GEMEENTE EN BET ARRONDISSEMENT SNEER
NIEUWS- EN ADVERTENTIE-BLAD VOOR DE
B I N N E N L A N D.
I
I
1870
V IJ F-E N-T W I NTI G ST E JA. A R, G A. NG.
9 MAART.
WOENSDAG
1
State n-G e n e r a a 1.
tweede kame r.
I
I
Ij
I
l
COURANT
SNEEK
Esf
de
stemming over de amende-
de
i-
54
I
min
stand
Zitting van Vrijdag 4 Maart.
De geheele zitting was
I
in staat van Revolutie verkeeren Ja dat heeft Isten April bij hen aan te melden.
Sneek den 8 Maart 1870.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
HAMERSTER DIJKSTRA.
De Secretaris
II. FENNEMA.
De beraadslaging van de Agrarische wet is
voortgezet.
De heer Thorbecke heeft de hoofdbeginselen
en de strekking zeer verdedigd als rechtvaardig
en weldadig voor den Javaan Hij schetste de
overdrijving der bestrijders alsof de wet eene
omwenteling zoude beoogen. Over de vraag of
het verbod over de beschikking van den grond
behoort, was verschil van gevoelen, waarover
een langdurig debat plaats had.
Ten slotte stelde de heer Kalff voor om uit
het ontwerp der suikercultuur alinea 3 weg te
laten.
De minister van koloniën droeg eindelijk eene
redactie voorom de uiteenloopende gevoelens
te concilieeren.
De vergadering is daarna verdaagd tot morgen.
zage zal liggen,
van den schrijver, wij zouden het voor stellig j
hebben gehouden, dat zij eene navolging was
van hetgeen in den geestige Braga van die da
gen onder de rubriek: Dolhuispoëzie werd op
genomen. Nu weten wij dat zij van Vreedes
hand is.
niet toegetreden isof zich eene toetreding heeft
voorbehouden tot de organisatie van het kerke
lijk beheer.
En zal hiervan afkondiging geschieden waar
het behoort, tevens met plaatsing in de Snea
ker Courant.
Sneek den 8 Maart 1870.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
HAMERSTER DIJKSTRA.
De Secretaris
H. FENNEMA.
t KENNIS GE VI N G.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de
gemeente SNEEK, maken bekend, dat het aan
deel, voor de Nationale Militie dit jaar door de
ze gemeente te leveren bedraagt dertig man.
Sneek den 8 Maart 1870.
Burgemeester en Wethouders Voornoemd,
HAMERSTER DIJKSTRA.
De Secretaris
H. FENNEMA.
ADVERTENTIÊN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Gents,
voor eiken regel daarenboven 7 Gents. Alle brieven en stukken,
de uitgave of redactie betreffende, worden franco ingewacht.
KENNIS GE VIN G.
NATIONALE MILITIE
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
de gemeente Sneek voldoende aan art. 87 der
wet op de Nationale Militie van den 19den Au
gustus 1861 (Staatsblad no, 72) brengen door
Ook door het weekblad de Werkman wordt
prof. Vreede, naar aanleiding zijner jongste pen-
nevrucht over de publieke zaken vrij onzacht op
zijn plaats gezet. Z. H. G. had met zekere ver
ontwaardiging over «woelgeesten en roervinken”
gesproken, «die in onze groote en bloeiende han
delsteden vrij en onverlet werkstakingen op touw
zetten, of er geene artikelen in den Code Penal
bestondenI”
«Roervinken en woelgeesten!” roept de Werk
man uit, in een met veel talent geschreven ar
tikel ’l welk wij betreuren niet geheel te kun
nen overnemen, «roervinken en woelgeesten!”
Maar daarvan sprekende, waarom heeft de pro
fessor toen juist op de werklieden gewezen? Zijn
zij het, die het zaad van twist en tweedracht
onder de zonen van hetzelfde vaderland strooien?
Ware het niet beter zulke ondragelijke menschen
een paar sporten hooger op de ladder der maat
schappij te zoeken
«Bijv. prof. Vreede zelf. Wie was de groot
ste «roervink” de ondragelijkste «woelgeestde
beruchtste agiateur toen er sprake was (in April
1853) om aan gedeelte van het Nederland -
sche volk de Katholieken recht te doen
wedervaren ’t Was prof. Vreede
«Wie was de «woelgeest” op een der Neder-
landsche taal- en letterkundige congressen in Bel
gië wie was ’t die zich daartegenover een on
zer grootste geniën, en tevens een eerlijk en
rechtschapen mensch, den heer Douwes Dekker
(Multatuii) als een onzinnige, als eene vischvrouw
gedroegdie daar een toon aansloegals een
werkman zich zou schamen Alweer prof.
Vreede
«Wie was de «roervink”, wie was de twee-
drachtzaaier in de dagen der heillooze veepest?.
