c li 11 i e n (I o
1879.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
BOLSWARD WQNSEHADEEL
J a a r ff a n ff.
1
1
iNo. 12.
I - 1L
VOOR
BÜITENLANDSCH OVERZIGT.
BEKENDMAKING.
A
&xxxxxxxxxxxxxxxxxx$
g DONDERDAG 20 MAART. i
si
I
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
I
1
rn
QURAN
I
I
Dl-
niet I
De
■d.
S
1011-
oili-
■•^YNTEMA te Pingjum;
JER aldaar;
8 aldaar
op-
rn a
ont
mg
ten
en
>en
gen
nen
.eht
nen
Jen
ABONNEMEN TSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
Bolsward, 13 Maart 1879
De Burgemeester
L. BRÏTZEL.
De Secretaris
E. JANSEN.
pii
en
en
al
ik
en
ic-
i( t
uk
an
ïs
'en
en
ng
A’lj
ig-
en
ten
311.
ire
•ge
or*
nz
an
»pn
in-
in-
re-
ite
,(Je
de
PF
af-
jer
ie-
leil
>Ö-
111
)1”
so
lo
ist
ir*
at
Ier
lie
ok
op
‘U
en
‘ii-
u
»tü
>p-
an
mij
op
leu
ier
ien
M..
ef*
-en
er-
m-
in-
1011
eht
lui
ADVERTENTIEPRIJS: 50Cts.
volgens 10 Ct. per regel. Overigens
van 17 regels. Ver-
naar plaatsruimte
i’an WONSERADEEL brengen ter vol
doening aan liet bepaalde in art. 8. der wet
tan 27 Junij 1875 (Staatsblad No 95) ter
«Igemeene kennis, dat door hen bij besluit
an heden No. 83 aan Feike Wiersma te
Vmnorra en zijne regt verkrijgenden ver-
;unning is verleend tot oprigting van eene
•akker ij in het gebouw te stichten te Ex-
wrra op het perceel ten kadaster bekend
[emeente Tjerkwerd sectie c. no. 1299.
Bolsward, den 13 Maart 1879.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
L. BRÏTZEL.
De Secretaris
E. JANSEN.
aad
r te
ia ar
ge
rist.
■l)1'- Bet lager onderwijs, ’tls waar, het onder
en gs
idi-
vuil
vas-
ifilo
ido-
eein
hij daar onderwijzers en onderwijzeressen
rondom zich, want ofschoon de prakti
sche bekwaamheid natuurlijk van groot
gewicht is, heeft toch de vormende, ont
wikkelende, paedagogische zijde der zaak
nog grooter waarde en die kan alleen door
den onderwijzer van beroep tot haar recht
komen. Twijfelt gij of ’t mogelijk is in zes
weken in verschillende soorten van handen
arbeid zóó bedreven te worden, dat men
daarin anderen onderrichten kanClauson
Kaas neemt uw twijfel weg en roept u toe:
„Kom, zie en overtuig u. De zaak is, dat
wij menschen niet meer weten, waartoe
onze hand in staat is. Als ik den eersten
dug van den cursus allerhande voorwer
pen op tafel plaats en aan de hoeren en
dames de verzekering geef, dat zij over zes
weken dat alles ook vervaardigen zullen
dan schudden zij het hoofd en houden mijn
belofte voor kortswijl, maar de zes weken
zijn nog niet verstreken, of de goede ernst
mijner verzekering is door henzelven mot
de daad bewezen.”
Met de hoofdleiding van deze kweekschool
is do heer Hansen belasteen vroegere
loeraar bjj het middelbaar onderwijs, maar
die sints eenige jaren den heer Kaas trouw
ter zijde staat. Het onderwijs wordt dage
lijks gedurende 12 uren gegeven, maar ook
buiten die uren staan werktuigen en loka
len ter beschikking, en daarvan wordt door
velen gretjg gebruik gemaakt.
De regering steunt de zaak door eene
jaarhjksche toelage aan de maatschappij te
verstrekken van 3500.
„De vruchten die het onderwijs draagt
zijn uitstekend. Het werkt uiterst gunstig
op de huiselijkheid van jongen en ouden
en de eischen die men stelt in menig ge
zin stijgen steeds hooger. Men verlangt
platen met zelfgemaakte lijstenda pooten
der stoelen moeten gedraaid, de kasten van
versieringen voorzien, de houten lepels met
snijwerk getooid in één woord alles moet
anders en beter zijn”, zoo schrijft Clauson
Kaas.
