KENNISGEVING.
I
|F
Bi
BEKENDMAKING.
NATIONALE MILITIE.
1 SKWmiyM;
1 1
BÜITENLANDSGH 0VERZ1GT.
DONDERDAG 0 MAART. g
VOOR
I
o
lid
a
-
J
e:
Ti.
I
5
I
i.jk-
■d.
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
ADVERTENTIEPRIJS: öOCts. van 17 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte
ok
ng
1
tap
net
rei
en
ha-
en-
ide
het
lel-
)ei-
jen
.ust
en-
,'oor
je
llo
de
de
^fi
nd
of
iet
als
or-
)en
>en
te
te
rdt
len
len
Vet,
n
erp
[ee-
i te
e-
'II
e-
e-
le
m
ip
?n
n-
11-
e-
de
»e-
>ad-
lem
by
roo-
ees-
nd”
ster
z'J-
aut-
•vol.
een
den
ner-
zag.
zag
jer
roor
lens
een
De
ken
en
ge
ik
nen
;oed
ran.
niet
een
ide-
ling
gde
!ien.
Irie-
t er
ge-
am-
en!”
en
van
ide-
Burgemeester en Wethouders van Won
seradeel brengen bij deze ter kennis van
de geestelijken en bedienaren van de Gods
dienst bij de erkende kerkgenootschappen
en van de studenten in de godgeleerdheid,
dat zij hunne aanvragen om ontheffing van
de werkelijke dienstvermeld in art, 127
der wet, alsmede de bewijsstukken bedoeld
in art. 69 en 70 van het Koninklijk be
sluit van 8 Mei 1862 (Staatsbl. no. 46)
tusschen den 20 Maart en 1 April bij den
Burgemeester dezer gemeente moeten in
dienen.
Bolsward, den 6 Maart 1879.
Burgemeester en Wethouders voornoemd:
L. BRITZ EL.
De Secretaris
E. JANSEN
ieb-
ies-
en
ter-
■ing
bsi-
iteii
n tie
do-
Bauke Reins Windsma, Sjoerd Feddes Yp-
ma, Pieter Cornells van der Zeo;
die daarop verkeerdelijk waren gebragt
die een of meer in de Kiezers gevorderde
vereischten verloren hebben of overleden
zijn.
En zal deze op de gebruikelijke wijze
worden afgekondigd en aangeplakt.
Bolsward, den 3 Maart 1879.
Burgemeester en' Wethouders voornoemd:
L. BRITZEL.
De Secretaris,
E. JANSEN.
N. 1 TI ON A L E MIL IT IE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van de Gemeente Wonseradeel gevolg ge-
govende aan art. 150 der wet op de Nati
onale Militie van den 19den Augustus 1861
(Staatsblad no. 72)noodigen bij deze de
lotelingen der Nationale Militie van deze
gemeente uitomwanneer zij verlangen
bij de Zee-militie te dienenzich daartoe
voor den 1 sten April bij hen aan te melden.
Bolsward, den 1 Maart 1879.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
L. BRITZEL.
De Secretaris
E. JANSEN.
FRANKRIJK.
Reeds eenige weken was ’t in Frankrijk
eene vraag, of de ministers, die den 16 Mei
1877 met de Broglie aan het hoofd, als
zoodanig hun taak aanvaardden en daarom
het ministerie van 16 Mei worden genoemd,
niet in staat van beschuldiging moeten wor
den gesteld. Een half jaar lang deden ze
hun best om alles naar hun hand te zetten,
zonder te vragen, of de middelen, die ze
daartoe bezigden, eerlijk waren. In No
vember moesten ze voor den drang dor
natie wijken en nu nog zijn er, die hen voor
den regter ter verantwoording willen roepen.
Van de regering wordt echter verzekerd
dat zij er zich tegen verzetten zal, ja, dat
zij wil aftreden, als de Kamer mogt beslui
ten do vraag toestemmend te beantwoorden.
Zij is tegen het procesomdat het opge
wondenheid in het land veroorzaken, den
geregelden gang van handel en vertier be
lemmeren en haat onder de bevolking ver
wekken zou. Zij weuscht, dat men zich
bepale tot de afkeuring van het gedrag
der ministers van 16 Mei, te meer, daar
het vermijden eener nieuwe krisis de alge-
meene wensch is.
