Iffi- HlWBTfflIE-81111M B
1
a
I
1
-‘ï
I
I
3!
JHL
JHfflTHHH fflOMHBW SHIL
i I
1
BB
No. 90.
N E Gr E N-E N-V EERTIG ST E J
1894.
V*
Oproeping vrijwilligers voor de
Nationale Militie.
HEEL EN HALF.
o
1
IO W O V E M BE K,.
Alle brieven
in te zenden.
van
een
erkrijg-
Tuinen-
a de N.
weet er
een
moet
3
I:
1 I
Deze CO UR A NT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.franco per post 1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
10
a. I
a I
0. 4
r-
Zaterdag jl. heeft zich voor de rechtbank in
Den Bosch moeten verantwoorden de vroegere
bediende bij de gemeentelijke gasfabriek aldaar
beschuldigd, als zoodanig tegen loon als amb
tenaar belast met het innen van de wegens gas-
BEKEND M A KING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek,
Gelet op art. 9 van het Koninklijk besluit
van den 17den December 1861 {Staatsblad no.
127), zooals dit is gewijzigd bij besluit van 22
Juli 1892 (Stantsblad no. 179)
Roepen op zoodanige ingezetenen, die verlan
gen als vrijwilligers bij de Militie op te treden,
om zich daartoe aan te geven ter Gemeente
secretarie, in de gewone bureau-uren.
Om als vrijwilliger bij de Militie te kunnen
worden aangenomen, moet men ongehuwd of
kinderloos-weduwnaar en ingezeten wezen, voorts
lichamelijk voor den dienst geschikt, ten minste
1.56 M. lang, op den Isten Januari van het
ADVERTENT1ÈN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents-
voor eiken regel meer 7 »,-2 Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij
den uitgever.
de openbaarmaking heb en haar neem ik nu
hier op, omdat zij zoude voorkomen in het ver
volg van mijn opstel, hetwelk in de December
aflevering der Vragen zou verschijnen, maar
dat ik, na kennis genomen te hebben van het
voorloopig verslag, thans terughoud, om de in
het eerste gedeelte der „Nabetrachting” vermel
de redenen, die mij bewegen, mijn beschouwin
gen met vroeger te geven.”
De geneeskundigen te Charlois hebben gecon-
stateerd, dat de dood van den jongen die
slag met een klomp op het hoofd kre’e°-
toegeschreven worden aan verstikking door
BINNENLAND.
Gisteren werd te Den Haag uit Batavia ont
vangen het volgende telegram van den Gou-
verneur-Generaal
„De vroeg ingetreden mousson veroorzaakte
vertraging in de operatiën. Gisteren vijand uit
Mondjok en Bankkal Tjoelik verdreven, zonder
verhezen onzerzijds en stelling genomen te Ta-
manradja en Madjoek, nabij noordoosthoek Tia-
kra-Negara.
stuurrad aanhoudend wentelen en draaien.
Menschen, opgegroeid en opgevoed in salon
of handelskring, zijn aangenaam, charmant in
den omgang.
Wat hun niet bevalt laten ze voorbijdrijven,
en worden ze gedrongen tot een antwoord, dan
wordt de uitdading met een buiging, de bru
taliteit met een stilzwijgend lachje beantwoord.
Er is schijnbaar niets dan goeds aan deze
menschen ze zijn mak als een schaap en ge
dwee als een kameelalleen verschillen ze van
deze buigzame dieren hierin, dat hun mee
gaandheid niet gemeend is, dat men er niet op
aan kan, ze niet kan vertrouwen.
Want het zijn slechts halve menschen voor
de andere helft zijn ze automaat, poppen, die
werktuigelijk allerlei zinledige bewegingen zich
laten suggereeren.
Men kan die halve broeders daarom in ’t ge
heel niet vertrouwende eene helft is niets en
de andere is geniepig.
Er zit geen karakter in.
Voorbeelden Ze zijn er te over, maar uit
reverentie voor betoonde vriendelijkheid laten
we de vermelding dier halfheden natuurlijk
achterwege.
Alleen dit nog.
Wanneer de heelen ons niet aantrekkelijk
zijn en de halven onzen weerzin wekken, zoo-
dat we ongaarne tot een der beide fracties ons
gerekend willen zien, hoe dan moeten we het
aanleggen om tusschen heel en half door te
zeilen
Het is een eisch onzer beschaving en daarom
dient elk voor zich deze vraag, hoe schijnbaar
onbeduidend ook, op te lossen.
De wereld vordert dat we beurtelings heel
en half zijn en dus langs de driekwartlijn koers
houden, om naar gelang van omstandigheden
zonder veel inspanning te kunnen zwaaien om
en om naar den wal en in den stroom.
