i Lijst van brieven, geadresseerd aan onbekenden ter post bezorgd te Sneek, gedurende de le helft der maand Augustus 1887. aan kiu> ovei leze iaib eels r en Itij' .den .teu van afst eek vaa Eu over lijke ;aat iat iht ia De ik >e- )dei ken r de 'Inu Ipen d( mtii iten idbl llenE mit® •dag iriu ien. leid den efia rde rins om itie, >en. ou- iert lik, die rui] qje egt :ate on- Hij wij be ta in u e- m, ea ea :er iid sje 'b J mogelijke republikeinsche Kabinetten, in stand den wensen der geneesheeren, die de uakuur 1 te houden. J. Knijper te Van het hulpkantoor IJlst. D. Cnossen te Hartwerd. De Directeur, HINL9PEN. „j,, eu nu aueeu regeenng onjven met door te zullen gebonden ach- zij door de meerderheid der republikeinen i anti republikeinsche fracties, maar acht het ook reu ng. ran icn ;ea 'alt lan ;en •rij lea ide Ion au en wil alleen regeering blijven als J ge- Zij rekent niet op den steun der volstrekt niet uoodig die te kwellen of zelfs maar te ergeren. Zij wil een regeering zijn van ver zoening, liever dan van strijd. Haar eenige wenscli is bij het eeuwfeest van 1789 alle frac ties op den bodem der republikeinsche beginselen eensgezind te zien. De tafelgenooten, ongeveer 250 in getal, juichten deze redevoering toe; de bladen echter zijn van oordeel dat de minister niets nieuws zeide en zijn woorden iu geen enkel opzicht eenigen invloed op den stand der partijen heb ben zullen. De radicale bladen zijn gebeten op den Mi nister President wegens zijn gehouden rede. De dubbelzinnige toestand, heet het, is blijven bestaan. Er is sophisterij aan den man gebracht om den toestand te bewimpelen, enz De gema tigde republikeinsche bladen prijzen het in den Minister, dat hij den moed gehad heeft niet te zwichten voor de bedreigingen der radicalen en verklaard heeft het Kabinet niet tot een gou vernement de combat te willen maken, en de anti-republikeinsche of zoogenaamde conserva tieve bladen, zijn tevreden. Zoo zegt de Tran smis: Het zou ons kwalijk passen er niet voor uit te komen, dat de Minister zoowel de aan sporingen van den heer Pane als de dringende eischen van den heer Camille Pelettan weerstaan heelt. Er is in zijne geheele rede geen heftig woord, geen rechtstreeksche bedreiging tegen de katholieken en conservatieven. Hij heeft rond uit herhaald, geen gouvernement de combat te willen zijn. Het was die verzekering, die in de bijzondere omstandigheden waarin wij verkeeren, voor de rechterzijde reden genoeg was om het Ministerie, dat het minst slechte is van de twee den prins goedkeuren en op deze betreurens- waardige wijze kan Bulgarije’s zelfstandigheid onmogelijk bevorderd worden. Hetzelfde blad spreekt het bericht tegen dat het consulaire corps van de komst van den vorst te Rustschuk op eenigerlei wijze notitie heeft genomen. De Presse is van rneeiung, dat de eerzucht van den Coburger grooter is dan zijn oordeel en zijn bezonnenheiddit blad noemt zijn op treden: de politiek van het onbewuste. Het Journal de St. Petersbourg noemt de door prins Ferdinand tot de Sobranje gerichte proclamatie een openbare uitdaging aan Europa en een ophitsing van de Bulgaren om zich van al hun verplichtingen te ontslaan. Het door de Nordd. Allg. Zeit. aan de zaak gewijde artikel is het officieuse Russische orgaan als uit het hart geschreven. Alle mogendheden zullen de zaak wel evenzoo beschouwen. Prins Ferdinand schijnt zich bewust te zijn, dat hij volkomen gebroken heeft met het internationale recht en hij gaat, het blad zegt niet vastberaden, maar overijld en blind, op zijn avontuurlijken weg naar het verderf voort. Het Russische Dagblad van Moskou wekt de regeering