I
I z
I v
I 6
I
Ees? ïiiillsoen Pond.
vergadering
'I
mister
i
i
I
Den 10 Aug. e.k. zal aan het Departement
van Waterstaat worden aanbesteed het af breken
van bestaande inrichtingen, het leggen van ee-
nige werken, benevens het leggen van sporen
en wissels ter uitbreiding van het station Leeu
warden. De raming is f 129,000. Het geheele
werk moet worden opgeleverd vóór of op 1 Sept.
1888.
I w
I
h
g
e
n
o
v
,t
V oorx.
Bld. H.
en weth.
Voorz.
secretaris
Rid. H.
<1
1
1
d
g
t
t
c
t
(1
l
V
l
De concessie, door den raad van Leeuwarden
indertijd aan de heeren Th. A. van den Broek
te Amsterdam en G. W. van Barneveld Kooy
te Haarlen verleend tot het aanleggen en
exploiteeren van een drinkwaterleiding, zal tot
uitvoering komen. De concessie is overgedragen
aan een op te richten naamlooze vennootschap,
onder den naam van „Leeuwarder Waterleiding
maatschappij”, waarvan als commissarissen zullen
optreden de heeren mr. E. Attema, lid van de
Ged. Staten der provincie en mr. Horat. Al-
barda, advocaat en notaris, beiden te Leeuwar
den, J. L. ten Have Fz. te Soest, D. Harmens,
koopman te Harlingen en mr. D. Josephus Jitta,
advocaat en lid van den gemeenteraad te Am
sterdam. Hoofddirectour zal zijn de heer C. Ph.
Metelerkamp, lid van den gemeenteraad van Am
sterdam.
De uitvoering van het werk zal worden
opgedragen aan de concessionarissen. Hun inge
nieur is de hoer H. P. N. Halbertsma, ingenieur
te Botterdam. Het werk zal worden gecontro
leerd onder toezicht van een door de maatschappij
te benoemen ingenieur. Het maatschappelijk
kapitaal bedraagt f 650,000, dat geheel is verze
kerd en ten volle door Nederlanders is genomen.
De prise d’eau zal zijn de Paenster Ee, in het
Pikmeer, onder Grouw.
Zeer spoedig zal met het werk een aanvang
worden gemaakt. Men vleit zich, dat zonder
buitengewone omstandigheden de waterleiding
met den aan vang van 1889 dienst zal doen.
SN EEK, 5 Aug.
Voor het herstellen en verven van banken
in school no. 4 alhier, waarvan de aanbesteding
gisteren ten gemeentehuize heeft plaats gehad,
waren ingekomen 5 inschrijvingsbiljetten, 2 voor
het timmerwerk, alsvan C. H Visser alhier
ad f 185 en Th. Visser id. ad f 158 en 3 voor
het verfwerk, alsvan P. Lusthof alhier ad f76,
en J. Blok en W.
verstand. Hebt gij dan geen andere middelen
voor te stellen om haar weer in handen te
krijgen
Er ontstond eene pauze. De lord keek met
een ontevreden gezicht den advocaat aan, die,
in nadenken verzonken, voor zich staarde.
„Ik zal een middel vinden, mylord”, zei
Carringshliff eindelijk. „Er is slechts één middel,
dat ons helpen kan, de list.”
„Deel mij uw plan mêe!”
„Neen, laat mij ditmaal handelen zonder u
vooruit mijn plan bloot te leggen. Tweemaal
heb ik uwe wenken gevolgd en tweemaal hebben
wij bij de uitvoering schipbreuk geleden. Geef
mg thans vrij spel, mylord, of treed zelf hande
lend op den voorgrond.” s
„Handel naar welgevallen, Carringshliffove-
rigeus is het niet zeer beleefd van u, aan mj
<le midlukkingen te willen toeschryven, waarvan
gy-zelt groutendeels de schuld zijt.”
De advocaat maakte een buiging, zonder op
dat verwijt te antwoorden.
