Ij
n
1
e I
No. 13.
N E G E N-E N-V E E RT IGSTE JAARGANG.
1894.
g
Herijk van maten en gewichten.
VERKIEZINGEN.
KENNISGEVING en UITNOODIGING.
I
I
14 E E .S3 13 U it I.
Het privaatbezit is meer dan ooit in
datums.
we
en
hlJ
ge-
I
I
in deze wereld ge-
J maar tege-
8
9
Wijk
1
3
5
7
9
11
13
15
17
19
Uren
voor na
middag.
een groot-
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Sneek brengen ter kennis van de belanghebben
den, dat in dit jaar voor den herijk der maten
en gewichten, in deze gemeente zal worden ge
vaceerd in een der lokalen van de vroegere
Bewaarschool, naast school no, 1, op Leeuwen
in de vergadering van
burg, in orde als volgt
i Voor de belang-
i hebbenden uit
Verkoopers van
ge-
gegrepen hebben, maar
ons te grijpen valt,
I
I
*ijfecaat; maar beiden, gezondheid en tevredenheid,
zijn smakeloos, reukloos en kleurloos als water,
een drank dien we slechts hoogschatten bij een
■reis door de woestijn, of wanneer we te ver-
■geefs uitzien naar een bron om onzen brauden-
■den dorst te lesschen.
Niet waar Iu den dagelijkschen sleurgang
^vinden we gezondheid en tevredenheid een
4 *>ormaalstaat en eerst dan reikhalzen we naar
■beiden, wanneer lichaam en ziel lijdende zijn.
Zoolang echter de groote massa jaagt en ge-
■dreven wordt naar ’t bezit van schapen en pe
cunia, toonen we allen min of meer kinderen
■er mode te zijn.
In plaats van ’t geluk
if
ADVER EENT1LN van 1 tot 4 regels, gewoue letter, 40 Cents;
voor eiken regel meer 7 ',-x Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voor waarden daaromtrent te vernemen bij
den uitgever.
wanneer we ons
en berusting.
Niet in ’t geen we
in ’t geloof dat meer voor
bestaat ons geluk.
En daaruit ontstond slechts de ontevreden
heid, dat de mensch het jachtterrein voor zich
gesloten zag.
Dan krijgt de mensch, zooals men het 'uit
drukt, „de duivel in”, en eischt hij afschaffing
van alles wat voor hem niet te bejagen is
geen jachtwet meer, geen privaatbezit, geen
wetten meer zelfs.
Zoo werd de anarchie geboren.
Bij de bestaande en steeds toenemende be
perking is de tevredenheid een vrome wensch.
De ziel des menschen, die jaagt naar idealen
en gelooft aan een godsrijk op aarde, vindt
geen bevrediging in een godsdienst, die leert dat
berusting het hoogste geluk geeft en leidt tot
het doel des levens.
De VOORZITTER van den Raad der ge
meente Sneek,
Gelet op artikel 7 der Kieswet van 4 Juli
1850 {Staatsblad no. 37) zooals dat artikel is
gewijzigd bij art. VII der Additioneele bepalin
gen der Grondwet
Noodigt de mannelijke inwoners dezer ge
meente uit
- 1°. die in eene andere gemeente over het
Gelet op art. 5 alinea 2 der wet op het La- laatstverloopen dienstjaar in de personeele be
lasting naar eene hoogere huurwaarde, dan die
welke volgens art. 1, litt. A en B, van de wet
van 24 April 1843 {Staatsblad no. 15) aanspraak-
geeft op vermindering tot een derde of twee
derde gedeelten dier belasting naar de drie eer
ste grondslagen, of in de grondbelasting, tot
een bedrag van ten minste tien gulden, zijn
aangeslagen, daarvan door overlegging der voor
voldaan geteekende aanslagbiljetten vóór den
15 Februari e. k. aan hem te doen blijken;
2°. die op grond van art. 1, sub C, of krach
tens het 4e lid van art. 7 der Kieswet, aan
spraak meenen te kunnen maken om geplaatst
te, worden op de kiezerslijsten, daarvan mede
vóór den 15 Februari e. k. aangifte te doen,
volgens het daarvoor vastgesteld, ter Secretarie
verkrijgbaar, model, met overlegging der bewijs
stukken, waartoe in het geval van het 4e lid
van bovengenoemd artikel 7 moeten behoor.eu
het aanslagbiljet of authentiek afschrift daarvan,
eene opgaaf van het bedrag van het aandeel
a J»t een beroemde Fransche dichter
kigen verklaren moest
[Het eenige geluk dat we i
Peten kunnen is niet te begrijpen
[ovew.
