en
WONINGINRICHTING HBZ
Prachtige foto, gemaakt i 1900
schoorsteenstuk uit i 1840
„Mens met de
mensen”
PRIJSVRAAG
NALEZING OP DE SNEKER BEUR! VAAR7
ïB
hoek Leeuwenburg en afd. Oosterdijk
if
TOP-FORM MEUBELEN
GESLOTEN
I
Oudejaars
Schaak
HI I
I
SB
TWEEDE BLAD
SNEEKER NIEUWSBLAD
I
I
O
Veemarkt *5neek
Opendeur-kerstnachtdienst
trok veel belangstelling
Het thema was zondagavond in de
SYN BERNEJIERREN
EENMAAL BLOEIENDE
HAVENSTEDEN
W» O
a
wlf
£«1**
U
©UNDERDAG 28 DECEMBER 1367
wensen iedereen voor 1968 een gelukvol jaar.
H. H.
00
«o
ia
eo
f
h
a
Ook in het nieuwe jaar staan wij voor U klaar om met al Uw
woningwensen rekening te houden.
g
Wit: Kd2. Db5, Te3, Tg3, Lg4, Lh4, Pd4,
pion f2 (8 stukken)
Zwart: Kf4, Ld3, Lh2, Pd5, pionnen e6,
f7, h6 (7 stukken).
Wit begint, mat in twee zetten.
Oplossingen insturen voor 13 januari
aan J. H. Turkstra, Chr. Schotanus-
straat 15, Sneek.
e
Er zullen weinig steden in ons land zijn waar de historie zowel als het
heden zozeer met het verkeer te water verweven is als te Sneek. Om
deze reden viel het ook te verwachten, dat onze, vaak geïllustreerde,
bijdragen over de Sneker beurtvaart in en om Sneek veel weerklank
vonden en menige lezer ons verplichtte met aanvullingen of verbeterin
gen op hetgeen wij in onze bijdragen over dit onderwerp de laatste
weken naar voren hebben gebracht. Een en ander zal zijn neerslag vin
den in de archiefmappen, welke wij over de Friese beurtvaart hebben
aangelegd, bewaard in het Fries Scheepvaart Museum.
DINSDAG 2 JANUARI zijn onze zaken Leeuwenburg en
Oosterdijk DE GEHELE DAG wegens inventarisatie
Rono-priisfraech
Op freed 29 desimber wurdt de
(foarlopich) léste Fryske ütstjüring fan
fiif kertier ütstjürd, om ’t mei it nije
jier de RONO-ütstjürings om seis ure
begjinne. Dy slute dan op ’e FM-
stjürders oan op ütstjürings fan Hil
versum III. De Fryske ütstjürings bi-
gjinne tonei, sawol op tiisdei as op
freed, om healwei sawnen en duorje
dan elts in fol ure. Yn de léste Fryske
ütstjüring fgn it aide jier: 12 fragen
tusken mear as tritich fragminten üt
opnames fan 1967. Mei dizze fragmin
ten jowt de Fryske ütstjüring, mei in
protte muzyk, in jieroersjoch. Mei de
fragen: in priisfraech, dêr’t eltse bar
ker oan meidwaen kin. Der binne 6
prizen foar dy 6 persoanen, dy’t de
measte goede anderten ha. Yn de earste
Fryske ütstjüring yn it nije jier sit in
extra-program: mefrou Van der Kuur-
Faber draecht fragminten foar üt nije
ütjeften fan ’e K.F.F.B.
Laten wij het schilderstuk verder
maar voor zich zelf spreken. Bij aan
dachtige beschouwing ontdekt men
steeds weer nieuwe bijzonderheden.
Héél erg rustig moet Sneek indertijd
wel zijn geweest, maar de schijn kan
bedriegen. Onze artiest was zo sterk
niet in het afbeelden van menselijke
figuren en zal uit dien hoofde het aan
tal figuranten wel kleiner hebben ge
houden dan met de werkelijkheid over
een stemde! Toch kunnen wij hem niet
dankbaar genoeg zijn voor ons dit kos
telijke Sneker tafereel te hebben over
geleverd.
Wij willen nog niet eindigen alvorens
een vraag te hebben doorgegeven van
Op de woensdag gehouden veemarkt
te Sneek werden 1198 dieren aange
voerd, t.w.:
18 melk- en kalfkoeien f 980, f 1080,
f 1200.
