er komt geen werk uit z’n handen. U begrijpt, daar kan de molen ook niet van draaien. We gaan steeds dieper de put in zo.” Het meisje zweeg en Els schrok van de troosteloze uitdrukking op dat bleke gezichtje. Dit kind, zo jong, had nu al haar deel van de zorgen. Maar in ieder geval was ze hier in veilige haven. Bij mooi weer liet Els haar dikwijls bood schappen doen. „Ga maar lopen,” zei ze, .buitenlucht is goed voor je.” Maar de baas had de situatie al wel dóór. Hij schreef het als een echte Amerikaan, die liefhebbert in psycho logie, toe aan een verdrongen moeder complex. Maar het was hém best, ’t Was een lief kind trouwens, dat had zijn vrouw tegen hem gezegd, die eens ’t kantoor was komen binnenlopen, toen Roosje daar was. „Een darling,” zei ze. Nee, Roos zat hier goed. Zolang Els er was. En Els betrapte er zich op, dat ze in haar toekomstoverpeinzingen zich opeens afvroeg, wat er van Roos je moest worden als zij er eens niet meer was om een oogje op haar te houden? En nu was Roos ziek. Met haar impulsieve besluitvaardig heid stelde ze vast, dat ze morgen, za terdag, Roosje eens ging opzoeken, ’s Kijken hoe het met haar was. Grote «O’ Naast de Scaldia 1400 kan Hoppe’s Automobielbedrijf alhier thans ook de nieuwe Jalta 850 leveren. Het is een stoere wagen met ’n luchtgekoelde 4 cylinder motor, die achterin is ge plaatst. De auto kan een top bereiken van 100 km per uur. Het interieur is zeef verzorgd en de wagen biedt vier persofien een ruime zitplaats. De inte- rieurverwarming geschiedt onafhan kelijk van de motor, zodat men de auto kan voorverwarmen. De heer Tilanus gaf vervolgens een opsomming van een aantal belangrijke punten uit het CHU-verkiezingspro- gram, waarbij hij toegaf, dat ook an dere partijen deze punten in hun pro gramma hebben. Hij noemde onder meer de woningbouw, meer ruimte voor de jeugd, stabiele werkgelegen heid, vereenvoudiging van de sociale wetgeving en een rechtvaardige ver deling van de belastingdruk. Na de pauze kregen de aanwezigen ge legenheid vragen te stellen. Zo werd o.a. de vraag gesteld naar aanleiding van een opmerking van de heer Tila nus, dat het kabinet-Zijlstra een geheel andere richting was ingeslagen, of de ministers van het kabinet-Cals nu wel in het kabinet-Zijlstra passen. De CHU- leider antwoordde hierop, dat het een kwestie van beleidsverandering is. „Premier Zijlstra heeft zijn program ma aan de ministers voorgelegd, waar op die hebben geantwoord: we doen mee”. In antwoord op een vraag verklaarde de heer Tilanus, dat het nu maar eens uit moest zijn met de procentuele loonsverhoging. „Op deze manier wordt de kloof tussen laagst- en hoogstbetaal- den steeds groter”. Verder achtte hij het van groot belang, dat de overheid belangstelling heeft voor de sportac commodaties, met name op het platte land. Volgens spreker kan de midden stand uit de malaise worden geholpen door meer voorlichting te geven aan die groep. Nog enkele andere problemen wer den aan de heer Tilanus voorgelegd. Hij gaf daarop heldere antwoorden. Na een woord van dank van voorzitter R. Schaap sloot de heer Tilanus de geslaagde avond met gebed. i „Er is tegenwoordig geen touw meer aan vast te knopen”, zo zei de spreker over de huidige politieke situatie. „Toch heeft dat ook weer zijn goede kanten”, zo vervolgde hij. „De mensen hebben hierdoor stof voor discussie en op deze manier neemt de belangstel ling voor de politiek toe. Met name bij de jeugd, die heel veel interesse heeft. Dat is verheugend. Deze verkiezingen zijn er oorzaak van, dat de interesse voor het politieke leven opbloeide. Maar niet alleen de interesse, ook de onrust”. De heer Tilanus gaf vervolgens een bloemlezing van voorbeelden van on rust in andere partijen. Hij wees daar bij op de „Tien over rood mensen” van de Partij van de Arbeid. „Er is tegen woordig geen party, die zo confessio neel denkt als de „Tien over rood”- groep in de P.v.d.A. Zij wil terug naai de dogma’s van het oorspronkelijk so cialisme”, aldus de heer Tilanus. „Maar ook in de andere partyen heerst on rust”, zo ging hij verder. Als voor beelden noemde hij het uittreden uit de WD van de heer Gruyters en de D ’66-mensen. In de KVP een opmer king van „een jonge bisschop”, welke opmerking door