N1EEWS- EN mEMTIEBLiD
De ontwikkeling van den Handel.
VOOR SIER EN OWBEEEN.
1
i
Ongelijk in ï^ang.
Zaterdag 26Mei 1806.
6?
No. 42.
I
t-
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Feuilleton.
I
bepaalde grootte en
en
HOOFDSTUK XIII.
34.)
HOOFDSTUK XIV.
(Wordt vervolgd.)
Vrij bewerkt door M.J. KORVING.
Met haar aangeboren trots wierp Gemma het hoofd
in den nek en keek Roman met hare schitterende oogen
vol vertrouwen aan.
»Laat ons strijden,* zeide zij vastberaden.
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
het
tot
Daags na hare aankomst te Berlijn, schreef Angelina
aan den prins «Ik ben teruggekeerd en verwacht u,«
en hij kwam.
Zijn verstandig gelaat straalde van vreugde, toen
hij, Angelina’s boudoir binnentredende, op haar toetrad
en haar beide handen toestak.
«Ik had niet durven hopen, dat wij elkaar zoo spoedig
zouden wederzien,* zeide hij, terwijl zijne blikken met
welgevallen op haarschoone gestalte rustten. «Welkom,
duizendmaal welkom in Berlijn!*
Zijne oogen schitterden en zijne stem klonk opge
wekt. Ook Angelina was in verheugde stemming.
«Ik geloof waarlijk, dat ik naar u verlangd heb,*
zeide zij peinzend, terwijl zij hare handen uit de zijne
losmaakte. »Nu ik u zie, komt het me zoo voor.*
Doch met geheel ongewone volharding bleef Angelina
aan haar besluit vasthouden.
«Dring niet langer bij mij aan,* smeekte zij. «Ik moet
geld verdienen veel geld een vorstelijk vermo
gen Zij sloeg de oogen neer, en daarbij speelde
er een zonderlinge glimlach om haar mond, half wee
moedig, half verheugd. «Ik heb eene taak te vervullen,*
fluisterde zij nauwelijks hoorbaar.
Die laatste woorden trokken bijzonder zijne aandacht.
«Wanneer ik u goed begrijp, wilt ge niet uitsluitend
voor u zelve geld verdienen?*
«Niet voor mij zelve en toch ook wel weer voor
mij zelve. Ik zou in armoede ook wel willen leven,
maar
«Maar hij niet,» vulde de prins aan.
Verwonderd keek zij hem aan.
«Neen, Fedor niet,* zeide zij bijna onbewust.
Nu wist Medina, hoe de man heette naar wien haar
hart smachtte, aan wien zij dacht bij hare liederen, en
die haar verlaten had. Merkwaardig toch die naam
was zeer zacht over hare lippen gekomen, en toch
veroorzaakte de klank er van hem smart.
Nog pas korten tijd had hij het als een soort van
liefhebberij-bezigheid beschouwd, haar geheim na te
speuren, en nu ook de laatste sluier gevallen was, ge
voelde hij zich daarover volstrekt niet verheugd, maar
wel treurig. Hij begreep ook wel, boe dit kwam.
Met geweld zich zelven tot kalmte dwingende, maakte
prins José nu Angelina opmerkzaam op de schaduwzij
den van het beroep, dat zij gekozen had, en vroeg, of
haar vader en die andere de naam wilde hem niet
over de lippen om wiens wil zij zulk een moeilijk
beroep gekozen had, met haar plan waren ingenomen.
«Prins Bariatinsky wel, maar mijn vader weet er nog
niets van. Ik geloof echter dat het niet veel moeite zal
kosten zijne toestemming te krijgen. Hij mag echter
de ware reden van mijn optreden niet vernemen; hij
moet gelooven, dat een inwendige drang mij onweer
staanbaar aandrijft om mij mijn talent ten nutte temaken.
Van Fedor wil hij volstrekt niet meer hooren, sedert
hij heeft vernomen dat hij geen vermogen bezit. Ge weet
immers wel, dat hij dwaas genoeg er naar ver
langt, dat ik een rijk huwelijk zal doen.*
«Ik begrijp dien Bariatinsky niet,* zeide Medina, het
hoofd schuddende. «Keurt hij bet goed, dat ge gaat
werken om zijne en uwe toekomst te verzekeren? Waar
om zorgt hij daar niet voor?*
«Fedor? Wat zou hij moeten beginnen?* vroeg zij
verwonderd. «Hij is in rijkdom opgegroeid en zou geen
ontberingen kunnen verdragen en evenmin eenig werk
kunnen verrichten.*
En plotseling overweldigd door al de herinneringen,
die bij haar levendig werden, begon zij den prins haar
geheele liefdes- en lijdensgeschiedenis te verhalen. Zij
verzweeg hem niets. Weldra wist hij van al haar kleine
genoegens, van al de door waakte nachten, van hare zuch
ten, hare zelfverwijten.
