NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
OLSWABD EN WONSgBAÖgEI,.
No. 20.
1891.
Dertigste Jaargang.
BINNENLAND.
BUITENLAND.
DONDERDAG 14 MEI.
Een kinderkwaal ook eene en door °n’
van giooie mensenen Me? zal ong wel willeuJ toegeveili dat de ge-
VOOR
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Ct. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
Neen, geen schoolpijn meer
Geen uur verzuimdGeen les overgeslagen
Ernst is het leven o zalig, die ’t weten
Arbeid en roeping en edele strijd.”
Ja, wel arbeid en strijd eiken dag op nieuw,
indien het waarlijk eenigszins goed met ons
wezen zal.
Ook op dit gebied moet gestreden worden
tegen schoolverzuim
Leerplicht is ook ten dezen aanzien een onaf-
wjsoare eisch!
De kinderkwaal moge tot dusver er ook eene
zijn geweest der groote menschen.
Zij mag het voortaan zeker niet meer zijn.
„Ik vraag u medelijden met de Republiek. Ik
vraag u medelijden met Frankrijk Amnestie!”
Doch Freycinet bleef weigeren: „Vreesniets!”
riep hij den bangen toe. „Wanneer de gerech
tigheid haar loop zal hebben gevolgd, zal de
menschehjkheid haar rechten herwinnen.”
Met 318 tegen 199 stemmen werd de amnestie
verworpen. Ennog éen zulk een over
winning, en wij zijn verloren, kan ’t ministerie
zeggen, want algemeen is men van oordeel, dat
de Regeering een harden schok heeft gekregen
nu zij den steun der radicalen moet missen.
Schoolpijn, jaO, wij zouden er geen eed op
willen doen, dat de hoofdpijn, waarover wij ’s mor
gens klaagden, altijd zoo erg was, als door ons
werd opgegeven. Een feit is het, dat zij soms
merkwaardig gauw genas door een geneesmiddel,
dat bestond in het ons onthouden van de morgen-
boterhammen, omdat volgens Moeder, die hoofd
pijn zeker hier van daan kwam, dat onze maag
niet te best in orde was.
Een ander feit was, dat er gewooljk zoo om
streeks kwart over negenen, wanneer wij zeker
wisten, dat de school gesloten en het dus te laat
was om er heen te gaan, eene zichtbaar gunstige
verandering in den pijnlijken toestand kwam, zóó
verbazend snel en sterk, dat het de verwondering
en verbazing onzer huisgenooten opwekte.
SchoolpijnZeker de een leed er veelvuldiger
aan dan de ander, maar dat wij het allen, bijna
zonder uitzondering, wel eens een enkele maal
gehad hebben, dat gelooven wij vast en zeker.
Wij weten niet juist, of de schoolgaande jeugd
van den tegenwoordigen tijd geheel en al dezelfde
eigenaardigheden bezit als die wij hadden, toen
wij dagelijks onze plaats op de harde banken
moesten innemen, maar wij vertrouwen, afgaande
op enkele in dat opzicht gedane waarnemingen
en verzamelde ondervindingen, dat dit wel het
geval zal zijn. Hoe dikwijls toch meenen wij,
hun spel aanschouwende, ons zelf te herkennen
Hoe menigmaal, hun guitenstreken en kattekwaad
gewaarwordende, kunnen wij ons niet weerhouden
van uit te roepen„precies zooals wij waren, vol
komen zooals wij deden
In die dagen hadden wij bij de deugden, die na
tuurlijk de onze waren, en de voortreffelijkheden,
waardoor wij uitmuntten, ook, zooals van zelf
spreekt, onze ondeugendheden en overtredingen.
En onder deze was er ééne kwaal, die zich niet
voortdurend, maar zoo van tijd tot tijd eens open
baarde, eene kwaal, die zeker ook wel aan het
tegenwoordige leergrage geslacht niet onbekend
is, en die door Moeder met den zoo juist uitge
dachten naam van „schoolpijn” betiteld werd.
praatwoede haast de vlucht naar Rusland nemen
om wat ruste voor het doofgepraat oor.
En dan vervolgt het blad
„Wat onze (de anti-rev.) Club op dit oogen
blik kwaad doet is, dat ze bij de Legerwet niet
flinker uit den hoek kwam.
Eisch van het oogenblik ware geweest, dat
onzerzijds één, hoogstens twee leden, de alge- a
meene strekking van de wet uit militair oogpunt
verdedigd hadden, en dat de heer A. baron van
Dedem, als Voorzitter der Club, de politieke rede
had gehouden.
