CEniJHEIMUKTSU.
I
No. 44
Z E S-E N-D E R TI G STE JAARGANG.
1881.
J
I
't:
1 J u 2\ I.
1
:i.
biwexla nb.
in de gelegenheid
’,32
,14
.,80
,3o
Alle brieven
in te zenden.
van
van
de
ict
et
I'd
31-
tjo
.te
lit
,80.
lire
vé
sa
;je
de
iet
;er
d.
al
ia
31’.
:je
tje
ct
n-
iot
li
as
m
in
m
ke
ija
ie-
o-
ier
rts
tje
an
SNEEK, 31 Mei.
Daartoe uitgenoodigd en
er de portefeuille bij neer te leg-
1 van den Minister
voor hem een ander
aan de deugdelij le
van wat hij jaren-
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden ƒ1.— franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
sterdam heeft Donderdag avond, ua£li
meldt, een man in dronkenschap zijn vrouw
doodgeslagen. De moordenaar is in hechtenis.
Donderdag middag had aan de Oranjesluizen
te Schellmgwoude een treurig ongeluk plaats.
De secretaris der gemeente Ransdorp, de heer
Kloppenburg, van Amsterdam per Hoornsche
boot naar bchellingwoude gaande, is, bij het
afstappen van genoemde boot aan de Oranje
sluizen, tusschen den sluismuur en do boot ge
vallen de machine was nog werkende, zoodat
de ongelukkige eenige malen met de raderen
werd rondgeslingerd. Hij is met zware hoofd
wonden te Schellingwoude aangebracht en daar
verbonden.
Ook te Oudewater had dien dag aan het
station een droevig ongeluk plaats. Juist toen
de trom uit Utrecht om 12.28 aldaar stil hield,
wilde iemand, uitstappen. Hij opende het por
tier aan de zijde, waar de treinen moesten pas-
seeren. Nauwlijks was hij op de spoorbaan of
een aankomende sneltrein overviel hem en dood
de hem op de plaats. Het slachtoffer was wer
kend lid en secretaris der rederijkerskamer
„Kunstmin’’ te Rotterdam, met name Snitler,
en zou eenige oogenblikken te Oudewater ver
toeven om voor een te houden voorstelling door
gemelde rederijkerskamer een en ander te re
gelen.
Volgens later bericht is de toestand van den secr.
Kloppenburg, wien jl. Donderdag het ongeluk bij
de Oranjesluizen overkwam en die volgens het
■Hand, en -de N. R. C. Vrijdag reeds overleden
zou zijn, zeer gunstig er is volstrekt geen ge
vaar meer.
wor
de derde verdieping wordt her-
voor het publiek toegankehjke
gesloopt worden en op het daardoor te verkrij
gen terrein een monumentaal gebouw worden
opgericht, waarvan de onder- of gelijkstraatsche
verdieping eene grootsche restauratie zal wor
den, de verdieping daarboven een panoptikon
bevatten zal en de derde verdienina wordt her
schapen in en
sterrewacht.
Maandagavond hebben zich in Nieuwer-Amstel
de wanordelijkheden herhaald. Hollandsche werk
lieden, voor ’t meerendeel metselaars, hebben
met koevoeten de woningen van eenigen Duit-
schers „geramd„ zonder dat men evenwel tot
persoonlijke aanvallen is overgegaan.
Eenige rijks veld wachters uit Amsterdam doen
thans lijdelijk dienst te N.-Amstel. Inmiddels
hebben eenige Duitsche werklieden met hunne
gezinnen de gemeente verlaten.
Te Nieuwersluis heeft een treurig ongeval
plaats gehad bij het repareeren van de brug
over den Amstel. Onverwachts stortte de brug,
waar een viertal werklieden werkzaam waren
naar beneden, met het ongelukkig gevolg, dat
het hoofd van een der werklieden bijna geheel
werd verbrijzeld; een ander bekwam een wonde
aan den arm.
spoedig „voor hem een ander” te vinden was
en is. Het is de wetenschap die treurt, omdat
een barer eerste strijders haar in den steek laat
en den moed verliest.
