KAPPIE EN DE KRAAK-KRAKERS k’ ZWART MAAR LIEFLIJK Midzomerpopfeest met Normaal als topattraktie „Ton van der Meer De Misfits” en „Satoh” in h.ll.ysfi r voorprogramma r VERZEKEREN „Raer folk” 26 aug. foar de radio galama bo/swarcA Roman fan de earme Fryske heide Ere-kampioenschap Haflingers Damestrio Zijlstra, Rodenhuis en Andela wint kaatsen in Wommels WATSE CUPERUS makelaardij '’X Pagina 2 BOLSWARDS NIEUWSBLAD WOENSDAG 25 JULI 1979 Pa; 28 Normaal zaterdag a.s. in de grote feesttent aan het Süvelleantsje in Bolsward. Dt desnoods met haar vader haar gezag van gelukkig niets van, hij staat met de andere ver- de zijde van de N Hi be ka fn ke th' va Vi ku in W( W Sv 9 Tj K< Uit het Fries vertaald door E. S. de Jong. zr oc de w< P« or ge m ni pl. re. dc he - i Sa’n Heidekeardel - 1 1 fan J. A. Visscher a los. Bedankt voor je hulp, maar ik kan je verder niet meer gebruiken. Dag!” „Straks komt de Kraak door de vloed los,” prevelde Kappie intusen zorgelijk, ,,en de maat is nog steeds niet terug. Alsof het ja al niet moeilijk genoeg is om zonder vuurtorenlicht te laveren tussen dit Koraalkerkhof! Wat zit de klont dan ook te jemelen met dat geraffineerde vrouwmens. Hij moest weten dat dat nergens toe leidt! Ze heeft alleen maar een slechte invloed op hem!” ARUM - Arum „doet” tegenwoordig maar in kampioenschapen. Eerst bij het kaatsen. Nu heeft de fam. R. B Ludema met hun prachtige Haflinger paardjes weer een kampioen- en ere-kampioen schap gewonnen op de keuring te Ooster- wolde. De 3jarige merrie Were-Di werd kampioen. Het ere-kampioenschap ging eveneens naar de Ludema’s met de 6- jarige Were-Di van Vrijthof-dochter Jo- lande, die in de beste rubriek van de 4- tot 8-jarige merries van de lichte klasse no. 1 werd. BOALSERT - Snein 26 augustus is de hear Bonthuis üt Boalsert jouns om kertier foar njoggenen foar Hilversum III to biharkjen mei syn liet „Raer folk”. Yn üs krante fan öfroune woansdei stie de tekst fan dit aide sankje öfprinte. De hear Bonthuis sjongt it liet regelmjittich op bruiloften,feesten en foar famylje. WOMMELS - De k.v. Wommels hield afgelopen zaterdag haar jaarlijkse da- meskaatspartij. Gespeeld werd in twee klassen. In de A-klasse stonden vier parturen op de lijst. Men kaatste een kompetitie zodat drie partijen afge werkt moesten worden. In de B-klasse vermeldde het programma 15 parturen. In deze klasse streden de dames volgens het afvalsysteem. Als voorprogramma is Ton van der Meer aangetrokken plus als begelei dingsgroep de Misfits. Ton is geen nieuweling in de muziek. Zo’n vijftien jaar geleden speelde deze Hagenees al in „Danny and the Rebels” en trok daarmee door Duitsland. Terug in Nederland richtte hij een aantal groe pen op die allen geen lang leven beschoren waren. Hierna brak een periode aan waarin hij muzikaal niet zo erg veel aan de weg timmerde. Hij reisde veel en begon een schilders- bedrijfje. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan en Ton stortte zich met vernieuwde geestdrift in de muziek. Een van zijn eerste singles die hij samen met Barry Hay van de Golden Earring maakte was „Ik kan het niet alleen”. Toen Peter Koelewijn Ton in het vizier kreeg, was een platenkon- trakt snel een feit. Een van zijn laatste singles die redelijk veel op de radio was te horen is het nummer „Ik heb niks aan mijn leven”. Kortgeleden kwam de eerste elpee van Ton uit, getiteld „Bij geen gehoor”. De muziek die Ton en zijn band brengen is Nederlandstalige rock en roll. Een primeur voor het