Prof. Vreede
«Wie blies hardst de trompet, in schijn om
Heemskerk Az. eene medaille te bezorgen, maar
werkelijk om weer agitatie in het land te bren
gen ’t Is altijd: prof. Vreede
Nijdig gedroeg de professor zich tegenover zij
ne katholieke landgenootennijdig tegenover des
konings zoondoor zich te bemoeien met zaken
din hem volstrekt niet aangingen, nijdig tegenover
Multatuii, omdat hij vrije gedachtenuiting onuit
staanbaar vindt; nijdig tegenover ’t ministerie
Thorbecke, omdat het hem een doorn in t oog
was, dat Nederland in bloei en welvaart toenam,
terwijl zijn clique niet op het kussen zatnijdig
alweer in de medaille-historieom daardoor agi
tatie in den lande te verwekken, en als eene po
litieke demonstratie te doen voorkomen, omdat
zijne partijhoe traag dan ookwel gedwongen
was hare zetels aan de groene tafels te on!rui
men 1
”En nu nu de staathuishoudkundige
KENNISGEVING.
N A T I O N A L E MIL I T I E.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de
gemeente >NEEK gevolg gevende aan art. 150
der wet op de Nationale Militie van den 19den
Augustus 1861 (Staatsblad no. 72), noodigen bij
deze de lotelingen der Nationale Militie van de
ze gemeente uitom,, wanneer zij verlangen bij
K E N N IS G E V I N G.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
SNEEK, maken hiermede bekend: dat voor-
loopig is vastgesteld het Kohier van den Hoof-
delijken Omslag dezer gemeente, over het dienst
jaar 1870, en dat dit Kohier te beginnen met
den 9 dezer maand, gedurende 14 dagen ter
Secretarie der gemeente voor een ieder ter in-
deze ter kennis der belanghebbenden, dat de
eerste zitting van den Militieraad voor deze
gemeente zal worden gehouden te Heerenveen op
maandag den 21 Maart 1870des morgens ten
Elf ure, in welke zitting uitspraak zal worden
gedaan omtrent:
1°. de verschenen vrijwilligers voor de militie
2°. de lotelingen die redenen van vrijstelling
hebben ingediend;
3°. de lotelingenin de artt. 55 en 56 bedoeld
4°. alle overige lotelingen
Zullende voor dien Raad alleen behoeven te ver
schijnen
1°. Zij, die zich als vrijwilligers voor deMi-
litie hebben aangeboden
2°. de lotelingen, die vrijstelling verlangen
wegens ziekelijke gesteldheid of gebreken of ge
mis van de gevorderde lengte.
Sneek den 8 Maart 1870.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
HAMERSTER DIJKSTRA.
De Secretaris
H. FENNEMA.
dat edele orgaanwaarvan zijn edele vriend
Heemskerk hoofdcommissaris is.
En dan is de Adel ook al niet meer de Aris
tocratie bij uitnemendheid en wordt de burge
rij gedreven om den Adel zijne nog geringe
Voorrechten le misgunnen en te ontnemen!
Maar Goddank, er is nog Adel!
Vreede wil het stemrecht zooveel mogelijk
uitbreidennatuurlijk met uitsluiting van de
heffe of het graauwen wil het geven aan den
of meer verlichten werkenden of vierden
mits kunnende lezen en schrijvenzoo-
van Julij 1815 dat voorstelde
en daar toch aan geene onmiddelijke en regel-
regte verkiezing door den groot en en woesten
i- -j._ -_J-i__;j z- een aar<j!g
compliment aan de Nederlandsche natiete
denken valtzullen zij de kiezers kiezen en de
ze de vertegenwoordigers. Vreede wil dus te
rug naar de dagen van olim en de gestrapte
verkiezingen weder invoeren. «Dan, zegt hij,
«koester ik het vertrouwendat alle zonen van
één en hetzelfde Vaderland zich zonder verschil j
van Noord en Zuid van nieuws broederlijk en
eensgezind om den Troon scharendein het ver
sterken van de macht der Krooneen onont
beerlijk bolwerk hunner eigen vrijheid en reg-
ten zouden leeren waarderen.”
De brochure is curieus. Ware zij voor een
28 jaren geleden in rijm verschenen zonder naam
heden gewijd aan
discussie over de beide eerste alinea’s van het
t en de amende
menten daarop door de hh. s Jacob en
Deze C O UR A N T verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS
Abonnementsprijs voor 3 maanden is binnen deze Stad f 1.65, buiten
de Stad franco ƒ1.90.
overig Europa
Rede en van een
duisterd.”
Het is verschrikkelijk en dan die Noordelijke
provincie Groningendie is dan al heel erg op
roerig en brutaal; die wilde 1°. afschaffing van
het slaande leger; 2°. volkswapening!
Verbeeld Udiezelfde provincie betaalde ge
durende de republiek nog geen 6% in de al-
gemeene lasten, terwijl Holland er ruim 57%
droegen durft thans over de te hooge uitga
ven meêspreken Is het niet, om van te ijzen
Heeft het Dagblad dan ook al niet beweerd -
dat wij zonder daarvan iets te merken, reeds i de Zee-miliiie te dienen, zich daai toe voor den
eenig artikel der agrarische wet
menten daarop door de hh. s Jacob en de Ga-
sembrootwelke amendementen door den minis-
ster niet werden overgenomen.