50 slachtkoeien f 2,85, f 3,40, f 3,50,
f 4,gesl. gew.
20 pinken f 900, f 1000, f 1100.
1 graskalf.
300 nuchtere kalveren f 65, f 120, f 130,
f 210.
3 bokken en geiten.
700 schapen en lammeren, resp. f 95,
f 155, f 2.95 f 3,20 en f 90,—, f 140,
f 5,95, f 6,25 gesl. gew.
30 zouters f 2,14 en f 2,17 levend gew.
70 varkens en slaehtbiggen f 1,70,
f 1,85, f 1,92, f 2,18 levend gew.
6 kleine biggen.
Stemming: Gebruiksvee aanvoer kort,
onveranderd; slachtvee prijshoudend;
een onzer lezers, die ons wees op het
vergaan van de Sneker stoomboot
„Handel én Nijverheid” tijdens een
storm op de Zuiderzee, in het jaar 1906
of 1907. Hierbij kwam de gehele be
manning om het leven. Een grafsteen
op de Algemene Begraafplaats te
Sneek zou hieraan nog de herinnering
bewaren, maar wij konden deze steen
niet terugvinden. Hopelijk kan een
andere lezer ons hierover nader in
lichten?
4. Voor elke foutieve variant of ver
leiding kijk goed naar de definitie
van deze begrippen een punt aftrek.
Minimaal nul punten. Coulantie wordt
betracht.
5. Winnaars zijn zij, die bij dit pro
bleem de meeste punten behalen.
Eventueel beslist loting.
de
we-
uitgebouwde steigers. De Kolk te Sneek omstreeks het jaar
1900. Op de voorgrond ligt de stoom
boot „Stad Zutphen”. Foto Archief
Fries Scheepvaart Museum.
De Kolk te Sneek omstreeks het jaar 1840, naar een schilderij uit het pand Hoogend 16, bewaard in het Fries Scheepvaart Museum Op de
voorgrond het Rotterdamse beurtschip. Aan de overkant het Amsterdamse beurtschip.
Christus betekent Verlosser. God
zond deze Verlosser om ons te bekeren.
Jezus kwam op aarde als een normaal
mens. God maakte, dat Maria zwanger
werd en het leven schonk aan een
zoon. Eigenlijk is het woord zoon hier
niet goed, want het was Gods Zoon,
de eerstgeborene van een nieuw leven,
van een nieuw geslacht.
Door de zending van Zijn Allerliefste
schonk God zijn hart aan ons. Hij zond
Hem van al zo hoge, van al zo veer
als een gewoon mens. Hierdoor komt
eigenlijk ook de soberheid van het
Kerstevangelie naar voren. Het is op
de keeper beschouwd, een heel gewone
gebeurtenis, als er een kindje wordt
geboren. Bij deze geboorte kwam één
grote tegenstelling naar voren. De
prachtige, majestueuze ster getuigde
van Zijn koninklijkheid, de sobere, ar
moedige stal waar de Heiland werd ge
boren van zijn eenvoud.
Hij kwam onder ons om ons bij de
hand te nemen en ons op de goede weg
te leiden. Dat we Hem als een gewoon
mens moeten zien heeft God zelf ge
zegd. Bij de kruisiging riep Hij im
mers: „Zie de Mens”. In Christus
woont God onder ons. Ons leven is
heilig door Hem.
Velen vragen zich wel eens af wat
nu precies zonde is. Zonde is: zijn
bestemming missen. Een oorzaak hier
van is misschien wel de welvaart. Men
kan immers doen en laten wat men
wil, men hoeft nergens meer over te
prakkizeren. Zo gaat ook het kontakt
met God verloren. Tot het ogenblik,
dat men in de put zit. Dan ziet men in
de duisternis een groot licht, want: een
Kind is ons geboren. Op die ogenblik
ken komt men tot God, die zich over
ons ontfermt. Velen denken: ieder voor
zich en God voor ons allemaal. Dat is
niet zo, want we moeten onze naaste
liefhebben als ons zelf. De Bijbel ge
tuigt van de grote trouw van God.
Aan „Vrede op aarde storen ook
velen zich niet. (Vietnam, Nigeria en
Palestina enz.). En toch kunnen we
altijd weer terecht bij God, die hier
door weer Zijn barmhartigheid toont.
