KERKDIENSTEN OSINGA KAPPIE EN DE KRAAK-KRAKERS 0011 Ingerekend, maar niet uitgeteld! N.C.V.B. over jeugd en geloof bondsspaarbank bolsward Roman fan de earme Fryske heide fan J. A. Visscher AGENDA C.C. TREBOL HARLINGEN 2644 05100 - 55 555 ZONDAG 13 MEI NED. HERV. KERK R.K. KERK 14 DIVERSEN VRIJDAGAVOND even naar om een BOEK OF TIJDSCHRIFT gezinsbank zonder winstdoel WEEKENDDIENSTEN Vanaf vrijdagavonds 6 uur Alleen voor spoedgevallen DOKTERS en ZUSTERS VRIJDAG 11 MEI 1979 BOLSWARDS NIEUWSBLAD Pagina 2 WYMBRITSERADEEL APOTHEEK DOOPSGEZINDE GEMEENTE BOLSWARD: 10.45 uur: ds. Knipscheer GEREF. KERK (Wurdt fuortset) BAPTISTEN GEMEENTE Vader (Wordt Atze vertelt: Vrijdags 17.30 uur tot maandags Gezinsverzorging/Bejaarden/ Chron. ziekenzorg zowel te Witmai'sum als Bols- ward elke ochtend (ma. t.e.m. vrijd.) van 8.30 - 9.30 uur. Spreekuren: Maatschappelijk Werk Witmarsum: elke ochtend (ma. t/m vrijd.) 8.30 - 9.30 uur Bolsward: elke donderdag van 9-10 uur spreekuur 10.00 - 10.30 uur ’s avonds 6.30 - 7.00 uur Saterdag en zondagsmorgens vóór 8 uur zaterdag en zondagmiddag 1 - 2 uur E. SIETSMA IJlst, Telef. 05155 - 1263 BOLSWARD, kapel Skilwyk: 19.00 uur ds. Oldenburger BOLSWARD: Verg, van Gelovigen, Laag 14: 9.30 uur: samenkomst met breking des broods SNEEK: Geref. (vrijgemaakt), Kleinzand 22: 9.30 uur: ds. Ulehake, Leeuwarden; 17.00 uur: Leesdienst Zr. IJ V. D. WERF-ALTENBURG Bolswarderweg la, Tjerkwerd Telefoon 05157 - 4956 APOTHEEK POSTMA, Oosterdijk 65, Sneek Tel. 05150 - 12316, b.g.g. 12598 FR. HAANSTRA Grote Dijlakker 53, tel. 2353 J. VAN DER LINDE Gasthuissingel 31, tel. 2555 Boodschappen van 9-10 uur 2 uur spreekuur MOEDERS voor MOEDERS” voor: Sneek, Bolsward: Mevr. M. van Veen-Stout, Kaar 12, Sneek, telefoon 05150 - 14543 TANDARTSEN Sa’n Heidekeardel BOLSWARD: zaterdagsavonds 19.00 uur: Eucharistieviering; zondags om 9.30 uur: Hoogmis; 11.30 uur: Mis en Avond mis om 19.00 uur. BURGWERD: St. Johanneskapel: 10.00 uur: Eucharistieviering WORKUM: 8.00 uur: Vroegmis; 10.00 uur: Hoogmis; 19.30 uur: Lof MAKKUM: zaterdag 18.00 uur: H.Mis; zondag 10.30 uur: Hoogmis WITMARSUM: zaterdag 19.30 uur: H. Mis; zondag 9.00 uur: Hoogmis ROODHUIS: zaterdag 19.00 uur: H.Mis; zondag 9.30 uur: H.Mis Zijn verlepte leden zijn die nacht onder mijn, van thuis gekomen i overias toeeedekt op de zaalvloer. Een mateloze slaap gaf ons ACHUM: 9.30 uur: dhr. Haarsma HITZUM: 13.30 uur: ds. Wiltink ALLINGAWIER: 13.30 uur: ds. Liefting EXMORRA: 9.30 uur: dhr. Niemeyer ARUM: 9.30 uur: Wika v.d. Vlekkert WELSRIJP: 13.30 uur: ds. Dee BAIJUM: 9.30 uur: ds. Hylarides BOLSWARD: 8.45 uur: ds. Nell 10.00 uur: ds. Bruinsma, Fr. dienst GAAST: 9.30 uur: ds. van Helden FERWOUDE: 13.45 uur: ds. De Boer BURGWERD: 13.30 uur: ds. Bruinsma KIMSWERD: Zie Arum KUBAARD: 9.30 uur: Kand. Bakker LOLLUM: 10.30 uur: ds. Westerman WAAXENS: 9.30 uur: ds. Roozendal, H.D. LUTKEWIERUM: 11.00 uur: ds. De Bue MAKKUM: 9.30 uur: ds. Zijlstra, H.A. 19.00 uur: ds. Zijlstra, dankz. in de Geref. Kerk MANTGUM: 10.00 uur: ds. Brink OOSTEREND: 9.30 uur: ds. Bal, jeugd dienst in Geref. Kerk 19.15 uur: ds. v.d. Hoeven OOSTERLITTENS: 10.00 uur: ds. Nell PINGJUM: 10.30 uur: ds. Bomer SPANNUM: 13.30 uur: ds. Hylarides EDENS: 9.30 uur: ds. Wiltink PARREGA: 11.00 uur: ds. Griffioen 19.30 uur: ds. Van Wakeren TZUM: 9.30 uur: ds. Dee, H.A. 13.30 uur: Kand. Bakker