Het greep hem in de ziel, dat zij geen enkel woord
van verwijt deed hooren tegen Bariatinsky, wiens ka
rakter hem niet verborgen kon blij ven en hem met toorn
en walging vervulde; het ontroerde hem, dat zij alleen
zich zelve de schuld gaf van de talrijke bittere uren
in haar liefdeleven, en dat zij het als iets heel natuur
lijks opnam, dat hij haar niet meer schreef. Immers, zij
had tot dusver nog niets gedaan om een vermogen te
verwerven.
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
,'en vol
fr. h
tetter
Zijn gelaat werd ernstig.
«Dus zeker weet ge dat niet?*
Zij schudde het hoofd.
«Neen,* antwoordde zij eerlijk.
Toen nam hij plaats op den hem aangeboden stoel.
«En wilt ge mij nu eens vertellen, waarom ge zoo
spoedig naar Berlijn teruggekeerd zijt?« vroeg hij lang
zaam.
«Ja, wei zeker,* antwoordde zij blozend. «Ge moet
weten, ik koester een plan, dat ik te Petersburg nooit
had kunnen uitvoeren.*
«Mag ik ook weten, wat dat voor een plan is?« vroeg
hij met een glimlach.
Zij knikte, en zonder de oogen op te slaan, vertelde
zij hem, dat zij ernstig van plan was geld te gaan
verdienen. «Als ik mijn vader niet meer tot last ben,
zal hij misschien toekomen met het jaargeld, dat mijn
zwager hem heeft toegelegd,* zeide zij ten slotte.
Medina zweeg en ook Angelina bleef een poos zwe
gen. Eindelijk sprak zij bijna fluisterend
«Dikwijls heeft men mij gezegd, dat ik zeer goed zou
kunnen verdienen, als ik in het openbaar optrad met
mijn talent van inproviseeren. Gelooft ge dat ook?*
Hij sprong van zijn stoel op.
«Angelina, wilt ge u te kijk stellen voor duizenden
en nog eens duizenden oogen?*
«Op geen enkele andere manier kan ik geld verdienen,*
zeide zij met een treurigen glimlach. «Ik heb zoo weinig
geleerd. Met een vroolijk hart zal ik het tooneel wel
niet betreden maar
Zij bleef steken, bloosde en beet op hare lip.
Prins José was weer gaan zitten. Nu boog hij naar
haar over en greep hare beide handen.
«Ik bid u, laat dat voornemen varen,* zeide hij har
telijk.
den barnsteenhandel daarheengekomen.
gebruik er van als
tot een
waardoor
ze ook
V.
Zooals we reeds opmerkten, was oorspron
kelijk alle handel een ruilen van het eene pro-
dukt tegen het andere. Ook tegenwoordig is
deze wijze van handeldrijven nog geenszins
verdwenen. Wanneer ontdekkingstochten wor
den georganiseerd, dan worden meegenomen
allerlei kleine voorwerpen, meestal snuisterijen
als mesjes, spiegeltjes, koralen en soortgelijke,
om deze aan de inboorlingen te geven in ruil
voor de benoodigde levensmiddelen. Ook zen
den de handelsondernemingen, die zaken doen
in de binnenlanden van Afrika, daarheen allerlei
produkten van Europeesche nijverheid, voor
ons vaak van weinig waarde, in ruil waarvoor
de inlanders hun de produkten afstaan, die op
de Europeesche markten verhandeld worden.
Zoo wordt bijv, in Murano bij Venetië jaar
lijks vooreen groote waarde aan glasparels voor
den ruilhandel in Afrika vervaardigd. Bij een
eenigszins verder gaande ontwikkeling van den
handel deed zich natuurlijk spoedig de behoefte
gevoelen aan een artikel, dat als middel die
nen kon om den ruil te vergemakkelijken.
