1846.
Wvensdag
li
m
ga
h<
2
P
1
94
114
12
124
den
st
wel-
BUITENLAND.
Eene dezer dagen
ai
le
et eer
ibliek
•deren
erzoelc
a
et
z
eb
V.
s
1.65.
Irukkr
2 nul;
ken rt-
i ieder»
on
er
iin
tn
le<
ve
sta
im
he
ue<
z<
g
u
•itg
ma
ma
>og
idt
dit'
irii
n
•ga
3
4
5
6
7
8
9
10
e:
lli
ei
;r
D
n
017
>tukj<
r Cot
olgen
wjaah
jeëerd
namens
op
va
g°]
e h
hou
g g
igen
voc
onlangs uit
welke dief-
j van be
ambten der politie zelve gesteld werd. Daarbij
kwamdat de ingezetenen reeds sedert lang zich
over de zorgeloosheid der politie, en tevens over
den overmoed van sommige van derzelver be
ambten meenden te beklagen te hebben. Ook
werpen. In de
s rooverijen
islagen aan de orde van den
■gering heeft krachtige maatregelen
Bij het requisitoir moet de Heer officier be
paaldelijk ook slechts de gevangenhouding van
I en tegen de ove-
(H. B.)
De landlie-
die van wijk 1
voor
Wordende wijders bekend gemaakt:
gevolgen zou hebben.
Het dagblad van Augsburg meldt in een
berigt van de Italiaansche grenzen, 19 Decem
ber het volgende:
»In Savoyc heerscht groote verslagenheid. Be
halve dat de bevolking aldaar, ten gevolge van
de aardappelziektemet ellende en gebrek be
dreigd wordt nemen in den laats'en tijd de
branden aldaar in zulk eene mate toedat men
die niet anders kan toeschrijven dan aan een
boos opzet en het plan om onlusten onder de
bevolking te stoken. Vooral worden de voor
raadschuren in brand gestoken en ook de wo
ningen der armoede niet gespaard. De regering
heeft aanzienlijke sommen voor de ontdekking
der boosdoeners uitgeloofd, en aan de aanbren
gers, zoo zij medepligtig waren, straffeloosheid
toegezegd. Men heeft reden om te veronderstel
len dat dc Zwitsersche communisten niet vreemd
aan de zaak zijn want op verscheidene plaatsen,
waar de brand uitgeborsten was, heeft men pro
clamation gevondenwaarbij de bewoners van
Savoye uitgenoodigd wordenom zich met de
vrijheidlievende Zwitsers te vereenigenten ein
de hunne regering omver te werpi
omstreken van Turin zijn insgelijks
en moorddadige aanslagen aan
dagde re.
daartegen verordend.
Uit Rome meldt men van 18 dezer, dat Z. M.
de Keizer van Rusland aldaar al de acten heeft
ter hand gesteld, welke men omtrent de ver
volging en verdrukking der Katholijken in Rus
land heeft kunnen verzamelen, en dat de vorst
het gestrengste onderzoek en de bestraffing van
alle onwettige handelingen der ondergeschikte
ambtenaren ten deze heeft beloofd. De voor
naamste zich te Rome bevindende kunstenaren
zijn door Z. M. met veelvnldige bestellingen
vereerd geworden. De Keizer heeft ook de in-
rigttng der propaganda te Rome bezocht. Toen
hij vooraf had doen vragenof zijn bezoek kon
worden aangenomenwas er kortweg ten ant
woord gegeven dat de bezigtiging der propa
ganda aan eik vrij stond. D« Czaar liet zich
intusschen door dit antwoord niet afschrikken
sloeg alles in dit gesticht op het naauw-
en deed zich alle bijzonderhe
den zoon hebben gerequireerd
rigen dagvaarding in persoon.
Amsterdam, 31 December.
den hebben opgemerktdatwanneer de winter
streng zal zijn de mieren zich diep in den grond
begraven, en zulks naar mate van de streng
heid der verwachte vorst. Zoo b. v. waren de
zelve in den afgeloopen winter op 2 voet bene
den den grond, terwijl zij zich dit jaar slechts 2
duim diep bevinden. Dit kondigt dus aan, dat
de winter zacht zal zijn dit wordt bevestigt
daar de bijen die hare korven in het vorige
jaar geheel hadden geslotenthans dezelve bij
na niet hebben digt gemaakt. (UC)
Petten, 29 December. Den 27 dezerdes
avonds ten half zes ure, strande, ten gevolge
van den hevigen storm aan onze kust, het van
Sevenburg komende en naar Schiedam gedesti-
neerde kofschip Anna Juliana, geladen met garst,
kapt. J. Heekstra. Behalve de kapitein, stuur
man en een matroos, bevonden zich nog aan
boord des kapiteins huisvrouw en zijne drie klei
ne kinderen. De ongelukkige schipbreukelingen,
die door eene stortzee en het wegvliegen Van
al hunne zeilen, de onvermijdelijke stranding
voorzagen konden in de groote duisternis geene
hoop op redding voeden, en toen de stranding
had plaats gehad zagen zij den dood elk oogen-
blik te gemoet.
