NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
Aftö £N WONmWm
VoorheenentasteAmsterdam.
1891.
Dertigste Jaargang.
No. 6.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
DONDERDAG 5 FEBRUARI,
DONDERDAG 5 FEBRUARI.
VOOR
o
N. C.
ABONNEMENTSPRIJS80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents,
ADVERTENTIEPRIJS50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Heerenveen, 30 Jan. Heden stonden voor
’t kantongerecht alhier terecht 12 leerlingen der
H. B. S., beschuldigd op 7 Januari j. 1. op het
terrein der IJsclub „Thialf” zonder vergunning
der Directie te hebben schaatsen gereden. De
jeugdige beklaagden bekenden op de ijsbaan te
Dan moet den grond natuurlijk ook alle zorg
gewijd zijn. En dat wordt nu wel terdege betwist
Hoe is dat zoo Eene vraag, die enorm veel zegt.,
laten we uiterst voorzichtig zijn we hebben niet
den minsten aanleg wereldhervormers te zijn,
anders diende ons het antwoord zoo maar fluks
ingegeven te worden.
Is de boer niet berekend voor zijne taak Hij
is hier niet dom, dikwerf vrij wetenschappelijk.
Is hij onverschillig Hij is ernstiger en bij lange
na niet zoo door weelde verwend als vroeger hij
is practisch, maar Kan hij geen „volk” krij
gen ter hulpe Honderd voor een en goed ge
willig ook, en overvragen doen ze niet, al was
het enkel daarom dat onder hen de arbei
ders de concurrentie overgroot is Als toch
een arbeider vaak nog geen halven gulden door
een in een geheel jaar verdient, dan wil dat
Tweede Kamerlid, die hem sparen, sparen wou
opleggen ja wat? de proef op zich zei ven
nemen
En het is niet de boeren-arbeider alleen, het
is de werkman in zeer ruimen zin, die over wer
keloosheid klaagt. En nu is er gezegd, dat de
jenever de schuld heeft De boerenarbeider, en
in vele gevallen ook de andere arbeiders hebben
zich zoover mijn geheugen gaat nooit daaraan
schuldig gemaakt, dat ze zich ooit in drank te
buiten gingen. Wei werden er tal van hectoliters
sterken drank verzwolgen, doch dit geschiedde
niet door hen, die we hier op ’t oog hebben.
Het drankgebruik is overigens zeer afnemend
en daaraan, lezer, (het kan gemakkelijk aangetoond
worden) heeft veel ten goede uitgewerkt... de
Volkspartij. Ge schrikt en ziet iets vuurroods
en iets socialistisch Och, kom, wees gerust
We zullen bedaard eens praten en toekijken
schrik niet
p,
-
I
Het is een ongeluk, dat allen hooger op willen
en schier niemand meer blijft in het beroep zijns
vaders. Kennis is macht, ja, maar men vergeet
een klein woordje van drie letters, nl. „vakken
nis.” Wie, als jongmensch zonder middelen, in
het beroep zijns vaders blijft, of anders een een
voudig, maar winstgevend beroep kiest, en dan
zooveel mogelijk zijn kennis, ook op ander gebied
uitbreidt, doet wijs, en komt ver in de wereld.
De andere weg leidt tot het „geleerde proleta
riaat,” dat in Rusland de nihilisten voortbracht,
en overal ontevredenen kweekt.
In de groote steden echter, en vooral in de hoofd
stad des rijks, is er nog een ander euvel, waarop
ik vooral de aandacht wilde vestigen.
Vroeger kwamen in het voorjaar heele troepen
stucadoors hier. Het waren eerzame, vlijtige Duit-
schers, die in der lieben Heimath vrouw en kin
deren hadden. Zij werkten van den morgen tot
den avond, leefden hoogst sober en gingen met
een aardig buideltje weg. Thans komen er velen,
zeer velen te Amsterdam om daar werk en brood
te zoeken, maar brengen vrouw en kinderen mede
De huishuur is hoog, de vrouw vindt niet altoos
gelegenheid er wat bij te verdienen en de man
moet, behalve zichzelven zijn gezin onderhouden.
Het is al mooi, als zij niet armlastig worden maar
van sparen of garen is natuurlijk geen sprake.
Er zijn zelfs voorbeelden van dienstmaagden,
zoogenaamde buitenmeiden, die moeder en broer
medebrachtenbroer zou hier wel werk vinden
Met de laatste groote internationale tentoonstel
ling daar ter stede, moest men zelfs een comité voor
de noodlijdende Franschen vormen, die bij zwer
men hierheen waren gekomen en overcompleet
waren.
