l i^ncxi^cxzxixxilxx xxx x xxxxx;^ Zelfstandigheid. L w Op xx DONDERDAG 9 JANUABIJ. BUÏTENLANDSGH OVERZIGT. I ft VOOR t. I t I l i r 1 de e te pr r 5 1 1 r c i 4 C u» ;ir 1- 8- ?r overtuiging hebbenen deze wordt niet I verkregen dan na eene voortdurende en I harmonische ontwikkeling onzer geestelijke krachten. Daarmee kan mot te vroeg wor- I den begonnen en daaraan mag nooit een I einde komen, zal het ras der jabroers uit- I stervenom plaats te maken voor een ge slacht van mannen en vrouwendat be scheidenheid weet te paren aan zelfvertrou wen achting voor andersdenkenden aan j kloeken moed, voor eigen overtuiging. Laat ons dan zelfstandig denken. We ontvingen elk voor ons zelven een verstanddoen we dan ook ons best het zelf te gebruiken. Spreken wij zelfstandig. Ieder vogel zingt zooals hij gebekt is, maar papegaaien zijn vervelende schepsels. Luisteren wij zelfstandig. Hooren we met onze eigene ooren, want van hooren zeggen liegt men het meest. Stemmen wij zelfstandig, ’t Is waar „een dracht maakt macht”, maar kwantiteit zon der kwaliteit bederft alles. Waarheid en recht zijn den adelaren gelijk. Ze vliegen zelden of nooit bij groote vluchten. Dat ziet men meer bij ganzen en bij eenden. Handelen wij zelfstandig, want wat we zelf niet doendoen we niet. Leven we in één woord zelfstandig, want we zijn alleen rekenplichtig aan onze eigene consciëntie. Die blijft loopen aan don leiband van anderen is minder dan een kind dat op zijn eigen beenen staat. Laat U voorlich ten en inlichten en handel dan naar eigene overtuiging, anders wordt ge opgelicht voor uwe vrijheid en dat is de gevaarlijkste op lichterij die ik ken, want ze maakt u tot slaaf. En slavenhandelaars zijn er nog legio, met on zonder patent. Kimswerd. Fr. LIEFTINCK. Wees U zelf zei ik tot iemand. Maar hij kon niet, hij was niemand. DE GÉNESTET- rails van staal te maken en nu verkondigt de Timesdat voortaan ook geen ijzeren maar stalen schepen zullen vervaardigd wor den. De kosten daarvan zijn niet veel groo- ter en het geeft 33 pet. besparing van ge- wigt. Wanneer men nu bedenkt, datjn’t noorden van Engeland jaarlijks bijna 215000 ton ijzeren platen voor schepen worden ver vaardigd dan wordt het duidelijkwelk een slag de bevolking dreigtwanneer het staal hot ijzer zal vervangen. Neemt men bovendien in aanmerkingdat een stalen schip tweemaal en een stalen spoor wegstaaf driemaal zoo lang goed blijft als dezelfde voorwerpen van ijzer, dan zal men tot het besluit komen, dat het vooruitzigt voor de ijzermannen donker is. DUITSCTL Prins von Bismarck wil vooruitgang be werken door een paar passen achterwaarts te doen. Hij wil handel en nijverheid doen beschermen door ietsdat niet beschermen kan. Hij stelt voor, een invoerregt te hef fen op alle, artikelen met uitzondering al leen van die grondstoffen, welke voor de duitsehe nijverheid onmisbaar zijn. Deze wijzeom handel en fabriekarbeid te beschermen, d. i. te belemmeren, is niet van den tegenwoordigen tijddie geleerd heeftdat alleen vrijheid doet leven en tie ren. Zoowel buiten als in Duitschland vindt zijn voorstel dan ook afkeuring en bestrij- I ding. In de londensche Spectator kan hij lezen„Bismarck heeft wel eens met de diepste minachting van Napoleon III als I staatsman gesproken. En tot zekere hoogte I had hij ongetwijfeld gelijk. Maar Napole on Hl wist ten minste veel beter wat de I materiele welvaart van Frankrijk bevor- I derde, dan Bismarck het van Duitschland I schijnt te weten. Napoleon zou nooit zulk I een „onnoozelen” en „dotrmen” brief heb- ben geschreven, als Bismarck aan den duit- I schen Bondsraad heeft gezonden. En het I blijkt, dat sommige zwitsersche staatslieden I de dwalingen van Bismarck deelen en dat I in onze eigen koloniën dezelfde hersenschim- I men veld winnen. Men schijnt bijna niet meer te kunnen I begrijpen, dat een gouvernement, behalve I door orde en goede trouw te handhaven I weinig of niets kan doen om den handel voort te helpen, terwijl het zeer veel kan doen om hem te belemmerenals het ver- I keerde ondernemingen ondersteuntalleen omdat de ondernemers over hun verliezen klagen. Een groote reden voor het ver zwakken van het geloof in vrijen handel is de wonderbaarlijke versterking jan het ge- I loof in legers en in geweld. Dit is waar schijnlijk ook bij Bismarck het geval. Hij ziet, dat de sterkste de territoriale grenzen kan vaststellen, en nu verbeeldt hij zich, dat ook de verdeeling van den handel dooi den sterkste kan worden geregeld. En dit kan inderdaad, maar alleen tot groote schade. Niet door den wil van den