Intusschen was het onheil bekend geworden,
aan onze manhafte kustbewoners en reedsdes
avonds ten acht urewerd de reddingboot in
zee gebragtdoch herhaalde proefnemingen bewe
zen de onmogelijkheid om het schipdoor de
felle branding te naderen. Eerst den volgenden
morgen na onderscheidene vergeefsche reizen,
gelukte het de bemanning der reddingboot, het
schip nabij te komenen eerst de vrouw des
kapiteins en hare kinderen en daarna den ka
pitein zelven met zijne equipagie te redden.
Wij onthouden ons met vele woorden den lof
te verkondigen van de moedige bemanning -der
reddingboot; het bewustzijn, hunnen pligt als
mensch en christen in ruime mate, vervuld te
hebben, is belooning voor hun hart, en ieder,
die onze kusten kent, weet met welke gevaren
men te kampen heeft, wanneer men den hevi
gen storm, ter redding van den ongelukkigen
schepeling, het hoofd hiedt. (H. Cj
maar
keurigste gade
den verklaren.
Erfurt, 24 December. Eene dezer dagen
alhier ontdekte misdaad, welke onwillekeurig de
bekende geschiedenis van Kaspar Hauser in het
geheugen roept baart hier bij voortduring een
buitengewoon opzien. Daar men echter nog
niets bepaalds weetmoeten wij ons vergenoe
gen met de zaak zoo als zij verteld wordt, me
de te deelen. De zaak zelve is niet te betwij
felen ofschoon de bijzonderheden niet altijd
overeenstemmen waarom wij ook niet geheel
kunnen instaan voor die bijzonderheden welke
wij hier laten volgen, ofschoon zij niet onwaar
schijnlijk zijn.
De regeringsraad von C. had bij zijne eerste
vrouw twee dochters gehadvan welke de eene
in het huwelijk trad maar de andere wegens
eene gevaarlijke ziekte bij haren vader bleef,
welke later een tweede huwelijk aanging. De
beide dochters uit den eersten echt hadden van
hare overledene moeder eene niet onaanzienlijke
erfenis verkregen, waarvan da vader gedurende
de minderjarigheid der dochters de vruchten
trok. Kort voor of na zijne hertrouwing reisde
de vader met zijne zieke dochter naar eene ver
afgelegene badplaats, van waar zich weldra de
mare verspreide, dat de dochter overleden was.
De vader keerde later terug en naauwelijks werd
meer aan hetzoo men meendeoverleden 21
jarig meisje gedacht. Sedert dien tijd waren ze
ven volle jaren verstrekendoch daar gebeurde
het, dat onlangs een meisje, dat bij C. gediend
had en het onbepaalde vertrouwen van haren
Heer genoten hadging trouwen. De jonge
echtgenoot van dit meisje bespeurde na verloop
van eenigen tijd, dat zijne vrouw, het voorma
lige dienstmeisje meer geld had dan zij vol
gens haar inkomen konde hebben, en hij kreeg
vermoeden dat zij op een oneerlijke wijze daar
aan gekomen was. Hij vraagt haar met aandrang,
van waar zij toch altijd zoo veel geld kreegen
DUITSCHLAND.
Frankfort, 30 December. Volgens berig-
ten uit Athene van den 14 dezerwas de ge-
heele stad den vorigen dag in opschudding ge
weest en had men er groote vrees gekoesterd
voor het uitbreken van ernstige onlusten der
wijze dat de gewapende magt op de been ge
roepen was en Sterke patrouilles aanhoudend
de stad doorkruist hadden, om zamenscholingen
te verhinderen. De oorzaak van deze beweging
was een voor een paar dagen gepleegde diefstal
Van diamanten bij twee aanzienlijke
Smyrna aangekomene vrouwen
stalteregt of ten onregte op rekening
personen, binnen deze Gemeente hunne wettige
woonplaats of domicilie hebbende die op den
1 Januarij 1846 hun 19J« jaar zijn ingefreden,
en ge-rolflwlijk allen die in den jare 1827 gebo
ren zijn ten einde zich te doen inschrijven in
het register voor de Nationale Militie van deze
gemeente zullende daartoe door en
Heeren Burgemeester en Wethouders
Raadhuize worden gevaceerd
Donderdag den 8 Januarij 1846
’s morgens om
’s middags
’s namiddags
op Zó dezer.