De eisch, om en heer de Broglie en
zijne ambtgenooten te vervolgen moet dan
ook wel vreemd klinken in dagen, waarin
men de mannen der commune van straf
ontheft; deze eisch getuigt zeker niet van
verdraagzaamheid.
Mac-Mahon zou verklaard hebben, dat
hij bij zijn ministers zou plaats nemen, als
zij in staat van beschuldiging mogten wor
den gesteld.
De 24 February gaat in Frankrijk nooit
onopgemerkt voorbij, ’t Was op dien da-
I Jonkes Wiersma, Hendrik van Druten.
2. Van de Lijst der Bevoegden tot het
kiezen van Leden van den Gemeenteraad:
a. De hiervoren onder sub la genoem
de personen:
b. Sijmon Johannes Adema, Douwe Berg-
smaWillem Frederik BoschmaJacob
I Bouwes BruinsmaMarton Sjoerds Bruin-
I sma, Cornells Darmens Faber, WijpkeEer-
I des Feenstra, Frans Ilidma, Pieter Pieters
I HilaridesBauke Baukes HofmanAnne
I de Hoop, Ruurd Ypes Hoornstra, Lucas
I Kuipers, Albertus Nieuwenhuis, Jacob van
I der Ondermeulen, Sjoerd Pietersma, Johan
nes Sjoerds Rijpma, Dirk Andries Sijmon-
sma, Pieter Sijbrandij, Linze Ruurds Tado-
ma, Dominions Tolsma, Cornelia Vellinga,
I Douwe Vogelzang, Engele Jans de Vries,
I Willem de Vries, Sijtze Leenderts Wagen-
makers, Anne Jans van der Wai, Herke
I "Walinga, Jan WetselaarJan Wieling,
turn, dat het koningschap plaats moest
maken voor de republiek. Ook nu weder
werd men in Frankrijk aan die omwente
ling herinnerd, en Louis Blanc, die in 1848
niet van verre stond, zei nu nog eens, wat
hij er van dacht. Hij verdedigde de stelling,
dat na zooveel dure ervaring, de fransche
republikeinen eindelijk beginnen te begrij
pen, dat elke omwenteling het hardst neer
kwam op den rug van hen, die haar bewerk
ten en dat het volk 'er niet anders dan
schrale vruchten van plukte. Hij wees
daartoe op Rienzi, die in 1347 Rome be
vrijdde, maar zelf tiran en dientengevolge
vermoord werd. Op Luther, die in Duitsch-
land de godsdienst vrij maakte, maar de
staatkundige tirannij liet bestaan. Op Ma-
saniello in Italië en Cromwell in Engeland,
die beide de zaak des volks verrieden en
het voorbeeld gaven, dat Napoleon I op
18 Brumaire en Napoleon III den 2 De
cember volgde. Zelfs de groote omwente
ling van 1789, die de magt van het koning
schap vernietigde en den priesters hunne
voorregten ontnam, gaf wel meer vrijheid
aan het volk, maar dit stierf niettemin van
honger. De conventie had te veel tijd noo-
dig, om zich tegen hare buitenla ndsche
vijanden te verdedigen, dan dat zij zich aan
de zorg voor het volk kon wijden. Ook
de omwenteling van 1830 deed niet veel
voor de zaak des volks, en wat de Februari
dagen van 1848 beloofden ging in Junij van
dat jaar weer te niet.
Louis Blanc heeft echter hoop op de toe
komst; hij weet, dat er soms geruimen tijd
verloopt tusschen zaaijen en oogsten.
GROOT BRITTANNIË.
De eenige engelsche ooggetuige, die de
door de Zoeloes aangerigte slagting ont
kwam is do luitenant Young. Nadat hij
al zijne patronen verschoten had, begreep
hij van de nog bestaande gelegenheid tot
vlugten, gebruik te moeten maken. Do
vlugheid van zijn paard kwam er hem goed
bij te pas, hij bereikte de overzijde der ri
vier en zag van daar, wat er verder voor
viel. Ook van hem hebben we nu een ver
haal van de voor de Engelschen zoo be
droevende gebeurtenis.
