NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
««ISW48» EN WONSEB ADEEE
1890.
Negen en Twintigste Jaargang.
No. 33.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
DONDERDAG 14 AUGUSTUS.
VOOR
i
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
ABONNEMENTSPRIJS 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents,
Wery, Okhuyzen, Spriet, Albert, dikke, groote
en kleine dames, draaimolens, wafel- en poffertjes
kramen, allen zijn present.
Bij sommige kermisvermakelijkheden kan men
zien, dat do tijdgeest niet stil gezeten, maar dat
nieuwe ontdekkingen op gebied van stoom- en
electriciteit ook al in toepassing zijn gebracht
vooral op de draaimolens. Deze kunnen echter
op geene bijzondere protectie van het gemeente
bestuur rekenen, want voor de draaimolens is
het staangeld viermaal hooger dan voor andere
spellen en toch is altijd veel meer aanvraag om
plaatsing dan er worden toegelaten.
Neen, die draaimolens met stoom! Dat zijn
geen echte draaimolens. loen wij jongens waren
was dat heel wat anders. Als vader en moeder
ons geen centen naar onze meening genoeg gaven
om te draaien, dan gingen wij in de „houten”
loopen en als wij dan tien malen mee hadden
geholpen de molen in beweging te brengen, dan
mochten wij eenmaal voor „niemandal” mee
draaien.
Dat was pas een genot, maar nu zoo’n loco
mobiel dat werk doet, is er de illusie af. Net
precies als van de wafelen, die smaken niet half
zoo lokker meer nu ze niet meer worden voor
gezet door echte Friezinnen. Het zal niet lang
meer duren of in de wafelkramen zullen wij nog
bediend worden door Duitsche kelnerinnen En
dan poffertjes op gas gebakken
Neen de moderne uitvindingen ontnemen aan
de kermis haar traditioneel karakter. Dit neemt
evenwel niet weg. dat de Rotterdamsche kermis
nogimmer een aantrekkelijkheid blijft voor velen
Een winkelier te Utrecht, wien het blijk
baar reeds lang scheen te hebben gehinderd, dat
Donderdagavond een vijftal kinderen, van 6 tot 10
jaren oud, in de nabijheid zijner woning aan het
spelen waren, maakte eensklaps aan hun vreugde
een einde, door hen met chloorwater of ander
bijtend vocht te werpen. Toen de ouders op
het geschrei der kinderen toesnelden, bleken drie
hunner het vocht in de oogen te hebben gekregen,
waardoor zij niet konden zien en veel pijn leden
zoodat onmiddellijk de hulp van een genees
kundige moest worden ingeroepen.
Hoewel men aanvankelijk het ergste vreesde
moet er toch alle hoop bestaan, dat het gebeurde’
althans voor de kinderen, geen ernstige gevolgen
zal hebben. Voor den winkelier is dat echter
nog zoo zeker niet, doordien de ouders van een
en ander aangifte bij de politie deden en door
deze een onderzoek is ingesteld.
Te Leeuwarden is een verversknecht terwijl
hij werkzaamheden verrichtte aan het gebouw
der middelbare school voor meisjes aldaar, geval
len en aan de gevolgen van zijn val overleden.
De door hem nagelaten betrekkingen zullen
niet terstond hulpeloos zijn. Zij ontvangen u 1
thans eene som van f 1090, en wel tengevolge
van eene verzekering tegen ongelukken van werk
lieden, in dienst van werken, die de gemeente
doet invoeren. Het verven der middelbare school
voor meisjes was het eerste werk, waarbij deze
verzekering in werking trad.
,Iu Appelscha, aldus schrijft men aan het
llb-> is de toestand voor het oogenblik kalm
waartoe met weinig bijdraagt het patrouilleeren
gedurende den werktijd door de maréchaussee.
Dank zij het droge weder, wordt er thans druk
in de veenderijen gewerkt. Met het Jaden van
de eerste vrachten nieuwe turf is een begin ge
maakt. De turfprijzen zijn eenigszins verhoogd.