„Van ’t geheele Kabinet werden van prof.
Vissering en prof. Modderman dé grootste ver
wachtingen gekoesterdde laatste volbracht wat
zijne persoonlijkheid, zijn naam deed hopen, de
eerste bereidde ons niets dan eene teleurstelling”.
Is zoo vragen wij dit wel wat krasse
oordeeltegenover prof. Vissering, een billijk
oordeel Moet de „geleerde van Europeeschen
naam” plus zijne „stelsels”, op zoo’n wijze direct
worden afgemaakt, omdat hij als „minister” min-
der gelukkig slaagde bij eene volksvertegenwoor
diging, die zoo nu en dan blijken te overgeeft,
dat zij-zelf niet weet wat zij wil?
’t Komt ons voor, dat het vonnis van het R.
WW., over prof. Vissering uitgesproken, een zéér
lichtzinnig vonnis is.
Naar aanleiding van de bekende Amsterdam-
sche kohieren-quaestie in de Tweede Kamer,
sedert dat schrijven door de Kamer beslist
geworden zegt de Amsterd. Cour, aan ’t slot
van een hoofdartikel
„En wat zal men nu zien gebeuren Dat
Amsterdam een flinke en verdiende les ontvangt.
„Amsterdam is eene goede, groote stad, maar
zij is niet de Staat. Wij zijn zeer gemeente-
lievend; maar hooger gaat onze liefde voor eene
gezonde en gelijkmatige werking van onze Staats
instellingen. Zelfs de schijn moet worden ver
meden, dat niet de wet aan Amsterdam wordt
voorgeschreven, maar dat Amsterdam den Staat
de wet voorschrijft. En dit is hier het kwaad,
dat wel het meeste van alles weegt. De hec-
ren Lenting en Patijn hebben den Minister een
middel aan de hand gedaan om zijn ontwerp te
redden; het is een heröiek middel, dat, zooals
de heer Rutgers zeide, niet zonder bloedverlies
zal kunnen aangewend worden en dat met de
onthalzing van het ontwerp gelijk staat. Kan
de minister de aanwending daarvan met zijne
waardigheid overeen brengen: d la bonne heure.
Men zal dan zeker weten, waaraan Amsterdam,
indien het niet boven de wet verheven is, zich
voortaan zal moeten houden. Uit het ontwerp
zal het „schadelijke'’ verwijderd zijn, en het over
bodige, de regeling der rechtsgevolgen van de
vernietiging van een besluit van Gedeputeerde
Staten, in belastingzaken, door den Koning, zal
dan overblijven. Maar dat is zeer onschuldig;
behoudens de gezonde opvatting van hetgeen dan
een Gemeentewet „voor het publiek” zal voor
schrijven, zal het onmisbare beginsel der publi
citeit gered zijn.
„Indien de minister mocht kunnen goedvinden
om, nu hij toch aan eene partiëele wijziging be
zig is, eene zeer noodzakelijke voorziening te
nemen ten aanzien der quaestie van het „hoofd
verblijf’ in art. 245 der Gemeentewet, hij zou
niet alleen de heeren Rutgers en van Kerkwijk,
maar ook vele belastingschuldigen der gemeente
genoegen doen.
Vrijdag is op den spoorweg te Hillesluis, bij
de guanoloodsen, een 5jarig zoontje van den
scheepmaker G. Stolk onder den trein geraakt
die van Rotterdam kwam. Het kind werd zwaar
gewond en is na korten tijd onder een smarte-
met het Café maatschappij concessie verleend tot den aanleg
;roote plannen van een tramweg JoureSneek over Snik-
zwaag.
UIT DE PERS.