op tot krachtige stappen. Een Rus sische bezetting van Bulgarije is voorloopig niet noodig; het is voldoende aan de Porte, die een dubbelzinnige rol speelt, te verklaren, dat zij zelf door Rusland verantwoordelijk zal worden gesteld voor schending van het Berlijnsche ver drag door prins Ferdinand van Saksen-Coburg, iudien zij den staat van zaken in Bulgarije en Oost-Rumelie niet op de grondslagen van dat verdrag herstelt. Het blad dat sedert den dood van Katkoff een ongewoon hoogen toon aanslaat zinspeelt daarbij tevens op de be zetting van Trebizonde en Erzerum door Rusland. Wat overigens het tractaat van Berlijn be treft, daarvan is zoo weinig overgebleven, dat het dwaas is van zijne handhaving te spreken en Ruslands bedreiging, dat het zich niet meer gebonden zal achten door zijne bepalingen eigenlijk van weinig gewicht is. De bepalingen, die Bulgarije betreffen, zijn grootendeels buiten werking gesteld. Behalve dat de nieuwe vorst de regeering heeft aanvaard zonder de goedkeuring der mogendheden af te wachten, is Oost-Rumelië met Bulgarije ver- eenigd en eene Turksche bezetting van den Balkan wordt niet toegelaten. Verder handelt het tractaat over het bestuur van Creta en over de grensregeling tusschen Turkije en Griekenland. Deze bepalingen, die gedeeltelijk zijn vervuld, zijn onafhankelijk van Ruslands verders erkenning van het tractaat. Evenmin heeft zijne bedreiging invloed op art. 25, krachtens hetwelk Oostenrijk Bosnië en de Herzegowina heeft bezet. De volgende ar tikelen hebben betrekking op de grenzen van Montenegro, Servië en Rumenië, op de scheep vaart op den Donau, de instelling eener Donau- com missie, enz. Rusland zou alleen zich nog kunnen verzetten tegen de vrije vaart op den Donau, indieu deze niet reeds door vroegere tractaten was gewaarborgd. Art. 56 schrijft den afstand voor van Ardahan, Kars en Batoem aan Rusland en zal wel niet door Rusland buiten kracht worden verklaard. Volgens art. 59 moet Batoem een vrije handels- haven blijven, waaraan Rusland geen gevolg heeft gegeven. De artikelen, die aan Turkije de verplichting opleggen, hervormingen in te voeren, zyn nooit nageleefd. Op het oogenblik legt het tractaat Rusland houden), naar de meeniug der regeering niet in overeenstemming zou zijn met de belangen van Engeland en Egypte, noch door de recht vaardigheid geëischt wordt. Uit Londen wordt aan het Berl. Tgbl. gemeld dat de Eagelsche regeering van plan is onder- handelingen aan te knoopen met Spanje om een ruil van Gibraltar voor Ceuta, de daartegenover gelegen Spaansche vesting in Marokko. Dit zou geschieden naar aanleiding van een rapport van admiraal Grey, waarin betoogd wordt dat Gi braltar, in geval van een oorlog, voor Engeland zoo goed als geheel waardeloos zou wezen. Het bericht der Standard, Zaterdag per tele graaf overgebracht, dat er een scheuring had plaats gehad in de gelederen der afgescheiden liberalen, werd dienzelfden dag door Chamber- lain, een der aanvoerders dier partij, nadrukkelijk tegengesproken. Dit geschiedde op een feest- maaltijd, door de radicale unionisten hem dien dag te Birmingham aangeboden. Hij verklaarde daar dat hij en zijn vrienden wel is waar be treurden dat het kabinet-Salisbury den onder koning van Ierland gemachtigd had tot ophef fing der lersche Land-liga, waar hij zulks noodig oordeelde, doch in weerwil daarvan zou men de aigemeene politiek der regeering blijven steunen en tegen de afscheiding van Ierland blij ven strij den. Op de hoofdpunten bestaat er dus tusschen Hartington en Chamberlain nog geen verschil. Bij de Zaterdag in het Lagerhuis gevoerde debatten over de