noorden des lands. In de pauzes tussen de verschillende sets zal Satoh optreden. Deze fakir, boeienkoning zal vuurspuwen, zich laten boeien en wat niet meer. Satoh is een van de laatste echte variëté- artiesten. ferheftich mei syn fust op ’e tafel, dat de trekpot foaroer fan it stoofke tommele. Hy spatte omraak op, mar wol- sprekkend wêze hie der wol oan. It wiene hieltyd wer deselde wurden, dy’t er der ütslingere, en al te fatsoenlik wiene dy net. Mei flokwurden en grouwélige ferwinskingen besocht er syn sizzen krêft by te setten. Fan him soe der ek mar nea ien dochter trouwe - krekt as hied er wol tsien! - en maai har ferslingeije oan sa’n heidekeardel! Wat soe sa’n aaaklike (hy spriek dit wurd om him safolle as er koe mar te misledigjen, üt mei wol trije a’s!) smoarge potentaat wol miene! Tet stie der by te sjen, de earmen wiid üt yn ’e side, krekt oft hja in foarstelling bywenne, dêr’t se foar betelle hie en dy’t se no ek oan de ein ta sjen woe. Ja, no waard har ynienen in bulte düdlik. De aid boer hie oer syn bem beskikt, lykas hy dat foarhinne oer syn keallen dien hawwe soe. Mar dat hy har folk sa ütskelle moast, die har sear. „Hear my dy goate ris rinnen,” sei se feninich. Allegearre smoarch wetter. Ik sis jo, dat dy Gosling in hert fan goud hat! En jo mei jo sinten. Jo moasten jo skamje, want dy sinten ha fan jo noch net iens in keardel makke, dy’t syn fatsoen halde kin.” „Hald do dy de bek!” fjurre er fan him öf, wylst Maaike as in sleine hun de keamer ütflechte wie en har mem alhiel teliderslein efteroer sakke wie yn har stoel, it breidzjen wie har derby üt ’e hannen glieden. „Myn fanke sil trouwe, mei hwa’t ik wol, begrepen? En ik as heit orneaije dat hja dat it béste dwaan kin mei Willem! Dy kriget se en oars gjinien! Yn der ivichheit net, ferstien?” Nidich skopte erin stoel omfierren, dy’t it oars ek net helpe koe en siigde doe seis hymjend en püstend op in oarenien del. Hy taaste syn büsen öf om de piip en smiet dy mei in smak njonken de tabakspot op ’e tafel. „Ferstien? Nea en teninter!” sei er nochris, foar it gefal it noch net düdlik wêze mocht. „Wol hoe bestiet it!” röp Tet. „Dat stiet der op te sprekken, as wied er de kening seis. Man, bedimje jo, spiel de müle ris skjin. Of sil ik de branwar warskögje, dan kin dy it lasterfjoer dwêste.” „Jo kinne om my ferrekke!” skreaude de boer, „Ik wol te nei nimmen fan dit heidefolk mear oer de flier ha.” (Wurdt fuortsetj De uitslagen: A-klasse: 1. D. Zijlstra, Deinum, H. Rodenhuis, Oosterlittens en S. Ande- la, Welsrijp; 2. J. Terlaak-Poot, IJs- brechtum, Tr. Smeding, Dronrijp en Gr. Runia, St. Jacob. B-klasse: 1. Y. Kramer-Baarda, Arum, B. Terpstra- Bouma, Britsum en G. Wiersma, Stiens; 2. J. de With-Kooistra, Wom mels, L. Mollema, Kiesterzijl en L. v.d. Endé, Mantgum; 3. M. Zuidema- Palsma, Witmarsum, M. de Vries- Joma, Rauwerd en W. Tamminga- Posseth, Weidum; 4. R. Smits, Mak- kum, B. Keulen, Irnsum en S. Sijt- sma, Oosterlittens. Voor de verkoop van uw WONING .Snekerstraat 39 - tel. 2850/3451 trouwen volkomen waardig, zowel boer als van die der kinderen. Er wordt hard gewerkt door ,,de kleine ploeg”, zoals ze gewoonlijk genoemd worden. Zelfs een Jakob Jitses zou er geen aanmerking op kunnen maken, als hij haar had bezig gezien. Maar hij ziet er arbeiders greppels te graven buitendijks, het gewone werk zo tussen het poten en het wieden. Ja, Jantsje heeft haar „ploeg" in de macht, tenminste wat het werk betreft. Jantsje neemt de voorstap als het naar