Daartegen heeft de minister een volledig be
stek medegedeeld van alle bepalingen die ter
uitvoering der wet zullen worden gemaakt. Mor
gen voortzetting en stemming over de amende
menten.
Zitting van Zaterdag 5 Maart.
In de zitting van heden is de discussie over
de beide eerste zinsneden der agrarische wet
voorgezet. De minister heeft de amendementen
van de heeren ’s Jacob en de Gasembroot be
streden. De discussie over de derde alinea (geen
beschikking over grond dan tegen schadeloosstel
ling) is begonnen. De heer Heemskerk Az. heeft
zijn amendement tot weglating dier bepaling ver
dedigd.
Maandag voortzetting.
Zitting van Maandag 7 Maart.
In de zitting van heden is ingekomen een wets
ontwerp tot verhooging van de staatsbegroting
voor de dienst van 1870 en wel ten behoeve der
Hervormde eeredienst.
De minister van fmanliën heeft, op eene vraag
van den heer van Lyndentoegezegd een onder
zoek naar het juist getal gemeenten, dat al of
VREEDE’S «ONZE VOLKSGEEST.”
-Wij hebben reeds met een enkel woord ge-
wag gemaakt van Vreede’s jongste brochure j
Onze Volksgeest en vervullen thans onze belofte
er iets meer van te zeggen hoewel de inhoud
als naar gewoontedatwegens zijne verward
heid eenigzins moeijelijk maakt. Vreede zegt,
dat de beweering «Een volk verdient die staats
regeling of dat Bestuuronder welke het leeft”
niet opgaat en heeft daarmede het oog op Ne
derland.
De staatsregeling van 1848 is
goed, of niet goed genoeg. C- -
van 75 personen, waaronder natuurlijk Olden- j
BARNEVELD HOGERBEETS DE t.- - I
dorp en het aanhalen van 41 geschillenzoo i
groot als klein spreekt de hoogleeraar van pu
blic spiritwelke, blijkens zijn voorafgaande
brief aan de Kempenaer ten onzent niet be
staat. Wie ’t niet gelooft lette maar op hef feit,
dat' de medaillering der beide staats-geniën v.
Züijlen en Heemskerk zoo goed als in T water
is gevallen. Onder Willem I, toen bestond er
public spirit-, maar toen waren de verkiezingen
ook anders ingericht. Van Nes en Willem I
zelf hebben den publieken geest van die dagen
geroemd ergo was er publieke geest
Thorbecke heeft in 1841 gezegd, dat de
Grondwet tot nog toe «een meestal gesloten boek
was geweest”; maar dat is allemaal onwaar, wart
de natie heeft de 10 deelen Bijdragen tot de
huishouding van Staat door v. Hogendorp niet
met doffe onverschilligheid bejegend en daaren
boven waren er geleerden, die het staatsrecht
beoefenden. De publieke geestdie er heerschte,
blijkt uit de Handelmaatschappijhet Amortisatie
Syndicaat en de oitiptAvCuA leening. En dan bo
venal uit de troonrede van 17 Oct. 1837waar
in Willem I zelf toch heeft gezegd dat de Ne
derlanders de Belgen verslagen hebben en dat
hunne dapperheid door de algemeene geestdrift
was gesteund.
Die Tijd van Willem I schijnt Vreede zeer
toe te lagchen; maar of Vreede dien lijd wel
langer zoo opvat, als een gewoon, d. i een on
partijdig en eerlijk geschiedvorscher dat doet
is niet zekeralthans het kwade, toen geschied,
schuift bij kennelijk op de ministers die zich
met ’s konings mantel trachtten te bedekken.
Hier viel ons te binnen, wat Vreede in ’t
begin zijner brochure zegt«het kost niet veel
moeite in hetgeen wij zelf dagelijks kunnen zien,
hooren, voelen en tasten, den ligtgeloovigen de
grofste en plompste onwaarheden diets te ma
ken” en rees bij ons de vraag, of die woorden,
daar neêrgeschreven, soms van toepassing zijn
op hetgeen Vreede van Willem I zegt, die met
Siccama’s woorden door hem wordt voorgesteld
als een ideaal koning.
Maar hoe is ’t tegenwoordig?
«Maar ingenomenheid voor of tegen personen
laatdunkende bedilzucht en betweterijvergo-
ding of verguizing van staatsdienaren, naamloo-
ze leugens en laster vooris partijenof richtin
gen met kabalen, coalitiën of coterie-geestJ
hebben sedert 1848 in Nederland even als in het
al meer en meer het licht der
onbevangen onderzoek ver-
voor ons te
Onder een citeren i
j als het rapport
Witt en v. Hogen-
hoop zonder onderscheid (nog al
f
O