Daartoe was noodig een artikel, dat als onont
beerlijk beschouwd werd, daardoor meer een
algemeene waarde kreeg, en dientengevolge
voor allen ongeveer een gelijke waarde verte
genwoordigde. Levensmiddelen waren alzoo
ook aangewezen als ruilmiddel en daar bij vele
volken de veeteelt als voornaamste bezigheid
werd uitgeoefend, zien we dikwijls het rund als
betaalmiddel dienst doen. De Romeinen noem
den geld pecuma, afgeleid van den latijnschen
naam voor het vee, pecus, waaruit blijkt, dat
bij hen het vee als ruilmiddel was gebruikt.
Bij de oude Germanen werden de boeten, bij
doodslag of ander misdrijf opgelegd, in een
grooter of kleiner aantal runderen vastgesteld.
Ook veel later, tot zelfs in de 19e eeuw, vin
den we melding gemaakt van de betaling in
runderen; omstreeks 1820 werden bijv, in
Texas nog de dokter voor zijn geneeskundige
behandeling, de onderwijzer voor zijn lessen
en de advocaat voor zijn optreden voor de
rechtbank, in runderen betaald. Daarnaast
komen echter ook nog andere natuurproduk-
ten als ruilmiddel voor. Huiden, pelzen en
barnsteen waren bij de Germanen vaak voorko-
zooals dit nog in pas ontdekte goudstreken
met goudkorrels geschiedt. Een vooruitgang
was het reeds, toen men het metaal in staven
van bepaalden vorm en bepaald gewicht in het
verkeer bracht, totdat eindelijk het gebruik er
van als ruilmiddel werd volmaakt door het
slaan van munten. Zulk gemunt geld heeft
verschillende groote voordeelen en wel hoofd
zakelijk deze beide, dat men de waarde er op
vindt uitgedrukt en dat die waarde wordt ge
waarborgd door den Staat, die het recht tot
het vervaardigen van die munten aan zich
heeft getrokken.
De oudste munten, waarvan melding wordt
gemaakt, zijn die van de Egyptenaren; van
het Nijldal vond het gebruik van gemunt geld
den weg naar Voor-Azië om van daar uit ook
ingang te vinden bij de Grieken en Romeinen.
In den bijbel vinden we reeds in Abrahams
tijd van gemunt geld gesproken en bekend is
het verhaal van Jozef, die door zijn broeders
voor twintig zilverlingen aan Ismaëlitische
kooplieden werd verkocht.
Tegenwoordig heeft iedere beschaafde Staat
zijn eigen muntstelsel, dat bij de wet is gere
geld en daardoor is een eind gemaakt aan
de verwarring, die er op dit gebied sedert de
middeleeuwen bestond, toen tal van steden
het recht hadden, hun eigen munten te slaan,
een recht waaraan ze gewoonlijk zeer sterk
gehecht waren. Tot het aannemen van één
muntstelsel, dat voor den handel natuurlijk een
groot gemak zou opleveren, is men echter nog
evenmin gekomen als tot het gebruik van
één handelstaal.
Wel zijn er enkele stappen in deze richting
gedaan, maar groot is het succes nog niet ge
weest. In 1867 werd tijdens de wereldten
toonstelling te Parijs met dit doel een inter
nationale conferentie gehouden, waaraan nage
noeg alle Europeesche Staten en de Vereenig-
de Staten van N.-Amerika deelnamen, maar
men slaagde er niet in tot overeenstemming
te komen. Men moest dus in Frankrijk te
vreden zijn met het in 1865 gesloten verdrag
tusschen dit land, Italië, België en Zwitserland,
waarbij deze landen overeenkwamen, aan hun
munten een zelfde gewicht, gehalte en waarde
te geven.
Hoewel de stempel voor elk land een andere
zou zijn en het aannemen van geld van een
van die staten in de andere niet verplichtend
werd gesteld, kon men toch den omloop van
eikaars geld in het gebied der zoogenaamde
Latijnsche Unie toestaan. In 1868 besloot
Griekenland in beginsel ook tot die Unie toe
te treden, terwijl verschillende andere staten,
zooals Spanje, Servië, Roemenië en Boelgarije,
zonder tot het verbond toe te treden, dezelfde
inrichting van het muntstelsel hebben aange
nomen.
Een verdere vereenvoudiging in het ruilver
keer werd verkregen door het invoeren van
papiergeld, welks waarde niet is een werke
lijke, zooals die van zilver- en goudgeld, maar
alleen daarin bestaat, dat men de (trouwens
niet altijd even groote) zekerheid heeft, dat de
staat of de bank, die de biljetten uitgegeven
heeft, te allen tijde in staat en bereid moet
zijn de omzetting ervan in gemunt geld te
doen geschieden.
