JIEfflS- EJ1DVERTEJTIEBLJI)
Oral FJOOi.
F
I
K
]W8- ES IPÏÊRTEJTIERLAIl TOOK SHEER EU MS Tl
61e Jaarfrfofrg»
No. 76.
Handelsproducten.
Zaterdag 22 September 1306.
in 4
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Feuilleton.
De belangrijkste
4
1-
e
t
P
Y.
*r de
k
boei-
■oote
itiek
41
de
ran
ge
r
I
nil II r' I
>rdr.
land
In
ha’s
irs
de
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
ilutie
1.20
lune,
ei
te
il-
s-
n
r
n
O
dl
11
dl
un-
jke
ur-
.70
an
it-
25
d.
9,
T
i.
ie’
I 1
t-kü’
van
ba-
de verschillende klei- en
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. B1
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, of
plaatsruimte.
(SLOT.)
De concertzaal was tot op de laatste plaats bezet.
Het bericht, dat Wenzel zijn vertrek had uitgesteld en
nog een concert wilde geven, werd met groote inge
nomenheid vernomen en iedereen haastte zich toegangs
kaarten te krijgen. Het publiek was in groote spanning,
men las en herlas het programma, praatte er over,
kritiseerde het, en kwam tot het besluit, dat het voor
zoo’n groot kunstenaar als Wenzel een vreemde com
binatie was. Maar zulke artisten hebben nu eenmaal
hun kuren en van een Wenzel Ignaez kan men zich
een eenvoudig stuk gevallen laten, ofschoon het vorige
programma toch heel wat anders beloofde. Plotseling
verstomde de menigte! Wenzel Ignaez trad op het
podium met zijn viool onder den arm. Maar wat was
dat nu? Men zag elkaar verwonderd aan. Was dat
die prachtige Cremoneser, die onafscheidelijk van zijn
meester was? Neen, het was een heel gewone, alle-
daagsche viool, van de soort, die men bij derde rang
muziekliefhebbers vindt; geen instrument, dat bij een
Wenzel Ignaez past.
De jonge kunstenaar deed, alsof hij niets bespeurde
van de stemming van het publiek. Hij overzag de
zaal en liet zijn zoekenden blik langs de lange rijen gaan
tot die bleef rusten op een kleine, bleeke, onaanzienlijke
gestalte, wier eenvoudig zwart kleed sterk afstak bij
de elegante toiletten der andere dames. Hij boog nog
maals, dieper en eerbiediger dan voorheen en begon te
spelen.
Het was een Nocturne van Chopin. Bij den eersten
streek was hij de tegenwoordigheid van het publiek
vergeten. Hij was niet meer de gevierde kunstenaar,
die voor een uitgelezen publiek de hoogste tonen ont
lokte. Het was de kleine, half verhongerde straatmu
zikant Wenzel Ignaez. Hij zag alles even duidelijk
voor zich: de armoedige, lage dakkamer met het veldbed,
waarop zijn stervende vader lag. Hjj zag, hoe zijn vader,
met de viool onder zijn kin, half opgericht zat en
speelde de Nocturne van Chopin. Bevend, sidderend
kwamen de tonen als zuchten uit een doorjeed beklemde
borst. Het was de stomme klacht uit de ziel van een
kunstenaar, die zich nooit volkomen heeft kunnen
ontwikkelen, omdat hij door kommer en gebrek ter
neer was gedrukt. De oude man speelde en speelde,
tot dat de viool hem uit de verstijfde handen viel en
hij zelf, door een benauwde hoest overvallen, achter
over zonk. Met een laatste inspanning verhief hij zich
nog eenmaal, en reikte de viool aan zijn kleinen, wee
nenden zoon. Hier, mijn zoon, dit is het eenige, wat
ik je kan nalaten. Bewaar het goed en word een kunste
naar. Dit waren zijn laatste woorden.
Daarop volgden eenige weemoedige, wonderlijke
melodiën, hij had die, na den dood zijns vaders, lede
ren avond, trots wind en koude, op diens graf gespeeld.
Hij had geen bloemen, die hij op den grafheuvel kon
leggen, daarom gaf hij aan zijn vader, wat deze het
hoogste stelde zijn muziek.