diplomatieke posten op de begrooting van uitgaven, verklaarde de staats secretaris voor buitenlandsche zaken, Ferguson, dat de regeering enkele maatregelen neemt, die mettertijd de ontruiming van Egypte zullen rechtvaardigen, namelijk maatregelen tot hand having der wet, tot verzekering der orde, tot verlichting der volkslasten en tot invoering der volstrekt uoodige hervormingen. De vreemde lingen worden thans ook aan de belastingen onderworpen. Daardoor zal met meer zekerheid evenwicht worden verkregen tusschen inkomsten en uitgaven. Verdere maatregelen zullen strekken om het Egyptische leger in staat te stellen zonder hulp van de Eugelsche troepen de grenzen te verde digen. Het bezettingsleger is thans op 4500 man teruggebracht. Wanneer er niets tusschen- beide komt, zal het in het volgend jaar verder verminderd worden. Engeland moest zich in de conventie het recht verzekeren om in Egypte terug te keeren, daar het anders de risico zou loopeu van een ver nieuwing der nu te boven gekomen gevaren. Aan de regeering moet de noodzakelijkheid be spaard worden om toezeggingen te doen over den duur der bezetting. Haar streven is eerder op bespoediging dan op vertraging der bezetting gericht, ten einde verlichting van den schulden last te verkrijgen. De minister gelooft niet, dat er een langere tijd verloopen zal om een internationale regeling tot onzijdig-verklaring van het Suez-kanaal tot stand te brengen, dan noodig is om de belangen van Egypte te regelen en de voltooiing der her vormingen te verzekeren. geen getrouwe beschrijving geven omtrent ge zondheidstoestanden en natuurschoonheden, noch zelfs over de inrichting van het gesticht; maar als gij daaromtrent inlichtingen verlangt, dan zou ik mij vooraf tot een vertrouwd persoon aldaar moeten wenden.” „Gij zijt van daag dan al bijzonder zwaar op de hand, Carringshlifï, ofschoon gij toch heel goed weet, hoezeer die zaak mij ter harte gaat. Gij kent den eigenaar van dat gesticht?” „Het is een bejaard geneesheer, met wien ik bij Herhaling wegens zaken in aanraking ben geweest; hij heet doctor Brown.” „Ah, dus eene u van naderbij bekende per soonlijkheid dat is reeds eene aanbeveling. Gij weet dus iets meer van zijne omstandighe den Hoe staat het finantieel met hem „Niet bijzonder gunstig, mylord. Mijne re laties met hem raken juist dat punthij is mijn schuldenaar en uit zijne erge slordigheid met het betalen der rente kan ik met tamelijke zekerheid afleiden, dat het terugkrijgen van mijn geld waarschijnlijk slechts onder zeer moei lijke omstandigheden mogelijk zal zyn.” „Die door u uitgesproken waarschijnlijkheid bevordert juist myn vertrouwen in dien man. Hij zal toegankelijk zyn voor de macht van het geld en ik zal hem in de macht hebben zoodra lang zoo’ngunstig gevolg hadden, u zelfs geen enkel woord van waardeering heeft kunnen ontlokken.” „Vervloekt zij die gevoeligheid, waarmee gij bij elke gelegenheid voor den dag komt ais een klerk met de zijden voering van zijn rok Zeker zijn u gedurende uw practijk verschei dene zulke inrichtingen onder de oogen geko men laat u niet langer bidden, Carringshliff, maar kom voor den dag met voorstellen „Als gij uw verlangen daartoe uitdrukkelijk te kennen geeft, mylord, dan wil ik niet wei geren daaraan gevolg te geven. Ik kan echter voor mijne voorstellen noch de verantwoordelijk heid op my nemen, noch u de gelegenheid aan bieden voor een groot getal van dergelijke in richtingen, omdat ik van de veronderstelling uitga, dat u aan dezulke, die in de onmiddel- lyke nabijheid van Londen gelegen zijn, toch niets gelegen is.” „Ik behoef u nauwelijks te verzekeren