Het oplossen van dit vraagstuk is een nuttige
oefening voor onzen geest en opent voor ons
de rijke schatkamer der levenswijsheid.
Voor leiding in deze exercitie refereere men
zichwe mogen geen namen noemen
we zullen daarom maar een blad ter kennis
making aanbevelen het Handelsblad bij voor
beeld.
jaar der toelating als vrijwilliger het 19de jaar
ingetreden zijn en het 35ste jaar niet volbracht
hebben, tot op het tijdstip der toelating aan f
zijne verplichtingen ten aanzien van de Militie,
zoover die te vervullen waren, voldaan en een
goed zedeljjk gedrag hebben geleid.
Het bezit van die vereischten, met uitzonde
ring van de lichamelijke goschiktheid en
de gevorderde lengte, wordt bewezen door
getuigschrift van den Burgemeester, v(
baar op plaats en tijd boven vermeld.
Hij, die voor de Militie is ingeschreven, wordt
slechts als vrijwilliger toegelaten voor de Ge
meente, in welke hij ingeschreven is, tenzij hij
geene verplichtingen ten aanzien van de Militie
meer te vervullen heeft.
Hij, die bij de Zeemacht, bij het Leger hier
te Lande, of bij het Krijgsvolk in ’s Rijks Over-
zeesche bezittingen heeft gediend, wordt niet
als vrijwilliger bij de Militie toegelaten, tenzij
hij bij het verlaten van den dienst, behalve eeii
bewijs van ontslag van den bevelhebber, onder
wien hij laatstelijk heeft gediend, een getuig
schrift heeft ontvangen, inhoudende, dat hij
zich gedurende zijn diensttijd goed heeft ge
dragen.
Hij kan, heeft hij dit ontvangen, tot dat zijn
veertigste jaar volbracht is, als vrijwilliger bij
de Militie worden toegelaten.
Sneek den 9 November 1894.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
UIT DE PERS.
Amsterdam hebben 8000 diamantslijpers
in 80 slijperijen het werk gestaakt.
Het bericht, dat de ex-commissaris T
burg zou zijn overleden, wordt thans in
R. Ct. tegengesproken. De justitie
althans niets van.
Met de waarneming der betrekking van rijks
advocaat in Friesland is belast de heer mr H
Binnerts, advocaat en procureur te Heerenveen’.
Naar ’t oordeel der redactie van de Gemeen
testem^ zijn de gemeentebesturen niet bevoegd
een belasting op rijwielen te heffen. Art ?20
der gemeentewet geeft de belastingen aan, wel
ke plaatselijk mogen worden geheven en onder
geen der daar genoemde rebrieken valt een be
lasting op rijwielen.
De firma T. G. v. d. Meulen te Bergum zendt
een brochure in het lichtUitkomst in de
toekomst, door J. Wijmenga. Het is een werk
je uit het Engelsch vertaald, en het hoofddenk
beeld er van is het uitlokken van een kolo
nisatie op de grondslagen der uitkomsten van
de nieuwere wetenschappen naar die streken
welke daarvoor anders niet in aanmerking zou
den kunnen komen.
In den omgang met menschen treft het een
enkele maal dat we met een heelen te doen
hebben. Dergelijke natuurgenooten zijn niet
gemakkelijk en onaangenaam voor fijnbesnaarde
gemoederen om er mee om te gaan.
Er zit geen buiging, noch methode in.
Geen trek op hun gelaat, geen wenk in hun
oogen verraadt wat er in hun hart omgaat
of geeft eenige opheldering van de reden hunner
stugheid.
Ze komen op u af als een spoorwagen die
wordt voortgeduwd en geen vriendelijk woord
vindt een beleefd antwoord, geen belangstellende
vraag is in staat de ijskorst op hun gelaat te
ontdooien geen uitnoodiging wordt welwillend
beantwoord, en alle moeite om hun stijve hou
ding te buigen stuit af op onverzettelijkheid,
die zegtwij willen niet, we zijn heelen, die
breken, wanneer we ons buigen.
Menschen, die niet geleerd hebben met an
deren om te gaan, vervallen gemakkelijk in
dezen staat van heelheid gemakkelijk te zijn
in den omgang is bij weinigen een aangeboren
eigenschap en voor de groote meerderheid
slechts bij routine te bemachtigen.
i Teruggetrokkenheid en afzondering maken
De heer mr. II. J. Smidt heefteen schrijven
gericht aan de N. Gron. Crt. naar aanleiding
van een opmerking, in de jongste Haagsche kro
niek van dit blad voorkomende. De kronikeur
kreeg den indruk, dat de oud-minister ernstig
te velde trok tegen ’t feit, dat de intieme gou-
vernements-relaties werden gemaakt tot een
onderwerp van publieke bespreking en critiek,
waaruit zou kunnen worden afgeleid dat de heer
Smidt niet was voor een publieke behandeling
der publieke zaken.