sterkste, maar door de bekwaamheid van den verstandige worden de natuurlijke voordeelen van de verschillende deelen der wereld ontwikkeld; de sterke kan slechts verhinderen, wat de verstandige aan zich zelf overgelaten tot stand zou hebben gebragt.” De N. Freie Presse zou lagchen om de naïeve economische begrippen, welke in den brief doorstralen, als niet een man dien ge schreven had, die den wil en misschien ook de magt heeft zijn programma uit te voeren. De directe belastingen moeten verminderd, de indirecte vermeerderd worden. Waai om? Omdat de arme de indirecte belastingen niet voelt en de rijke de directe een te grooten last vindt. Vorst Bismarck hoopt met zijn belastingsysteem aan alle belangen voldoening te geven. Alsof niet juist door de algemeene bescherming ieder afzonder- ABONNEMENTSPRIJS: 89 Cenis per 3 maanden. ’Franco per post 95 Cents. ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte. ENGELAND. „Wij zwemmen in millioenen en hebben geld genoeg om onze glorie in Turkije en Azië op te houden”; die woorden werden, weinige maanden geleden, gehoord uit den mond van een engelschen minister. Als hij met „wij” het engelsche volk in ’t algemeen heeft gemeenddan heeft hij den toestand al zeer slecht gékend of onbeschaamd ge logen. Beide voegen een minister zeer slecht. '’Onbekend met den toestand zal hij nu niet meer zijn. De koningin zelve schreef hem: „Ik deel in het lijden mijns volks, en heb ik dank voor de smartdie het toonde te hebben over den dood mijner geliefde doch ter Alicedan treft mij zulks te meer omdat zoovelen in Engeland tot armoede zijn gebragt.” De prinses van NValis zond den burge meester van Sheffield 600 en wat zij er bij schreefkon getuigenhoe ook zij met het droevig lot des volks bekend en begaan is. Van den hertog van Norfolk ontving dezelfde burgemeester f 6000; des hertogs echtgenoot voegde er f 1200 bij en uit alle oorden des lands komen giften voor de be- hoeftigen. Neende minister is nu niet meer on wetend hij schreef genoemden burgemees ter: „Mijne aandacht is gevestigd op zekere berigten omtrent de groote ellende, welke op het oogenblik onder het werkvolk heerscht.” Wie van de ellende eenig begrip wil heb ben bedenkedat in de ijzerdistricten on derscheidene hoog-ovens, die gedurende 80 jaar nooit koud, werden, nu zijn uitgedoofd. Hierdoor missen duizenden het brood en dat hier en daar ongeregeldheden voorvie len wie zal er zich over verbazen Aanmerkelijk nadeel was het voor de ijzerfabrieken, toen men begon de spoorweg- Als een kind zelf staan kanis t al een heel eind gevorderd, ’t Behoeft dan niet meer altijd’gedragen of gesteund te worden, ’t erlangt reeds een soort van onafhankelijk heid. Het leunt niet meer overal en tegen alles aan zooals vroegertoen ’t dan ook dikwijls met’t voorwerp, waar tegen het leunde omviel. Geen wonder dat de moeder aan ieder die’t hooren wil (en wie hoort dat niet graag?) met blijden trots het nieuws ver telton terwijl ze het wicht op zijn beenen zetzegevierend uitroept„kijk het staat al alleen.” En werkelijk dat beteekent veel. Nu zal ’t ook wel spoedig loopen. Wel zeker moederals de beentjes van uw kind maar eerst zoo sterk zijn dat het «taan kanen ’t maar geleerd heeft het evenwicht te bewarendan komt het loo pen van zelf. Ja, waarde lezer, eerst zelf staan, en I dan loopenmeêloopen in het groote ren- I perk van 't leven, zonder meeloopei te zijn, I daarop komt het vooral in onzen tijd aan. ’t Kan zijn nut hebben dat we ons dit ter- stond bij 't begin van een nieuw jaar eens klaar herinneren en elkander dringend aan bevelen. De tijden toch zijn voorbij, dat we meenden te mogen eten uit de potten van Egy ptezoodat we maar behoefden aam te'nemen wat men ons gaf, om voedsel voor lichaam en geest te ontvangen. „Help u zelven”, dat is thans de wapen kreet in den eerlijken strijd om ’t stoffelijk on zedelijk bestaan, en aan dien strijd kun nen en mogen we ons niet onttrekken. Maar dan is zelfstandigheid voor ons vol wassen menschen, nog vrij wat meerwaard, dan het alleen te kunnen staan voor een kind. Zal de maatschappij, zal het leven, aan ons wat hebberen wij wat aan haar, we moeten leeren zelfstandig te zijn. Me nigeen schijnt met de beteekenis van dit woord niet in ’t reine te wezen en verwart zelfstandigheid met stijfhoofdigheid, eigen wijsheid eigenzinnigheidterwijl een ander meent dat een zekere stand of ruime geldmid delen op zich zelve reeds voldoende zijn om ons zelfstandig te maken. Niets is minder waar dan dat. Men kan „op zijn stuk” staan en zich er te pas of te onpas op laten