Het hoofdwerk is thans het wijk- of vaartgra-
ven in bet veen, doch dit zal weldra ophouden
en dan staat men weder voor gebrek aan werk.
Intusschen begint er meer en meer verdeeld
heid te komen onder de vroegere werkstakers,
die leden zyn van den sociaal-democratischen
bond en verscheidene arbeiders moeten van plan
zijn zich van de vereeniging af te scheiden. De
invloed en populariteit van het Kamerlid Domela
Nieuwenhuis vermeerderen niet! Indien hij eens
in onze veenstreken kwam, ook in andere ge
meenten, waar dit jaar door de werkstakingen
duizenden, ja tienduizenden guldens voor de ar
beiders zijn verloren gegaan, zou hem waarschijn
lijk eene weinig aangename ontvangst wachten.
Misschien ook wel daarom zal hij bij de groote
nationale meeting voor algemeen stemrecht, den
Uen Aug. a.s. bij Heerenveen te houden, niet
opkomen.
Utrecht trof een paar dagen geleden, den
heer N. J. ten Bosch, chirurgijn aldaar, een treu-
rig ongeluk. Op t Domplein rijdende, schrikte
zijn paard van een vlieger, die het aan het hoofd
raakte, en zette het op een loopen. Weldra was
er geen houden meer aan en vloog het dier het
Wed in, waar het rijtuig kantelde. De koetsier
weid van den bok geslingerd en opgenomen met
een paar gebroken ribben en een wonde aan het
hoofd, terwijl de heer ten Bosch, uit het rijtuig
springende, eveneens zóó tegen den kant van den
trottoir terecht kwam, dat hy met een geduchte
hoofdwond twee uren lang bewusteloos bleef lie
gen gelukkig was zjn woning vlak bij. Twee
collega s verleenden hem dadelijk hulp, ook in de
waarneming zijner drukke praktijk, nu juist nog
drukker, daar hij tijdelijk die van een afwezigen
collega waarnam. Hoewel ernstig, is de toestand
echter niet gevaarlijk.
Zondag 10 Augustus was Weesp in feest
dos,. wegens het 4üjarig bestaan der bekende
fabiiek van de firma van Houten aldaar.
lal van inwoners gaven door het uitsteken van
de nationale vlag hun vreugde over dit feit te
Kennen*
Hen nieuw blad.
Blijkens het bericht aan het publiek wil het
nieuw verschenen blad, de Controleur, zijne on
verdeelde aandacht wijden aan alles wat niet in
den haak is, wat niet deugt, wat niet goed,
juist of rechtvaardig is. „Wij willen, zegt de
redacteur, controleeren op elk gebied, want ons
arbeidsveld is onbeperkt. Zonder ons als hervor
mers op te werpen, willen wij trachten naar
wijziging in de bestaande toestanden en instel
lingen van ons maatschappelijk huishouden, waar
die, naar ons begrip, verbetering of verandering
behoeven. Wij zijn vechtlustig van aard en zullen
dus, onbeschroomd en zonder voorbehoud in ’c
harnas gaan tegen alles, wat strijdig is met het
gezond verstand, met het particulier en algemeen
belang, onverschillig waar en in welken vorm
wij ’t zullen tegenkomen.”
Wij vermoeden, dat de Controleur, indien zij
trouw hare taak wil vervullen, wel langzamerhand
de afmetingen van de Times zal bekomen.
V: Belasting op Effecten.