het land toegaat en als gewillige en volgzame schapen loopt het kleine grut haar achterna. Jantsje neemt -indien nodig de ploeg ook in bescher ming tegen de boer, als deze eens slecht gehumeurd is en zich probeert af te reageren op de kleintjes. Daar is Jantsje niet van gediend, als er geen reden voor is en zij zorgt, dat er, wat de ploeg betreft, geen reden voor kan zijn. 52 Eulalia Strever barstte in een hoongelach uit, toen de maat haar zijn aanzoek had gedaan. „Wat verbeeld jij je wel?” riep ze met schelle stem. „Denk je dat ik met jou een winkel wil beginnen? Ik heb wel andere dingen aan mijn hoofd!” „M-maar ik kan het heus wel aan hoor!” verzekerde de stuurman stamelend. „Ik ben sterk en dapper genoeg! De vuurtorenwachter was doodsbang voor me!” „Dat is dan mooi!” sprak de dame beslist. „Ga nu maar weer gauw naar je schip. Straks komt de vloed, en raakt de Kraak 1 I is. Popgroep - wat een woord trou wens: Normaal zou er niet over denken zich ooit zo te noemen. Gewoon ’n rock en roll band en verder niet! De ongelofelijke power die de groep uitstraalt op het podium, halen ze uit het feit dat ze binding hebben met de streek waar ze wonen en geboren zijn, waar iedereen iedereen kent, waar het niet mogelijk is elkaar te ontlopen of kapsones te hebben, waar ’t oer- en oergezellig is hun geliefde Achterhoek. Kom er de jon gens niet aan, want dan krijg je grote moeilijkheden. Ze hebben er ook geen behoefte aan om er hip of jong uit te zien; ze zijn allemaal om de 30 jaar en komen daar rond voor uit. Ze kennen de tijd van de echte ouwe rock en roll uit hun eigen herinnering. Het feit dat ze allemaal een gezin hebben doet ze ook veel meer met beide benen op de grond staan dan de jonge popmuzi kanten. De beste manier om er achter te komen wat Normaal eigenlijk is: kom naar een optreden! BOLSWARD - Zaterdag 28 juli houdt Vannu weer haar jaarlijkse Midzomer Popfeest. Ditmaal voor de vierde keer. Voor de gelegenheid ligt het accent dit jaar op Popfeest. Terwijl Vannu het dit jaar uitsluitend zoekt in de Nederlandstalige popmu ziek. Als hoofdattraktie is de Achter- hoekae popformatie Normaal aange trokken. Deze knapen verstaan hun vak als entertainers beter dan wie ook, terwijl ze muzikaal ook zeer goed uit de voeten kunnen. Een optreden van hen is elke keer weer een spek- taculaire belevenis. maal te doen, daar zal Jantsje wel voor zorgen. Zo'n kind krijgt dan een plaatsje naast haar en krijgt van haar privé onderricht in kunstige handgrepen. En als ze eens een omgehakte plant vindt, gaat ze niet domweg foeteren. Welk leger verliest in de oorlog niet af en toe een soldaat? „Kijk, zo moet je dat doen,” en met haar hakker pikt ze een gaatje in de grond en geeft het gesneuvelde plantje een eervolle begrafenis. Door deze handelwijze maakt Jantsje haar overwicht op haar „ploeg nog groter en onder haar leiding wordt het groepje kinderen een groepje volwaardige wieders. Dit is de eerste en voornaamste eis, die Jantsje aan ploeg stelt: zich haasten en tegelijk goed werk maken. De raad en waarschuwing van haar moeder heeft voor haar evenveel waarde als de zienswijze van haar vader, Zwarte Gerlof, die lacht om alle mensenvrees. Verder kan er bij Jantsje heel wat door de beugel en ge beuren er wel eens dingen, waarover haar moeder afkeu rend het hoofd zou schudden, waarom Gerlof smakelijk zou lachen en waarover Jakob Jitses zijn vernietigende af keuring zou uitspreken, zo ze er van wisten. Maar niemand merkt er iets van. Als Kieke