WITMARSUM: 9.15 uur: ds. Bomer YTENS: 9.30 uur: ds. v.d. Hoeven, H.A. WINSUM: 19.00 uur: ds. Nieboer WOMMELS: 10.15 uur: ds. Nieboer HIDAARD: 9.00 uur: ds. Muller WONS: 9.30 uur; ds. Ros SCHRAARD: 9.30 uur: ds. Verhoog 13.30 uur; ds. Ros WORKUM: 9.30 uur: ds. Kok jeugddienst 19.30 uur: ds. Vroegindewey HEIDENSCHAP: 13.30 uur: ds. Vroeg indewey ZURICH: N.B. Apotheek Berkhemer Geopend: zaterdag 14.30 - 15.00 uur en zondag 17.30 - 18.00 uur. Stichting Maatschappelijke Dienstverlening FRIESLAND-WEST De Spinnekop 8 - Witmarsum telefoon 05175 - 1615 Grote Dijlakker 18 - Bolsward telefoon 05157 - 2377 Vrijdag 11 mei 20.00 uur: Bonte avond R.S.G. Zaterdag 12 mei 10.30 uur: Vergadering A.N.G.B. 20.00 uur: Film Zondag 13 mei 15.00 uur: Film 17.00 uur: Film 20.00 uur: Film Maandag 14 mei 9.30 uur: Volksdansgroep 20.00 uur: Vergadering Rotary 20.00 uur: Sportraad 20.00 uur: Fries Filmcircuit Dinsdag 15 mei 13.30 uur: Bejaardensoos Dames en Heren 19.00 uur: Slankheidscursus „Slimming” 20.00 uur: Kon. Maatschappij van Tuinbouw en Plantkunde 19.30 uur: A.B.O.P. vergadering MAKKUM: 10.45 uur: ds. Molema WORKUM: 9.15 uur: ds. Horjus WITMARSUM-Op 24 april hield de afdeling Witmarsum haar laatste sei- zoenvergadering. De presidente me vrouw Kikstra heette een ieder hartelijk welkom, vtjoral de dames van de Chr. Plattelandsvrouwen. Meditatie „Tuisen Pasen en Hemelvaart”. Ook werd het gedicht „Worden als een kind” voorge lezen. Dit ter inleiding op wat ds. De Boer uit Oosterend ons zou vertellen over Jeugd en Geloof. Er wordt veel ge klaagd over de onverschilligheid en het matig kerkbezoek van de jeugd. Zijn betoog kwam hierop neer, dat als we de jeugd van jongs af aan op een voor hun begrijpelijke manier bij de kerkdiensten betrekken, het met de onverschilligheid best meevalt. Wat kinderen van jongsaf aan leren en door ze bijvoorbeeld mee te nemen naar de kerk ontstaat er een zekere gewenning. Dit is voor later van groot belang. Ondertussen konden de dames vagen stellen. „Mooi!” zei Kappie, een uiteinde van een slang in de ^ondergelopen ruimte werpend. „En nu maar proberen het ’water er uit te pompen! Het is me ja een sakkerse toestand. We waren bijna vergaan!” „De Kraak is nog niet vergaan!” stelde hoog daarboven Priezel vast,dié met een hefschroefvliegtuig de koers van de sleepboot volgde. „Stoer en stevig vaart hij voort. Eulalia is dus niet geslaagd, dan moet ik ingrijpen! Het schip moet zinken met goud en goed- en de verzekering is van ons! Maar sneldrastisch en zeker! Wat staat mij nu te doen?” vlektyphus en de chaos in Duitsland, waardoor men aan allerlei gevaren blootstaat. Van meet af aan moet de voeding beter worden. En de slotwoorden zijn: „Na een week kom ik terug voor controle; zijn er dan nog klachten dan gaat U de cel in, Herr Direktor, verstehen Sie?” Herr Direktor springt nu - in onze plaats - in de houding, klikt met de hakken tegen elkaar en stamelt: „Jawohl, Herr Kapitan, kommt in Ordnung.” Z’n koffertje kan weer in de kast. Hij probeert echt, z’n nieuwe verantwoordelijkheid waar te maken; diezelfde avond komen ei aardappelen en rijst op de dis! Een bijna vergeten genot De volgende dag, zaterdag 31 maart, precies een jaar na m” arrestatie, gaan we de stad in. We vorderen radio’s om bij te blijven met de toestand in de wereld. We lenen honderd Mark van de burgemeester, om