In Denemarken staat dit onderwijs tot
heden moer naast de volksschool, in Zweden
wordt het reeds hier en daar in het gewone
lager onderwijs opgenomen. Daar is het zelfs
reeds in verschillende gemeenten verplich
tend gesteld en dat kan daar, omdat daar
de gemeente het recht heeft het onderwijs
en den omvang er van verplicht te maken.
Zoo is te Landscrona de volksschool voor
jongens een nog nieuw en uitstekend inge
richt gebouw. Het staat op een geheel
vrij terrein en is geheel ingericht voor de
vereeijiging van het handwerksonderwijs
met eene gewone leerschool. De heer Ber
lin is daar uitsluitend slójdonderwijzer. De
leerlingen der hoogste klasse worden in
handenarbeid onderwezen en ontvangen d t
des voor- en namiddags telkens 1 uur. De
invloed hiervan op het gewone leeronder-
wijs is voortreffelijk, de leerlingen zijn tel
kens weer frisch. terwijl de onderwijzers
die steeds de helft hunner leerlingen mis
sen, met de overigen veel beter vorderen
kunnen.
Ook te Wenersborg is het onderwijs in
handenarbeid verplichtend gesteld in de
volksschool, terwijl te Nails eene kweek
school is voor slöjdonderwijzers onder het
bestuur van den heer Otto Soloman.
Om echter niet te uitvoerig te worden,
treed ik omtrent deze scholen niet in na
dere bijzonderheden en vermeld van Zwe
den alleen nog, dat de regering in dit on
derwijs groot belang stelt en er jaarlijks
15000 kronen voor op de begroeting plaatst.
Wat ons land betreft, is ’t mij een ge
noegen te wijzen op ’t geen de heer A.
Groeneveld te Rotterdam is begonnenin
navolging van ’t geen in het buitenland ge
schiedt. In 1876 begon hijvolgens een
DUITSCIILAND.
De nederlaag, welke de duitsche Rege
ring maar meer nog prins Bismarck,'in
don Rijksdag geleden heeft door de verwer
ping van de wet op de disciplinaire recht
spraak van het Huis de sarcastische toon
welke bij de debatten daarover door Lasker
werd aangenomenzij hebben weder
kwaad bloed gezet bij den rijkskanselier
en dit is reeds Zaturdag bij de behandeling
in tweede Lyzing van de begrootingmat
name van de posten tot afweer van de run
derpest, op pijnlijke wijze duidelijk geworden.
Terwijl daarover een zeer kalme beraadsla
ging gevoerd was, nam prins Bismarck het
woord om de verzekering te gevendat de
klachten der belanghebbenden zooveel mo
gelijk in overweging genomen zouden wor
den. Hij zeide, het echter te betreuren, dat
men voor eene afsluiting der grenzen geene
afdoender maatregelen kon nemen, omdat
de verleden jaar dienaangaande vastgestelde
wet te zacht wasen dat wel tengevolge
van de veranderingen, die in deze wet ge-
bragt waren door hen „die meer voor do
overtreders der wet dan voor de overtre
dingen plegen te zorgen.” Deze uitval ver
wekte verbazing, vooral met het oog op de
pas gedane mededeeling der Regering, dat
de veeziekte geheel geweken is. Dr. Las
ker zag in die woorden eene uitdaging en
nam deze aan. Hij wilde constateren, van
welke zijde aanleiding gegeven werd tot een
heftig debat zonder reden, en vond het goed,
dat de rijkskanselier, „op heeterdaad” be
trapt werd opdat hij kon zienwelke ge
volgen zulk eene handelwijze had. Prins
Bismarck bleef het antwoord niet schuldig
en verklaarde, gerust het oordeel van alle
onpartijdigen te zullen afwachten over de
vraag, wie hier zonder reden don strijd be
gonnen had. Dr. Lasker gaf wederom een
scherp antwoord en prins Bismarck eindigde
mei de verklaringdat hij zeer goed wist
wat hij met zijn aanval op de te zachte
strafbepalingen bedoeld haddie ook niet
zou nalaten zijne uitwerking te doen; tegen
bepaalde personen echter had hij geen aan
val bedoeld. Prins Bismarck scheen na
deze schermutseling verderen strijd te wil
len ontwijken; althans toen de afgevaar
digde Richterzijn bekende tegenstander
in de gelederen der Fortschrittspartijiets
later het woord nam, verliet prins Bismarck
de zaal én hij kwam eerst terugtoen een
andere spreker optrad. Toen de heer Rich
ter later nogmaals opstond om te spreken
ging prins Bismarck wederom heen.