Toen kwam een eigen compositieDe eenzame,
aan de beurt. Het was een treffende schildering eener
eenzame, hongerige ziel, die geen eigen huis, noch
het gebruik .bwe petroleum gezui
verd worden, waardoor behalve de zuivere
lampolie verschillende andere bijproductie ver
kregen wordt, als bijv, benzine, smeerolie en
petroleumpik, dat in de streken, waar petro
leum geproduceerd wordt, als brandstof op
stoombooten en locomotieven gebruikt wordt.
De wijze van vervoer heeft in de laatste
jaren een geheele verandering ondergaan.
Werd de petroleum vroeger in de bekende
blauw geverfde houten vaten verzonden,
tegenwoordig wordt ze uit de brongebieden
vaak door buisleidingen naar de havens van
inscheping vervoerd, zoo bijv, van Pittsburg
naar New-York en van Bakoe (Rusland) naar
Batoem, en daar overgebracht in de expres
voor petroleumvervoer gebouwde tankschepen.
In de havens van aankomst wordt ze in ge
woonlijk witgeveffdf'--TéservoifS overgepompt
en dan verder in tankwagens doo?~ het lasd-
verzonden. Deze petroleumreservoirs zijn in
den regel buiten het gewone havengebied ge
legen voor mogelijk brandgevaar.
De handel in Amerikaansche petroleum is
tegenwoordig nagenoeg uitsluitend in handen
van een groote combinatie van kapitalisten,
een zoogenaamde trust, die ongeveer geheel
West-Europa van dit artikel voorziet. In ver
schillende plaatsen heeft ze haar depots, van
waar uit de petroleum over een aangewezen
stréek verspreid wordt. Andere maatschappijen,
zooals de «Deutsch-Amerikaansche Petroleum-
Gesellschaft« heeft zij in zich opgenomen,
waardoor concurrentie uitgesloten is. Het is
nog niet gelukt, de Russische petroleumonder-
neming in deze combinatie te betrekken.
De vindplaatsen van petroleum zijn voorna
melijk het meren-gebied van Noord-Amerika,
vooral aan de zijde van de Unie, doch ook
in Canada, verder Kaukasië (Rusland), Oost-
Indië, Engelsch-Indië en zoo nu en dan hoort
men tegenwoordig uit nog andere streken in
en buiten Europa van vermeende of werkelijk
bestaande petroleum-bronnen. In 1902 be
droeg de petroleum-productie over de geheele
wereld ruim 178 mill, vaten of 23100 mill. KG.,
waarvan Rusland alleen 50 pet. en de Ver.
Staten met Canada 43 pet. leverden.
Een met petroleum overeenkomende stot
is de zeer licht brandbare aardolie, welke
naphta heet. Ze wordt in verschiilendxf aard-
soorten aangetroffen: nu eens is ze helder als
water, dan weer donkerbruin of zelfs zwart.
(Wordt vervolgd.)
Vervolg
Van de niet-edele metalen is zeker het ijzer
wel verreweg het belangrijkste. Dit metaal,
dat met de steenkool aan de 19e eeuw haar
naam heeft gegeven, komt slechts zelden in
gedegen toestand voor en wel in meteoorstee
nen. (Steenmassa, die zich als een klein hemel
lichaam in den dampkring beweegt, en soms
op de oppervlakte der aarde neervalt.)
Dit ijzer, zeer gering in hoeveelheid, wordt
niet verwerkt, doch vindt meestal zijn weg
naar mineralogische verzamelingen. In den
regel komt ijzer in verbindingen voor, die van
uiteenloopende samenstelling kunnen zijn. De
zuurstofverbindingen worden echter meestal
voor de afscheiding van het metaal gebruikt.
Deze afscheiding geschiedt in de hoogovens,
waar men door middel van koolstof (in den
vorm van houtskool of cokes) de zuurstof aan
het erts onttrekt. Het aldus verkregen ijzer
heet gietijzer, dat een koolstofgehalte heeft
van 2 tot 6 pet. en niet smeedbaar is.
Het verbruik van ijzer in zijn verschillende
vormen, als gietijzer, staal (koolstofgehalte
0,6 tot 2 pet.) en smeedijzer (tot 0,5 pet. kool
stofgehalte) is in de laatste halve eeuw ont
zaglijk toegenomen, niet het minst door de
kolossale ontwikkeling van het verkeerswezen
te land en te water en door het steeds ver
meerderde gebruik van machines.