dingen aan te schaffen, die we nodig zullen hebben om ons toonbaar te presenteren en om een koffer te kopen voor wat we nog meel menen te moeten meenenem. We vergaten te vragen, hoe de aflossing van het geleende moest worden geregeld We keren terug in de inmiddels gedweilde en geluchte zaal. Wim Wirtz, die op onze vierdaagse mars al fantaseerde overwa hij allemaal wilde eten na z’n thuiskomst „en altij roomboter op wittebrood” fluisterde me triomfantelijk toe. „Nou‘heb ik een verrassing voor je; nee, niet kijken, straks mag je het zien èn proeven!” Hij frunnikte aan de kachel om meer gloed, zette er een pannetje met water op Wat gin? 11J brouwen? Er viel veel te beredderen in de zaal.' De Duitse medegevangenen werden van hun vertrouwensfunc ties ontheven. In onderling overleg moeten er anderen voor di taken worden aangewezen. De verbeterde voedselvoorziening moet in goede banen worden geleid. Niemand mag te veel eten, dan kun je ook ziek worden. Er moeten meer bedden komen- O radio moet worden aangesloten om te horen, wat we wille weten: hoe staat het er in eigen land voor? Wim Wirtz wenkt: kom nu maar! Glunderend tilt hij het dekse van z’n pannetje, waar in het kokende water drie eieren liggen te sudderen. vervolgd) allemaal groepen grauwe gemillimeterde kopjes van magere mannetjes. Iemand steekt een hand op en wenkt me. Ik herken hem niet. Wie zou dat schrale, hologige, zwart-bestofte kereltje A kunnen zijn? Uit z’n schorre keel schraapt hij z’n naam: „Piet Brune.” Als de burgers van Bethlehem, die zeiden: „Is dit W Naomi?” sta ik stomverbaasd te kijken, te staren: „Is dit Piet öK Brune?” overjas toegedekt op de zaalvloer. Een mateloze slaap gaf ons daar nieuwe moed. Onze „vierdaagse” was volbracht. Waar zouden de Amerikanen nu zijn? Dichterbij dan we dachten. Men trachtte ons bij hun nadering weg te slepen en „veilig te stellen”; als oorlogsbuitof als ruilobject? De Amerikanen zullen ze droombeeld blijven, of komende kansen bieden? Rockenberg Rockenberg was niet gereed voor een grote invasie. Van heinde en ver komen er transporten gevangenen. Eerst komen allen, als schapen in een hok, in één zaal. Dan wordt er geschift. Alle Duitsers bij elkaar, dan kunnen ze elkaar de voorrechten be twisten! Twintig Nederlanders en drie Polen op een andere zaal. Is ’t hier zó ruim, dat dat kan, vraagje je af. Lang duurt dat niet. De volgende dag arriveren nieuwe transporten. We kunnen ons baden en worden dan weer heringedeeld. Na een week zitten we op een grote bovenzaal, met uitzicht óver de terreinmuur naar de wijde, glooiende velden. ’t Is koud op de zaal. We zijn er geleidelijk tot achtenvijftig man gegroeid, maar bedden zijn er weinige. Gelukkig kan ik ook op een tafel wel slapen, laat de ouderen en zwakken de bedden dan maar bezetten. Soms deel je met een ander voor één nacht een brits, maar zelfs voor uitgemergelde bodies zijn ze toch te smal. Een beetje warmte geeft het wel, als je samen de dekens benut. Ook de luizen kwamen mee; de kledingverwisseling was geen afdoende middel om ze kwijt te raken. Je moet je povere porties met deze parasieten delen. Maar wat erger blijkt: ze brengen de vlektyphus over. Af en toe wordt er iemand echt ziek van. Hoge Dienst in Pingjum NULAND: 9.00 uur: ds. Schaap 19.30 uur: ds. Bomer ,36 De maat liet zich aarzelend in de watermassa zakken, die