De regtbank moet voor als nog geene vol
doende gronden gevonden hebben om regtsin-
gang te verleenentegen W. K. Nelckdiens
huisvrouw zoon en nichttégen welke de aan-
klagt was gerigt van moedwillige brandstich
ting immers en in elk geval vandoor on-
voorzigtigheid en achteloosheid, te zijn geweest
de oorzaak van den dood der omgekomene per
sonen, en heeft, ingevolge art. 86 van het Wet
boek van Strafvordering een nader onderzoek
gelast en bevolen dat W. K. N.diens zoon en
nicht (die voorloopig waren aangehouden) in
vrijheid zullen worden gesteld.
Bij het requisitoir moet de Heer officier be-
9 uur
10
10'
11
1
U
Dat zij die hun verblijf binnen het rijk heb
ben komen vestigen en als ingezetenen moeten
worden beschouwdoor zoo verre zij nog in
de jaren der Militie ynflen verpligt zijn zich
insgelijks voor het getitelde tijdstip aan te geven
in dat register waartoe zij volgens hunnen ou
derdom behooren.
Dat de inschrijving en loting moet geschieden
zoo wel door hen die gehuwd zijn of om wel
ke redenen ook regt op vrijstelling vermeenen
te hebben als door de afwezenden in dienst
zijndeen alle ander-' in de termen vallende
personen.
Dat de ouders voogden of regenten verpligt
zijnhunne kinderen of pupillenin persoon
of door iemand daartoe door hen schriftelijk
gemagtigdte doen inschrijvenzullende de na-
latigen verbeuren eene boete van niet meer
dan honderd, doch niet minder dan vijfentwintig
guldens of in gevalle van volstrekt onvermo
gen gestraft worden met eene gevangenis van
één tot twee maanden.
Dat zijwelke zich vóór den 20 Januarij niet
hebben laten inschrijven verwezen zullen wor
den tot eene boete van niet minder dan vijf
guldens en niet te boven gaande de som van
honderd guldens of ingevalle van volstrekt on
vermogen tot eene gevangenis van vier dagen
tot zes weken.
Dat het inschrijvings-register finaal zal wor
den gesloten op den 28 Januarij e. k.en de
zulken welke zich dan nog niet hebben laten
inschrijven, dadelijk zullen worden gearresteerd,
en naar de hoofdplaats der Provincie worden
overgebragt en na voor de dienst geschikt be
vonden te zijnaan den provincialen komrnan-
dant ter inlijving worden overgegeven terwijl
zij bovendien in het dubbel der boeten en straf
fen hierboven genoemd zullen worden verwezen.
Voorts wordt ter kennisse der ingezetenen ge
bragt dat van heden tot den laatsten der maand
Januarij e. k. ter Secretarie van de Stad des
morgens van 10 tot 1 uur, zal openliggenhet
voor de inschrijving van vrijwilligers bestaande
register, en dat mitsdien wordeu uitgenoodigd,
alle zoodanige ingezetenen welke op den 1 Jan
uarij 1846 ongehuwd hun 19 le jaar zijn in
getreden en hun 30 te nog niet hebben vol-
Rragtten ware zij reeds in dienst der Neder-
landsche armee of Nationale Militie hebben ge
staan in welk geval zij tot den ouderdom van
35 jaar worden toegelatende lengte hebbende
van 1 el 570 strepen, en de bij de wet gevor
derde vereischten bezittendeom zich bij de
Nationale Militie te engageeren en zich te dien
einde in voormelde registers te doen inschrijven
zullende aan een ieder hunner daarvoor eene
belooning of premie van 30 guldens worden ge
geven zoodra zij door den Militie-Raad goed
gekeurd zullen zijn.
En opdat niemand hiervan eenige onkunde
zal kunnen voorwendenzal deze worden af-
gekondigd en aangeplakt zoo als gebruikelijk is.
Burgemeester en Wel houders voornoemd
(get.) S. TEN CATE.
Ter ordonnantie van dezelven,
KMA.
5
0
1
b
1
V
t;
BEKENDMAKING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de
Stad SNEEK roepen bij deze op, alle mans-
schijnt men gevreesd te hebben dat de partij
welke nog altijd naar eene omverwerping van
het Ministerie Kolettis streeft, van de plaats heb
bende beroering gebruik zou maken om het be
wind in ernstiger moeijelijkheden te wikkelen.
Den 14 was de opschudding merkelijk verminderd,
’s Gravenhage, 30 December. Naar men
verneemtheeft heden de raadkamer der arrond-
regtbank alhier uitspraak gedaan op het requi
sitoir van den Heer officier van justitie genomen
in de instructiewelke begonnen was ter zake
van den noodlottigen brand, in den nacht van