Laat nu uw hart Hem toebehoren.
pinken onveranderd; nuchtere kalve
ren prijshoudend; wolvee ruim prijs
houdend; varkensmarkt prijshoudend;
kleine biggen geen notering.
Voor alle schakers groot nietiws,
clublid of geen clublid! Er vallen prij
zen te verdienen en de punten gelden
ook voor de ladderwedstrijd.
REGLEMENT
De kolk voor de Waterpoort, waar
de aloude Geeuw zich tot zulk een ge
zellige vijver verbreedt alvorens in drie
richtingen onder Waterpoort, Won-
derbrug en Lemsterbrug weg te
duiken, is wel het meest gefotogra
feerde deel van onze stad en het Fries
Scheepvaart Museum bezit daar dan
ook een boeiende verzameling van
voor het overige nog voor uitbreiding
vatbaar
Wij geven hierbij nog een aardig
voorbeeld, een foto, genomen om
streeks het jaar 1900, toen de enige
jaren geleden opgeruimde, ijzeren
draaibrug er nog komen moest en ter
plaatse een houten brug lag. Hoe deze
geopend kon worden is ons niet recht
duidelijk, maar er leven onder ons
enige zéér krasse geboren en getogen
Snekers, die zich de houten brug uit
hun kinderjaren herinneren en die
misschien wél weten hoe het in zijn
gang ging gedraaid of geschoven?
WAT VERDWEEN
EN WAT BLEEF
1. Los onderstaand probleem op.
Geef dus de z.g.n. „sleutelzet”. Dit le
vert reeds een punt op.
2. Voor elke aangegeven jrariant
dat is een zet van zwart, welke iets
tegen de dreiging (door de witte sleu
telzet ontstaan) presteert, gevolgd door
de zet van wit, welke toch het mat
forceert nog eens een punt.
3. Voor elke verleiding dat is een
eerste zet van wit, die heel wat lijkt,
maar toch niet goed is vanwege één,
maar dan ook slechts één zwarte te
genzet, welke ook aangegeven moet
worden nog eens een punt.
In totaal dus 1 x -|- ij punten te
verdienen.
Opendeur-kerstnachtdienst in de Mar
tinikerk „Mens met de mensen”. Hier
over hield dr. K. M. Witteveen een
korte medidatie. Er was veel belang
stelling, de kerk was tjokvol. De „Har
monie” verleende muzikale medewer
king.
DIENST SNEEK—ARNHEM
Om terug te keren tot onze foto, de
heer G. W. N. Nieveen te Deventer,
voorheen Sneek, deelde ons mee, dat
de stoomboot, links op de voorgrond,
de „Stad Zutphen”, een regelmatige
dienst onderhield op Arnhem en tus-
sengeiegen plaatsen als Zwolle, Deven
ter en Zutphen. Op dezelfde lijn voe
ren de stoomboten „Bato” en „Wilhel
mina”. Alle drie schepen voeren voor
rekening van de vader van onze zegs
man.
Aan de overkant ligt een zeer lange
stoomboot aan de kade gemeerd. Dit is
één van de fameuze veeboten, alle
„Veehandel” geheten en eveneens toe
behorende aan de rederij Nieveen. De
stoomboot, die daar naast valt op te
merken kunnen wij niet met zekerheid
thuisbrengen, maar wij menen, dat
deze Wist als thuishaven had, en een
dienst op Amsterdam onderhield. Voor
nadere inlichtingen houden wij ons
gaarne aanbevolen!
DE TUINKAMER VAN
HOOGEND 16
Nu wij toch ronddwalen om de
Kolk, is de verleiding groot tevens stil
te staan bij een alleraardigst schil
derij, dat eenmaal als schoorsteenstuk
te bewonderen viel in de tuinkamer
woonhuis van het bekende houtkopers-
geslacht Gonggrijp. Dit schoorsteen
stuk bevindt zich thans in het Fries
Scheepvaart Museum en werd ons ge
schonken door mej. M. E. de Visser uit
Groningen overleden eind 1966 en
van moederszijde aan de Gonggrijps
verwant.
De tuinkamer was gesierd met een
prachtige betimmering, die eveneens
in het Fries Scheepvaart Museum te
vinden is, samen met enige fragmenten
van de beschilderde behangsels, welke
in hetzelfde vertrek waren aange
bracht.