„Ik hoop,” gmg de lord voort,
1
c
1
1
5
l
na het uitgaan der fabriek, brak er ook te Borne
brand uit in de oude spinnerij van de firma
S. J. Spanjaard aldaar. In een oogenblik brandde
dit geheele gebouw in lichter laaie. Aan redden
viel niet meer te denken. De vlammen sloegen
bijna gelijktijdig uit alle vensters. De hitto
was verschrikkelijk. In den tijd van 2 uren
was het geheele gebouw uitgebrand. Met de
grootste krachtsinspanning is de weverij, die als
het ware aan de spinnerij verbonden is, behou
den. De brandweer en vooral het personeel van
de fabriek, heeft zich flink gehouden. Ook uit
het naburige Hengelo werd goede hulp verleend.
Een spuit uit die gemeente was zeer spoedig
op het terrein aanwezig. Een blok huizen be
staande uit vier woningen tegenover de fabriek
gelegen zijn mede verbrand. Van de daarin
aanwezige inboedels kon niets gered worden.
Door dezen brand zijn ongeveer 40 arbeiders
van hun gewoon werk beroofd. Ware de we
verij er bij afgebrand, dan was de ramp voor
de arbeidersklasse aldaar schrikkelijk geweest.
De oorzaak van den brand is onbekend.
„dat gij zoo
cpgaven. Maar mij in tegenwoordigheid van
andere personen in ’t gezicht te laten zeggen,
nat ik niet neen, dat nooitBedenk dus
een ander middel, Carringshliff!”
„Dan zou er dus niets overblijvea dan de
tusschenkomst van de directie van Bedlam in
te roepen.”
„Ook dat is geen middel, ’t welk wij moeten
aangrijpen. Gij zult u herinneren, welke moei
lijkheden men ons reeds bij de opneming in den
weg legde. En bij mijn laatste bezoek zei mij
de geneesheer, die haar behandelt, dat hjj hare
Krankzinnigheid volstrekt niet van zulk eene
beteekenis vond, dat zij den ernstigen maatregel
van eene voortdurende opsluiting zou kunnen
rechtvaardigen! De man zou in staat zijn, haar
uy eene volgende gelegenheid voor genezen te
verklaren. Zij moet niet weer naar Bedlam.
Wij moeten een ander veilig heenkomen voor
1 aar vinden.”
„Zoodra wij haar hebben, mylord
„Is uwe wijsheid reeds ten einde,
Omtrent den brand, Maandag namiddag uit
gebroken in de sigarenfabriek van de heeren
Van Hulst Co. te Kampen, kan nader het
volgende worden gemeld De brand moet be
gonnen zijn in do droogkamer, welke zich in de
zuidzijde van ’t fabrieksgebouw bevindt. En
met woedende snelheid nam hij toe, zoodat
binnen eenige minuten de eene helft van het
fabrieksgebouw in volle vlam stond en de
vlammen zich zelfs hooger verhieven dan de
spits van de nabij staande Korenmarktspoort.
Weldra waren er verscheiden brandspuiten, ook
die van het instructie-bataljon, doch men kon
alleen het aan ’t fabrieksgebouw grenzende woon
huis, dienende tot woning van den meesterknecht
en tot kantoor, behouden, ’t Fabrieksgebouw
zelf, waarin zich een groote massa tabak bevond,
is geheel uitgebrand. De boeken en geldswaar
den der firma, welke zich in ’t kantoorgebouw
bevonden, heeft men tijdig elders veilig kunnen
bergen. Gelukkig heelt geen der belendende
woningen eenige schade geleden.
Op den namiddag van dienzelfden dag, even
ze kort had toegelicht, met groote meerderheid
werd gcedgekeurd; ’tgeen Penning aanleiding
te stellen aan D. N. per telegraaf
aan het
man als
gcedgekeurd; ’tgeen Penning aanleiding
gaf om vo ir t„ -----
vrn een en ander kennis te geven
Dat een lid daarna hulde bracht
o, enlijk en beslist optreden van een
p of. d A Pierson, behoeft nauwelijks vermeld.
De Augustus-aflevering van de Revue Coloniale
levert een grafisch overzicht van de beweging
der koffieprijzen sedert 1869. Daaruit blijkt
dat de prijs van 59 !/2 cent voor goed ordinair
Java vóór 1887 ’t laatst bereikt is in 1876.