het vooronder vulde. „Als Kappie ontdekt dat er een gaatje in de scheepswand is geboord, is het te laat!” mompelde hij huiverend. „Ik m-moet het stoppen!” En met deze gedachte dook hij vol moed het koude nat in, om het lek te dichten. Het duurde geruime tijd, doch tenslotte kwam hij benauwd en druipend, doch voldaan weer boven. „Blub.” sprak hij. „Het is geblubeurd! Watel loopt niet meel in schlip!” BOLSWARD: 9.30 uur: ds. Verbaan 17.00 uur: ds. Versteeg SCHETTENS: 9.30 uur: ds. Feddes 13.45 uur: ds. Verbaan MAKKUM: 9.30 en 19.00 uur: ds. Zijlstra, H.A. en Dankz. WOMMELS: 11.15 uur: ds. Zelle 19.30 uur: ds. Meijer WORKUM: 11.00 uur: ds. Sienot 19-3$ uur: ds. Eringa HEIDENSCHAP: 9.30 uur; ds. Hartogs 13.30 uur: Gez. dienst in Heïv! Ketk TJERKWERD: 11.00 en 19.30 uur: ds. Appelhof Deze dag bleek het een betrekkelijk korte trip te zijn: zevenentwintig kilometer, tot één dorp voorbij Wetzlar. Daar werd stro gespreid voor alweer een nacht in een school. De proviandering schijnt de leiding beter af te gaan; ’s middags èn ’s avonds brood met worst. Het diner- kan nog wel worden uitgesteld Na de buien van de nacht is ’t opnieuw prachtig wandelweer. Langs de weg staan nog verse plassen van de regen. Mooi om je warmgelopen zolen even al lopende in te koelen. Er dreigen uitvallers te komen op deze vierde wandeldag. Toch moeten we hen moed inspreken: misschien zijn we er gauw Waar? Butzbach schijnt onze bestemming te zijn; dat zou maar achttien kilometer zijn vandaag. Maar de gevangenisdirectie in Butzbach weigert deze groep ook nog op te nemen. Ze zijn overvol met van alle kanten opdoemende gedeporteerden. Wat nu? Er komt zelfs overleg. Ook de begeleidende wachtmeester krijgt er genoeg van. Een gedeelte van de groep, de meest uitgeputten, mogen hier blijven. De rest kan zeven kilometer doorstappen naar Rockenberg; ’t is daar een goed verblijf, een voormalige jeugd gevangenis. Wie meldt zich vrijwillig voor verdergaan? Ik ga mee door, ’k ben er fit genoeg voor. De afgetobden blijven achter. Tegen het vallen van de avond staan we aangetreden op het binnenplein van Rockenberg’s logies. Iemand roept m’n naam. Een zachte roep. Vanwaar komt die stem, en van wie? ’t Is It earme bern wie wylst sa bleek as in wytling wurden. Krekt as soene har de siken bejaan fan fertriet Gosling derjinsen seis in faam op de heide! Dat hja dêre no net oan tocht hie, mar wa wit! Hja hiene ommers allegearre in faam, dy feinten! En dus hie dat fule tikjen fan har hert mar om ’e nocht west. Hja hie omdochs immen leaf hawn! Foar it earst yn har libben. Hja woe eat gripe, dat ünberikber wieHja hie hope sünder kansHja soe like goed hoopje kinne noch ienkear rjocht fan liif en lea te wurden „Bult!” hiene de bern op de buorren har eftemei roppen, doe’t der snie lei en hja it weage hie en gean allinne om boadskip. Hoe skriklik hie dat west, doe’t de snieballen tsjin har wrakke lichem ütelkoar spatten! len hie se lyk foar de holle krige, mar it hie net fan pine west, dat hja dy jüns ta de nacht op bêd lein hie te skriemen. Nee, dy pine koe se wol ütstean, mar dat skriklike, dat har ütskellen foar „Bult!” En no sei har heit yn syn skrobbearring winliken itselde, ek al brükte er dat wurd net. Hark ris, no wun hy him alhiel op en begun te flokken, dat it sta sei. Hy woe daliks al nei it leech büthüs en reagje dy