■fflffl i BBT BMUfflH SIINL
^mssssiam^a
n
MBS- ffl IMfflïïTO ÏÖ0R DE
No. 19.
T W E E-E N-V E E R T I
is
II
a
I
r
1887.
Al A -A. 12. T.
5
den toe te passen.
I
behoorende,
I
i
t
i
naar
omgezet, tot éen jaar werd verminderd.
t
ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents»
voor eiken regel meer 7 */3 Cents. Bij abonnement is de prijs be*
lang rijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den
Uitgever.
Ten huize van een juffrouw op de Heeren-
markt to Amsterdam is de huishoudster door
kolendamp gestikt. De juffrouw, die op dezelfde
kamer sliep, werd bewusteloos gevonden, maar
zal vermoedelijk het gevaar te boven komen.
De schuif van de brandende kachel was dicht
gevallen.
Op het marktplein van de tentoonstellirg van
voedingsmiddelen te Amsterdam zal hoogstwaar
schijnlijk een getrouwe kopie voorkomen van
den typischen boekwinkel uit het Museum Plan-
tyn te Antwerpen. De gemeente Antwerpen
heeft eenige jaren bij aankoop van dat Mu
seum zich moeten verbinden daarvan nooit
eenige kopie af te staan. Het college van
schepenen heeft nu echter, naar we in de Ilaarl.
Ct. lezen, bij resolutie gemeend een uitzondering
te moeten maken, uit bijzondere ingenomenheid
met de tentoonstelling.
Het vierde geschrift door de „Liberale Unie”
aan de sociale quaestie gewijd, is v an dr. J.
Zaayer. De Overheidsbemoeiing met het vak
onderwijs der werklieden, luidt de titel.
In den aanhef wijst spr. er op, dat met de
opheffing van het gildenwezen de waarborgen
te loor gingen voor een degelijke opleiding der
handwerksleerlingen. De band, die den leerling
aan den patroon bond, werd eenvoudig doorge
sneden en alles bepaalde zich tot de opleiding
in de werkplaats, waar het verrichten van bood
schappen enz. vóór het werk ging. Het hand
werk is dientengevolge onmiskenbaar achteruit
gegaan.
Er werden in den laatsten tijd pogingen gedaan
om in het gebrek te voorzien en tot een wette
lijke regeling te komen. Dr. Zaayer laat echter
dit punt rusten het verdient, naar hij doet
.opmerken, een afzonderlijke behandeling en
hij bepaalt zich tot een andere, niet minder
belangrijke zijde van het vraagstuk: de inrich
ting van het onderwijs dat den werkman voor
zijn handwerk moet voorbereiden.
Welk is in het algemeen het onderwijs dat
de aanstaande handwerksman bij ons kan ge
nieten
De bewaarschool en het gewone lager onder
wijs geven alleen algemeene ontwikkeling en
ook het herhaiingsondeiwijs, bij de wet van 1878
in ’t leven geroepen, geeft wel eenige voorbe
reiding voor het handwerk met name door
handteekeningen en wiskunde maar ook hier
blijft men op algemeen voorbereidend terrein.
De wet op ’t middelbaar onderwijs van 1853
schiep burgerdag- en avondscholen. De eerste
maakte totaal fiasco en werden vervangen door
de burgerscholen met driejarigen cursus. Zij
waren dan ook onvoldoende als inrichtingen,
speciaal bestemd voor aanstaande ambachtslieden.
De burgeravondscholen hadden meer succes en
zullen thans door circa 40u0 leerlingen worden
bezocht.
Dit gunstige verschijnsel tegenover den ongun-
stigen uitslag der burgerdagscholen isgemakkelyk
verklaarbaar. De burgeravondscholen toch
worden slechts in de wintermaanden opengesteld
en alleen gedurende de avonduren. De leerlingen,
die daar komen, hebben dus de gelegenheid
overdag op het ambacht, dat zij gekozen hebben,
te gaan en kunnen des wintersavónds de noo-
dige kennis vergaderen, die hun kan te pias
komen. Het ouderwijsprogram der burger
avondscholen is bovendien veel meer beperkt dan
dat der burgerdagschool, en aan het teekenen
wordt een belangrijke tijd besteed, zoodat de
leerlingen het directe belang van het onderwijs
voor hun vak inzien.