De groote vraag naar „buitenmeiden” is thans
zoowat over. Eerst maakten de Amsterdamsche
dienstmeisjes, die uit den vierden stand kwamen,
die uit den derden stand worden allen winkel
juffrouw of schooljuffrouw het zóó bont door
hare hooge en steeds hooger wordende eischen en
gebrek aan werklust, dat men eene buitenmeid een
voorrecht beschouwde. Deze kenden al de streken
niet, en hadden ook geene connecties in de stad.
Zoodra echter de buitenmeiden merkten, dat zij
in trek waren, wilden allen in de hoofdstad gaan
dienen en er waren er wel eens onder, die gegronde
redenen hadden, om haar nederig dorpje of land
stadje den rug te keeren. In dit geïmporteerd
artikel als ik het eens zoo noemen mag kwam
dus spoedig de klad.
In velerlei takken van nijverheid zijn de bakens
verzet. Het knoeien met het brood en de verval-
sching der melk gaven aanleiding tot het oprich
ten der broodfabrieken en der inrichting, die thans
bacteriën-vrije melk levert. Alles wordt thans
coöperatie. Onze begrafenissen zelfs worden be
zorgd door een begrafenis-vereeniging. Wie zijn
tijd begrijpt, tracht in dienst van zulke groote ver-
eenigingen te komenhij heeft zijn vast honora
rium en kent geene zorgen. Maar verscheidene
kleine bazen, vooral in het aansprekersvak, bedan
ken daarvoor hartelijk. In het broodvak en de
melkslijterij sukkelen eenigen zoo wat voort, an
deren leggen zich met nieuwe energie op hun vak
toe en trachten gelijken tred met het buitenland
te houdenzoo hebben wij daar ter stede twee
bakkers van luxebrood en dessert-tafelbeschuit, die
overheerlijk baksel leveren. De beide winkels wor
den vaak door de klanten bestormdhet is geene
brood- maar eene geldwinning. Goede wijn be
hoeft geen krans, ook onze banketbakkers worden
door het publiek in lekkere en niet lekkere on
derscheiden.
Vroeger was de leefwijze veel, veel eenvoudiger
tal van dingen, die thans ons leven veraangena
men en als onontbeerlijk worden beschouwd, waren
toen onbekend. Het leven wordt in dit opzicht
gemakkelijker maar duurder en daardoor de strijd
om het bestaan voor velen zwaarder.
Ik heb wel eens van kleine plaatsen hooren zeg
gen, „dat men er zijn geld niet kon uitgeven.”
Van Amsterdam is het tegenovergestelde waar er
behoort een vast karakter toe, om niet met den
stroom mede te gaan en beneden zijn inkomen te
blijven. Hier allerlei verlokkende koopjes schande
koop, hoor daar volksvoorstellingen en volks
concerten de laatste voor één dubbeltje! Wel,
mensch, je verbrandt thuis meer aan licht en vuur
„Ja, maar de verteringenje kunt toch niet op
een droogje zitten Daar liefdadigheids-uitvoerin-
gen en fancy-fairs, waar men niet op het geld
mag zien ’t Is immers voor de noodlijdenden Pas
op, dat gij er later zelf niet toe vervalt. Een stui
ver een brief en 7 centen de tram’t Is geen geld,
maar vele kleintjes maken het budget hooger.
Zuinigheid en spaarzaamheid schijnen de wereld
wel uit
Thans rijdt men in zijne jeugd en loopt opzijn
ouden dag vaak in een gescheurd gewaad. Vroeger
werkteen ploeterde men in zijn jeugd, om opzijn
ouden dag te kunnen rustenmen liep zoolang
men goede beenen had, en men kon rijden, zoodra
de onderdanen den arbeid staakten. Men klaagt
over slechte tijden, en zoekt thans, vooral te Am
sterdam, alles op den staat te schuivenonderwijs,
reiniging, voeding, ja de opvoeding zijner kinderen.
De „staat” is een abstractumde nijvere en ge
goede burgers moeren de kosten dragen.
Men vergete niet, dat juist de woekerplanten
vaak den boom dooden.
Men berekent, dat gedurende dezen winter
in Friesland meer dan 200 hardrijderijen op
schaatsen zijn gehouden, en dat de gewonnen
prijzen gezamelijk ruim f 15,000 hebben bedragen.