Van dat jaar af is het artikel, soms met groote
slingeringen, gedaald tot 24*/2 cent in 1885 en
daarna vrij snel en bijna zonder teruggang ge
stegen tot 59’/2. De hoogste prijs die in het
geheele tijdperk 1869—1887 bereikt werd is
72 ‘/2 cent in 1874.
Zekere R. D. te Kampen had zich, naar men
in de N. R. C. leest, in het voorjaar verbonden
om als plaatsvervanger in dienst te treden.
Nadat hij door den militieraad als zoodanig was
goedgekeurd, gaf hij den ambtenaar van den
burgerlijken stand zijn voornemen te kennen
om een huwelijk aan te gaan, hetwelk nog voor
zijn indiensttreding werd voltrokken. Nadat D.
was in dienst getreden, vroeg zijn vrouw aan
den minister van oorlog hem te ontslaan, daar
volgens de militiewet geen gehuwd plaatsver
vanger in dienst mocht treden. Genoemde per
soon is thans werkelijk op grond van art. 68
der militiewet uit den dienst ontslagen.
De uitslag der herstemming voor den Ilaag-
schen gemeenteraad is weinig gelukkig voor het
dagelijksch bestuur. De Avondpost verneemt,
dat de burgemeester reeds zijn ontslag heeft
aangeboden en dat alle leden van ’t dagelykscn
bestuur besloten hebben om af te treden. De
heer Six, oud-wethouder, heeft voor een nieuwe
candidatuur bedankt.
Door de wed, van wijlen W. Hottentot, die
op 25 Juni 11. door den veldwachter Heinhuis te
Oostzaan werd doodgeschoten, is een nader onder
zoek in deze treurige zaak opgedragen aan mr.
J. Kappeyne van de Copello, advocaat te Am
sterdam. Hij zou, volgens ’t N. v. d. D., tot
het instellen van een civiele actie hebben gead
viseerd.
Te Maastricht heeft in den nacht van Maan
dag op Dinsdag zekere W., pakjesdrager, bij
een twist een werkman met een mes een diepe
snede door den rug tot in de longen toegebracht.
De dader, die aanvankelgk was gevlucht, heeft
zich later vrijwillig bij de justitie aangemeld.
De toestand van den gewonde is gevaarlijk.
De aanleiding tot het opstootje te Tilburg,
waarvan verschillende bladen melding maken,
is volgens de ’s Hert. Ct. als volgt
In de St. Jozefstraat woont een zekere K.,
een tachtigjarige grijsaard, die altijd als een
braaf, vlijtig en oppassend huisvader bekend
stond. Zyn leven wordt vergald door zijn
eigen kinderen, hoofdzakelijk drie volwassen
dochters, die zich ijverig bezig houden met was-
schen, naaien enz. Eenige maanden geleden
werd de man ziek. De bedroefde dochters
waren ijverig in de weer om den dood te ver
zoeken hun lieven vader mede te nemen. De
lijkkist werd bij voorbaat gemaakt, de doods-
kleederen in gereedheid gebracht enz. De man
echter stierf niét en de verwachting der medea’s
werd vergdeidde grijsaard herstelde, men kan
gerust zeggen boven aller verwachting.
Genoeg zg het te vermelden, dat hem zijn
gewoon voedsel werd onthouden, dat hij, de
persoonlijk op te eischen.”
„Gij raadt mij iets aan, waartoe ik, zooals
gy weet, nooit zal besluiten. Om mij bloot te
stellen aan eene opgewonden scène met het
meisje in het huis van derden, waarbij het tot
verklaringen zou kunnen komen, welke voor mij
even onaangenaam aan te hooren, als voor de
anderen interessant zouden zijn, ziedaar iets
wat ik in elk geval, als (e gevaarlijk, wensch
te vermijden.”
„Hecht gij er dan geen gewicht aan, dat het
een waanzinnige is, met wie gy hebt te spreken
en dat de waarschynlykheid voor de hand ligt,
dat zy, zonder er op te letten of gij er al of niet
bij zyt, toch hare geschiedenis zal opdisschen
aan ieder die haar wenscht te hooren
„Dat genoegen willen wij haar gaarne gunnen
onze voorzorgen zyn veel te goed genomen, om
ons door zulke eventualiteiten bang te laten
maken.