De politieke rede had dan duidelijk behooren
uiteen te zetten: lo. waarom het uit een zede
lijk oogpunt zoo hoog in dit Kabinet te waar-
deeren was, dat het met dit wetsvoorstel kwam
2o. hoe ook hier de gesmade Antirevolutionairen
toonden practisch voor het belang van het alge-
meene vaderland te zorgenen 3o. hoe het ook
hun zeer goed bekend was, dat men door drei
gement met verlies van steun, de Club had zoe
ken bang te makenmaar dat de Antirevolutio
naire cluo te fier was, om voor zulk een drei
gement uit den weg te gaan, en daarom, ook al
had ze bedenkingen, desnoods over die beden
kingen heen zou stappen, om het Kabinet met
trouw en eere te steunen in zijn hachel jken strijd.
Later bij de artikelen had men dan kunnen
beproeven, door amendeering een en ander te
verbeteren maar de hoofdindruk zou dan geweest
zijn: De Club houdt zich hink.
Wat oordeel thans geveld wordt, verzwijgen
we liefstnog altoos hopende, dat het nog, eer
het te laat is, zal verkeeren.
Van de 915 milliciens van de lichting 1891
uit de provincie Friesland, die in deze week on
der de wapenen komen, worden ingedeeld70
bij het reg. gren. en jagers te ’s Gravenhage,
200 bij het Le reg. int', te Leeuwarden, 30 bij
het 5e reg. inf.325 bij het 7e reg. inf. te Am
sterdam, 10 bij het 2e reg. huzaren te Haarlem,
15 bij het 3e reg. huzaren te Leiden, 30 bij het
le en 65 bj het 2e reg. veld-artillerie, 30 bij het
2e reg. vestingartill. te Amsterdam en Naarden,
96 bij het 4e reg. vesting-artillerie te Helder, 25
bij het korps pontonniers te Dordrecht, 7 bj het
korps torpedisten te Brielle en 12 bij het korps
genietroepen te Utrecht.
Het Dagblad van Z.-H. en ’s-Gravenhage
verneemt, dat de Keizer van Duitschland toch
zijn voornemen heeft te kennen gegeven ons land
met een bezoek te vereeren. Op deze aankondi
ging heeft H. M. de Regentes den Keizer te ken
nen gegeven, dat het Hd. aangenaam zal zijn,
hem te Amsterdam te mogen ontvangen. Het
bezoek wordt tegen het eind van Juni tegemoet-
gezien en het is niet onwaarsch jnl jk dat de Keizer
ook aan de hofstad een bezoek zal brengen.
De N. N. H. verdedigt de plaatsvervanging.
Zj voert als hoofdargument aan, dat deze be
staat op alle sporten van de maatschappelijke
ladder. Zj herinnert o. a. aan de zoogminnen,
die gevraagd worden, en hoe bj begrafenissen
de vrouwel j ke dienstboden, die van haar overleden
meester of meesteres geld voor eene dragersplaats
kregen, daarvoor mannen aanwijzen. Mocht men
deze argumenten niet overtuigend genoeg vinden,
dan wjst het blad er op, dat in ons constitu
tioneel land de Ministers de Kroon vervangen.
Een even krachtig argument heeft de schrj-
ver nog vergetendat voor de betaling van
successierechten de erven in plaats van de erf
laters optreden.
Men schr jft uit Neede aan de Post
Sedert jaren zwerft hier een krankzinnige rond,
algemeen bekend onder den naam van „Tienes
Weemink”, die in de laatste dagen bijzonder de
aandacht van het publiek heeft getrokken. De
man zegt nl., dat hij geplaagd wordt door „du
veltjes”, die hem steeds vervolgen en op hoofd
en schouder gaan zitten. Nadat de politie hem
al een paar malen een geweer en pistool heeft
afgenomen, waarmede hj zoo nu en dan schoot,
is hj nu op het denkbeeld gekomen zjn lichaam
met blik te bekleeden. Hj heeft nu een hoed
geheel van blik laten vervaardigen, terwjl nog
twee blikken platen zjn rug en borst bedekken.
Zóó gekleed, slentert hj dageljks door ons dorp
tot groot vermaak van de jeugd. Daar de man
geen vast verbijt' heeft, zoodat hj ’s nachts bj
de boeren in een schuur of buiten logeert, moet
men zich verwonderen hoe een lichaam zooveel
kan doorstaan.
De R. K. kiesvereeniging „Recht en orde” te
Amsterdam is, tengevolge van oneenigheid tus-
schen de leden, ontbonden. Een nieuwe kiesver
eeniging zal worden opgericht, waarvan de statu
ten eerstdaags aan de leden zouden worden on
derworpen.