de voorzitter van de jongerengroep werd aangevallen. Het bestuur van de KVP stelde zich weer op tegenover deze laatste mening. Een opmerking van de heer Bruins Slot, dat de AR Partij gelukkig van een be- ginselpartjj naar een programmapartij groeide, waartegen weer verzet kwam, wijst eveneens op onrust, aldus de heer Tilanus. artistiek huis- met een lan- IIIIIIIIIIHIIIIIIIHIIHIHHHIIIIHIHHIIIHHH Een bloemrijke baan bij BRANDSMA’s BLOEMENSYMPHONIE In het kader van de komende verkiezingen hield dr. A. D. W. Tilanus, voorzitter van de Christelijk-Historische Unie gisteravond in gebouw Elim te Scharnegoutum een propagandarede voor de CHU-kiesvereniging aldaar. In zjjn toespraak tot ruim vijftig toehoorders bepleitte de heer Tilanus het behoud van de confessionele politiek in ons land. „Het is fout als een partij bij voorbaat al een bepaalde maatschappelijke groepering of een bepaald sociaal-economisch stelsel als uitgangspunt neemt. Met een confessionele partij kan men alle kanten uit. En wel naar die kanten, die alle mensen recht doen”, aldus de heer Tilanus. NAKOMELINGEN Zijn oudste zoon, Thomas (l~3O 1814), maakte van 1775 tot 1794 deel uit van de Sneker vroedschap en vervulde van 1777-1780, alsmede van 1785-1789 het ambt van Bouwmeester de- stad Sneek In een curieuze, door Thomas eigen handig geschreven en met aardige schetsen verluchte reisbeschrijving, aanwezig in het Fries Scheepvaart Museum, noemt hij zich „Schilder”, zonder meer. Dit was reeds in 1751. Thomas is tweemaal gehuwd geweest. Eerst met Anna Maria Munniks, doch ter van N. Munniks, secretaris van Haskerland. Na haar dood met Sietske van den Berg, een koopmansdochter uit Heerenveen. Zijn tweede vrouw schonk hem een dochter, Anna, die ongetrouwd bleef. Wij vernamen reeds, dat zuster Jets ke ook geen nakroost bezat. Evenmin was dit het geval met broeder Lourens (1732-1753). Zuster Aagje (1739-1826) huwde het Sneker vroedschapslid Mar- tinus Oneidus en schonk haar man een jongen, Oene geheten. Het kind stierf echter al enise weken na de geboorte. Alleen Tjalling was het gegeven om het voortbestaan van de Sneker tak der Gonggrijps te verzekeren (1736- 182'3). Hij huwde op 22 december met Elisabeth Teetses de Haan, dochter van de Sneker houtkoper Teetse de Haan. Elisabeth stierf in 1795 en schonk haar man twee kinderen: Teetse 1838) en Sjoukje (1775-1809). hen beiden de volgende maal. Maandagavond vergaderde de be grafenisvereniging van Lutkewierum- Rien. Om ruim kwart voor acht opende voorzitter J. S. Hoekstra deze 60e le denvergadering met een welkomst woord en sprak de hoop uit, dat het een goede avond mocht worden. Hier na werd door de penn: -gmeester ver slag uitgebracht van de stand der fi nanciën. Door de secretaris werden no tulen en jaarverslag gelezen en werd verslag uitgebracht Van de in 1966 te Leeuwarden gehouden federatieverga- denrig'. Bij de bestuursverkiezing werd de heer Th. Jaarsma Fzn. met algemene stemmen herkozen. Met de rondvraag werden nog enige vragen door de voorzitter beantwoord. Marktstraat 17 BOLS WARD HHIIHHIIItHIHKIHIHHHUIHHHHIIIIIIHH was er nooit boos om, ze had altijd plezier, want als het dan klaar was, dan was ie een ander mens. Els knikte. „En nu hebben we een huishoud ster,” zei Roos en haar ogen werden hard, „het is al de derde. Ze houden het niet uit bij ons. Ze vinden het een huishouden van Jan Steen. Ze kunnen het niet hebben als Erica met verf zit te knoeien, zoals Sjoerd met klei.” „Tja,” zei Els, „een houdster, die moet je taarntje zoeken.” „Deze,” ging Roos verder, blij dat ze eens kon praten, „is van het her vormende soort. Ik geloof dat ze met vader wil trouwen,” ze zw-eeg even, maakte een minachtend geluid, „ze vindt het wel interessant, een kunste naar. Zo’n mens is het. Ze heeft wat geld ook. Ze zou de zaak wel laten lópen, dan kon vader werken. Maar dan zou-ie er een beetje gekleder moe ten uitzien, en met haar uitgaan, en haar meenemen in kunstenaarskrin gen, waar ze heel wat van denkt. Va der komt nooit in kunstenaarskringen. Hij heeft een paar vrienden. Hij is een gewone vakman, zegt hij. En op aller lei manieren weet ze hem het moeilijk te maken.” „Hoe zo?”, vroeg Els, haars ondanks geïnteresseerd. Ze zou wel eens weten hoe die dame dat aanlegde. „Nou, dan moet ze opeens weer weg, ze schijnt een reuze uitgebreide fami- Voor onze vestiging in Bols- ward vragen wij een flinke leeftijd 16 - 20 jaar. Wij bieden U een prettige werkkring, uitstekend salaris en vijfdaagse werkweek. x Sollicitaties richten aan BOKSEN Vrijdagavond worden in „Ons Gebouw” aan de Westersingel de finales van de noordelijke bokskam pioenschappen gehouden. De volgende partijen staan op het programma: Junior-C-KL (16 t.m. 17 jaar) ve- dergew.: D. Riemersma (Frl.)