Sedert de geleerden hebben ontdekt, dat de
as van de aarde zich langzamerhand in een ge-
wijzigden stand plaatst, waardoor zich de grillige
afwisselingen in de temperatuur laten verklaren,
verwonder ik mij bijna over niets meer, zegt de
Haagsche correspondent der N. Gr. Ct. Het viel
me wel wat moeilijk het voor goede munt aan
te nemen, dat de Minister van Financiën, de heer
Godin de Beaufort, een effectenbelasting gereed
had om aan de Tweede Kamer te worden inge
diend bij haar terugkeer, maar ten slotte heb ik
mij er toch van laten overtuigen, dat zoo iets
niet ondenkbaar is. Het zal natuurlijk een sur
rogaat van een effecten-belasting zijn, in den vorm
van een heffing van zegelrecht, waardoor het
impopulaire van een belasting op het roerend
vermogen er zoo’n beetje afgaat, doch in elk ge
val zal er dan toch iets uit de groote portefeuille
van den anti-revolutionairen belastinghervormer
komen.
Er zijn er echter, die gelooven, dat men hier
met een politieke schijnvertooning te doen heeft
en dat het eenig doel van het voorstel, dat komen
zal, wezen zou om, tegen 1891, bij de stembus
te kunnen schermen met de leusde belasting
hervorming is ter hand genomen, de defensie-
kwestie is in behandeling wat kunnen de kie
zers beter doen dan de mannen, die zóó ar
beiden, door versterking hunner Kamermeerder
heid in staat te stellen hun programma geheel
pit te voeren Het zou ook kunnen wezen, dat
de heer Godin de Beaufort, inziende dat, zoo de
militaire wetgeving nog vóór Juni van het vol
gend jaar aan de orde komt en het Kabinet kans
loopt op dit gewichtig onderwerp te vallen, zich
gehaast heeft het eerste denkbeeld ’t beste maar
te formuleeren, teneinde, eenmaal afgetreden, te
kunnen zeggen ik heb ’t mijne gedaanhet is
mijn schuld niet, dat ik niet in de gelegenheid
ben gesteld mijn stelsel uit te voeren. Het finan-
cieele voorstelietje, dat na jaren arbeidens voor
den dag zal komen het muisje door den berg
gebaard dient intusschen te worden afgewacht,
alvorens er over te oordeelen
Vaccinatie.
Een der argumenten, die worden aangevoerd voor
het voorste] van den heer Lohman is, dat bemid
delde menschen hunne kinderen, die niet ingeënt
zijn, privaat onderwijs kunnen doen genieten,
terwijl onbemiddelden daarvoor geen geld hebben.
De Haagsche correspondent der Zaanl. Crt.
schrijft daaromtrent
„Er is één onbillijkheid in de wet van 1872.
Door den school-inentingsdwang wordt feitelijk
aan hen, die vermogend genoeg zijn om hun kin
deren huisonderwijs te doen geven, toegestaan,
deze kleinen niet te laten vaccineeren. Dit pri
vilegie is niet te verdedigen. Is het juist, dat
de Regeering om gemoedsbezwaren niet mag na
laten voor te schrijven wat in het belang der ge-
heele maatschappij geboden schijnt, dan mag geen
voorrecht voor de meergegoeden worden behou
den al is dat voorrecht ook zeer twijfelach
tig een grootere kans op de pokziekte. Men
heeft in deze te kiezen of te deelenbij behoud
van den school-vaccine-dwang moet de inentmgs-
dwang algemeen worden gemaakt, gelijk die in
Duitschlaud trouwens bestaat en ook in andere
Rijken. De briefschrijver hoopt dan ook, dat de
Nederlandsche Vertegenwoordiging, welverre van
art. 17 der wet van 1872 te verzwakken, den
vaccinedwang voor alle kinderen moedig zal in
voeren, op grond van de uitspraken der weten
schap, ook al zijn enkelen barer beoefenaren
nog niet overtuigd door de sprekende cijfers en
feiten, sedert het begin onzer eeuw aan het licht
gebracht omtrent de vaccinatie, als een der heil
zaamste ontdekkingen van onzen tijd.”
Wij vreezen dat een amendement in dien zin,
waardoor de wet tot bevordering der pokkenepi
demie juist een tegenovergesteld karakter zou
krijgen, wel niet door de Regeering zou worden
overgenomen en de aanneming veeleer eene reden
zou zijn om haar in te trekken.