spitkeetkeardel fan ’e stal óf, mar de boerinne koe him op it léste stuit noch bedimje, oant syn lilkens wat belune en hy Maaike op bêd jage, seis noch fierste orémus om him del te jaan. Maaike kroep as in skou fügeltsje yn in hoekje fan har ledikantsje en skriemde noch withoelang nei. Fan sliepen kaam neat. Har hertsje wie har te oerstjoer. Hja wie alhiel telider slein. Hja woe dat hja mar dea wie. Dea En dan? Ynienen moast hja der oan tinke, wat der dan mei har barre soe. Har heit sei, dat der dan neat mear wie en har mem hie blykber oer soks noch nea neitocht. Yn elk gefal, as hja foarhinne as bern wolris frege hie, wat der boppe de wolken wie as men noch heger kaam, noch heger as de stjirren, hie se der nea op trochprate wollen. Mar as it dêr nei de dea no ris hiel hearlik wêze soe? Dat koe dochs bést wier wêze? It koe likegoed wier wêze as net wier. En de dümny leaude der ek yn. En noch in hiele bulte oare minsken. En Gosling ek! Dan moast it wol wier wêze, as Gosling it sei. Dat stie by har fêst. Samar ynienen stie it byld fan de heidsjer har wer foar de geast. Wat hie hy har freonlik oansjoen dy jüns. Hja seach it op ’en nij. In kreaze feint. In iepen, earlik antlit. En wat wie hy sterk! Hja doarst wol te wedzjen, dat hy har as in lyts bern samar optille koe en draach har it hiele hüs en hiem yn it run. As it der op oan kaam, wie hy dochs har iennichste freon op de hiele wrald, want har alden, nou ja, dy joegen har iten en drinken. En klean en soms wat fan goud. Hja lei har han yn sines en hy fielde, hoe’t hja feiligens by him socht. It makke him it herte weak. Sa runen se tegearre fuotsje foar fuotsje fierder. Maaike mei har greate lok, dêr’t se it seis net iens fan wêze woe, dat it leafde wie. En Gosling tige oandien mei in great langstme om wat sinne te jaan yn it tsjustere libben fan dit swierbesochte famke. Mar doe’t er har sykjende han fielde en fernaam hoe’t har lüd trille, doe’t hja him nacht sei, waard er kjel fan de wrald fan ellinde, dy’t hy üntdiek yn it inerlike wêzen fan dit earme bern. In hiel skoft stiene hja han yn han, roerleas mei oars neat as de stilte om har hinne, beide yn djippe tinzen. Maaike wie op him fereale! De skatrike boeredochter hie har each falie litten op in arbeider, op de heidekeardel fan de Kompenijster kontrei. Mar dêr koe fanseis neat fan ynkomme. Net yn it foarste plak, omdat hja sa djip üngelokkich wie, mar meidat it foar in heidekeardel nou ienris gjin pas jout en taal nei immen, dy’t sa fier boppe him stie yn stan en komóf. Sa wie no ienris de oeralde sede, de net-skreaune wet, de hechte tradysje, dy’t him net sünder mear oan de kant reagje liet. Gosling naam him foar har dit op hoedene wize te sizzen. Hja moast it dochs ynsjen, mar it measte dearde it him oan, dat wylst hy har wat fleur en lok jaan woe yn har j iensum libben, hy no krekt de bringer wêze soe fan in grut en net te omfiemjen fertriet. De boer hie grif oan Maaike femommen, dat der eat yn har omgie, dat hja net wêze woe foar in oar. Syn rauwe natuer en botte aard begünen daliks sa wreed as it koe it teare lok, dat stadich opbloeide yn it oars sa treasteleaze wêzen fan syn earme, miswoeksen dochter, te fertraapjen. Doe’t hja dy jüns yn ’e hüs kaam, begun er daliks tsjin har üt te farren, dat se no mar ris ophalde moast om it mei dy fint fan de heide oan te lizzen