Het Rott. Nbl. schrijft naar aanleiding
het vermoedelijk aftreden van den Minister
Financiën
„Wanneer men een geleerde, die zich een
Europeeschen naam op een bepaald gebied ver
sie ’fdie stelsels opbouwd*-, waarbij jongeren
van dagen hebben leeren zwerendie als een
autoriteit gold welke geen tegenspraak toeliet
wannier men, zeggen we, zoo’n geleerde ziet
Optreden aan het hoofd van een departement
waar hij gelegenheid vindt de deugdelijkheid
zijner stelsils, die hij anderen onderrichtte, proef
ondervindelijk te bewijzen, dan heeft men recht
iets bijzonders te verwachten.
„Doch treedt hij dan in plaats van mot eene
geheele belastinghervorming op met een nict-
steekhoudend wetje, dat half onderweg bezwijkt
voor de aanvallen, die niet of onhandig werden
afgeweerd, om daarna onmiddellijk den moed te
verliezen en
gen, dan is het niet do val
dien wij betreuren voor 1
maar ’t is 'i geschokt geloof
heid 1 pr&Ctl8CllC Wdr&rdC >«u nav xxy JdlCH" j givo
Ung onderwees op een gebied waar niet zoo Het zal natuurlijk
ADI ERTEETIËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 7>/2 Cents. Bij abonnement is de prijs be
lang i ij k lager. V oerwaarden daaromtrent te vernemen bij den
Uitgever. d
In de Werkmansbode wordt de vraag gedaan,
waarom de interpellatie over het gebeurde op
’s rijks marine-werf nog steeds blijft uitgesteld.
In de vrijmetselaarswereld bestaat, naar ’t
Hand, meldt, de vrees, dat in de vergadering
12 Juni e. k. de mededeeling zal worden ge
daan, dat Z. K. H. prins Frederik der Neder-
landen, uithoofde van zijn vergevorderde jaren,
het nationaal grootmeesterschap zal neerleggen.
nlej. aan pOgjQgen ontbreken,
kennisgeving.
NATIONALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
de gemeente Snoek,
Gelet op het besluit van den Commissaris des
Konings dezer Provincie van den 2 Mei ,1881
(1 Afd. M. en S., no. 417) brengen door deze ter
kennis van de belanghebbenden, dat het onder
zoek over de verlofgangers van de militie te land,
in deze Gemeente zal plaats hebben op Zater
dag den 18en Juni, des voormiddags ten 10 */s ure.
Dat aan dat onderzoek zullen behooren deel
te nemen de Miliciens-Verlofgangers van de vier
oudste ligtingen, voor zoo ver zij vóór den 1 sten
April jl. in het genot van onbepaald verlof zijn
gesteld.
Dat de verlofganger bij het onderzoek moet
verschijnen in uniform gekleed, en voorzien van
de kleeding- en uitrustingstukken, hem bij zijn
vertrek met verlof medegegeven, van zijn zak
boekje en van zijn verlofpas,
Dat, behoudens het bepaalde in art. 130 dier
wet, een arrest van twee tot zes dagen door
den Militie-Commissaris kan worden opgelegd
aan den verlofganger:
1°. die, zonder geldige redenen, niet bij het
•onderzoek verschijnt
2°. die, daarbij verschenen zijndezonder
geldige redenen, niet voorzien is van de hiervo-
ren vermelde voorwerpen;
3°. wiens kleeding- of uitrustingstukken bij
onderzoek niet in voldoenden staat worden be
vonden
4°. die kleeding- of uitrustingstukken, aan
een ander toebehoorende, als de zijne vertoont.
De verlofgangers worden heriim rd dat, nu
er maar één onderzoek in het jaar wordt gehou
den, zij bepaaldelijk moeten opkomen en dat de
strafbepalingen van art. 144 der wet strengelijk
zullen worden toegepast op de zoodanigen, die zon
der geldige redenen niet verschijnen en dat zooda
nige verlofgangers, die zich in eene andere ge
meente gaan vestigen, de verplichting wordt voor
gehouden, welke aan hen bij art 134 der wet
is opgelegd.
Sneek den 17 Mei 1881.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. van DRIESSEN,
De Secretaris,
J. W. BENNEWITZ.
Naar het schijnt heeft men i„„.
Roetemeijer te Amsterdam zeer groote plannen
voor.