Vrijdag-nacht te 3 uur is te Amsterdam
een poging tot inbraak gedaan in een goudsmids-
winkel in de Reestraat b j de Prinsengracht. B j
het naderen van politie, die door het geraas van
het rinkelen der verbrjzelde ruiten, welke naar
buiten sloegen, attent was gemaakt, zjn de dieven
op de vlucht gegaan, zonder aan hun plan uit
voering te kunnen geven.
Bj het af breken van de muren der ver
brande Hervormde kerk te Apeldoorn, welke nu
herbouwd zal worden, is de eerste steen gevonden,
waaronder men bj den opbouw een busje met
munten had gemetseld. Van elk der verschillende
muntspeciën uit dien tjd bevond er zich een in
bot busje, geheel nieuw, en op de steen zelf stond
11 Mei 1839.
Hebben groote menschen ook nog wel eens
schoolpjn
Oppervlakkig oordeelende, zouden wj geneigd
zjn die vraag ontkennend te beantwoorden.
Eenigszins dieper er over nadenkende, geven
wj er een bevestigend antwoord op.
Hoe oud zou de beeldspraak wel niet zjn,
waarin het menscheljk leven vergeleken wordt
bj een leerschool
En in welke dagen zjn er ooit menschen ge
weest, die altijd evenveel lust hadden om naar
die school te gaan en winst te doen met de les
sen, die er werden gegeven
Is het dan niet de schoolpjn der volwassenen
Het komt ons voor, dat wj er inderdaad dien
naam aan geven mogen.
Lollum, 9 Mei. Het staat er wel toe, dat de
vacante Hervormde gemeente alhier spoedig
weder in het bezit zal zjn van een geordend
leeraar. De doleantie, die hier mede het allereerst
haar beslag kreeg, trok in den beginne bijna de
gansche gemeente mee over, zoodat er weinig
leden restten, die der Hervormde kerk getrouw
bleven. Toch waren er. In de prediking werd
door den ring voorzien, maar later werd een
godsdienstleeraar aangesteld, die met andere
gezinnen de pastorie bewoont, trouw voor de
kleine gemeente optreedt, en men moet zeggen
met succes, want de oude Hervormde gemeente
wint aan. Om echter een predikant van de ortho
doxe richting in de pastorie te krjgen, dat
heeft voeten in de aarde, want de kerkeljkeen
pastorale fondsen zjn van luttele beteekenis.
Men heeft er nu echter iets op gevonden om
tot het doel te komen. Het naburige Waaxens,
een klein dorpje, gecombineerd, kerkeljk name
lijk, met Cubaard, bezit een kerk met aanzienljke
fondsen, en dit plaatsje wil men nu hechten aan
Lollum, waardoor de fondsen stjgeu en de kans
op het bezit van een predikant mogeljk wordt.
Dat de doleerende gemeente, thans mede vacant,
maar binnenkort vervuld, met dien zet niet veel
op heeft, dat spreekt van zelven, maar zj kan
er niets tegen doen en moet alles Ijdeljk aan
zien. Waar Heracliet om schreien moest, moest
Democriet om lachen.
Jammer maar, dat die kerkeljke leerstellingen,
zooveel twist veroorzaken en haat zaaien, die
juist op het kerkeljk terrein zoo welig tiert.
Ware er minder hartstocht, minder eerzucht,
minder geesteljke hoogmoed, minder huichelarj
die den godsdienst misbruikt tot politieke oog
merken, en meer nederige vroomheid, meer innige
godsvereering, meer waardeering, meer liefde, in
één woord waren alle christenen christenen, het
zou beter gaan. Maar men moet de wereld maar
nemen zoo zij is en niet zoo zij wezen moest.
Fr. Grt.
Aclllum, 8 Mei. De dag van gisteren was
voor de wederzjdsche oudelui van een jong paartje
dat deslnamiddags zou trouwen, wel wat onfortuin
lijk. Met rjtuig van elders gekomen, kwam juist
voor de buurt geheel in ’t water terecht, wegens
een gebrek aan de stokken, waardoor het paard
zjn bestuur begon te missen. Behalve de natte
kleeren had men geen verdere ongemakken. Des
namiddags werd hier een ander rjtuig gehuurd,
om te Franeker te komen. Even voor Hitzum
brak daarvan het stokraam, zoodat de tocht ver
volgens te voet moest afgelegd worden. Dit was
Laat ons, volwassenen, dan in dit opzicht ten
minste geen kinderen willen zjn en bij venEr
zjn er wel andere en betere dingen, die wj uit
de kinderjaren naar den rjperen leeftjd kunnen
medenemen. De schoolpjn houde na het verstrj-
ken der allereerste leert jden op te bestaan
Herhaalt nog maar eens, al ware het voor de
duizendste keer, de woorden van onzen de
Génestet
„Werken en denken en leerenis leven
Wie hier niet werkt, is zjn plekjen op aard’,
Wie daar niet denkt, is het leven niet waard,
En om te leeren is ’t leven gegeven
Leeren en leeren is de eeuwige taak,
Die noch de knaap, noch de gr jsaard verzaak’.”