„Laat haar zeggen, wat zij wil,” vervolgde
lord Norman, „niemand zal toch een haar breed I
verschil kunnen opmerken tusschen hare en onze Carringshliff Gy pocht altyd op uw scherp
Roman van P. E. van Areg.
V.
Vervolg.)
„Gij zyt een man met allerlei zwarigheden,
Carringshliff; waarom niet vastgehouden aan
het denkbeeld, dat het geluk den stoutmoedige
tegenlacht
„Dat spreekwoord, mylord, is slechts gemaakt
voor dengene, die zijne wegen openlijk voor het
oog der wereld vervolgt. Wie reden heeft om
zijne plannen onder het kleed der geheimzinnig
heid te verbergen, doet verstandig, als hij de
hulp der publieke rechtspleging vermijdt.”
„Raad mij dan, wat er moet gebeuren
„Het eenvoudigste van alles zou zeker zijn,
als gij besluiten kondt, mylord, om het meisje
i oude man, als een misdadiger door zijn eigen
kinderen uit het huis gesleurd en naar een huk
gesleept werd, om daar den nacht door te bren
gen. Dat de kinderen zelfs pogingen in het
werk stelden den braven grijsaard voor krank
zinnig te verklaren, welke leugenachtige ver
klaring de dokter echter met verontwaardiging
van de hand wees. Te verwonderen is het dus
niet, dat het ingeschapen gevoel van rechtvaar
digheid bij het volk ontvlamd was.
De standjes hebben zich Dinsdag herhaald.
Verschillende charges werden toen uitgevoerd
en honderden stokslagen regenden op de ruggen
van nieuwsgierigen en schreeuwers. Arrestatien
hadden niet plaats. Ten 10 ure was alles weer
rustig.
Van Woensdag avond meldt men aan de V.
R. C. uit Tilburg:
Tegen acht uur, bij het uitgaan der fabrieken,
verzamelde zich een groote menigte fabrieksvolk
en een massa nieuwsgierigen op het Heuvol-
plein, vanwaar zij zich verdeelde in de Heu
velstraat en in de nabijheid van de St. Jozef
straat. De politie, in voldoend aantal tegen
woordig met den commissaris aan het hoofd,
circuleerde door het volk, terwijl zij bij het
huis van K. versterkt was door de maréchaussée,
die daar, voorzien van haar karabijnen, de wacht
hield. Bij het afzenden van dit bericht (ruim
9 uur) is over het algemeen het volk rustig
een enkele fluit soms het bekende liedje en
ook zoekt de een of ander door een uitroep de
menigte op éen punt te verzamelen. Er bestaat
alle kans dat de rust hersteld wordt en tegen
tien uur, evenals gisteren avond, de menigte
uit elkaar zal gegaan zyn. Het verbod van
deelneming aan samenscholingen, door de fabri
kanten uitgevaardigd, heeft veel er toe bijge
dragen om de orde te handhaven.
Nabij Oosterbeek had in den nacht van
Maandag op Dinsdag met den tram, die omstreeks
half vijf van Zeist moet arriveeren, bijna een
hoogst ernstig ongeluk plaats gehad. Toen de
tram den berg afreed, bemerkte de machinist,
dat de tolboom in den rustpost was gelegd.
Niettegenstaande hij alles aanwendde om den
tram tot staan te brengen mocht hij daarin niet
slagen; de tolboom werd door de machine tot
splinters geslagen. Ofschoon de trein een hevigea
schok kreeg, ontspoorde hij niet, anders zouden
de gevolgen niet te overzien zijn geweest. Hoogst
waarschijnlijk heeft men hier aan moedwil te
denken en niet aan achteloosheid van den pach
ter van den tol, daar het dezen bekend is, dat
eiken nacht aldaar twee treinen moeten pas-
seeren. De politie doet onderzoek.
Naar de Amst. verneemt, is het dagelijksch
bestuur van Amsterdam voornemens, in het
najaar een beslissing uit te lokken omtrent de
hervorming der politie.