Door, lieden, die ’t weten kunnen, wordt me-
- ---t eene maatschappij
worden zal, waarin de tegenwoordige .eigenaar
voor - 1 -
De 1
om Z. K. H. te bewegen om tot aan zijn dood,
dien .men nog verre af hoopt, deze betrekking
te blijven waarnemen.
De door zijn geschriften over vaderlandschc
geschiedenis welbekende letterkundige G. Engel
berts Gerrits, is 26 Mei in den ouderdom van
ruim 85 jaar te Arnhem overleden.
Het Rijk heeft een aantal historische stukken,
ten raadhuize te Vlissingen aanwezig, overge
nomen. Bij den benarden toestand der stads
geldmiddelen meende het dag. bestuur de door
het Rijk gedane aanbieding van f18.000 voor
die antiquiteiten te moeten aanvaarden. De
meerderheid van den raad vereenigde zich met
het voorstel van het dag. bestuur, zoodat de
curiosa van Vlissingen’s bloei en grootheid wel
dra een plaats zullen vinden in het rijks-museum.
Onder deze voorwerpen behoort, om van an
dere te zwijgen, o. a. een drinkschaal, die in
1571 door de hervormden werd gebruikt bij de
eerste viering van het avondmaal te Vlissingen,
een fraai gedreven flesch uit het begin der X Vile
eeuw, de zilveren toren van den Bosch, geschenk
van Frederik Hendrik in 1629 aan zekeren
Jansen, en andere zaken. Bovendien komen
een aantal gildegoederen in bruikleen aan het
Rijk.
De rechtbank te Amsterdam hoeft in de vori
ge week behandeld het vroeger medegedeeld
geval, dat een bediende van den drogist M.
Cléban in plaats van wonderolie bij vergissing
vitriool had afgegeven, ten gevolge waarvan een
jong kind is overleden. Zoowel de heer Cléban
als zijn bediende stonden terecht ter zake van
manslag door onvoorzichtigheid en het niet op
volgen der reglementen. De substituut-officier
van justitie, mr. A. J. Karseboom, achtte de te
last gelegde feiten voldoende bewezen en trachtte
aan te toonen, dat ook de drogist, evenals een
apotheker, een afzonderlijke vergiftkast behoort
te hebben. Spreker vond geen termen tot toe
passing van verzachtende omstandigheden en
eischte tegen beiden het minimum der door de
wet op dit misdrijf gestelde straf, namelijk een
celstraf van 45 dagön. De heer Cléban droeg
zelf zijn verdediging voor en voerde o. a. aan,
dat niet duidelijk door de wet op de artsenij-
bereidkunst was uitgemaakt, dat overeenkomstig
reglementaire bepalingen de drogist een vergift
kast moest hebben. Jaarlijks was zijn winkel
door de bevoegde geneeskundige autoriteit ge
ïnspecteerd en nimmer was hem een opmerking
daaromtrent gemaakt. De advocaat mr. Th.
Heemskerk meende, dat er in ieder geval ter
men waren, om op den bediende verzachtende
omstandigheden toe te passen. Indien er eenige
onvoorzichtigheid bij hem was geweest, dan be
stond die alleen hierin, dat hij het etiquet van
de flesch n’et had gelezen. Die flesch met vitri
ool toch stond op de plaats, waar de flesch met won
derolie altijd te vinden was. Uitspraak Don
derdag- 2 Juni a.s.
In de derde Goudsbloemdwarsstraat te Am
sterdam heeft Donderdag avond, naar de Tijd Tijk lijden bezweken*
Door den gemeenteraad van Haskerland is in
hare jongste vergadering aan de Ned. Tramweg-
degedeeld, dat deze zaak
een aanzienlijk kapitaal betrokken blijft, gesteld, deelen we hier alsnog den uitslag meê
thaijs bestaande gebouwen zouden weldra der bekrooningen van de onlangs van wege het
6
6
10-
31’.
0
I
1
'2
1
e-
in
to
fl
oe
ie-
let
OEEKER (OIRAYT.
mm HimwmiHLw iwkm