ittffiS- El lllltllllllll W Ï00R DE
tïïffiWE ES ffi HlMMSSfflW Sffll
i
Jl
V
u
1
No. 3.
N E Gr E N-E N-V EER.TIG-STE
NAAR ’T PARADIJS.
4"
A
1894
Nationale Militie,.
REDDINGSHAKEN
aanwezig zijn
W O I±1 S D A G-
IO
I
worden uitgedreven die zich te goed doen wil-
is bescheidenheid noodig
zijn althans niet zeldzaam.
voor
A
Alle brieven
in te zenden.
hun hart dezelfde gedachte op, als bij het kind
j dat te veel zoet heeft gegeten en het suikergoed
verwenscht.
Dergelijke menschen zijn niet te benijden
s ze gaan on-
A
1
Deze CO VRANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f i.— franco per post ƒ1.25.
en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
5°.
6°.
brug
7°.
Leeuw'arder trekvaart
8°. Fj
bij de Oppenhuizerbrug
9°. Fj -
Oppen huizerw eg
voor in de-
Er is eren nieuwe staatkundige brief versche
nen van mr. S. van Houten. Moesten wij den
inhoud beknopt weergeven, dan zou het kun
nen geschieden met de mededeeling, dat de
schrijver den heer Van Tienhoven, premier in
het kabinet, van den minister van binnenland-
sche zaken, den heer Tak van Poortvliet, tracht
te scheiden en de kiesrechtherziening tot een
zaak wil maken die alleen den minister Tak
geldt.
„Voor het oogenblik, zegt mr. v. H.is het
verschil ter beslissing bij het kabinet zelf. De
heer Van Tienhoven weet, dat de regeering
bij onveranderde handhaving der kieswet-voor-
dracht niet kan blijven steunen op de partij,
waaruit zij voortsproot. Hij weet ook, in wel
ke richting veranderingen moeten gemaakt wor
den, om kans te krijgen op den steun der voor
standers van het amendement-Van der Kaay c.s.,
en tevens hoe ver die veranderingen moeten
gaan, om zich hun steun te verzekeren. Wat
dezen betreft, is het geloof ik voor ieder dui
delijk, dat zij den strijd niet zoeken, maar ook
ADVERT ER TlËh van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents;
voor eiken regel meer Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij
den uitgever.
KENNISGE VING.
LICHTING VAN HET JAAR 1894.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
Gemeente Sneek, voldoende aan art. 87 der
wet op de Nationale Militie van den 19den
Augustus 1861 {Staatsblad no. 72), zooals zij
is gewijzigd bij die van 4 April 1892, {Staats
blad no. 56), brengen ter openbare kennis, dat
de tweede zitting van den Militieraad voor deze
gemeente zal worden gehouden in het, gemeen
tehuis van Schoterland te HEERENVEEN op
Dinsdag den 16 Januari e. k., des voormiddags
ten 11 ure.
Dat in die zitting uitspraak wordt gedaan
omtrent alle in de eerste zitting niet afgedane
zaken en omtrent hen, die als plaatsvervanger
of nummerverwisselaar verlangen op te treden.
Sneek den 27 December 1893.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek herinneren alle Ingezetenen,
die in 1875 zijn geboren, en zich tot dusver
niet voor de Nationale Militie, lichting 1895,
hebben doen inschrijven, aan hunne verplich
ting, om zich daartoe alsnog aan te geven vóór
of uiterlijk op 31 Januari e. k. ter Secretarie
dezer gemeente.
Sneek den 5 Januari 1894.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
er wordt gedroomd, veel en
dat „hier beneden" zulk
is en waarom zouden
gen verwachten
„Alle goede gave, en alle volmaakte gift is
van boven, van den Vader der lichten afko
mende, bij welken geen verandering is of scha
duw van omkeering." En die Onveranderlijke
plaatste Adam met zijn familie in een aardsch
paradijs.
of hun zelfzucht, of wel van beiden
gentiende eeuw, nog herhaaldelijk het paradijs
worden uitgedreven die zich te goed doen wil- i
len aan de vrucht van den boom der kennis.
Nog altijd wordt de reeks voortgezet, met Adam
begonnen, van de dragers van nieuwe ideëen,
die in ballingschap zwerven om des geloofswille.
Dit is de welsprekendste getuigenis, dat wij
menschen, ondanks onze groote kennis, nog in
mist blijven ronddolen.