eens probeert haar kind uit te horen, komt Ger lof er onmiddellijk tussen met: „Luister eens, wat op het land*gebeurt, moet op het land blijven!” Jantsje is dit laatste volkomen met haar vader eens en deze waarheid prent ze haar ploeggenootjes zo scherp in. dat niemand het ooit zal wagen de minder mooie streken thuis te vertellen. Zo komt het, dat Jantsje het niet zo nauw neemt en ze zelf zo onder haar werk door voor geen kleintje vervaard is. x Wat ze thuis uit de mond van haar grote broers opvangt, geeft ze zonder commentaar op het land door. Dit laatste vooral maakt haar leiderschap volkomen en on omstreden. Jantsje brengt nieuwe problemen in haar kleine gezelschap en ze maakt ze „vroeg rijp”, zoals Jakob Jitses het wel zou hebben genoemd. In dit opzicht zou hij trouwens gelijk hebben gehad. Vroegrijp worden de kinderen op het land inderdaad. De ouderen vergeten immers maar al te vaak dat kleine potjes ook oren hebben. (Wordt vervolgd! Het Midzomer Popfeest vindt zaterdag a.s. plaats in een grote feesttent aan het Süvelleantsje in Bolsward. De kaarten kosten in de voorverkoop f 10,- en aan de tent f 12,50. De aanvang is 19.30 uur. Wat Normaal anders maakt dan ande re popgroepen, is dat de 4 brekkers er gewoon tegenaan gaan en geen be hoefte hebben om de showartiest uit te hangen, ze zijn wie ze zijn en daar verandert geen mens iets aan. Ze houden ook van de gewone dingen, waar bijna iedereen van houdt: mu ziek en rock en roll maken, bier drinken, sex, feest vieren, motorrij den, ouwehoeren, enz. enz. Ieder normaal mens wordt wel eens kwaad of windt zich ergens over op. Normaal zet deze agressie om in teksten voor hun nummers. Niet dat het protest songs zijn, want de jongens hebben een gruwelijke hekel aan moeilijk doen. Dat ligt zo voor de hand, dat de boer bij deze groep jonge kinderen er niet eens over heeft gedacht om er een volwas sene bij te plaatsen, zoals in de regel wel zijn ge woonte is. Nee, Jantsje is als vanzelf de aangewezen leidster, die heeft te zorgen, dat alles in deze kleine arbeiderswereld naar behoren reilt en zeilt. De anderen erkennen graag de hoede en het Jantsje, want gedurende de tijd van het bonen-inzetten heeft ze dubbel en dwars bewezen de anderen een goed hart toe te dragen, Jantsje maakt zich ook verder het in haar gestelde van assurantiekantoor en adviesburj H> L BOLSWAKI» tel 2517 S' Krekt op dat stuit kaam boer Siertsema it hiem op, hy soe efkes nei hüs om syn tabaksdoaze te heljen. „Boer!” sei Gosling sa freonlik mooglik. It antlit fan Siertsema beloek. Wie dat dy fint fan de heide net, dy’t doe twa ryksdaalders wegere foar it rédden fan syn bem üt de pleats, dy’t yn ’e bran stie? Wat moast dy keardel hjirre? Woed er altemets wer mei Maai te kuierjen? Wa hie dy feint der ynlitten? Hy waard wyt fan lilkens en sunder Gosling de tiid fan de dei te sizzen, brüsde er it hüs yn. Gosling wifke efkes. Der kaam by him in fermoeden op by dizze bejegening, in fermoeden dat nei alle gedachten wol neikomme soe. Syn maten wachten üngeduldich. „Ja, ryd jimme mar troch,” sei er en doe sprongen se op ’e fytsen en trapen mei hasten fierder. Yn ’e hüs wie in frjemd gebear fan male lüden. Der wie spul en net in bytsje. Der guide ek immen mei lange üthalen. It tjirgjen fan de boer bearde lykwols boppe alles üt. Dér stode er wer nei bütendoar ta en stoarme op Gosling of, dy’t noch altyd ferbouwerearre by it stekje stie. „Do heidekeardel!” raasde er sa lüd, dat seis de foarby- gongers stean