he- Een nieuw vak van la^er
lijk
fis-
wil-
■egt
iid
zoo
ft
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van WONSERADEEL brengen ter ken
nis van de ingezetenendat de door hen
opgemaakte kohieren van hoofdelijken om-
(alag, over 1879, in de secretarie van de ge
meente voor een ieder ter inzage zullen
liggen van 17 Maart tot en met 1 April
e. k. iederen werkdag van ’s v.m. 9 tot
J n.m. 1 uur en dat gedurende dien termijn
tegen de op de kohieren voorkomende aan
slagen bij den gemeenteraad bezwaren kun
nen worden ingebragt.
Uittreksels uit de kohieren zullen mede
aanwezig zijn
I Voor het dorp Arum bij J. MEIJER aldaar;
M Voor de dorpen Corn werd, Eng wier, Id-
Sfgahuizum, Makkum en Piaam bij P. BA-
JOIS te Makkum
Voor het dorp Ferwoude bij de wed.
V. D. PLAATS aldaar
I Voor het dorp Gaast bij T. de RING.
Ij Voor het dorp Kimswerd bij W. UNIA.
Voor de dorpen Pingjum en Zurich bij
R. YNTEMA te Pingjum;
|Voor het dorp Witmarsum bij W. MEI
JER aldaar;
I Voor het dorp Wons bij L. WESSEU-
ondca'wigs. (1)
Volgens mijne belofte ga ik iets uit het
genoemde tijdschrift van „Volksonderwijs”
een en ander medeelen, omtrent het on-
lorwijs in handenarbeid, waarop ik in No.
8 van dit weekblad de aandacht vestigde,
jjidat alzoo de hoogst belangrijke zaak° die
■et geldt, meer en meer de algemeene op
merkzaamheid tot zich trekke, vooral ook
■an hen, die voorbereidende maatregelen
Jemen tot uitvoering der nieuwe wet op
pij» in handenarbeid voor jongens is niet
■oorgesehreven, maar het is ook niet verboden
kn ik zou het een zegen achten, als op
■ene of andere wijze dit onderwijs kan
teerden in verband gebracht met het ge
wone lager onderwijs.
I Wij zouden Finland wellicht het vader
end van hot slöjdonderwijs kunnen noemen,
althans volgens den Minister, die in Zwe-
Re-
Ay) In het eeiUe artikel aan deze zaak gewijd, is
V™*" 'n8esl°Pr p die de welwillende lezer wel zal
^er >eterd li^én„Vnïaar waarop ik toch even de aan-
■cit vestig. In plaats van Art. 1 der wet op het
■ger ouderwijs,s'aat daar Art. 2.
plandoor eigen nadenken ontworpen, met
huisonderwijs aan vijf kinderen van 6 en 7
jaar, en aan vijf andere van 9 en 10 jair
en nu is hij geplaatst bij de Departement
school aldaar, als onderwijzer in handen
arbeid en heeft eene klasse van elf leerlin
gen die twee uur per weekdes vrijdag
avond» van 6 tot 8 uur onderwezen wor
den; terwijl hij bovendien aan een dertig
tal leerlingen privaatonderwijs geeft en in
allen deele mag hij zich over den uitslag
zijner poging en over de algemeene waar-
deering van zjjn onderwijs verheugen.
Zoo is dan ook met dit vak van onder
wijs in ons land een begin gemaakt. Moge
menige onderwijzer vooral zich geroepen
gevoelen zich daaraan te wijden en moge
het, bij de nieuwe regeling van het lager
onderwijs op menige plaats tot zijn recht
komen, nu de gelegenheid zich daarvoor
zoo geleidelijk aanbiedt. Dit zou ongetwij
feld een zegen zijn voor het opkomend ge
slacht van alle rangen en standen.