dat uwe veronderstelling volkomen juist is. Hoe verder de plaats, waarheen de zieke gebracht Wordt, van Londen verwijderd is, hoe beter.” »ik ken slechts eene enkele dergelijke in richting en wel in het graafschap Worchesterhire m de onmiddellijke nabijheid van de hoofdstad Worcester. Ik ben wel is waar nooit in die streken geweest en kan alzoo naar waarheid De Temps, evenals het Journal des Debats bijzonder ingenomen met Rouvier’s rede, zegt dat het gedeelte waarin hij het financieele pro gramma en de economische hervormingen uit eenzette, door allen beschouwd zal worden als het degelijke gedeelte, dat bovenal de aandacht vetdient en discussie waard is. Doch ongeluk kiglijk zijn wij zoozeer verstrikt in de sophisti- sche hartstochten en de partijtwisten, dat al wat Bouvier gezegd heeft over de herziening der belastingen, over de vereenvoudiging van het administratieve raderwerk, over de mogelijkeen noodzakeljjke bezuinigingen, voor bijzaak zal gehouden worden, zoodat juist alleen die punten, waarover discussie nutteloos schijnt, aanleiding zullen geven tot heftig geschrijf. ia het Engelsche parlement deelde de regeering mede, dat zij den onderkoning van Ierland gemachtigd had om de lersche Na tionale liga te ontbinden door middel van een verordening, in elk district waar zij tot vrees- aanjaging oi daden van geweld mocht aanzetten. De regeering is bereid aanstaande Donderdag in het parlement een beraadslaging over dezen maatregel te doen plaats hebben en reeds nu wordt door de oppositie aangekondigd dai zy den maatregel bestryden en nogmaals de quaestie van vertrouwen stellen zal. Het Hoogerhuis heeft Vrijdag de lersche landwet definitief aangenomen en is daarop tot heden Dinsdag uiteengegaan. In het Lagerhuis heeft de minister Smith ver klaard dat de invrijheidstelling van Arabi Pacha (die altijd nog op Ceylon gevangen wordt ge- ik u zijne schuldbekentenissen afkoop. Dat is immers ook uwe meening, mister Carring shliff „Ik zou althans gaarne geneigd zijn een der- gelyke offerte uwerzijds te accepteeren. Wilt SÜ net dus met het gesticht van dien man pro- beereu „My dunkt dat wij nooit een gunstiger derkomen voor het meisje konden vinden, zal haar toch wel opnemen zonder dat voorat bijzondere overeenkomsten met hem hoeven te maken „Daaraan twijfel ik geen oogenblik. Alle dergelyke gestichten zijn er op ingericht, om de zieaen, welke men hun brengt, dadelijk op te nemen.” „Er zou dus nog slechts een enkele vraag ter beantwoording over blijven wie zal het meisje heenbrengen Het is een verre reis, die men zelfs met vooraf gereed gehouden postpaarden niet eerder dan in een dag en een nacht kan afleggen.'’ De lord verwachtte blijkbaar dat de andere zich naartoe bereid zou verklaren, maar deze zweeg, terwijl hij strak voor zich keek, zoo bieef zyn edelheid dus niets anders als zijn rede te vervolgen en te vragen „VV ilt gy het op u nemen, mister Carring- ging, zich er 1 ten, alle kracht mist. Bulgarije zou door worden gebaat. Doch nu meent men i dan zou verklaren, dat het tractaat van San dat dit Bulgarije nog grooter shliff?” „Ik, mylord,” antwoordde de advocaat op een verbaasden toon. „Zouden daarvoor geen geschikter personen te vinden zijn?” „Opdat wij nog meerdere personen met deze hatelijke zaak bekend zouden maken en ons nog meer de handen binden, als reeds geschied is,” zeide de lord, terwijl zijn gelaatstrekken eene ontevreden uitdrukking aannamen. „Neen, daartoe zal ik nooit mijn toestemming geven.” „Ik dacht bij mijn voorslag aan uw lordschap zelf, niet aan een derde persoon.” „Gij weet heel goed dat ik mij persoonlijk nooit met een