Het plan bestaat, de gemeente te verdeelen
in drie sectien, met de heeren Van Raalte, Zur
Muhlen en Gelpke als commissarissen. In elke
sectie zouden éen of meer hoofdinspecteurs de
commissarissen bijstaan. De vierde thans in
dienst zijnde commissaris, de heer Stork, zou
als gedelegeerd commissaris voor justitieele za
ken deze afdeeling der politie gaan verstrerken.
Omtrent het instellen van een afdeeling be
reden politie is, voor zoover der Amst. bekend
is, nog niets vastgesteld.
In de Maas- en Scheldebode komt een „merk
waardig en voor sommigen leerzaam verslag”
voor van een raadsvergadering te Nieuwe Tonge.
De voorzitter van dien raad schijnt een extra
parlementair man te zijn. De achtbare leden
worden met „jij” en „jou” toegesproken, en op
een vraag van een hunner zegt de voorzitter
„Zoo, heb je weer wat En als het raadslid
zich over die onbeleefdheid beklaagt, krijgt hij
tot antwoord: „wat, antwoord ik niet beleefd
Curieus is het volgende debat tusschen die
twee heeren
De voorzitter vraagt of verder nog iemand
het woord verlangt.
Het raadslid H. vraagt het woord.
Voorzitter„Gauw dan wat, want ik krijg
haast
Rid. H. Ik wenschte dan te vernemen of
de partij straatkeien, die sedert een paar weken
op eene werf onder aan den dijk hiernaast lig
gen, gemeente-eigendom zyn.”
„Ja, die zijn van de gemeente.”
„Ze zyn derhale gekocht door burg.
Ja wel en betaald ook, is ’t niet,
(Antwoord niet vernomen.)
„Wilt u my dan nog mededeelen,
waar burg, en weth. die willen gebruiken Ik
vernam, dat uw doel is, een nieuwe straat te
doen leggen in de plaats van het bestaande eind
grindweg op den Westdijk; is dat zoo?”
Voorz. „Ja daar hebben we machtiging voor!”
Rid. H. „Dat wil zeggen
„Voorz. „Bonk
„Rld. H. t Zal toch zeker wel de vraag
zijn, wie hier de grootste bonk is, burgemeester
Voorz. „Bonk zeg ik niet, ik zeg „„Bom!””
dat zeg ik wel eens, als ik van een zaait afstap,
dan zeg ik: „„bom””ofschoon
iK er toch hetzelfde mee bedoel.”
Wat zeggen onze lezers wel van zoo’n raads-
T. Huisman id ad f 75
Wielinga id. ad f224.
Het werk is aan de laagste inschrijvers ge
gund.
IJlst, 3 Augs. Ter gelegenheid van de her
stemming voor 2 leden van den Gemeenteraad
alhier, hadden 91 van de 102 kiezers hun stem
briefjes ingebracht.
De uitslag was dat op J. Nauta 50, op J.
Zandstra 47, op J. Tromp 36 en op W. Ruardi
33 stemmen werden uitgebracht, zoodat beide
eerstgonoemden zijn gekozen.
Wonseradeel, 5 Aug. De gevallen regen
heeft voor goed den wortel geraakt, zooals de
landlieden zeggen en nu zouden ze gaarne een
maand lang droogte willen hebben, opdat het
vlas gerepeld, het koolzaad gedoscht en de granen
gezicht en in de schuren gereden kunnen worden.
Het vlas, door de Hollandsche kooplieden opge
kocht, wordt per as naar Harlingen vervoerd
en van daar per scheepsgelegenheid naar de
plaats zijner bestemming gebraciit. Het schoone
is, nu ’t seizoen zoo ver gevorderd is, al voor
een groot deel weer af van deze landsdouwen.
Het vlas toch met zijn zwarte koppen en spoedig
de naakte stoppellauden, waarbij het dorrend
aardappelloof komt, levert weinig bekoorlijks op.
’t Komt bier echter ook maar weer op het
nuttige, niet enkel op het vergankelyk schoone
aan.
BM®
i
j
i
8
I
1/
h
2
g
n
v
C
s<
t’
z
i
I
i
E
I
1