M. E. VAN DER MEULEN.
den belast is met dé”zorg voor het onder
wijs, is het daar het best ontwikkeld en
het nicest verbreid. Tot nog toe is echter
de inrichting er van in dat land ten onzent
no<j niet voldoende bekend.
De twee landen waaruit het meeste om
trent deze zaak ter onzer kennis gekomen
is, zijn Zweden en Denemarken en de man,
die de zaak onbetwistbaar in de laatste
jaren het meest populair gemaakt heeft, is
de gewezen ritmeester Clauson Kaas.
Kaas is een Deen van geboorte. Zijn
vader bekleedde eone betrekking aan het hof
van Denemarken. Hij verhaalt dat deze,
als hij tehuis kwam uit het koninklijk pa
leis gewoon -was het kleed van den hove
ling te verwisselen met het arbeiderspak
van den werkman. In huis was een werk
plaats en daar leerde hij zijn zonen het
gebruik van schaaf en zaag en beitel. De
Zoon volgde den vader. Toen hijzelf kin
deren hadbegon hij den Zaterdagmiddag
te gebruiken, om ook dezen en wel op
stelselmatige wijze, in handenarbeid te on
derwijzen. Weldra werden ook kinderen
van anderen daarbij toegelaten on langza
merhand kwam het besluit tot rijpheid, om
zijn ontslag te nemen uit den dienst eu zoo
word hij inplaats van chef van een esca-
dron, onderwijzer en wjjdt uu sints eenige
jaren aan deze nieuwe levenstaak al zijn
kracht en ijver.
Spoedig zag hij e -hter in dat zijn per
soonlijke toewijding aan deze zaak geheel
onvoldoende was, dat hij zich slechts be
lasten kon met de zorg voor een beperkt
getal kinderendat hij bovenal behoefte
had aan onderwijzend personeel en dat ook
voor volwassenen de gelegenheid moest ge
opend worden, om in dit opzicht nog in te
halen, wat in hun jeugd was verzuimd.
In zijn vaderland en daarbuiten, o. a. te
Berlijnhad hij de zaak besproken, die zijn
gansche ziel vervulde, reeds waren ver
schillende vereenigingen tot stand gekomen
en arbeidsseholen geopend en in 1873 richtte
hij met een onderwijzer, Rom genaamd,
tot alle vrienden van huiselijke vlijt de uit-
noodiging om met hem een centrale veree-
niging tot bevordering der zaak op te rich
ten. Die uitnoodiging vond bij velen een
gewillig oor; en op 18 Maart 1873 trad
„Dansk Husflidselskab” d. i. „de Deen-
sche Maatschappij voor huisseliike vlijt”
in het leven, met den heer (jlauson Kaas
als algemeen secretaris en als de ziel harer
bemoeiingen.
Sedert is de zaak daar, hoewel door ve
len nog tegengewerkt, al meer en meer
populair geworden. Er wordt een tijdschrift
uitgegeven „Nordisk Husflids Tidende”
waarin de zaak voortdurend wordt bespro
ken en toegelicht, dat teekeningen bevat
van modellen, naar welke gewerkt moet
worden, geen teekeningen van de voorwer
pen in geroeden toestandmaar van de
verschillende bewerkingen en gedaantever
wisselingen die de grondstof ondergaan
moet.
In het vorig jaar waren er reeds meer
dan 158 vereenigingen, over het gansche
land verspreid, die geheel zelfstandig wer
ken en een kleine bijdrage zenden aan bo
vengenoemde maatschappijmaar daarvoor
van deze de modellen ontvangen, voor de
helft van den inkoopsprijs die zij bij het
onderwijs behoeven.
De oprigting dezer plaatselijke vereeni
gingen ging vooral in het begin metgroote
bezwaren gepaard, door het gebrek dat er
was aan onderwijzend personeel. In de laat
ste jaren echter is daaraan veel minder ge
brek. Kaas heeft namelijk te Kopenhagen
een cursus geopend en deze wordt in den
zomer gedurende zes weken gehouden. Daar
vereenigen zich onder zijne leiding jaarlijks
van 20 tot 40 volwassenen en ’cliefst ziet
WROSC
A