vóór- staan, zonder te bemerken dat de gewoonte ons vasthoudt of dat we leunen tegen een muur van vooroordeel. Stijfhoofdigheid is van zelfstandigheid dan ook niet in ’t minst familie. De eerste toch heeft de domheid tot moeder en zegt vader tegen het geweld, terwijl de tweede gesproten is uit het huwe lijk gesloten tusschen kennis en moed. Én koevele menschen van stand en rijkdom het aan degelijkheid van karakter, die vaste voorwaarde om zelfstandig te kunnen zijn, ontbreekt zien we het met dagelijks en veel meer dan ons lief is Een zelfstandig mensch dient te weten wat hij wilmoet zich rekenschap weten te geven waarom hij zoo en niet anders denkt en doet, en zich dus niet laten over halen tot andere gedachten en daden dan na volkomen overtuigd te zijn dat hij ge dwaald heeft. Dat dan eerlijk te erken nen is vaak het bewijs van eene niet ge ringe zelfstandigheid. Maar voor dit alles hebben we kennis noodigen wel niet al leen die kennis die ons veel doet weten van de dingen buiten ons, maar ook vooral van de dingen die in ons zijnm.a.w. zelfken nis. Dan toch alleen kunnen we zelfstandig d.i. uit overtuiging handelenals we een lijke bescherming opgeheven wordt. Be schermende regton zijn een nadeel voor het geheel en een voordeel voor enkelen. Do bismarcksche beschermende regten benadee- leii’allen en bevoordeelen niemand. Voor den arbeider zal het brood, zullen de eerste levensbehoeften duurder gemaakt worden en hij zal daarbij meer belasting moeten betalen. Iemand die 1009 gulden verdient, zal voortaan slechts zooveel voedsel kun nen koopen, als men thans voor 909 gulden krijgt, en nog 50 gulden moei aan den staat móeten afstaan. Bismarck spreekt van een minderheid der bevolkingdie alleen con sumeert en niet produceert en gelooft, dat zij alleen door zijn systeem getroffen zal worden. Hij heeft daarbij niet gedacht aan de groote meerderheiddie naauwelijks in staat is, door haar productie do onontbeer lijke consumtie te dekken. Zij zal zwaar door zijn systeem worden getroffen. Het zou een ramp voor Duitschland zijn, als de handelspolitiek van Bismarck triumfeerde. Er zou een strijd ontstaan, -als veertig ja- ren geleden door den Cobden-bond tegen de aristocratie van Engeland werd gevoerd; wie weet, of hij even vreedzaam zou afloo- pen? De Weser Zeitung is ’t ook niet eens met hen die van bescherming heil verwachten. „Wat von Bismarck nu zegtis niets anders dan de leer der protcctionnisten (voor standers der bescherming) en wat hij doet is hun wensch. Precies zooveel als de prijs van een artikel kunstmatig is opgedreven, precies zooveel zal die van andere artikelen van verbruik stijgen, ’t Gevolg zal zijn dat de voor- en nadeelen der berekening tegen elkander zullen opwegen en dat aan ’t eind ieder weer staat waar hij vroeger stond. „Maar er is toch een onderscheid en dat isbij de algemeene rijzing van alle prijzen zullen de goederen minder gemakkelijk een uitvoermarkt vinden”. De rijkskanselier schijnt echter nog al met zijn plan op te hebben. De Bondsraad droog hem op, in de commissie van tariefs herziening drie leden te benoemen en uit alle leden een voorzitter te kiezen. De drie mannen, door hem gekozen, zijn bekend als ijverige protectionisten. BRUSSEL. Tengevolge eener door de firma L. Frère te Parijseigenaar der door fabrieksmerk beschermde teerkapsules van Guyotinge stelde aanklagtbegaf zich de regter van instructie in de vorige week naar de wo ning van A. Derieux in de Blaesstraat die’hem als een voortdurend verkooper van artsenijen onder verdachte merken was aan gewezen. Bij het onderzoek werd ook een kleine schrijflessenaar geopend. Derieux greep eensklaps een pakje nagemaakte etiketten, dat daarin lag, rolde het schielijk ineen en stak het in den mond om het door te slik ken. De ambtenaar van justitie en de reg ter van instructie wendden vruchteloos po gingen aan om ze meester te worden en verscheidene agenten en andere personen waren noodig om den tegenstand van De rieux te overwinnen en hem de handboei- jen aan te leggen. Ook de heer Dargentbediende bij De rieux, is in hechtenis genomen. Het schijnt, dat het namaken van het veelvuldig gebruikte middel eene reusach tige uitbreiding heeft verkregen. PERU. Een Duitscher, Karl Steinbach genaamd, en in Lima woonachtigheeft een belang rijke ontdekking gedaan. Na jarenlange studiën en proefnemingen is het hem name lijk gelukt een chemisch product te vervaar digen, waardoor een beeld zich zelf op het glas afdrukt en als een photographie in den i

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1879 | | pagina 1