2:{ December.
Donderdag
Buitenlandsch Overzigt.
Bij deze Courant wordt een bijvoegsel
uitgegeven.
Met Januari) a. s. zal de 13ols-
wardsche Courant in vergroot
for m aat<» zonder p r ij s v e r-
hooging, verschijnen.
1809
ACHT STE JAARUANG.
INo. 51.
drie
en.
BOLSWARDSCHE COURANT
De Uitgever.
De Uitgave dezer Cour int, die eiken Don
derdag het licht zietgeschiedt door
II CÜPERUSAz. te Bals wardwien men
alles dit Blad betreffende uiterlijk tot Woens
dag-morgen 12 ure, franco gelieve toe te zen-
Alle briefporten komgn op rekening der
inzenders.
De Abonnements-prijs is 0,80 per
maandenfranco per post f 0,95.
De prijs der Adr er ten tien is van 1—7
regels 50 Cts; elke regel meer kost 10 Cts.
Groote letters worden naar plaatsruimte
berekend.
Klaagliederen van iemand die niet voor zijn pleizier in
Dalmatië is.
Wat helpt hetdat wij de benden der opstandelingen
steeds terug jagen I Deze kerels, die als gemzen op hunne
steile, ontoegankelijke kalkrotsen rondklauteren, loopen, als
hunne patronen verschoten zijn niet onbegrijpelijke vlug
heid weg, zoodat geen fatsoenlijk Oostenrijker hen inhalen
kan. Zij houden zich dan een paar dagen schuil in Gzer-
nagora of Herzegowina, en zijn wij afgetrokken, dan komen
zeeweer voor den dag om op nieuw met ons te spelen,
’t Is waarlijk niet alles, tegen zulke vijanden te moeten
strijden. In een beschaafd met steden en dorpen bedekt
land is ’t eene kleinigheid om met krachtigegeregelde
troepen een hoop opstandelingen te bedwingen maar in
dit naaktonvruchtbaar rotsland is ’t geen rnenschenwerk.
Terwijl zijdie wij zullen vervolgen, als muizen in hunne
holen verdwijnen en onzigtbaar voor ons blijven, al loeren
we ook als katten, kunnen wij geen stap doen, of zij zijn
er door hunne spionnen van onderrigt. Vooral voor de
vrouwen moeten wij op onze hoede zijn. Elke troep op-
standelingen heeft er eene menigte van bij zich. Zij dragen
de levensmiddelen en de munitie, wagen zich in t hevigste
vuur om de gewonden weg te dragen, en wanneer zij hunne
engelachtige stemmetjes doen hooren om den mannen te
herinneren wie wij zijn dan worden deze alles behalve
engelachtig. Alleen de honende gebaren, welke die dames
tegen ons maken zijn in staat om allen lust tot nadere
kennismaking te doen vergaan. En dan weer slepen ze
steenen aan om er ons onder te verpletteren. Hare wild
heid en wreedheid maakt haar tot tijgerinnen voor ieder
onzer, die gewond of afgemat haar prooi wordt. Toen wij
26 November in het hevige gevecht bij den pas Han ge
wikkeld waren werden de geweren der gevallene strijders
door vrouwen opgenomen en op oris afgevuurd. Eene
groote, magere vrouw, die de drie zessen al eenigen tijd
achter den rug had, stond op eene rotsmet een ver dra
gend geweerdat zij als een echte scherpschutter wist te
gebruiken. En of eenigen 'der onzen herhaalde malen haar
tot mikpunt kozen ’t hielp wat I de kogels drongen links
en regts van haar in de kalkrotsen en zij week geen vin
gerbreed. Eindelijk toch werd zij getroffen en tuimelde zij
van de klip naar beneden. Haar verbrijzeld lijk kwam op 50
voet afstand van ons tot, rust. Nog sprak uil hare strakke,
gele, scherp geteekende trekken de haat, waarmee zij ons
gehaat had.