Behalve deze burgeravondscholen vindt men
hier en daar teekenscholen en eindelijk in de
laatste jaren in toenemende mate zoogenaamde
ambachtsscholen. De eerste ambachtsschool werd
in 1861 gesticht te Amsterdam. Later verrezen
ambachtsscholen te Botterdam in 1870, te Gro
ningen in 1872, te ’s Gravenhage in 1873, te
Arnhem in 1874, te Goes in 1876, te Utrecht
en te ’s Hertogenbosch in 1877, te Leeuwarden
in 1881, te Zierikzee en te Zwolle in 1882, te
Leiden en te Dordrecht in 1883, te Middelburg
in 1884, te Amsterdam (2e ambachtsschool) in
1884, te Breda in 1886. De ambachtsschool te
’s Hertogenbosch werd docr de gemeente op
gericht alle overige ambachtsscholen verrezen
door particulier initiatief van nij veren en andere
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.
een banketbakkerswinkel in de
Op de veemarkt te Rotterdam liet Maandag
morgen een koopman, in de nabijheid van eeni
ge varkens, zijne portefeuille vallen, waaruit
twee bankbiljetten van f 100 en een muntbiljet
van f 10 vielen. Een der varkens was den
koopman te vlug af en had de „papiertjes”
reeds in den bek, voordat de koopman met de
hand op den grond was. Een bankbiljet van
f 100 kon de koopman nog in stukken uit den
bek .van het varken trekken, doch de andere
banknoot en het muntbiljet waren reeds in de
maag van het gulzige beest verdwenen.
vincie gesubsidieerd.
Deze ambachtsscholen sluiten zich zoo volkomen
als doenlijk is aan bij het werkelijke leven in
de werkplaats, maar hebben daarbij voor, dat
de opleiding volgens vaste regels geschiedt en
meestal onder leiding van een bekwaam meester
knecht. Het is dus te begrijpen dat deze school
in velerlei opzicht als opleidingsplaats de voor
keur verdient boven de tegenwoordige werkplaats.
Er is dus reeds wat gedaan, maar dat er nog
veel te doen overblijft blijkt o. a. uit het offi-
cieele verslag van den staat der scholen over
188485. Daaruit blijkt dat ’t aantal leerlingen
op alle inrichtingen ter voorbereiding van het
vak ruim 8000 bedraagt, terwijl volgens becij
fering van dr. Mouton in 1880 pl. m. 30.000
jongens van 12—15 en pl. ra. 20.000 van 16—18
jaar in de nijverheid werkzaam waren. Een
zevende deel komt dus slechts in aanmerking
voor onderwijs in verband met hun vak.
Na dit overzicht van den toestand komt dr.
Zaaijer tot de vraag: Wat moet in de toekomst
in deze gedaan worden en wat heeft, met name
de overheid, als haar taak te beschouwen?
De ongeregeldheden te Leiden hebben zich
Maandag avond niet herhaald, hoewel er een
vrij groote menigte op de been was. Ook Dins
dag op den dag was het druk. De burgemeester
heeft samenscholingen van meer dan vijf per
sonen verboden en de politie met de militaire
macht handhaaft dit voorschrift ten strengste.
Uit verschillende feiten blijkt dat de verbit
tering tegen de sociaal-democraten zeer groot is
en dat er nog verscheiden woningen op de
nominatie stonden om geplunderd te worden,
’t Is te hopen dat kalm nadenken de levenma
kers zal overtuigen dat zij geen recht hebben
zich te vergrijpen aan ’t eigendom van anderen,
omdat die anderen niet zoo denken als zij.
Mochten zij ’t niet begrijpen, dan zal het hiin
door den sterken arm aan ’t verstand moeten
worden gebracht.
Nu het plunderen te Leiden door de genomen
maatregelen bemoeilijkt werd, schenen sommigen
het buiten de gemeente te willen beproeven.
Ook daar zijn eenige sociaal-deraecraten woon
achtig, wier naam voorkwam op ’t lijstje der
abonnés van Recht voor Allen, in de woning
van een der geplunderden gevonden, De bur
gemeester van Leiderdorp slaagde er echter in
met eenige goed gekozen bewoordingen den
troep terug te doen keeren.
