K '3
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
BQ1SWARD; WOHSiERADEEI.
ko. 1. A c h 11 i e n d e J a a r g a n g. 187P.
BEKENDMAKING.
KENNISGEVING.
VOOR
LEZERS EN LEZERESSEN.
BUITENLANBSGH OVÊRZIGT.
££wxxxxxxxxxxxxxxxxx^
DONDERDAG 2 JANÜARI.J. g
$1X'X XXX XXXXXXX X XX xxx<$
BEKENDMAKING.
i
f
II
de ge-
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
gemeenschap,
werd in ons
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ENGELAND.
In de voornaamste handelsteden heerscht
een schromelijke verwarring tengevolge
der krisis in de fabrieksnijverheid en de
vele omvangrijke failissementenwelke de
geldmarkt in beroering hebben gebragt. De
nood is hier en daar tot eene ongekende
hoogte gestegen en nu begint men het te
genwoordig ministeriedat bijna vijf jaren
aan het bewind is, verantwoordelijk te stel
len voor de binnenlandsche rampen, welke
Engeland treffen.
liet ministerie-Beacomfleld heeft uidci*-
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van WONSERADEEL brengen ter alge
meene kennisdat do door hen ingevolge
art. 2 van het provinciaal reglement van
28 Mei 1878 opgemaakte staat van de open
bare tot de gemeene dienst van allen be
stemde waterstaatswerkenniet in onder
houd of beheer bij het rijk, de provincie
of bij waterschappen van 2 tot en met 31
January 1879 in de secretarie van de ge
meente ter inzage zal liggen en dat gedu
rende dien termijn door belanghebbenden
tegen dezen staat bij hun collegie schrifte-
Ijk bezwaren kunnen worden ingediend.
Bolsward28 December 1878.
De Burgemeester
L. BRITZEL.
De Secretaris
E. JANSEN.
BOLSW ARDSCHE COURANT.
I
Weder een jaar ten einde, de eerste dag
van een nieuw jaar reeds weder begonnen'.
Kunt Ge op dezen „lastigsten aller dagen”
«enige oogenblikken voor mij afzonderen
Is ’t U mogelijk, daar Ge met zegenwen-
schen overladen wordtook te luiste
ren naar mij? Naar mij, afgezant van haar,
wie men den titel van Koningin der aarde
heeft Avaardig gekeurd en in wier dienst ik
heden mijn achttiende jaar intreed O ik
dank U, dat Ge zoovele jaren reeds mij
toestaat uwe woningen binnen te treden
dat Ge mij soms vergunt uwe gezelschap
pen en vergaderingen te bezoeken. Ja, ’t valt
mij wel eens zwaarelke week weer allen
te bevredigenwant wordt het al erkend
wat Huigens zeide
„Wie allen menschen wil behagen en in al,
„Mag heden wel beginnen
1 „Maar kwaad is ’t te verzinnen,
„Wanneer hij einden zal;”
en al beroep ik mij wel eens op die woor
den wanneer ik over mijzelve onvoldaan
ben, ik ben mij te zeer bewust van mijne
verpligting omtrent Udan dat ik mij met
dat beroep volkomen zou kunnen gerust
stellen.
Mijn achttiende jaar trad ik in; een leef
tijd, waarin niet zelden veel voor ’t volgend
leven beslist moet worden. Het ligchaam
is dan geheel of bijna volwassende geest
ziet zich als op een kruisweg geplaatst en
moet kiezen. Sedert mijne geboorte nam
ook mijn ligchaam toe in grootte en nu be
hoef ik niet meer toe te staan, dat men mij,
zooals voor kort nog, „het krantje” noemt.