Zoolang wij dat nog doen en ons lichamelijk
oog de plaats niet weet te ontdekken waar het
aardsch paradijs gelegen is, is het te veel van
onze krachten gevergd, met ons geestelijk oog
te gaan zoeken in „den hooge“ naar het paradijs
der hemelen.
Daarvoor nu is bescheidenheid noodig van
ons denken en eenvoud van onze wenschen.
Laat ons dan saam, werkende, denkende en
leerende, gaan zoeken naar het paradijs hier
op aarde.
Met moed en lust, in de stellige verwachting
een paradijs te vinden
we dat niet stellig mo
loch schept ieder onzer in zijn verbeelding
een paradijs.
Het menschdom verzwakt, zegt men.
t Kan zijn maar de fantasie wordt leven
diger. Misschien wel bestaat hier causaal ver
band.
Do voorbeelden zijn althans niet zeldzaam,
dat in het zwakker lichaam de krachtiger geest
gemeente Sneek, brengen ter openbare kennis,
dat er
1°. In den houtmolen van Ter Horst aan
de Geeuw
2°. Bij J. T. Bloksma, Pompmaker, buiten
’t Hoogënd
3°. Bij de Wed. Folkert Prins aan de Prin
sengracht
4". In de smederij van J. Tjaarda, buiten
de voormalige Noorderpoort
Aan het Spoorwegstation
Bij M. Meiners, nabij de Oosterpoorta-
Bij G. S. Hofstra, steenhouwer, aan de
Bij Th. Asselman, scheepstimmerman.
Bij de Kalkovens van Feenstra aan den
10°. Bij den Concierge der Hoogere Bur-
Bij den Concierge der School
In den molen van
Is eenmaal het
weer aan
den wensch gekoesterd,
gonnen jaar aan hen zal brengen heil en ze- met hun zwakheid
gen, voorspoed, geluk.
Dat geluk stellen zich niet allen
zelfde gestalte, onder dezelfde omstandigheden.
Wie einer ist, so ist sein Gott
Drum ward auch Gott so oft zum spott.
gerschool
11°. Fj
Kosteloos Onderwijs
12°. In den molen van Veen, aan de Fra-
neker vaart.
Tevens wordt in herinnering gebracht, dat
volgens art. 450 van het Wetboek van Straf
recht ieder, die, getuige zjjnde van het oogen-
blikkelijk levensgevaar, waarin een ander ver
keert, nalaat dezen die hulp te verleenen, die
hij hem, zonder gevaar voor zichzelven, ver
leenen kan, indien de dood van den hulpbe
hoevende er op volgt, gestraft wordt met hech
tenis van ten hoogste drie maanden of geldboete
van ten hoogste driehonderd gulden.
Ten slotte wordt de aandacht gevestigd op
art. 168 der Algemeene Politie-Verordening
dezer gemeente, luidende als volgt
„Niemand mag weigeren een drenkeling in
zijn huis op te nemen.
Ieder is verplicht, die daar te houden, totdat
volgens verklaring van een geneesheer vervoer
kan plaats hebben."
Overtreding van dit artikel wordt gestraft
met hechtenis van ten hoogste zes dagen of
geldboete van ten hoogste vijfentwintig gulden.
Sneek, den 4 Januari 1894.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester,
BENNEWITZ, Secretaris.
U I T DE PERS.
huist.
Hoe het zij er ’„„.H 6™.wmó,
lang gedroomd over den staat van ’t geluk.
Ieder zoekt het paradijs maar dat zoeken
geeft tot nu toe, behalve heel wat spectakel en
ruzie, niet anders dan verheffing van den le
venslust en zoo zal het wel blijven totdat de
kerK of iemand anders lont begint te ruiken en
Lourdes, Kevelaar, Rome en Dordt worden op-
gegeven, om te gaan zoeken naar de plaats waar
Adam zoo gezellig en heerlijk woonde.
Het zou een aandoénlijk moment zijn, wan
neer dat evangelie der vreugde, met de bewij
zen zijner echtheid, aan ’t menschdom werd
gebracht. Weer zouden de edele hartstochten
ontwaken en de onedele worden doodgezwegen.
En thans blijven we zoeken in
allerlei richtingen wordt het terrein verkend,
maar hoofddoel en richtsnoer zijn ’t smaken
van genot en genotzucht.