Hoort gj het wel „Noch de knaap, noch de
grjsaardMaar dan ook evenmin, ja nog veel
minder die breede rj van mannen en vrouwen in
de kracht van het leven, voor wie „schoolpjn” te
hebben wel de grootste schande is.
De eerste oorzaak zal wel traagheid zjn. Het
zuchtend opzien tegen de dagtaak in de school
des levens is zoo menigmaal gebrek aan lust om
zich in te spannen, luiheid dus, evenals bj het
kind, dat het veel pleizieriger en gemakkeljker
vindt zjn hersens niet te vermoeien.
Daarbij komt zich eene niet onaanzienljke
hoeveelheid kleinzeerigheid voegen. Thuis aan
Moeder’s schoot is het veiliger dan op weg naar
school, waar gezellen en tochtgenooten wel eens
een klap of een stomp uitdeelen, en zelfs in de
school is men niet immer zeker van geenschrob-
beering of kasstjding te ontvangen. Zou die ge
dachte en die overweging ook den volwassen
mensch vaak niet schoolpjn bezorgen en oorzaak
zjn, dat hj zich in zich zelf en in zjn eigen
kleine kringetje terugtrekt
Vergeten mogen wj evenmin, dat er heerscht
zooveel miskenning van den ernst van het ernstige
leven. Nu, bj het kind mag die levensernst nog
niet worden gezocht. Het gaat naar school, omdat
het er heen gezonden wordt en de beste scho
lieren leeren het eerst en het best de noodzakel jk-
heid er van inzien en het nut er van begrjpen.
Maar van den volwassene mag worden ge-
eischt, dat hj uit eigen vrije beweging de school
binnen treedt, niet om daar te beuzelen en te
dus wel een reis met hindernissen.
Ooststellingwerf. Niettegenstaande het
weder thans vry wac gunstiger is, staat het er
met de roggeakkers nog treurig voor. Is dit gewas
in het eerst ook al achterljk, dit gebrek kan
zich later wel herstellen, indien goed weder niet
zoo laat invalt, dat de rogge zich, wat de boer
noemt, nog kan verspreiden. Die tjd is thans
evenwel voorbj, zonder dat verspreiding heeft
plaats gehad en vandaar, dat men gerust een
slechten oogst mag voorspellen. Van aren is
nog geen spoor te ontdekken, hoewel anders op
dezen tjd de halmen overal reeds aren hebben
geschoten. Het is dus wel te verwachten, dat de
broodprjzen, welke in den laatsten tjd vrj wat
zjn gestegen het last rogge is gerezen van
f 160 tot f 20J eer hooger dan lager zullen
worden en op den duur bij ven, omdat de brood-
prjs natuurljk in nauw verband staat met den
meerderen of minderen goedgelukten roggeoogst.
De anti-Bevolutionaire partij en
de Legerwet.
Onder den titel „In ’t oude moeras” zegt de
Standaard
Onze Tweede Kamer begint weer wonderveel
te Ijken op ’t oude moeras van voor vjf jaren.
Dat praat maar al door als een klok die tikt,
of als een phonograaf, die van het slot is geraakt.
We gaan nu ook gelooven, dat er geen ob-
structionisme in het spel is. Daarvoor gaat deze
praatmanie al te ver. En men kan haast niet
anders aannemen, dan dat het weer de oude praat
ziekte is.
Dat gaat nu alzoo weken lang voort, en nog
altoos lekt het door de reet van het dak, ’t drup
pelt, bj avond en bj morgen door. Zóó, dat dan
ook bjna niemand meer luistert; zelfs de pers
er zich niet meer meê inlaaten het volk er
geen de minste notitie van neemt.
Heusch, het is noodig dat het beperkt kies
recht, dat ons zulk een Kamer gaf, hoe eer hoe
beter de wereld uitga.
Want, ja, in Rusland moet het onder de knoet
hard leven zjnmaar toch zou men bij zulk een
Eén Mei heeft een indruk achtergelaten in
Frankrjk, een zeer gevoeligen indruk zelfs. Het
opstandje te Fourmies, waar de militairen op de
manifestanten hebben gevuurd, werkt nahet
kan zelfs ten gevolge hebben dat de twee frac
ties der republikeinen, de radicalen en gematig
den, van een gaan en ieder haar eigen weggaan
vervolgen.