Er zijn personen geweest, die achtereenvolgens
verscheidene honderden guldens bij die wedstrij
den hebben gewonnen, één weinig minder dan
f 1000. Neemt men hierbij in aanmerking, hoeveel
duizenden guldens die hardrijderijen buitendien
aan uitgaven van allerlei aard hebben gekost,
en hoeveel geld vooral ook door de bezoekers
uit andere plaatsen werd verteerd, dan komt men
tot het besluit, dat, al moge koude en gebrek
tijdens dezen winter zijn geleden, er echter ook
een aanzienlijk bedrag aan geld in de wandeling
is gebracht.
Al tracht men haar nog zoo goed te ver
bloemen, de waarheid moet toch eindelijk wor
den gezegd de wereld loopt op een einde
we zijn in ’t laatste der dagen, want we zien
vreemde dingen gebeurenCrispi is gevallen en
de soldaten in Portugal zijn revolutie gaan maken.
Nu mag men beweren, dat in deze woelige tijden
de Portugeesche soldaten in hun rol zijn gebleven
niemand toch zal durven volhouden, dat Crispi’s
val van weinig beteekenis is.
De mannen van Bismarck’s stempel gaan ver
dwijnen hij zelf is voorgegaan, de Oostenrijker
is gevolgd, thans is het de Italiaan, die bewijst,
hoe andere tijden, andere maatregelen noodig
hebben, hoe de gedachten vooruitgaan en de
stroom hem meesleurt, die zijn kracht niet kent
of die haar miskent. Lang heeft Crispi gestreden
tegen de drukking, die van onderen op steeds
sterker werd en sterker, hoe hij ook trachtte
haar te vernietigen, hoe hij zich ook heeft gewend
en gekeerd en in bochten gewrongen. Zaterdag
is plotseling Italië’s eerste minister van zijn
voetstuk geworpen en, zegt men, grootendeels
door eigen schuld. Zijn ongebonden verwijten
naar ’t hoofd van vroegere regeeringen deden
velen zijner vrienden zich van hem afwenden
zelfs de minister van publieke werken is veront
waardigd van de ministerstafel opgestaan en
heeft de zaal verlaten. Een storm stak op, toen
in zijn drift Crispi de grove beleediging van ’t
spreekgestoelte slingerde, dat de vroegere regee
ringen slecht waren geweest, slaven van den
vreemdeling.
De dag van Zaterdag zou een harde dag wor
den voor het ministerie, daarvan was men ver
zekerd. De politiek toch, die in den laatsten tijd
gevoerd werd en vooral de financiëele, had zich
veel vijanden weten te bezorgen. Men riep om
bezuiniging, steeds bezuiniging, en de minister
Guinaldi antwoordde met verhooging van
rechten Men vroeg vermindering of afschaffing
van inkomende rechten op graan men beweerde,
dat in onzen tijd, nu alles prevelt van vrede,
vermindering der uitgaven van oorlog en marine
iets was, dat van zelf sprak. En al die bezwaren
moesten door Crispi Zaterdag uit den weg
worden geruimd, zoo goed het ging, ze waren
hem echter te machtig, hij is bezweken in den
strijd. Het vertrouwen, dat de Kamer in hem
had is verdwenen: met 186 tegen 123 stemmen
heeft men hem het vertrouwen opgezegd.
Des avonds ten tien uur heeft Crispi de por
tefeuille ter beschikking gesteld van'den Koning.
Men beweert, dat Z. M. deerlijk in de knel moet
zitten over de vraag, wie nu eigenlijk moet re-
geeren, want de Kamer is als zoo menig andere,
visch nog vleesch, en men weet niet welke partij
sterk genoeg zal zijn om ’t schip van staat in
een goeden koers te brengen. De koning zal het
gewone middel ter hand grjjpen, verwacht men,
en een kabinet samenstellen, dat gewoonlijk ca
binet d’ affaire wordt genoemd, doch dat, om
duidelijk weer te geven wat het is, het laatste
woord zeer goed kon ontberen. In allen gevalle
zijn er in Italië velen, die jubelen nu Crispi is
gevallen en die reeds een nieuwe, schitterende
toekomst zien. Want de val van Crispi is, jui
chen zij, de bevestiging van den vrede.