Het gedeelte van Glyns kolonne, dat
onder kolonel Pulleine in het kamp de
Isandula aan do Tugela-rivier was achter
gebleven om don legertrein te bewaken
besj eurde in den ochtend van den 22sten
op de hoogten rondom haar kamp eenige
Zoeloescho tirailleurs, die al vurend nader
den. Pulleine, meenende dat deze vijandige
demonstratie weinig te beduiden had, zond
mede tirailleurs uit, om het vuur der Zoe-
loe’s te beantwoorden. Doch toen er straks
bij de voorvechters der Kaffers aanzienlij ka
benden zich aansloten, riep de kolonel haas
tig zijn tirailleurs terug, en stelde zich in
eene defensive houding. Ongelukkig was
er verzuimd de wagens te plaatsen, zooals
ervaren kolonisteno. a. de hollandsche
„boers” in de Transvaal, het plegen te
doen: in een gesloten vierkant, telkens met
den disselboom in het achterwiel van den
wagen die voorafgaat, binnen welk carré de
kamperenden zich betrekkelijk goed ver
schanst kunnen gevoelen.
Weldra rukte het Zoeloe-leger nader
in geregelde bataljons, die tegen de Engel
schen een levendig geweervuur onderhiel
den, totdat de afstand gering genoeg was
geworden om met de assegaai te kunnen
werpen. De Enaelschen dunden met hun
vuur wel de gelederen van den vijand, doch
voortdurend werden de leemten door nieuwe
manschappen aangeyuld
Tegelijkertijd met dezen front-aanval
volbragten de beide horens van het Zoeloe-
leger eene omtrekkende beweging, door
welke het kamp omsloten werd. Nu moesten
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
I van WONSERADEEL
Gelet op artikelen 10, 34 en 35 der Wet
I van den 4den Julij 1850 (Staatsblad nom.
I 37)regelende het Kiesregt enz.
Maken bij deze bekenddat de lijsten
I aanwijzende de personen, die in deze Ge
meente tot het kiezen van Leden van de
I Tweede Kamer der Staten Generaalde
Provinciale Staten van Frieslanden van
I den Raad dezer Gemeente bevoegd zijn
I zijn herzienen een exemplaar van ieder
I derzelve gedurende veertien dagen van
I af heden ter Secretarie dezer gemeente voor
I een ieder ter inzage zijn nedergelegdj en
I aan het Gemeentehuis aangeplakt.
Dat bij die herziening van de lijsten zijn
I geschi apt
1. Van do lijsten der Bevoegden tot het
kiezen van Leden van de Tweede Kamer
der Staten Generaal en de Provinciale Sta
ten van Friesland
a. Murk Aukes Aukema Hermanns
Banning Andries IJntes Bekema Haitze
Jans BonnemaJacob Brouwer Johannes
Jans BruinsmaSjoerd Freerks Bruinsma,
Louis Anthoine Henri CrommelinWillem
Dijkstra Diemer Fopma Martin Kingrna
Hijlkezn, Jacob Willems Leeman, Sake
Johannes Meijer, Catrinus Oneïdes, Johan
nes Franses Postma, Tjeerd Sikkes Postma,
Hessel Pieters Roorda. Tjerk Boukes Sies-
werda, Gijsbert Cornelis Duval Slothouwer,
Deere IJnzes Sterkenburgh, Reineius Ver
hoeven Katharinus Jogchums v. d. Wai
Gerrit Wassenaar, Marten Rommerts Weer
stra, Sjoerd Sibles van der Werf, Jan [Ti
bes Wiersma, Jan Douwes Wijnia, Arjen
IJpes Ydema, Hille Jans Ypma, Jan Yebs
Ypma, Minne Jacobs Zijlstra.
b. Gosse Engeles BaardaHarmen Me
lis BrandenburgOtte Sjoerds Bruinsma
Douwe Tjeerds do Jong, Uiltje de Jong,
Anne Jacobs Kooiker, Dirk Hendriks van
Lint, Yede Klazes Nijdam, Reinder Har
ken Ploegstra, Hessel Wiebes Postma, ()k-
ke Ykes Rusticus, Tjitte Hotzos Rusticus
Saekle Jans de Vries, Harmen Johannes
van der Werf, Rudolplius Wierda, Wijbren
de Engelschen duur boeten voor hun ver
zuim met betrekking tot het opstellen der
wagens.