Bust n omlig-
De heer G. Barger vestigt in het Sociaal
Weekblad de aandacht op de winkeljuffrouwen,
die den ganschen dag moeten staan en heen en
weer loopen en op de koetsiers en conducteurs
van tramwagens, die bij de vijftien- tot achttien
uren dienst, geen gelegenheid hebben tot zitten.
Verscheiden koetsiers zijn dan ook wegens
„open beenen” voor den gewonen dienst onge
schikt verklaard en met licht werk belast.
Zouden er zoo groote technische bezwaren ver
bonden zijn aan eene andere inrichting van de
tramwagens, zoodat, evenals op ieder ander rij
tuig, de koetsier zittende zijn functie kan uit
oefenen
Wat de winkeljuffrouwen betreft: als de pa
troons het niet verbieden, hebben zij in den regel
gelegenheid genoeg om eens uit te rusten.
Een gelukkige toestand.
Aan den jaarlijkschen maaltijd op „Mansion
House”, door den lord-mayor van Londen gege
ven, beeft lord Salisbury zich beklaagd, dat in
de laatste zes jaren de wereldtoestand zoo bitter
vervelend was „weinig interessant”, luidde zijne
uitdrukking.
De toestand was door en door vredelievend.
In plaats dat, gelijk voorheen, de Vorsten hun
best deden om oorlog te maken, waakten ze nu
allen met verdubbelde inspanning voor den vrede.
Voor een diplomaat, die van wat vertier in
zijn bedrijf houdt, is het zeker onaangenaam te
moeten constateeren, dat er niets gebeurtmaar
aan hen, die de kogels betalen moeten, waardoor
zij gedood of verminkt worden, die maar wedu
wen en weezen maken, is de mededeeling van
Salisbury hoogst welkom. Hij en de zijnen moe
ten zich dan maar wat vervelen.
Intusschen, de oude lust der Vorsten, om hun
gebied te vergrooten, blijkt nog niet uitgedoofd.
De Engelsche premier zinspeelde op de toeëige-
ning en onderlinge verdeeling door vorsten, van
landen in een ander werelddeel, die zij niet eens
kenden.
Deze veroveringen in partibus storen in Europa
den vrede echter niet.
IWiet geslaagde proef.
Edison moet verklaard hebben, dat de gebrek
kige uitvoering van het doodvonnis aan Kemmler
door middel van electriciteit uitsluitend te wijten
is aan de geneesheeren, die den conductor op de
handen en niet op het hoofd hadden moeten aan
brengen. Het haar is niet geleidend en de schedel
was eene belemmering. De stroom had moeten
loopen van den eenen arm des stoels naar den
anderen. De handen zijn voortreffelijke geleiders
en de dood zou onmiddellijk gevolgd zijn.
Wij zullen ons niet vermeten eene uitspraak
van Edison in twijfel te trekken maar als haar
zulk een slecht geleider is, hoe zijn dan door de
electriciteit dieren gedood, die geheel met haar
zijn bedekt?
Betere Voeding.
Onlangs, in verband met eenige cijfers betref
fende de zoogenaamd zeven-cents-gaarkeuken te
Amsterdam, maakte het Sociaal Weekblad de
opmerking, dat er daardoor weer eens het licht
op viel
„hoe groot de voedingswaarde van stokvisch
is, en hoe wenschelijk het ware, dat deze spijs
meer algemeen een eereplaats kreeg op de week-
menu van het werkmansgezin.”
Naar aanleiding daarvan schrijft de Bakkerij
Wij willen volstrekt niet tekort doen aan de
eer, die stokvisch op het gebied van voedings
waarde rechtmatig toekomt, maar vreezen, dat
zij algemeen een eereplaats inneemt bij het mid
dagmaal in het werkmansgezin. De mindere soor
ten stokvisch zijn zeer onsmakelijk, en alleen de
goede soorten worden alleen goed eetbaar door
bijvoeging van boter Waar de loonen van
de werklieden slechts bij uitzondering toestaan,
scheenbeenderen of hoogstens amerikaansch spek
voor een enkele maal een eereplaats te geven bij
hun middagmaal, daar valt er niet aan te den
ken, dat stokvisch hier algemeen wordt.