Van het eentonige zijn we voor ’t meerendee]
afkeerig na ’t vroolijke het sombere en om
gekeerd. Leven in louter somberheid vinden
we benauwd, drukkend en lastig maar ver
velend, afmattend, ontzenuwend is het leven
van onafgebroken vroolijkheid. Beiden zijn
zoetde melancholie en de lachende levenszon
zijn verkwikkend, gelijk de nacht en de dag,
de eene voor de zoete rust, de andere voorliet
daadwerkelijke, verfrisschende leven en het
zijn geestelijk ongezonde, zielszieke menschen,
die slechts een van deze twee als levensgids in
hun gezelschap wenschen.
Toch zijn er van die menschen, misschien
meer dan wij weten.
Hun zwakheid dreef hen tot het misbruik
maken ze genoten van de pret ze willen er
van blijven genieten de melancholie was zoo
zoet, dat ze er geen afstand van wilden doen
zo raakten er aan verslaafd, gelijk anderen aan
den sterken drank.
En wanneer straks, onfeilbaar zeker, de wal
ging intreedt, gelijk bij den dronkaard, dan
gevoelen ze zich de slachtoffers van hoe
zullen we ’t noemen hun slaafschen zin
En in die oogenblikken van walging komt in
maatschappelijk raderwerk
’t loopen, dan wordt in ieders hart hun leven is moeilijk, gebukt als
dat het zooeven be- der den last van eigen zuchten, die toeneemt
--1 om dien last te dragen,
j Men noemt zulke menschen levensmoe men
klaagt er over dat ’t aantal dier vermoeiden
heden ten dage zulk een dreigend aanzien be
gint te krijgen.
Het geld wordt hoe langer hoe meer onmis
baar geacht en al hooger gewaardeerd de
zucht naar weelde neemt toe, en wie in weelde
baadt geeft zoo licht toe aan zijn genotzucht.
Zoo komen de zoogenaamd hoogere klassen in
de sfeer van overbeschaving en verfijnde genot-
ziekte, die noodzakelijk uitloopt op zedeloosheid
en verval.
Voorbeelden zijn zeker overbodig; ieder heeft
ze voor ’t grijpen.
De genotzucht prikkelt voortdurend de over
daad van levensbehoeften wordt dagelijks met
éen vermeerderd; de zinnen zwelgen het genot
in als de waterdroppels door den gloeienden
steen worden ingezogen, om het gehemelte te
kunnen streelen en
Och, die arme maag ze doet haar best, maar
kan het werk niet meer af, en wordt zwaar
moedig onder den aanhoudenden toevoer der
voedende stoffen.
Ze moet geprikkeld worden geef zout
zuur, pepsine
Niets noodzakelijker voor die weelderige
menschen dan een eenvoudiger levenswijze.
„Genoten!" zegt het eenvoudig moedertje als
zij uit de kerk komt, waar de predikant het
nietswaardige van de aardsche goederen, van
de menschelijke talenten, van den vleeschelijken
incluis, ter dege heeft besproken.
En zooals dat moedertje, zijn er velen die
zich laven aan den stroom van pessimisme en
zwaarmoedigheid. Ook in de kerk, wordt de
prikkel van die zucht verscherpt en die harts
tocht aangevuurd door de zelfzucht wakker te
roepen in de toezegging, dat het leven hierna
maals te heerlijker zijn zal, naarmate de mensch
„hier beneden" meer zucht over de zonden, die
Adam over ons geslacht heeft verwekt.
Snel dan jaren, snel vrij henen
Met uw kommer en verdriet
De paradijshistorie blijft altijd aantrekkelijk
en nieuw.
Aantrekkelijk omdat wij, adamskinderen,
onzen vader Adam in zoover vooruit zijn, dat
wij het paradijs beërven door te treuren over
datgeen, waarom Adam het parrdijs werd ont
zegd. En dat treuren zelf over die zaak is zoo
genotvol, zoo heerlijk-melancholiek. Bij Adam
was het aardsch paradijs zijn geliefde plekwij
echter, die de aarde voor niets tellen als een
land der vreemdelingschap, wij zijn niet tevreden
met Adams lievelings-idee. Onze leus is excel
sior het eeuwige hemelsche paradijs
Nieuw is die paradijshistorie nog voor ons,
omdat aan het einde der negentiende eeuw,
hooggeroemd als de beschaafde, verlichtte ne-
i:eh
-—■«.vuauvui, ui wei vau uemen