-H. Pop- ken (Carp.); junior-C-KL (115 t.m. 17 jaar) halfzwaar: B. Stoelwinder (Frl.)- H. J. Huisman (Carp.); Senior-A-kl: halfzwaar: J. Roossien (Abelsma)-B. v. d. Sluis (Vebo); senior-C-kl: welter- gew.: Joh. Bakker (Frl.)-B. Dodde (Vebo); senior-C-kl: halfzwaar: P. Wijnsma (Coryfea)-J. de Vries (Vebo) senior-C-kl: zwaargew. H. Duursma- (Frl.)-K. Drenth (Koster); senior-C- kl: zw.welter: H. Smit (Abelsma)-T. Bos (Carp.); senior-N-kl.: halfzwaar: E. v. d. Velde (Frl.)-J. Erich (Frisia); senior-B-kl.: middengew.: H. Veelen (Carp.)-B. Olgers (Abelsma); senior- B-kl.: zw.welter: H. Mekkec (Carp)- Kl. de Haan (Frisia); senior-A-kl.: weltergew.: Jac. Roossien (Abelsma) - B. Mekkes (Carp.); senior-A-kl.: zw. welter: E. Pruim (Abelsma)-R. Koop- mans (Frisia). Deze finalepartijen worden vooraf gegaan door enige bijpartijen, waarin ook de nieuwe noordelijke kampioenen van de Sportclub „Friesland” Radolf Bax (middengewicht) en Henk v. d. Velde (junior-weltergewicht) van de partij zullen zijn. Speciale aandacht verdient de finalepartij tussen Jac. Roossien en Bert Mekkes. Roossien, ex-kampioen van Nederland en Olym pisch deH nemer in Tokio, werd vorig jaar bij de noordelijke kampioenschap pen al ernstig door Mekkes bedreigd. Zijn grotere routine bezorgde hem toen een kleine puntenovarwinning. Mekkes is dit jaar vaker in de ring ”eweest dan de Groninger en het zou ons niet ver bazen als de rollen nu eens worden omgekeerd. De wedstrijden beginnen om half acht. Het op paneel ge schilderde portret van Jetske Gong grijp, door haar broe der Tjalling in 1749 vervaardigd, is bij zonder kleurryk en verraadt ogenblikke lijk de natuur van de glasschilder. Met de schilderstukken van Ype Staak, in onze vorige bijdrage be handeld, is dit trou wens in nog veel sterkere mate het ge val. Wij weten in tussen helemaal niet of Tjalling en diens broeder Thomas (1736-1823, achter eenvolgens 1730-1814) zich in 1749 reeds op de glasschilderkunst hadden toegelegd. De enige bewaard geble ven kerkvensters, ons bekend bevinden zich te Akkrum en date ren uit 1761 en 1762, dus eerst na de ad vertentie in de Leeu warder Courant van 29 juli 1758. Eén van Tjallings nazaten, de heer J. Gonggrijp Bungenberg, inmiddels al verscheidene jaren geleden gestor ven, bezat indertijd vier fragmenten van 16de- of 17de-eeuwse gebrand schilderde vensters, afkomstig uit Sneek. Deze bevinden zich thans in het Fries Scheepvaart Museum, door bemiddeling van wijlen Nanne Ottema. Het behoud van deze hoogst curieuze fragmenten is te danken aan Thomas Gonggrijp, blijkens een inscriptie, door hem eigenhandig in sommige van de glaasjes gekrast, zoals nr. 1: „Thomas Gonggrijp vergaerdert 1760; jaartal was van 1610 totte Sneek uit een oud huis op de markstraat”. Het betrof hier een heraldische voorstelling van een gouden korenschoof in een blauw veld. Glas nr. 2 vertoont een arm met zwaard in natuurlijke kleuren in een blauw veld. Ingekrast: „Geseeten tot, 1760 in een huis aan de bottermerk binnen Sneek van Ao 1599 en door Thomas Gonggrijp, meester glasschil der tot Sneeck om sijn oudheit be waard 1785”. Glas nr. 3 vertoont een gouden lelie, rode roos en gouden ster, boven elkaar geplaatst paalsgewijs in een blauw veld. Ingekrast: „Uit Sneek Ano 1599”. Glas nr. 4 vertoont een wapenschild, waarbinnen horizontale banen in zil ver, goud, rood en zilver. In de bovenste baan drie boven elkaar geplaatste zwar te klavers. Aan deze merkwaardige collectie is nu dus toegevoegd het door Tjalling gebrandschilderde ruitje met de voor stelling van een zeeslag en het onder schrift „Tjalling Gonggrijp fecit in Sneek 1770”. ze zeggen, of

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1967 | | pagina 6