Het benieuwt ons wel een weinig, dat de re
dactie van het Sociaal Weekblad een wensch
gaat uitspreken, waarvan zij weet, dat de ver
vulling tot de vrome wenschen behoort. De loo
nen van de boerenarbeiders in Friesland en Gro
ningen bedragen f4, f5, f6. Dezen menschen past
het, voor voedsel eerder te denken aan een
stok dan aan stokvisch.
Men kan wel gemakkelijk een goed recept
voorschrijvenmaar als de patient niet in staat
is de medicijnen te betalen Men laat den zieke
dan dubbel lijden.”
Ziehier wat wij daaroji hebben aan te teekenen
1. dat onze „wensch” natuurlijk sloeg, niet
enkel op de stokvisch, maar ook op de midde
len om zich die te verschaffen
2. dat wij trouwens niet spraken van de boe-
ren-arbeiders in Friesland en Groningen noch
van „algemeen”, maar van „meer algemeen”,
d. w. z. vaker
3. dat er gelukkig onder de werklieden in
Nederland nog velen zijn, die,- bij niet te groot
kindertal en geregelde huishouding, af en toe een
„eereplaats” op hun middagdisch wèl kunnen
geven aan stokvisch, met boter bereid
4. dat zij stokvisch, gelijk andere zaken, ook
wel van betere kwaliteit machtig zouden kunnen
worden, indien zij slechts lust en wilskracht had
den tot samenwerking
5. dat zeer zeker helaas, de geldkwestie, in
verband met de kinder- en de jeneverkwestie, de
hoofdoorzaak is, waarom het meerendeel onzer
arbeidersbevolking zich zóó onbevredigend voedt
maar dat toch ook in vele gevallen sleur en voor
oordeel een groote rol spelen.
Twee dingen schijnt de redacteur van de Bak
kerij over het hoofd te zien. Vooreerst, dat men
ten kwade evenmin moet generaliseeren als ten
goede. In de tweede plaats, dat, waar wèl de
finantiëele mogelijkheid bestaat, dikwijls toch niet
geschiedt wat zou geschieden kunnen.
Amsterd. Ct.
Vroegtijdig.
Naar luid van de N. Asser Ct. zou in Scho-
terland het voornemen bestaan om bij de volgende
verkiezing voor de Tweede Kamer tegenover den
sociaal-democraat Domela Nieuwenhuis den heer
Croll te stellen.
Dat deze met zijn beginsel eenig gezag zou
toekennen aan den uitslag eener stemming ach
ten wij niet waarschijnlijk. Hij kan het mandaat
niet aannemenhij zou dan het gezag eener
meerderheid erkennen, die eene minderheid ge
dwongen had.
„Geen gezag, ieder zijne vrijheid,” is de leus
van den heer Croll. Als hij afgevaardigde wil
worden, moet hij de vrijheid hebben in de zaal
op het Binnenhof plaats te nemen en behoeft hij
geen besluit van eenig gezag af te wachten.
Uit den aard der zaak is, nu de parlementen
allen op reces zijn, het oog der beschaafde wereld
alleen gericht op den Duitschen Keizer, die zich
in de hondsdagen vermaakt met te trekken van
Duitschland naar Ostende, van Ostende naar
Wight, van Wight.naar Helgoland, welk laatste
eiland reeds Zaterdag officiéél aan Duitschland
werd overgedragen aan den minister von Bötticher,
die o. a. door de geheimraden Wersmith en Lindau
vergezeld, zich aldaar naar de woning van den
Engclschen gouverneur begaf, waar de overeen
komst werd voorgelezen, waarop de Duitsche
minister onder het hijschen der Duitsche vlag
bezit van het eiland nam. De minister riep „Leve
de Koningin van Engelandde gouverneur
„Leve de Keizer!” en daarmede was Helgoland
uit de lijst der Engelsche koloniën geschrapt,
wat de Keizer met zijn komst bezegelde.