I Gelooven we daarom dat die menschen ver-
hnstelijker zijn dan anderen en gelooven we
wat door kwaadsprekers onder de anar-
cmsten wordt verteld, dat die slijkwentelaars
■rachtehjke wezens zijn
Maar gelooven we ook dat het eemg geluk
■ot bestaat in ’t bezit dier goederen
maten en
wichten
en
n
zijn onderworpen
dat de voorwerpen behoorlijk schoon en droog
I in plaats van t geluk te zoeken in ons
■elf loopen we met de groote massa mee, mooi
■indende wat deze vereert en hoogschattende
n^aaraan deze de voorkeur geeft.
I De kleeren maken den man niet de mensch
■elf, maar hetgeen er omheen hangt is de toets-
■teen in de wereld. Voor den vierspannigen
■agen zetten we liever den hoed af dan voor
den vriend te voetwe zijn zoo fanatiek zelfs,
■verdrijven zoozeer in dat opzicht, dat we den
■avelooze verachten en als „non-valeur” be-
■chouwen.
J ■Mct welbehagen wentelen we ons in ’t aard-
■che slijk en op ons gezicht staat het duidelijk
lezen, dat we er een verdienste voor ons
vinden en daarmee aanspraak hebben op
■rbied van ’t publiek dat niet in aanmerking
■°mt voor zoo’n wenteling.
Of het begrijpelijk is
i nog zoo weinig zoo weinig,
uit onze
7 Maart 912, 14
9—12, 1—4
9—12, 1—4
9—12, 1—4
9—12, 1—4
9-12, 1—4
9—12, 1-4
9—12, 1—4
9—12, 1—4
9—12, 1—4
9-42, 1-4
aan den herijk
dat de voorwerpen behoorlijk schoon en droo^
moeten worden aangeboden
dat de onjuiste gewichten kunnen worden
gejusteerd tegen dadelijke betaling, volgens het
tarief vastgesteld bij Koninklijk besluit van 16
October 1869 {Staatsblad no. 160)
dat de verificatie van gewichten beneden het
gram uitsluitend aan een der ijkkantoren plaats
heeft
bij Koninklijk besluit van 24 November
1893 no. 17 is bepaald, dat de eerst volgende
herijkperiode over de jaren 1894 en 1895 zal
loopen, en wel van 1 Januari 1894 tot 1 Sep
tember 1895
dat de maten en gewichten, op gevaar van
straf, voorzien moeten blijven van de vereisch-
te stempelmerken, en dat dus het laatst geplaats
te goedkeuringsmerk voortaan gedurende twee
jaren ongeschonden moet worden bewaard, ter
wijl dit bij schending zal moeten worden ver
nieuwd, en
dat het ijkkantoor te Leeuwarden, aan de
Oosterkade, voor het publiek geopend is eiken
Dinsdag en Vrijdag van 9 tot 1 uur.
Sneek den 9 Februari 1894.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
BEKEN DMA KING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek,
Gelezen een besluit van heeren Gedeputeerde
Staten dezer provincie, dd. 8 Februari 11. no. 21
3e Afd. S.houdende uitnoodiging te doen af
kondigen de verklaring van den Inspecteur
voor het Geneeskundig Staatstoezicht voor Fries
land en Groningen, ten aanzien der Openbare
Lagere School no. 1 alhier
ger Onderwijs
Maken bekend
de volgende verklaring
8 Groningen, 1 Februari 1894.
De Inspecteur voor het Geneeskundig Staats
toezicht voor de provinciën Friesland en Gro
ningen,
Overwegende
op grond van een door hem op 14 Decem
ber 1893 in loco ingesteld onderzoek van de
Schoollokalen in het gebouw der Openbare La
gere School 1 {Meisjesschool) te Sneek;
1 dat de Schoollokalen in gebruik voor de
eerlingen der 2e, 3e, 4e, 6e, 7e klasse en het
okaal voor de 8e en 9e klasse in gebruik on
voldoende zijn verlicht
2°. dat de wijze van lucht ver versching is
hoogst ondoelmatig en gepaard gaat met hin-
oerlij kon tocht in do lokalen in gebruik voor
de leerlingen der let 2e, 3e, 4e en 5e klasse,
terwijl in het lokaal voor de 6e en iu dat, voor
de 8e en 9e klasse in gebruik, de luehtverver-
sching onvoldoende moet worden geacht
3°. dat de inrichting der verwarmingstoestellen
is onvoldoende
4°. dal bovendien de inrichting van liet ge
bouw in het algemeen is zeer ondoelmatig, meer
iu het bijzonder blijkende uit de wijze waarop
toegang tot de Schoollokalen en tot de privaten
moet worden verkregen, alsmede uit het bestaan
van gemeenschap binnenshuis tusschen School
gebouw en onderwijzerswoning en uit de aan
wezigheid van een privaat, behoorënde bij de
woning van het hoofd der school in hot school
lokaal, waarin de leerlingen der 8e en 9e klasse
zijn geplaatst
Van oordeel,
dat de boven sub. 1°, 2°, 3° en 4° genoemde
toestanden als schadelijk voor de gezondheid
moeten worden beschouwd
Gezien
de Verslagen van de Commissie van Toezicht
op het Lager onderwijs te Sneek over de jaren
1887, 1888, 1889, 1890, 1891 en 1892 en het
Besluit van den Gemeenteraad van Sneek, be
treffende een plan tot verbouw van School 1,
in de vergadering van 20 Juni 1893 genomen
Gelet op artikel 5 van de Wet van 17 Au
gustus 1878 {Staatsblad no. 127)
Verklaart
dat de lokalen van de Openbare Lagere
School 1 {Meisjesschool) te Sneek door hem bij
deze worden af gekeurd als schadelijk voor de
gezondheid.