Met de jaren moet echter het verstand ko
men en of nu in het grootere ligchaam ook
een grootere geest woonthet zou mij aan
genaam zijn dit te mogen verzekeren. Lie-
ver nog zou ’t mij zijneerlang die verze
kering van U te ontvangen. Op een kruis
weg zie ik mij niet geplaatstde keuze
die velen op mijn leeftijd nog moeten doen,
deed ik voorlang, en waarop die gerigt is,
is U niet meer onbekend. In de eens aan
genomen rigting zal ik mij blijven bewe
gen ik beschouw die rigting als een voor-
waartsche. En een voorwaartsche beweging
immers verlangt Gij Gedurende de 17
jarendat Ge mij toestondtwekelijks tot
U te komenis uw streven naar vooruit
gang mij in verschillende opzigten geble
kenwie Bolsward en omstreken thans ziet
en zich voorstelt, wat ze voor 17 jaar wa
ren hij zal de resultaten van dat streven
opmerken. En een verlangenreeds lang
door U gekoesterden voor welks bevre
diging de krachten van velen werden inge
spannen en de bemoeijing van nog meer
werd ingeroepenaan dat verlangen zal
weldra worden voldaan. De stoomeen
gevolg van en een middel tot vooruitgang
kwam in den tijd van mijn bestaan ook
tot ons over om tabriekarbeid te verrigten
en vervoermiddelen in beweging te brengen.
Toch klaagden we nog steeds en met re
den over den afstand waarop Ave bleven
van het thans schier algemeene en daar
door onontbeerlijke middel van r
den spoorAveg. Meer dan eens
de verwachting opgewekt, dat een lijn langs
Bolsward zou gelegd worden, maar telkens
Averd ze teleurgesteld. Het nieuwe jaar
gaan we in met de verwachtingdie niet
Mei zijn zal.
De spoorAveg zal op Bolswards toekomst
van gewigtigen invloed kunnen zijn. Of
het Aen gunstige invloed zijn zalhangt
van ten weg zelven maar gedeeltelijk af;
het mtest zal dat bepaald Avorden door de
energie, door den wil van Bolswards inge
zetenen. Een spoorweg is een middel; men
legenheid, die bestaat, om daarvan kennis
te nemen en die kennis zal ons leiden, wan
neer Ave geroepen Avorden om onze verte
genwoordigers te kiezen. Want wie zal het
ontkennendat er ook stemmen ge
hoord Avorden, die aandringen op staan blij
ven en teruggaan En is het Ook met
Avaar, dat soms een enkele stem beslist over
wat wij wenschen of af keuren Verstan
dig en krachtig handelen kan ons voor vele
en velerlei teleurstellingen behoedenver
standig en krachtig handelen zal ons maken
tot „brave patriotten,” Leere het jaar 1879
ons als zoodanig kennen
Niet alleen mijn ligchaam, ook mijn werk
kring werd grootermijn taak gcwigtiger.
Op mijn voorhoofd draag ik nu de namen
en de wapens van twee gemeenten. Dat
staat nu wel mooi, maar aan een mooi uit
hangbord moet, voor wie waarheid liefheeft,
de winkel beantwoorden. Wat dat voor
mij beteekent? Dat ik mij beschikbaar stel
om in de eerste plaats mede te werken aan
alles wat de ingezetenen der beide gemeen
ten in hun huiselijk en maatschappelijk le
ven tot nut en genoegen kan zijn en van
een weekblad verlangd kan worden. Tot
nu toe heb ik reden om dankbaar te zijn
voor de ondersteuning, die ik daartoe ont
ving; voor’t vervolg beveel ik mij aan bij
ieder die mij kan helpen om het gemeen
schappelijk doel te bereiken. Elkander voor
te lichten is een pligt en een behoefte en
beide zijn wederkeerig. Welaan dan, moge
het gedurende het nu beginnende jaar aan
mijn inhoud blijkbaar zijndat we weder
keerig dien pligt betrachten en die behoefte
gevoelen. De moeddie mij nooit heeft
ontbrokende lust, die mij steeds bezielde;
de goede wilwaarmee ik telkens weder
mijn taak aanvaarddemogen ze besten
digd en gesterkt Avorden door medewerking
van velen, door een welwillende ontvangst,
bij allen.