Nu is het schoorsteenstuk iets jonger
dan de betimmering en de andere be
hangsels. Dateren de laatste namelijk
De punten gelden ook voor de reeds
geruime tijd bestaande ladderwedstrijd.
Deelnemers die in deze rubriek nog
nooit oplossingen hebben ingestuurd,
worden ook op de ladder genoteerd,
mits zij in de loop van de eerstvol
gende vier problemen (19 t/m 22)
minstens twee oplossingen inzenden.
Of deze goed of fout zijn, doet er niet
toe,, als u ze maar instuurt.
-“—Uitslag 'van deze prijsvraag .Maan
dag 15 januari 1968 in deze krant.
Oplossingen dienen in mijn bezit te
zijn vóór zaterdag 13 januari (zie on
derstaand adres).
Dit probleem is gekozen:
le omdat er nogal wat varianten zijn.
2e omdat er enige „verleidingen” zijn
die net geen verleidingen zijn, (zie de
finitie).
3e omdat het niet zo erg moeilijk is.
Voor de reeds bestaande oplossers.
De oplossing van probleem no. 14
(Siem Giok Liam) luidt 1. Lc5 dreigt
2. Lf2 waardoor de zwarte dame óf de
controle op el verliest, of controle over
e4 moet opgeven (dame staat in
brandpunt h4). Ter illustratie een en
kele variant. 1Pd6 2. Ld4 (dreigt
Pb4 mat) Dd4x 3 Pel mat (toch!). De
Indonesiërs met Chinese namen zijn
tegenwodtdig steengoed in het com
poneren van drie zetten.
Dan nu de prijsvraag!
Probleem nummer 18 (prijsvraag)
J. H. Turkstra. Eerste plaatsing.
Praette Hotse oer syn bernejierren
Nou dan sette hy ütein
It wierne faken smoute stikjes
It léste wurd wie fuort net sein
Hy koe fortelle oer lange preken
Dy’t men doe yn tsjerke hie
Al gau seach men oan Jan, Klaes en
aide Tryntsje
Dat nimmen in wurd derfan forstie
Hoe ’t Jukele knikte mei de holle
As sei er eltsenien goendei
Hoe as Klaes Bakker siet to dreamen
Oer syn koeke en syn daei
En hoe as Harke lüdop snoarke
De jonges hiene der wille mei
O, it sil my nea forjitte
Mei 't ponkje moast men him wekker
stjitte
En hwat Jinze oan syn frou fortelde
Dêroan hienen allegearre nocht
Hy sei: ’k, ha fan ’e moarn ünder ’t
preekjen
Myn hüs wol trije kear forkocht!
I. KUIPERS Psn., Drylts.
Indien men onze oude foto de
kwaliteit is uitmuntend, ook uit artis
tiek oogpunt, hulde dus aan de foto
graaf, wijlen de heer R. van der Meu-
len vergelijkt met opnamen van nog
ouder datum, dan missen wij de stei
gers, welke hier in de 17de en 18de
eeuw reeds voorhanden waren en
waaraan de grote, houten zeilschepen
gemeerd lagen.
Ook de houten beurtschepen zelf
hebben het veld, of liever de Kolk
geruimd. Wat bleef is de rijzige Stads
herberg. Het voorname, hoge gebouw
daarachter met de beide schoorstenen
op de nok verdween helaas, want
Sneek vertoonde daar voorheen een
aangenamer beeld dan thans. Eenmaal
klopte daar immers de hartader van
de Sneker beurtvaart en ging er heel
wat om.
Wat óók bleef zijn de gebouwen aan
de overkant van de Kolk, de pakhuizen
en het kantoor van de gebroeders
Hylke on Herrius Halbertsma. Maar
deze gebouwen waren gloednieuw toen
de foto werd genomen Anno 1900, zo
vertelt ons nog altijd een grote me-
moriestéen. Voordien Stonden daar
enige p|nden en pandjes uit de 18de
eeuw, waaronder een oude herberg,
waarin Johannes Tjallings Halbertsma,
komende uit Grouw, zich in 1852 was
komen vestigen. Op 30 oktober 1851
kocht hij daar voor f 2105,een „uit
muntende huizinge met koffiehuiszaal,
grote tuin, kegelbaan en verdere an-
nexen”. Hij was toen nog slechts 24
jaar oud, en liet in het volgende jaar
uit de zeventiger jaren van de 18de
eeuw en vertonen deze een grote ver
wantschap met de betimmeringen in de
raadszaal van ons stadhuis, het
schoorsteenstuk kan eerst uit het
tweede kwart van de 19de eeuw stam
men. Wij beelden het hierbij af.