en dat hy de oare deis der wat fan sizze soe. It gedonder moast mar ris ütwêze. As in lyts protsje ellinde siet Maaike te hymjen op har reiden stuoltsje, dêr’t hja mei har fierste lyts boppelyfke amper boppeüt kaam. Yn har eagen wie in bea om genede, om alteast op dit momint te swijen, nou nei sa’n hearlik amerij mei de prins fan har dreamen. Seis har mem krige it der mei te dwaan. „Stil no mar, man,” besocht se him del te bêdzjen, „sa slim is it net. Hja hat allinne mar sitten te harkjen nei it spyljen op de harmoanika en leau mar, dat dy heide keardel thus seis wol in faam hat.” „Dan moat er der ek mar mei frije,” barste de boer wer los, „ik wol myn sinten net neilitte oan sok heidefolk. Do witst like goed as ik, dat der net folie goeds yn sit. Sa’n earme lüsangel is it oars net te dwaan as om de modder oan de kloet, leau dat mar fan my! Net om it feltsje, mar om it geldsje, wat ik dy sis! Want wa woe oars nei üs Maai omsjen, sis no seis.” koorts. Kwellende dorst. Juist het toegeven aan dat dorstgevoel kan noodlottig voor het leven zijn. Sommigen proberen zelfs hun waswater te drinken. Een ziekenzaal wordt ingericht. De verzorging wordt onderling geregeld, zo goed en zo kwaad het gaat. Enkelen bezwijken en moeten worden afgevoerd. De gele vlag wordt gehesen op de toren van de kapel: het onveilig signaal van besmettelijkheid. Voor de vensters volgen we het verre buitengebeuren. Geschut was al enkele dagen hoorbaar en kwam merkbaar dichterbij. Plotseling klinkt, er een juichkreet voor de ramen. Over de bouwlanden rent in ’t wilde weg Duitse cavallerie. Onbemande paarden banen hun eigen weg. Op huizen en torens aan de horizon en ook dichterbij, worden witte vlaggen, lakens en slopen lijkt het wel, gehesen. Zal nu hier de nederlaag - en voor ons de bevrijding aanbreken? Beneden ons, op de binnenplaats, zien we de gevangenis-staf lopen met koffertjes. Wat nu? Gaan ze er vandoor? Voelen ze gevaar voor eigen hachje, nu hun heerschappij wankelt? Enkelen van ons proberen de zaaldeur van binnen uit te forceren. Die deur weet van geen wijken. Onrust maakt zich meester van de zaal. Hoe zal dit zich ontwikkelen? Wat gaat er gebeuren? Langs de veldwegen verschijnt een voor ons nieuw type voertuig. Later blijkt het „jeep” genoemd te worden. Popularisering van: „G. P. is General Purpose is voor alle doelen dienstig”. Dat zijn dus de Amerikanen. Echt waar. De stemming stijgt tot spanning. Rijden ze door? Waarheen? Komen ze hier? Haast ongemerkt draait de zaaldeur open. Onze stube-oudste neigt tot het roepen van het traditionele „Achtung”, waarbij ieder in de houding pleegt te springen Z’n mond stokt bij „Achvóór de directeur-zelve van het gevangenis-comlex uit, schrijdt een „battledressed officier van de geallieerde troepen binnen. Een Franse kapitein. Naast hem nog een militair, met op z’n schouderband z n funktie: „Interprator” - tolk. Kort en bondig wordt via de tolk de directie duidelijk gemaakt, dat de buitenlandse gevangenen van nu af aan bewegings vrijheid moeten hebben - binnen de stadsgrenzen. Van naar huis gaan is nog geen sprake, wegens de quarantaine door de 8 f ■3?- 77>-"ö 4° 1 A -1 fw 'v tl. 36110 X POLITIE BOLSWARD Politie Alarmnummer: b.g.g. in spoedgevallen: BIJ BRAND: Voor brandmelding belle men:

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1979 | | pagina 2