Lezers en LezeressenWij wenschen
en wij blijven wenschenwant nimmer zal
aan al wat Avij wenschen voldaan worden
en steeds zullen nieuwe wenschen de oude
vervangen
Maar blijven wij ons steeds bewust.
Dat de vervuiling veler wenschen
Afhanklijk soms van andre menschen,
Meest bij ons zelven toch berust.
De krachtdie ons de Schepper gaf
Tot werken en tot voorwaarts streven
Zij nimmer dan in rust gebleven
En werkend wachten wij gerust Gods ze
gen af.
De Bolsicardsche Courant.
Het GEMEENTEBESTUUR vanWON-
SERADEEL
Ontvangen hebbende een verzoek van
Douwe Dquwes v. i>. Berg, te Parraga,
om vergunning tot oprigtingvan een Sme
derij in het op het perceel te Exmorra
kad. bekend gemeente Tjerkwerd sectie C
no. 1297 te stichten gebouw.
Gelet op het bepaalde in art. 6 der wet
van 2 Junij 1875 (Staatsblad no. 95).
Brengt ter algemeene kennis, dat bedoeld
verzoek met de bijlagen ter Secretarie van
de gemeente ter inzage ligten dat in eene
op Donderdag den 16 January 1879 ’sv.m.
11 uur in het gemeentehuis te houden ver
gadering gelegenheid zal worden gegeven
tot het inbrengen van bezwaren tegen het
verleenen van de gevraagde vergunning.
Bolsward, den 30 December 1878.
Het Gemeentebestuur voornoemd,
De Burgemeester
L. BRITZEL.
De Secretaris,
E. JANSEN.
De BURGEMEESTER van WONSE-
DEEL brengt, ter voldoening aan het be
paalde in art. 41 der gemeentewetter al
gemeene kennisdat door hem op Zatur-
dag den 4 January 1879 des voormiddag»
om 11 uur, in het gemeentehuis te Bols
ward, vergadering van den gemeenteraad is
belegdten einde te beraadslagen en be
sluiten over de hieronder vermelde punten.
Bolsward 28 December 1878.
De Burgemeester voornoemd
L. BRITZEL.
1. Notulen der vorige vergadering.
2. Verzoek van ingezetenen van Hart-
werd en Oldecloosterom te Hartwerd een
school te stichten.
3. Idem van landeigenaars en landge-
bruikeiw onder Lollum tot aanleg van een
kunstweg van uit Lollum noordwaarts naai
den Slagtedijk.
4. Idem 'van den heer M. Kingma Hzn.
om afschrijving op zijn aanslag indenhoof-
delijken omslag.
5. Verzoek van denzelfden om ontslag
als lid van de plaatselijke Schoolcommissie.
6. Voorstel van burgemeester en wet
houders tot verpachting van de regten, ge
heven wordende aan de brug te Tjerkwerd.
7. Verzoek van ingezetenen van Won»
om den weg door het dorp te bestraten.
8. Benoeming van een armvoogd te Ping-
jum.
9. Benoeming van een lid der plaatse
lijke Schoolcommissie.
10. Idem van twee leden der Commissie
voor het ontwerpen van strafverordeningen.
11. Zamenstelling van de bureaux voor
inlevering van stembriefjes.
12- Idem van de afd. van den raad.
13. Voorstel van burgemeester en wet
houders over het justitiehuis te Bolsward.
14. Idem over de verpachting van de ex
ploitatie der dorpsreiniging te Witmarsum-
bedenke, dat het van de wijze, waarop het
Avordt aangewend, afhangt, of het doel zal
bereikt Avorden.