Duidelijk herkent men weer de
Kolk, met de Waterpoort in de ge
daante van vóór de ingrijpende restau
ratie uit het jaar 1878. Men ontwaart
voorts de oude, houten brug naar de
Lemmerweg, evenals de Wonderbrug,
die toen nog geen ophaalbrug was.'
Verder de schuins uitspringende aan
legsteigers, aan één waarvan het Am
sterdamse beurtschip gemeerd ligt.
HET ROTTERDAMSE
BEURTSCHIP
Op de voorgrond tenslotte de bleek
veld] es, welke men daar aan do
Geeuwkade nog kende, alsmede,
derom, twee r-
Hier ligt, nauwkeurig weergegeven,
een stevige hektjalk het Rotter
damse beurtschip. Hetzelfde schip,
waarvan wij enige weken geleden een
foto afdrukten, genomen toen het op
de helling van Asselman naast de
Oppenhuizerbrug een onderhoudsbeurt
ontving!
De steigers zullen wel nodig geweest
zijn omdat de schepen niet dichter bij
de wal konden komen wegens te grote
diepgang. Men had hier toendertijd
immers nog slechts houten walbe-
schoeiingen, welke rustten tegen palen,
amper twee meter lang. Zou men met
het uitbaggeren te dicht bij de wal
komen, dan zakte de beschoeiing na
tuurlijk gegarandeerd naar voren.
Een groot kunstwerk maakt ons schil
derstuk niet uit, maar charmant is het
zeker, en documentair van grote be
tekenis. De schipper troont op het
achterschip bij het roer en draagt,
zoals het destijds mode was, een hoge
hoed Of hij deze ook tijdens het
zeilen bleef dragen?
Hoe klein voor onze begrippen ook,
het was een zeewaardig schip, waar
van luiken en roef stevig konden wor
den afgesloten. De schippersknecht
staat in het gangboord en heeft de
verschillende lijnen en vallen keurig
in het want opgehangen. Het is niet
duidelijk of men van zins is het schip
zeilklaar te maken dan wel juist klaar
is het voor de zondag netjes weg te
leggen. Van laden of lossen valt ten
minste niets te bespeuren, alleen het
luik van het vooronder staat open.
Hierin zullen de zeilen zojuist zijn
opgeborgen, of is de knecht van plan
deze te voorschijn te halen.
Het waren trouwens nog hele reizen,
van of naar Rotterdam vice versa,
met zulk een zeilschip. Eenmaal te
Amsterdam aangekomen, moest men
immers nog eens’zover, over Haarlem
en Leiden, langs meren en vaarten, eer
Rotterdam aan de kim opdoemde! In
dien men de heen- en terugreis bin
nen één week klaarspeelde, mocht men
al tevreden zijn.
KOSTELIJK TAFEREEL
zijn „nijkeap” voor f 6400,geheel
vertimmeren.
Wij bezitten thans nog een fraai
schilderstuk, dat tot 1900 als schoor
steenstuk in het oude kantoor prijkte
en een Oost-Indiëvaarder voorstelt in
een woedende storm. Dit schilderij be
vond zich ook in 1851 in de oude her
berg aan de Geeuw, doch moest bij de
ingrijpende veranderingen van het
jaar 1900 worden verwijderd.
Schilderijen met zeegezichten waren
voorheen in Friesland, in het bijzonder
de Zuidwesthoek, zeer populair en ge
zocht. Begrijpelijk, omdat het leven
van zovele duizenden Friese gezinnen
met de scheepsbouw en scheepvaart
verweven was, niet alleen binnen
vaart, maar ook kustvaart en grote
vaart. Absoluut zowel als relatief veel
meer dan thans het geval is, nu een
maal bloeiende havensteden als Sta
veren, Workum, Harlingen en Dok-
kum als zodanig niet of nauwelijks
meer meetellen. Ook Sneek was eens
het domicilie van menige kof, fluit of
galjoot.
c d