Als een bewijs hoe benauwd de visschen
het in sommige wateren krijgen, kan dienen,
zegt de Zaanl. Cl., dat de molenaars in het
Westzijderveld deze week prachtige baarzen met
de hand konden pakken in de brandbijten, die
bij de molens gehakt waren. Sommigen gingen
met ettelijke ponden naar huis. De groote visch-
handelaars te Zaandam hebben veel moeite de
visschen in het leven te houden en moeten da
gelijks andere plekken tot bewaring zoeken, daar
het water op de meeste plaatsen in een toestand
verkeert, dat het alle visschen doet sterven.
In de Wiel bij Dijkstaal, gem. St. Maarten,
was een groot net onder het ijs gesteld, dat bij het
ophalen zoo veel snoek, groote baarzen en pa
ling bevatte, dat men zich onmiddelijk tot een
grooten vischopkooper moest vervoegen om man
den, ten einde den voorraad te bergen. Op boe
renwagens werden ze naar den trein te Schagen
gebracht. Men schatte de vangst op plus minus
3000 KG.
In de Ned. Sport lezen wij het volgende
„Aan de bad- en zweminrichting aan de Ruy-
terkade te Amsterdam is thans het zwemmen ge
staakt, omdat het openhouden der bijt met te
veel moeite gepaard ging.
In Gouda wordt nog steeds door 4 heeren ge
zwommen. Naar men zegt, doen deze heeren
dat, om zich tegen de koude te harden. Ook de
heer Dudok de Wit baadt nog steeds eiken
morgen te 7 uur in de Vecht.
Dat er personen zijn die liever wat koude en
wind trotseeren dan zich het genot van zwem
men gedurende den winter te ontzeggen, laat zich
begrijpen, al kan men het ook een waagstuk noe
men doch dat men denkt zich tegen de koude
te harden, door ontkleed eenige seconden aan
noordoostenwind blootgesteld te zijn, bevreemdt
ons ten zeerste en is zeker een middel tot har
ding, dat niet bekend is bij de medische facul
teit en zoo men zulks placht te noemen, „een
middel erger dan de kwaal”.
Ter inlichting van velen, die vragen of dit
zwemmen gezond genoemd mag worden en nut
tig voor het lichaam, diene nog bovendien dat
wij alleen gezond, hardend en nuttig achten het
zwemmen in zeer koud water in een tochtvrij
lokaal, zooals dit b. v. geschiedt te East-Hourne,
Sussex (Engeland).
Hetzelfde effect evenwel wordt o. i. verkregen
door het nemen van krachtige, ijskoude straal-
douches, evenzeer te nemen in een verwarmd,
tochtvrij lokaal”.
Naar aanleiding hiervan wordt ons van be
trouwbare zijde medegedeeld, dat de heer Dudok
de Wit, zoolang hij geregeld gebruik maakt van
het zwemmen, een zeer goede gezondheid geniet.
Hij gaat evenwel nimmer ontkleed te water,
zoodat de koude wind niet met het bloote
lichaam in aanraking kan komen.
hebben gereden, doch hadden op de eerste waar
schuwing het verboden terrein verlaten. Zij ont
kenden den baan vernield te hebben. Bij den
hoofdingang had geen bord gestaan met het op
schrift Verboden toegang. De kantonrechter
maakte er hen attent op, dat in de Heerenveen-
sche Couranten was bekend gemaakt, dat, wan
neer men op ’t terrein mocht rijden, een vlag uit
’t logement De Zon zou hangen, waarop de be
klaagden in koor antwoorden: „Wij lezen geene
couranten”. De ambtenaar van ’t Openbaar Mi
nisterie vroeg voor de beklaagden vrijspraak, op
grond, dat het hun ten laste* gelegde wettig noch
overtuigend bewezen was. De kantonrechter ver
maande daarna de beklaagden, om niet weder
zonder permissie op de baan der IJsclub te rijden
en bepaalde de uitspraak op 7 Febr. a.s.
De Sum. Crt. schrijftEenigen tijd geleden
is in dit blad een noodkreet aangeheven om
koffie, doch, naar wij vernemen, zonder eenig
gevolg; koffie voor het dagelijksch gebruik is en
blijft voor velen op Sumatra langs eerlijken weg
onbereikbaar. Men meldt ons, dat er in de bin
nenlanden Europeanen zijn, die slechts bij feeste
lijke gelegenheden een kop koffie kunnen gebrui
ken, mits het product van elders is ingevoerd.