„Men zal Bolsward voorbijstoomen en wie
nu in Bolsward zich van liet noodige en
nuttige en inzonderheid ook van weeldear
tikelen voorziet, zal het dan in Leeuwarden
doen. De menschen meenen nu toch een
maal, dat ze ’tuit groote plaatsen moeten
hebben”.
Zoo wordt er gesproken, zoo geprofeteerd.
Men zij er dan in Bolsward op bedacht,
dat er de ondervinding van het tegendeel
kan Avorden opgedaan. Wanneer het tij
verloopt, moeten de bakens worden verzet;
op de omstandigheden moet geletvan de
omstandigheden moet partij getrokken wor
den. Juichen en feestvieren, drinken en
klinken op een. schoon vooruitzigt moeten
geregtvaardigd worden door verstandig en
krachtig handelen. Zij het dan geen ijdele
nieuwjaarswenschde wenschdat ook
het jaar 1879 een jaar zij, waarin verstan
dig en krachtig gehandeld wordt.
Het jaar 1879 zal aan een zoodanig han
delen herinneren, tot zulk handelen ons roe
pen. Het zal ons herinneren aan het slui
ten der Unie van Utrechtwaarvan we in
het vervolg op von Schillers „Geschichte
des Abfalls der vereinigten Niederlande”
lezen
„Wie, die een vriend der vrijheid en der
humaniteit iskan aan den geestwelke
dit merkwaardige document kenmerktde
hoogste achting ontzeggen Hoe zuiver is
hier het Avezen eener republiek opgevat
hoe wijs het stelsel van vereeniging geor
ganiseerd hoe eenvoudig steen ojj steen
gelegd en hoe vast zijn allen verbonden
Het historische regt blijft als onderste grond
laag de zelfstandigheid van het eene ge
west moet die der anderen schragen.
„Een beduidende schrede voorwaarts in
de erkenning der ware vrijheid is zigtbaar
in de artikelen, den godsdienst betreffende.
Het Calvinisme, eens een dam tegen Spanje
moest nu zijn vroegere stelling opgeven en
zich onderwerpen aan eene grootere verdraag
zaamheid; de Unie maakt geen verschil tus-
schen katholieken en gereformeerdenzij
verlangt alleen brave patriotten”.
’t Was dan wel een verstandige hande
ling, het sluiten der Uniehare artikelen
waren voorzigtig gesteld, berekend voor het
oogenblik. Kon het nu ook maar gezegd
Avorden dat het goede’t welk zij had en
bedoeldealtijd krachtig was gehandhaafd
en bevorderd, dat van het zwakke, ’t welk
haar kenmerkte, niet dikwijls een schrome
lijk misbruik Avas gemaakt. De geschiede
nis der 300 jaren, sedert het onderteekenen
van het uitnemend voortbrengsel der staats-
manswijsheid van Jan den Ouden, o, mogt
ze meer algemeen bekend en in haar waar
karakter beoordeeld Avorden
Het jaar 1 fc79 zal ons tot verstandig en
krachtig handelen roepen. Ja zekerelke
dag roept er ons toevan ieder wordt het
gevraagd, in hoe kleinen kring hij zich ook
beweegt. Maar in uitgebreiden kring zul
len velen zich dit jaar weer moeten doen
gelden. Een keuze moet gedaan Avorden
van vertegenwoordigers bij de wetgevende
magteen keuze van personendie in den
Raad de belangen der gemeenten moeten
behartigen. Van hoeveel belang het is
den regten man op de regte plaats te heb
ben, dit hebben ons de besluiten van Tweede
Kamer en Gemeenteraad kunnen leeren
zelfs al letten we alleen op wat door hen
in de laatste maand des jaars zoo al beslo
ten werd. Is het waardat we vooruit
gang willenvooruitgang op stoffelijk en
geestelijk gebied, dan kan het ons niet on
verschillig zijn, Avat op het Binnenhof of in
de Raadszaal wordt gesproken en besloten.
We zullen dan gebruik maken van de ge-
v