De Engelschen hadden toen al hun am
munitie uitgeput en verweerden zich met
do bajonet. De ammunitiewagens waren
niet in de onmiddellijke nabijiieid en het
was onmogelijk ze te bereiken, toen het
gemis aan patronen gevoeld werd. Do Zoe-
loo’s gebruikten een eigenaardige taktiek,
ruw maar doeltreffend, om de haag bajo
netten door te breken. Ze namen hun ge
sneuvelde kameraden in do armen en wier
pen hen op de punten der b ijonnetten, die
onder den last doorbogen, waarna zij zich
in de openingen wierpen en al de Ëngel-
schen doodden.
Binnen twee uur, nadat de eerste Zoeloe's
bespeurd waren, was geen levende blanke
meer in het kamp over. De heer Young
wijt de nederlaaag aan de verwaarloozing
van do oudliollandsêhe taktiek in afri-
kaansche oorlogen, om, zooals boven gezegd
is, de wagens in carré te zetten, met den
di.-sjlboom van den een in de wielen van
den anderen en zich achter dezén muur
te verdedigen. Natuurlijk droeg de onbe
grijpelijke nalatigheid van de ammunitie bij
zich te houden veel bij tot het onheil.
Toley, de geleider van den wagentrein,
die ook ontsnapt is, deelt mede, dat kolonel
Durnfort de Zoeloe’s aantastte met twee
kompagniën van den linkervleugel: twee
stukken veldgeschut in het midden en het
overige van het 24ste regement aan de reg-
terHank. De bommen en granaten doodden
ontzaggelijk veel Zoeloe's, maar steeds na
men nieuwe krijgers de ledige plaatsen in.
Kapitein Smith werd door een assegaai ge
dood, toen hij juist met veel tegenwoordig
heid van geest de beide kanonnen verna
geld had.
Het aantal gedoodo Engelschen wordt in
deze berigten op 250 a 300 man geschat.
Dat der Zoeloe’s, die aan ’t gevecht deel
namen, op 15,000 man. De reserve, om
streeks 500 man sterk, maakte zich zoo
snol mogelijk met den buit uit de voeten.
Het blijkt uit deze beschrijving van den
bloedigen strijd, dat het Zoeloe-leger vocht
volgens de regelen der kunst. Eerst tirail
leurs, daarna bataljons, geweervuur bij het
avanceren, en blank geweer bij de mêlee.
In Natal gelooft men evenwel niet, dat
deze vernietiging van Glyns achterhoede
het gevolg was van een welberaamd plan.
Men houdt het er veeleer voor, dat hot
Zoeloe-leger op weg was een inval te doen
in Natal, en toen toevallig op het britsche
kampement stuitte. Doch aan den anderen
kant had het óók weer den schijn, alsof
Glyns hoofdmagt door een feinte vooraf
was weggelokt van haren legertrein.
Van wreedheden jegens de Engelschen
gepleegd, zag Young niets.
Toen Glyn in het kampement terugkeerde,
vond hij de debris van zijne afdeeling in
vreeselijke verwarring door elkander liggen.
De Zoeloe’s hadden slechts de voor hen
zelf bruikbare bagage meegenomen. Met
de kisten thee, suiker en andere lekkernijen,
voor den europeschen soldaat onmisbaar,
hadden zij zich niet belast. De inhoud lag
in den grond getrapt, doorkneed met het
bloed der geslagte menschen, paarden en
ossen.
In afwachting van versterking, bepaalden
zich de Engelschen sedert tot het aannemen
eener verdedigende houding; de boeren van
de Transvaal weigeren hen te helpen.
Reeds werden 8 a 10,000 soldaten, 1800
paarden, 18 kanonnen en 275 wagens naar
Natal ingescheept
Onder de vrijwilligers, die zijn scheep-
gegaan, bevindt zich ook de ex-keizerlijke
prins Louis Napoleon, die, na den vuurdoop