De in ’toog der regeering meest gevaarljke
personages, de mannen, die het meest schuld
hadden aan ’t beleedigen der militaire macht, zjn
achter slot en grendel geplaatst. Het doel van
enkele leden der Kamer is nu geweest de regee
ring te dwingen een besluit uit te vaardigen,
waarbj amnestie werd verleend aan allen, die de
hand in de opstootjes te Fourmies heeft gehad.
Vier voorstellen zjn dien aangaande bj de Kamer
ingediend en de debatten zjn levendig geweest.
Allereerst betrof ’t de vraag of over deze voor
stellen onmiddelijk zou worden gediscussieerd.
De voorstellers beweerden van neende regee
ring beantwoordde ja En toen haar naar ’t hoofd
werd geworpen dat men eigenljk nog niet eens
wist wat de regeering van de amnestie dacht,
was kort en bondig het antwoord van den mi
nister van JustitieDe regeering denkt in ’t ge
heel niet aan amnestie!
Krachtig werden dan ook alle voorstellen be
streden, ofschoon zj van den anderen kant even
krachtig werden verdedigd. Heftig was Camille
Pelletan, die der regeering verweet, dat zj het
land tot schande had gemaakt voor de monar-
chiën, waar alles rustig toeging. „De regeering
heeft een misstap begaan en die misstap kon
slechts worden uitgewischt door een algemeene
amnestie. Een ongeluk is geschied er heeft bloed
gevloeid. Men heeft getracht door veel verkla
ringen het uit te wisschen, doch verklaringen
en beloften voldoen niet.
Wj staan hier voor een vreeseljke werkeljk-
heid. Die plaats, waar men het Ijk van een meisje
wegdroeg met zeven of acht kogels doorboord,
deze kinderen, die getroffen werden in de armen
hunner ouders-
Men moest die herinneringen uitwisschen wj
hebben daarbj allen belangmaar wat stelt gj
tegenover deze jseljke werkeljkheid Een wei
gering, de weigering om het te vergeten.”
Geheel sloot Clemenceau zich hierbj aan.
„Mjnheer de minister-president, ik weet wat
man gj zjt; sta mj daarom toe een beroep te
doen op uw gevoelens van rechtvaardigheid en
menscheljkheid. Het oogenblik is ernstiger dan
gj denkt. Gj zegt dat wj de republikeinsche
part j verdeelen. Neen wj voorzien de ongeluk
ken, die morgen komen kunnen, van binnen en
van buiten, en w j roepen u toeRed het vader
land Maak eendracht voor den dag, waarop gj
al uw kinderen noodig zult hebben. Denk na!
De beslissing die gj zult nemen zal een onbere
kenbaar moreel effect hebben. Maak de materiëele
catastrophe niet nog ingewikkelder door een mo-
reele catastrophe. Red ons, red de republikeinen,
red hen die met u worstelen, hen voor wie en
met wie w j de Republiek hebben geschapen. Red
onze kinderen Bespaar hun deze vreeseljke er
fenis van den burgeroorlog. Red de Republiek
die ons rechtvaardigheid beloofde. Enein feljk
red het vaderland
iron rrrnnfa moncnhnn Meer oorzaken zullen wij maar nietnoemen.
noemde de voornaamste zjn.
Bewijzen er voor bj te brengen dat zulks een
kwaal is, is overbodig.
Wie een schooltjd verzuimt, hj Ijdt schade.
Wie een levenservaring onopgemerkt over zich
laat heengaan, of de kostbare oogenblikken on
gebruikt en dus onnut laat vervliegen, hj Ijdt
eveneens schade.
Maar, waar het zoo boven alles vaststaat, dat
werkeljk groote menschen aan die kinderkwaal
Ijden met hoogst schadeljke gevolgen, daar mag
het van het grootste belang worden geacht de
oorsprong op te sporen, waaruit de kwaal ont
staat. Alleen dan toch is het mogeljk genezing
te vinden voor de ziekte, die voor den volwas
sene uit den aard der zaak naar evenredigheid
zooveel schadeljker is dan voor het kind.
Stellen wj dat onderzoek goed in, dan zullen
wj de eigenaardig verrassende ontdekking doen,
dat schoolpjn bj volwassenen uit dezelfde oor
zaken voorkomt als schoolpjn bj kinderen.
M
n
Bolswardsche Courant,
te
i min iiii