Is het niet zeer natuurlijk, dat onder zulke omstandighe
den ook onze soldaten wreed en gruwzaam worden en on-
menschelijkheden begaan? Menschelijkheid is een mooi
dingmaar als mën dagen achtereen steile paden moet
bestijgen op naakte bergvlakten zonder vuur of beschut
tingaan de aanvallen der scherpe noordewinden bloot
gesteld en door ijskoude regens geheel doornatbij spek
en droog brood vele nachten moet kamperen wanneer
men geen vijand ontmoet en toch zijne kogels u om de
ooren fluitenwanneer men de lijken zijner gesneuvelde
kameraden hier en daar vindt liggen met afgehouwen hoof
den en gruwelijk verminktdan ja dan vergeet men wel
eens, dat men, in zijn warme kamer bij een goed glas wijn
zich eene ijverig voorstander heeft betoond van de mensche-
lijkheid ook in den oorlog.
En we zijn nog niet aan t einde. Al wat we vooreerst
kunnen doen is te zorgen voor ’t noodige eten en drin
ken en het verschaffen daarvan aan hen die de (orten
bezetten. We zijn hier thans omstreeks 9000 man en
zullen we met genoegzame kracht handelen dan moeten
er nog zooveel bijkomen. Onze minister van oorlog zal
wat te berekenen en de minister van financiën wat te be
talen krijgen En al worden we overwinnaarshet volk
hier is zoo slecht bij kas, dat zelfs overwinnaars hier geen
overwinnaars kunnen worden. Onze achterladers voldoen
ons opperbesten al verrigten ze zulke groote wonderen
no" niet als de fransche chassepols in der tijd in Italië,
wijS houden ons toch verzekerd, dat we met hen niet bang
behoeven te zijn voor de pruissische zündnadels.
Zoo heeft het rampzalige heden dan toch nog altijd iets
dat troost voor de toekomst, al is die troost dan ook maar
gelegen ih het bewustzijn dat men in ’t bezit is van een
voortreffelijk moordtuig.
De Israëlitische mond- kies- en tandmeester H. te Wee
nen werd verliefd op een katholiek meisje en vond er geen
zwarigheid in katholiek te worden. Zondag 21 November
trouwde het jeugdige paar in de Kartneliter-kerk en werd
gedoopt. Maar H. had er niet op gerekend dat zijne
familie vast in de leer is en hem herinneren zou aan de
laatste zinsnede van Gen. 3: 16. Daar stond het toch
duidelijk genoeg dat de man heerschappij zal voeren over
de vrouw en wijl de pasgetrouwden niet beginnen wilden
met de oudste huwelijksvoorwaarde te schenden begaven
ze zich naar den rabbijn Genlich en werden beide onder
het volk Israëls opgenornen. Als ze in de liefde zoo vast
zijn als in hunne geloofsovertuiging, dan is het nog zoo
zeker nietdat er na de wittebroodsweken niet nog eens
tot verandering wordt besloten.
De Kaffers zijn niet zoo gemakkelijk te bekeeren als H.
en zijn vrouw. Immers, de heer Parisi usafgevaardigde
van den pruissischen landdag heeft in diens vergadering
voorgesteld om den post te schrappen die op de begroe
ting "van eeredienst was uitgetrokken voor het zendeling
genootschap ter bekeering vau heidenen tot christenen. Hij
had berekend dat elke gedoopte Kaffer aan Pruissen 800
thaler kosten vond dat wel wat duur. Bovendien be
weerde hij, zou de minister van eeredienst, op grond van
de gelijkheid van alle godsdienstgezindten voor de wet.
even goed subsidie moeten toestaan aan de joden-zende-
lin°vereeniging .die zich bemoeide om christenen te be
keeren tot -loden. De aanwezige conservative heeren za
gen wel wat Gajafasachtig, toen ze deze godslastering hoor
den maar het 'voorstel van Parisius werd aangenomen en
de Kaffers zullen voortaan wat goedkooper moeten zijn
met hunne overtuiging of die maar moeten behouden.
Alexander 11, czaar aller Russen, heeft zijn goeden
vriend Wilhelm, koning van Pruissen het onuitsprekelijke