„Het misverstand schijnt bij den schrijver der
Haagsche kroniek uit eene weinig nauwkeurige
lezing te zijn ontstaan, schrijft mr. Smidt thans.
Waartegen ik opkwam Het was tegen het
vragen van de officieele stukken „de intieme
gouvernements-relaties” betreffende. Niet tegen
het vragen van inlichtingen ook niet tegen
het overleggen van bescheiden.
„Uw kronikeur laat het in ’t midden, of „de
tegenwoordige regeering terecht of ten on
rechte (heeft) voldaan aan ’t geuit verlangen
tot openbaarmaking van een deel der stukken”.
Ik heb er geen enkele aanmerking op gemaakt,
dat zij daaraan gevolg heeft gegeven. Zelfs wat
mij persoonlijk betreft en de met mij afgetreden
ministers, was er slechts reden, om zeer voldaan
te zijn, dat de tegenwoordige regeering een pu
blicatie der stukken voor hare verantwoording
heeft durven nemen en daarvan noch door re
denen van kieschheid, noch van staatsbelang
werd weerhouden.
„Dit was evenwel een billijke eisch, dunkt
mij, dat men, overgaande tot een publicatie,
die dan ook volledig deed. In de Eerste Kamer
moest de afgetreden minister van buitenlandsche
zaken reeds een aanvulling geven en in het nu
verschenen voorloopig verslag, bevattende de
algemeene beschouwingen over de Staatsbegro
ting, werd gewezen op de ontbrekende ter zake
betrekkelijke notulen van den ministerraad van
23 en 25 Januari en van 9 en 11 Maart 11.
„Deze aanmerking is de eenige, die ik tegen
ons schuw voor onze medemenschen en belem
meren onzen geregeldeu gedachtengang wanneer
we in gezelschap zijn van menschen die rap
van tong en snedig in hun uitdrukkingen zijn.
We wagen er ons niet mee op de baan, met
die „overleggers”, uit vrees voor vallen, en
beantwoorden hun uitnoodiging met een angst
vallig hoofdknikje.
Zulke brekebeenen, we herhalen ’t, zijn geen
aangename gasten in een gezelschapze trekken
voortdurend onze attentie, wekken onophoude
lijk onzen spotlust op, en toch we wagen
het niet er mee te gekscheren, uit vrees hen
boos te maken en een brutaal bescheid uit te
lokken.
Mant de groote afstand, die ze tegenover
ons bewaren, is het gemis aan vertrouwen in
onze eerlijke bedoelingen, en wat ons ook ver
borgen blijft van uit de verte van hun bestaan,
i we zien het duidelijk aan hun gereserveerde
houding dat ze ons niet vertrouwen en er
I. vierkant mee voor den dag komen.
F In de salons is zulk een heeie persoonlijk
heid niet op zijn plaats en in de handelswereld
I wordt hij niet toegelaten.
Op deze twee terreinen is de eerste voor-
I Waarde van toelating
„faire bonne mine”.
Weest vriendelijk ook tegen uw vijanden
I A 111 deze twee kringen staat het voordeel op
4* den voorgrond en hier wordt dus alleerst ge
vraagd hoe men zich het voordeeligst zal voor-
J doen.
I Bij principieele quaesties begint ge dus te
eeren stil te zwijgen of met de invloedhebbende
meerderheid mee te praten ge zorgt er maar
voor goed uit te zien, terwijl ge met den stroom
M meedrjjft, waar deze zich kronkelt, en, om niet
°P klip of krib verzeild te raken, laat ge uw
Naar wordt gemeld neemt het hoofdbestuur
van de posterijen en telegrafie in ernstige over
weging, de directie van de rijks-postspaarbank
van Amsterdam naar Den Haag te verplaatsen.
Naar men aan de W. R. Ct. mededeelt, is
er sthan bij den Raad van State een konink
lijk besluit aanhangig, waarbij aan ambtena-
ren, werkzaam bij de departementen van al^e-
meen bestuur, bij het bereiken van den 65-ja-
ngen leeftijd ontslag uit ’s rijks dienst zal wor
den verleend.
In^erband hiermede zijn er eerstdaags bij
verschillende departementen, belangrijke muta-
tiën te verwachten.
4
i
i
f
i
6
C
)V.
16
ii-
rn
s
6
1