Een onzer klagers ontvangt zijn koffie, gebrand
en wel, in blikken uit Gouda; een ander
drinkt het aftreksel van geroosterde koffieblade
ren, een derde moet zich behelpen met thee. Zou
hierin niet te voorzien zijn, door b.v. kleine hoe
veelheden koffie voor dagelijksch gebruik, tegen
zekeren prijs, bij de pakhuizen verkrijgbaar te
stellen
In het Nieuwsblad voor den Boekhandel
komt een advertentie voor van een boekhande
laar, die beleefd verzoekt, „om gezondheidsre
denen voorloopig geen wissels of kwitantiën op
hem af te geven, aangezien deze niet geaccep
teerd worden.
Iemand uit den Helder, vader van een tal
rijk gezin, heeft zich heimelijk naar Amerika
begeven, eene vrouw met negen onverzorgde kin
deren in armoede achterlatende, waarvan het
jongste tien dagen.
De Haagsche correspondent van de N. Gr.
Ct. deelt mede, dat een deel van de f 50,000 uit
de Staatsloterij op het lot gevallen is, dat eenige
politie-agenten gezamenlijk hadden genomen.
Men schrijft aan de Arnh. Ct. uit den
„noordelijken hoek” De toestanden in dit oude
gewest zijn „verward”. Overal in den lande,
en zelfs in heele werelddeelen is dit het geval
zekerDoch voorzoover ons Nederland schijnt
Friesland de niet benijdenswaardige eer te ge
nieten, „verward” te zijn bij uitnemendheid, en
al is het niet reddeloos het volk kon eens
redeloos worden.
Maar gelijk men bij een stilstaand water al
weinig verneemt van den onverpoosden strijd
„om het bestaan” van visschen en andere inboor
lingen van dat terrein, zoo ook wel in Friesland.
Niemand is nog in arren moede vermoord, nie-
mands huis in brand gestokenook zelfs van
aanrandingen verneemt men nietEn toch
elk weethet spookt
Een overzicht op het bewogen terrein is zeker
niet kwaad. Welnu, wagen we ons eens aan dat
heldenstuk, altoos naar onze krachten
Voor zoo’n 20 jaar was er sprake van „het
rijke Friesland” en zou toen de oude heer van
de Dordtsche Synode in 1618 en 19 nog eens
hebben kunnen zeggen „al heeft Vriesland vroe
ger den naem gehadt van ietwat rouw ende wilt
te sijn, so bevindt men dat nu al contrary
Het is een gewest druypende van vettigheit” enz.
Het land zal nog wel van „vettigheit” willen
druypen, naar me dunkt. Het gewest heeft voor
een goed deel puike gronden. Zijn beste vriendin
is de koe, het rund. En de koezij is onbe
slist best. In- en buitenlander vraagt naar rund
vee van Friesch rasBelg en Hollander Span
jaard en Braziliaan. De koe heeft geen schuld
Landbouw en veeteelt was hier sinds jaren en
eeuwen de hoofdbron van bestaan. En het volk
was een volk van boter; de boter was jaren ge
wild en men scheen aan te nemen, dat ten
eeuwigen dage Sneek de voornaamste botermarkt
zou zijn en Engeland bet eeuwigdurend débouché
voor die boter. Men heeft het beleefd dat een
particulier den boer een gulden per oud pond
betaalde, en dan nog kreeg men wel een norsch
gezicht toe en moest men nog erkentelijk zijn
wel van den boer bediend te mogen worden.
Fabrieksarbeid beteekende altoos weinig. Ook
vele soorten van fabrieken en trafieken, welke
nogal voorkomen, zijn er niet; zoo is er voor
zoover ik weet geen enkele bierbrouwerij 1). In
de laatste jaren zijn veel zuivelfabrieken gesticht
en nog maar kort is de zuivelschool van Bols-
ward in gang, doch daartoe werd men als door
nood gedwongen.
We laten visscherij en jacht ook onbesproken.
Maar landbouw en veeteelt zal wel dicht in
de buurt zijn van handelgroot- en kleinhandel
en eigenlijk de handel in al zijne veelomvattende
beteekenis en verscheidenheid. Maar als er handel
zal wezen in producten van eigen grond voor
uitvoer, moeten noodwendig die producten zelven
in ruime mate aanwezig zijn. Ze moeten gewild
zijn ook en voor den boer, en voor den handelaar
nog wel terdege gewild.
r
Bolswardsehe Courant
k
I) Vroeger vele. Ook waren er jeuever-stokerijeu maar
de laatste zijn vast voor wel 40 jaren verdwenen.