dergelijke zaak zou inlaten.” „Als het dan niemand anders kan en wil zijn, dan zal ik gaan,” zei de advocaat na eene pauze, alsof hij slechts aarzelend tot een besluit had kunnen komen. „Maar wanneer?” „Dezen avond om tien uur.” „Het is goed, mister Carringshliff. Wees zoo goed mij bij uwe terugkomst de rekening ter hand te stellen van de verschenen termijnen,’* {Wordt vervolgd). n- ge S- ld G G 0- geene enkele verplichting op, zoodat de bedrei- vereenigen, er zeker i steund wordt. te weten, dat Rusland Stefano weder van kracht zou worden. Behalve, dat dit Bulgarije nog grooter zou maken dan het thans is, zouden Oostenrijk en andere mo gendheden zich daartegen niet minder krachtig dan op het congres te Berlijn bezetten. Men meldt uit Konstantinopel dat de Porte antwoord van de mogendheden ontving op haar circulaire betreffende Bulgarije. De mogend heden erkennen eenstemmig de onwettigheid der troonsbestijging van prins Ferdinand, doch zijn het niet eens over de wettigheid van zijn verkiezing. Duitschland en Rusland hebben een zeer bepaalde opinie uitgesproken. Duitschland zegt in geen enkel opzicht den tegen woor- digen toestand in Bulgarije te erkennen en rekent er op dat de Porte in overleg met Rus land tot handelen zal overgaan. Rusland schijnt de oprechtheid der Porie te betwijfelen en noodigt haar uit tot een Russisch-Turksche in terventie. Naar men verneemt, zal de D u i t s c h e rijksdag eerst in het begin van November bij eenkomen, terwijl de Pruisische landdag waar schijnlijk niet voor het midden van Januari bij eengeroepen wordt. De werkzaamheden zullen dus weder evenzoo als verleden jaar geregeld worden. In de zitting van den rijksdag ver wacht men stellig nadere voorstellen omtrent verzorging van oude en gebrekkige werklieden. Van belangrijke voorstellen aan den Landdag verneemt men vooralsnog niets. Omtrent den gezondheidstoestand van den kroonprins wordt gemeld, dat hy wel iu staat zou wezen om naar Duitschland terug te keeren, doch de kroonprinses ondersteunt zeer krachtig zoo lang mogelijk willen voortzetten. Het is thans te doen om de versterking der keel door de Schotsche lucht zooveel mogelijk te bevorde ren. De geneesheeren achten het wenschelijk, dat de kroonprins zich uit het woelige leven nog eenigeu tijd terugtrekke, om het gevaar van drukke gesprekken te voorkomen. Daar de kroonprins na zijn herstel niet gaarne weder aan zijn oude kwalen zou worden herinnerd, zoo onderwerpt hy zich, hoewel niet dan noode, aan al de maatregelen van voorzorg, door de artsen bevolen. De E1 ranse he bladen zijn van oordeel dat de koning van Belgie, bij zijn toespraak te Brugge, voornamelyk het oog had opzynDuit- sche naburen, toen hij sprak van de mogelijkheid dat Belgie zou worden aangevallen. De Justice, het orgaan van Clemenceau, geeft Leopold den raad om het aan te houden op een vereeniging van Belgie en Nederland en op te treden als een Victor Emanuel. Volgens de Duitsche bla den zal koning Leopold wel wijzer wezen en weet men in Nederland nu al vast wat men te wachten zou hebben, als Clemenceau ea de overige dry vers der uiterste linkerzijde in Frank rijk het roer eeus in handen mochten krijgen 1 De toespraak die de minister-president Rouvier Donderdag hield bij gelegenheid van het feest maal dat hem in het Parysche hotel Continental werd aangeboden, bevatte uit een staatkundig oogpunt weinig bijzonders. Hij herhaalde on geveer wat hij reeds m de laatste zittingen der kamer van afgevaardigden zeide: de regering stelt zich voor, alle republikeinsche fracties te

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1887 | | pagina 3