Het schijnt, dat de Chineezen het eerst pa
piergeld hebben gebruikt en wel reeds meer
dan duizend jaar geleden. In Europa vinden
we het eerst van iets dergelijks gewag ge
maakt, toen Keizer Frederik II bij het beleg
van Fa'ënza (1240) leder geld deed uitgeven,
om zijn soldaten de soldij te kunnen uitbetalen,
waarvoor hem gemunt geld ontbrak. De eer
ste bankbiljetten in Europa zijn uitgegeven in
1661 door de Stockholmer Bank; meer gere
geld geschiedde de uitgifte en het gebruik
ervan sedert de oprichting van den Bank van
Engeland in 1694. Vervolgens geschiedde de
uitgifte van bankbiljetten in Frankrijk, waar
van tijdens de Fransche revolutie schandelijk
misbruik werd gemaakt. Men denke bv. aan
de assignaten tijdens de Nationale Conventie,
die ten slotte volkomen waardeloos papier
werden. Het is ook zeer verleidelijk voor een
staat, welks financiën niet al te gunstig staan,
in het overmatig uitgeven van papiergeld een
redmiddel te zoeken.
Niettegenstaande dit nadeel is het bestaan
van papiergeld voor den handel een ware
zegen. Terwijl men hierin groote waarden
veel -gemakkelijker kan meedragen en verzen
den dan in metaalgeld, is ook bij verlies of
diefstal daarvan de kans van terugkrijgen veel
grooter. Bij het bekend zijn der nummers is
de gelegenheid tot inwisseling voor hen, die er
op onrechtmatige wijze bezitter van werden,
niet zeer gunstig.
sieraad heeft de
gezocht artikel
zich laat verklaren,
werd,
het gebruik
mende ruilmiddelen; moesten grootere waarden
voldaan worden, dan bediende men zich daar
toe van slaven. Zout is ook nu nog een veel
voorkomend betaalmiddel bij zeer verschillende
volken, in wier land dit artikel schaarsch ge
noeg is om een algemeen gewaardeerd bezit
uit te maken.
Vooral is dit het geval in sommige deelen
van Afrika, waar in den Soedan weinig zout
wordt aangetroffen. Verder dienen bij de Man
dingo’s (’n negervolk op de W.-kust van Afrika)
zoowel als in Abessynië (een hoogland in O.-
Afrika) stukken zout van
vorm tot betaalmiddel.
Van geheel anderen aard is een ruilmiddel,
dat eveneens in Afrika over een groot gebied
voorkomt, nl. de kaoeri-schelp, het huisje van
een soort slak, die veel in den Indischen Oce
aan voorkomt. Er bestaan twee soorten van,
een kleinere, die voornamelijk bij de Maledi
ven (een groep koraaleilanden, aan de Engel-
schen toebehoorende) gevonden wordt en de
meest gezochte is, en een grootere, die in de
buurt van Zanzibar (een kustland in O.-Afrika,
een onafhankelijk sultanaat) voorkomt. Reeds
in zeer ouden tijd schijnt deze schelp een be
langrijk handelsartikel geweest te zijn, daar
ze veel gebruikt werd tot versiering en op
schik. Bij opgravingen in Zweden en Pomme-
ren althans heeft men behalve geldstukken ook
kaoerischelpen gevonden, waarschijnlijk door
Het
kaoeri
zeer gezocht artikel gemaakt,
het zich laat verklaren, dat
betaalmiddel werd. Van hoe
grooten omvang het gebruik ervan soms
was, kan hieruit blijken, dat niet zelden 5 mil-
lioen K.G. van die schelpen per jaar in
verkeer werden gebracht, terwijl er 600
800 in één K.G. gaan.
Wij zouden nog tal van andere stoffen
voorwerpen kunnen noemen, die als ruilmiddel
gebruikt worden; deze oorspronkelijke betaal
middelen worden echter meer en meer ver
drongen door gemunt geld door de vestiging
der Europeanen in vreemde werelddeelen.
De stoffen, die om verschillende redenen
het meest geschikt zijn als ruilmiddel, zijn ze
ker wel in het algemeen de metalen en in het
bijzonder die, welke bekend zijn onder den naam
van edele metalen. Aanvankelijk werden de
als ruilmiddel gebruikte metalen afgewogen,
en
A
OURAN’