Ook Dinsdag avond en Woensdag was het nog
vrij druk, maar bepaald van verzet is gelukkig
geen sprake. Enkele personen zijn door de
huzaren in ’t nauw gebracht en bekwamen
daardoor kleine kwetsuren. Hier en daar is
een paard gevallen, terwijl er een door ’t ge
drang in de gracht is terecht gekomen.
’t Voorbeeld vau Amsterdam en Leiden heeft,
naar ’t schijnt, ook de Haarlemmers geprikkeld.
Woensdag avond tusschen 9 en 10 uur heeft
een troep, voorzien van de vaderlandsche vlag,
Door de leden der Tweede Kamer Farncombe
Sanders, van der Feitz, van Osenbruggen, van
Houten, de Meijier, Hartogh, Kielstra en Roo-
sebootn is voorgesteld, de laatste zinsnede van
art. 12 der Grondwet aldus te lezen „en voorts
in het algemeen alle nakomelingen, welke ge
boren zullen worden uit een huwelijk, aange
gaan door den Koning met gemeen overleg der
Staten-Generaal, of door eenen Prins of°eene
Prinses, docr geboorte tot het Koninklijk Huis
behoorende, na voorafgaande toestemming bij
do wet verleend.”
De strekking van dit amendement is, den zin
van de bepalingen der tegenwoordige Grondwet
duidelijker te doen uitkomen, volgens welken
wetteiijke goedkeuring slechts vereischt wordt
voor huwelijken van den Koning en de overige
leden van liet Koninklijk Huis, door geboorte
daartoe behoorende, en niet ooK voor de huwe
lijken der nakomelingen van de Prinsessen, die
door huwelijk in een ander Huis zijn overgegaan.
In den laatsten tijd is meermalen de vraag
gerezen, of het dragen van wapenen, na de
intrekking van den Code Pénal, nog wel op
voldoende wijze geregeld was. De straf toch,
die daarop was bepaald, is vervallen.
De minister van binnenlandsche zaken, met
de gerezen bedenking in kennis gesteld, geeft
ais zijne meeniug te Kennen, dat de gemeente
besturen thans bevoegd zijn, bij plaatselijke
verordening het onderwerp te regelen.
De heer jhr. mr. C. de Jonge, lid van het
gerechtshof in Den Haag, heeft in het Haagsche
Dagblad een schrijven gericht aan den heer
Keuchenius naar aanleiding van hetgeen door
hem in de Tweede Kamer is gezegd over het
vonnis, waarbij de heer Domela .Nieuwenhuis
tot een jaar celstraf is veroordeeld.
In de eerste plaats brengt hij hem onder het
oog, dat een uitspraak, als door hem werd
gegeven, de perken der bevoegdheid van den
volksvertegenwoordiger zeer verre te buiten gaat
en de onafhankelijkheid des rechters aantast.
Ten anderen wijst hij er op, dat de rechter,
den heer Domela Nieuwenhuis schuldig oordee-
lende, geen mindere straf mocht opleggen dan
twee jaar correctioneele gevangenisstraf, welke,
naar de toen vigeerende wetgeving in celstraf bij eenige bekende sociaal-democraten, alsook
omgezet, tot een jaar werd verminderd. De wet in een paar tapperijen, ruiten ingeworpen, ter-
liot niet toe in deze verzuchtende omstundighe- i wijl mede in
UIT DE PERS.
KENNISGEVING.
TVationale Alilitie.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek,
Gevolg gevende aan art. 150 der wet op de
Nationale Militie van den 19den Augustus 1861
(Staatsblad no. 72), noodigen de lotelingen der
Nationale Militie van deze gemeente uit, die
verlangen bij de Zee-militie te dienen, zich
daartoe vóór den len April bij hen aan te
melden.
Sneek, den 1 Maart 1887.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMABurgemeester.
J. W. BENNEWTTZ, Scretaris.
K E N N 1 S G E VING.
(Nationale Militie.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente SNEEK, voldoende aan art. 87 der
wet op de Nationale Militie van den 19den
Augustus 1861 (Staatsblad no. 72), brengen ter
openbare kennis, dat de eerste zitting van den
Militieraad voor deze gemeente zal worden ge
houden in het Gemeentehuis te Bolsward, op
Woensdag den 23 Maart e.k. des voormiddags
ten 10 */2 ure, in welke zitting uitspraak zal
Worden gedaan omtrent:
1°. de verschenen vrijwilligers voor de mi
litie.