De Inspecteur voor het Geneeskundig
Staatstoezicht voor de provinciën
Friesland en Groningen,
(get.) Dr. Cu. H. ALI COHEN.
Sneek den 10 Februari 1894.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester,
BENNEWITZ, Secretaris.
TE V' JR E D E IN II EI E>. net privaatbezit is meer dan ooit in onzen
tijd het onderwerp van beschouwing en discus
sie. Er heerscht een leven, een beroering, een
strijd, een verbittering over deze teere aange
legenheid, dat ieder mensch, zelf de doofste, er
door gewekt of opgeschrikt wordt.
Behoud of afschaffing, daarover loopt het.
De wereld lijkt een slagveld, waar het geknet
ter en den kruitdamp van woorden ons bij wij
len hooren en zien doen vergaan.
De behoudsman wordt uitgemaakt voor een
dief en een uitzuiger, en deze scheldt op zijn
beurt den afschaffer uit voor een schurk.
Och ja, het hart der menschen is boos!
’t geluk laat zich verontschuldigen: het schuilt
i niet in ’t privaatbezit, zooals we dagelijks kun-
nen opmerken, en ook is het door afschaffing van
dit bezit niet te verwachten, zooals we het iede-
ren dag ons zien voorgerekend
Waarin zou het dan schuilen?
De vrek voelt zich gelukkig, wanneer
een extra-buit heeft mogen veroveren
de parvenu vindt het heerlijk, wanneer
het hart heeft mogen winnen van
kapitalist
de rijkaard leeft het genoegelijkst, wanneer
hij met zijn kaplaarzen over veld en bosch
zwerft, en met groote inspanning een haasje
weet te bemachtigen.
Niet in het bezit schuilt hier ’t geluk, maar
in ’tjagen er naar, in ’t veroveren van meer.
Zoo zijn den arme de gelukkigste oogenblik-
ken, waarin hij een extraatje bejagen mag,
en voelt de wetenschappelijke mensch zijn
tevredenheid wanneer een nieuwe ontdekking
of uitvinding door zijn geestesoog wordt
speurd en aan den dag gebracht.
De staat van onze ziel is niet te prijzen,
geluk zoeken in lijdelijkheid
dagen.
Woensdag
i 2 Donderdag
4 Vrijdag
6 Zaterdag 10
8 Maandag 12
10 Woensdag 14
12 Donderdag 15
14 Vrijdag 16
16 Zaterdag 17
18 Maandag 19
20 Woensdag 21
Een kennis, een vriend of bloedverwant
J vraagt ons allereerst hoe het met den staat van
idolize gezondheid is, en een geestelijke toont ons
I zijn belangstelling bij de ontmoeting, door vóór
I alles ie informeeren naar den toestand van onze
ziel; een vleier daarentegen, indien hij niet
prijst, weet ons hart te winnen door te vragen
I naar hetgeen ons interesseert.
De laatste brengt het ’t verst, en indien
I te kiezen hebben, vinden we dien vleier ’t aan-
J nemelijkst, omdat hij, verstandiger dan de an-
Hl dere twee, weet wat wij onzen grootsten schat
noemen.
De staat van onze ziel en die van ons li
chaam, hoe gezond ze beiden ook zijn, staan in
onze waardeering beneden ’t bezit van aardsche
goederen.
Wel zeggen de menschen Gezondheid is de
grootste schat, oftevredenheid is de grootste
beiden, gezondheid en tevredenheid,
jeen drank dien
Deze CO VRANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.- franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.
7>
7)
fl
V
V
•n
r>
Ti
n
ijpuiijK is r
e ^eSrÜPen 1
•n
n
.o 2u vvoeusaagzi
dat alle maten en gewichten
pi 1 L L