Maar hoe belangrijk die ruil van gronden tus-
schen de verschillende rijken wezen moge, en
in verband daarmede Al bions overeenkomst met
Frankrijk betreffende het zwarte werelddeel, nog
belangrijker is in den komkommertijd het bezoek
dat Wilhelm II aan de Belgische en Engelsche
monarchen bracht, aan geen van beiden in de hoofd
stad, aan de een op een badplaats, aan de ander
op een buitenverblijf op het eiland Wight. Diar-
uit zou men oppervlakkig misschien kunnen zeg
gen, dat het bezoek niets officiééls had, niets
geen politieke bedoelingdat de keizer een ge
wone beleefdheidsvisitie bracht aan zijn konink
lijken „neef” van Belgie en aan zijn lieve
grootmama in Engeland, doch ’t is toch wel een
beetje naief te noemen, dat er niets, in’t geheel
niets achter zou steken.
De Figaro zegt, dat het bezoek des keizers de
vraag wederom doet rijzen of er een geheim
verbond tusschen België en Duitschland bestaat.
Het blad zegt dat Bismarck, die do zaak Wohl
gemuth in Zwitserland bewees het eigen
aardige begrippen over de neutraliteit van kleine
staten had, in 1887 bij geheim tractaat aan den
Belgischen koning mededeelde, dat Belgie onzijdig
kon blijven, mits men nog als geldig beschouwde
een artikel van de conventie van 14 Dec. 1831,
waarbij „den koning van Pruisen het recht werd
gegeven de forten Namen en Luik te bezetten,
als de veiligheid dezer beide forten in gevaar
kwam.”
Alsof wij zoo dwaas zijn, zegt de schrijver in
de Figaro, om niet te begrijpen, dat de Duitschers
bjj een eventueelen oorlog met ons, Franschen,
niet, als ’t in hun belang is, zullen beweren, dat
de forten Namen en Luik in gevaar zijn en die
plaatsen zullen bezetten. En waar zal dan de
neutraliteit van onze Belgische buren blijven?”
En wat Engeland betreft, de Indépendanee
Beige ziet in het bezoek des keizers niets dan
een gewone formaliteit. Wel heeft Lord Salisbury
met Z. M. op Osborn-house een langdurig onder
houd gehad, doch in werkelijkheid schijnt het
alleen gehandeld te hebben over de formaliteit
bij het overdragen van Engeland, iets wat de
f igaro ook meent. Van een definitieve toetreding
van Engeland tot de triple alliantie schijnt nog
geen sprake te zijn, ook al verklaarde koningin
Victoria zich hoogelijk ingenomen met het be
zoek, dat haar kleinzoon haar had gebracht.
De tijd zal echter wel spoedig leeren welk poli
tiek belang er inderdaad achter de bezoeken aan
Belgie en Engeland stak.
Men schrijft uit Rotterdam
„Onder klokgelui deed heden morgen een oude
maar vroolijke en meestal zeer uitgelatene ma
trone haar intocht. Om duidelijker te spreken, de
kermis, de aloude beroemde Rotterdamsche ker
mis is ingeluid en dadelijk daarna is men begon
nen met het kermiswenschen. Maandag worden
echter eerst de kramen en spellen op het ker
misterrein geopend en dan begint eigenlijk de
kermispret, welke duurt tot Dinsdag over acht
dagen.
Ofschoon men in bijna alle plaatsen van ons
land, waar nog kermis gehouden wordt, deze
jaarlijks meer en meer ziet in verval geraken,
kan dit van onze kermis niet gezegd worden.
Alle kermis-specialiteiten zooals Carré, Blanus,
Bolswardsche Courant