2°. de lotelingen, die redenen van vrijstelling
hebben ingediend
3°. de lotelingen die in de termen van uit
sluiting vallen
«n 4°. alle overige lotelingen.
Zullende voor dien Raad alleen behoeven te
verschijnen
1. Zij, die zich als vrijwilliger voor de Militie
hebben aangeboden
2. de lotelingen, die vrijstelling verlangen
wegens ziekelijke gesteldheid, of gebreken, of
gemis van de gevorderde lengte.
Sneek den 3 Maart 1887.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
J. W. BENNEWITZ, Secretaris.
TWEEDE K A M E R.
(..is van het ontwerp der staatscommissie (geheeie uitsluiting belangstellenden, meestal door gemeente en pro-
JT
SHEER
A A K A A X U9
I
i
I
I 1
I
J
c.
m
ce
:e
r
0
1.
van Prinsen en Prinsessen, wier huwelijk niet wettelijk is goed
gekeurd, voor zich en hunne nakomelingen). Na discussie ia
de zitting tot heden geschorst.
i oi k vvr.
De discussie is jl. Woensdag voortgezet over hoofdstuk II
(Wijziging van sommige bepalingen omtrentde troonsopvolging.)
lieer Rooseboom was niet door den heer Sanders overtutgd
en achtte verduidelijking van de bestaande bepalingen wel
aoodig. Voorts vroeg hij of geen bepalingen noodig zijn om
went de positie van den Gemaal der Koningin, en verplaatsing
van den zetel der Regeering buiten het rijk in oorlogstijden
■ye heer Schaepman bestreed ook den heer Sanders, ontkende
hat de Grondwet van 1815 eenige beduidende verandering in
'erfopvolging had gebracht, en zou tegen het hoofdstuk stom-
“en, daar de bestaande bepalingen op de historie en traditie
(Vgrond zijn. De heer Corver liooft gaf ook aan do bestaande
"^Palingen de voorkeur; elke nieuwe bepaling zal ook niet ge
heel voldoen. De heer de Suvornin Lohman is ook na o.ider-
“«K overtuigd, dat er geen onduidelijkheden ziju inde belung-
Ujkste bepalingen omtrent de troonsopvolging in de bestaande
mondwet. Tot verbeteringen wil hij medewerken, maar eerst
"0 den considerans kan hij zijn stem motiveezen. De heer
wiummelpenninck van der Oye ziet ook geen reden tot ver-
«dering.
bok de heereu van Wassenaer en Ruijs bestreden de wijzi-
™gen. De heer van Wassenaer meende, dat men op God moest
««rouwen, Die ons prinses Wilhelmina had geschonken. De
inister Heemskerk wees op het voorrecht, dat de dynastieke
waestie kan behandeld worden zonder gevaar voor hartstoeh-
"‘i Op te wekken en zonder invloed van buiten. Verduideljj-
•uig der bepalingen was wel noodig, om alle moeilijkheden te
"orsomeu. De heeren van Baar en van Houten bestreden ook
Qe Wijzigingen.
Ill de zitting van Donderdag verdedigde de heer Farneombe
“Mi< ers uitvoerig zijn amendement op art. 12 der Grondwet,
wekkende ter verduidelijking van het stelsel der Grondwet
('eigens zjjne opvatting), dat alleen wettelijke goedkeuring
J°Ouig is voor een huwelijk van den Koning en zijne dessen-
“Wten, maar niet voor de dochters van deze laatsten als zij
•I e®u vreemd Huis huwen. Daarom bestreed hj) het stelsel
Regeering, die aanneemt, dat de Grondwet ook voor die
ko."?11Jke11 wetteiijke goedkeuring eischt. De beer Lohman
leiae een sub-amendement voor, om uit te sluiten van erfop-
'°igmg Prinsessen, die door aanhuwelijking in een derde
treden. Het sub-amendement werd bestreden dooi
heeren Hartogh, Brouwer en Corver Hooft, die voor het
U®eudement van den heer Sanders waren.
o minister Heemskerk bestreed ernstig het amendement -
»,t..ers en wijzigde paragraaf.8, lift C, door over te nemen I -