bleauwen. „Ik sil dy leare om efter de sinten fan myn dochter oan! Skoaier! Spitkeetkeardel! Do krigest se net, wat ik dy sis, do krigest se te nea en te ninter net! Begrepen? Omstipper! Neatnut!” Efkes loek Gosling wyt wei fan lilkens, mar hy koe syn krêft en wist him yn te binen. Sa kalm as er koe, sei er: „Jo sinten bin ik net brek, boer! Nim dy mar mei yn it grêf. Ik ha leard fan oars wat, dat in minske lokkich meitsje kin, mar dat bem fan jo, dér kom ik foar op!” „Dér sil ik seis wol mei réde,” skreaude de boer. Dér hasto neat mei te meitsjen!” Hy wun him sa op, dat er oanstalten makke en spring Gosling boppe op ’e hüd. De sterke jonge arbeider soe syn oanfaller bést oan kinnen en him fan him öf skodzje, mar hy wie sa wiis en bliuw himsels. Hy liet de boer de boer, sprong op ’e fyts en ried mei faasje fuort, wylst de aid man noch op it hiem stie te rachen en te skellen. Breinroer fan lilkens kaam er wer yn ’e hüs, stapte ferwoeden mei syn fuotten op ’e grün en sloech sa Voordat ze samen muziek gingen maken waren ze al kameraden, die eikaars opvattingen en karakters ter dege kenden, zodat van naijver en verschillen van mening, waar elke popgroep aan kapot gaat, geen sprake Jantsje is voor de boer al evenmin bevreesd als voor de wilde zee, die ze desnoods met haar vader en broers tegemoet loopt. Het is juist voor haar zo weerzinwekkend, dat Jakob Jitses, die altijd zo vroom en dierbaar kan praten, altijd waar schuwt voor de vreemde góden, terwijl hij er zelf één aan bidt: de boer. Jantsje heeft er de maling aan, ze kent geen mensenvrees. Als Jakob Jitses met de anderen 's morgens vijf uur uit het dorp het boerenerf is genaderd en de boer ziet staan, be gint hij vlugger te lopen. En als hij dan achter de mesthoop enkele ogenblikken aan het oog van de boer onttrokken is, gaat het zelfs op een sukkeldrafje, opdat de boer maar niet zal denken, dat hij het kalmpjes aan doet, wanneer deze hem niet kan zien. Zoiets doet Jantsje niet. Zij houdt met haar „ploeg" altijd hetzelfde tempo, boer of geen boer. Als de klok 's avonds zes uur slaat, werkt Jakob Jitses rustig door, want dan is het nog geen zes uur. Volgens hem moeten de zes siagen eerst zijn weggestorven en het luiden begonnen zijn. Maar Jantsje kan alleen maar lachen om die gekke tijds indeling van Jakob Jitses. Als zij de eerste van de zes slagen als een weldaad over het dorp hoort klinken, springt ze met haar „ploeg" overeind en draaft ze naar het einde van de akker. Als de klok begint te luiden, is haar kleine „bende” al op volle aftocht. Bang en kruiperig is Jantsje allerminst. Voor niets en voor niemand. Waarom zal men ook bang zijn, als men goede handen aan het lijf heeft en die ook op tijd en wijze weet te gebruiken? Zwarte Gerlof prijst zijn dochter in dit opzicht. „Wees nooit bang voor een boer, meisje, alles kost geld, maar boeren heb je gratis.” Kieke laat er dan in de regel bezwerend en gerustellend op volgen: „Maar goed je best doen en je handen uit de mou wen steken!” Jantsje luistert graag naar beider raad. Als ze in haar „ploeg" ligt te wieden, gaan haar ogen links en rechts en met een zeker welbehagen ziet ze, hoe er niemand is, die haar voorbij kan, hoe ze het ook proberen. Als de boer spiedend achter de „ploeg” staat en één van de kinderen een lesje geeft als er onkruid blijft staan of een gerstplantje wordt vernield, hoeft hij dat geen tweede r.OJ» MAfiTCN lOONCtR 52-UOf

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1979 | | pagina 2