Gelukkig, dat de productie daarmee gelijken
tred heeft kunnen houden. Van 1860 tot 1900
is de ijzerproductie gestegen van 5000 millioen
KG. tot 42000 mill. KG.
De vermeerdering dier productie is voorna
melijk het gevolg van de steeds toenemende
opbrengst in de Vereenigde Staten, Engeland
en Duitschland. Van 1860 tot 1900 was die
toename voor ’t eerste land van 6000 mill. KG.
tot 14000 mill. KG., voor ’t tweede van 3800
mill. KG. tot 9100 mill. KG., en voor ’t laatste
van 500 mill. KG. tot 9000 mill. KG. Vooral
opvallend is daarbij de kolossale toename in de
Unie, die in 1860 nog maarx/6 leverde van de
hoeveelheid, die het Britsche rijk produceerde,
terwijl in 1900 ze reeds 1 */a maal zooveel
voortbracht als genoemd land. Nog steeds is
die productie toenemende: van 14000 mill. KG.
in 1900 steeg ze tot ruim 18000 mill, in 1902.
Ook op ander gebied neemt de Amerikaan
sche nijverheid belangrijk toe, geholpen als zij
wordt door een wonderbaarlijke ontwikkeling
van technische bekwaamheid, door uitmunten
de scholen, door een wetenschappelijke op
voeding, die hand aan hand gaat met vak
onderwijs, en door een ondernemingsgeest,
waarmee niets in Europa kan wedijveren.
Koper. In gedegen toestand wordt dit me
taal slechts op enkele plaatsen gevonden,
zooals aan het Boven-Meer in de Vereenigde
Staten en in Chili; meer verbreid is het in zijn
verbindingen, voornamelijk met zwavel en
met zuurstof. Roodkoper is een verbinding
van 85 pet. koper met 15 pet. zink; geelkoper
bestaat uit 71 pet. koperen 29 pet. zink.
Het koper is een der vroegst bewerkte me
talen: het werd door de Israëlieten reeds uit
Egypte gehaald en de kunst om het uit zijn
ertsen te verkrijgen wordt toegeschreven
aan den Phoeniciër Cadmus.
Onder de kopervoortbrengende landen ne
men wederom de Ver. Staten verreweg de
eerste plaats in: van de totale productie van
480 mill. KG. in 1899 kwam een hoeveelheid
van bijna 270 mill, of ruim 56 pet. uit het
gebied der Unie. De belangrijkste staten voor
de koperproductie zijn verder Spanje, Japan,
Chili, Duitschland, Australië en Mexico.
Engeland, dat in Vroeger eeuwen veel koper uit
ertsen van eigen bodem bereidde, voert tegen
woordig de koperertsen voornamelijk uit andere
landen in.
Lood. Het meest voorkomende looderts is
het loodglans, een verbinding van het metaal
met zwavel, waaruit het dan ook gewoonlijk
wordt afgescheiden. Zoowel als metaal, als in
zijn verbindingen wordt het lood veel gebruikt;
van deze laatste vooral de bekende menie en
het loodwit, voorts loodazyn, een pharmaceutisch
preparaat, dienend tot verkoeling der huid bij
kneuzingen en brandwonden; loodzalf, gekookte
olijfolie met vet en lood.
De totale productie in 1899 bedroeg 771
mill. KG., waarvan de Ver. Staten voortbrach
ten 193, Spanje 162 en Duitschland 129 mill.
KG. In Europa wordt het bovendien nog
voortgebracht door Griekenland, Italië, België,
Oostenrijk en Frankrijk.
Van de vele nog overblijvende metalen noe
men we nog enkele. In de eerste plaats het
nikkel, dat voornamelijk gevonden wordt in
Canada, Nieuw-Caledonië en Duitschland. Het
gebruik van dit metaal, dat even als ijzer in
gedegen toestand slechts voorkomt in meteoren,
NEEKÉR COURSE
volgde een bijna disharmoniesche toon al het vroo-
lijke, al het zonnige was verdwenen nu nam de
jongeling afscheid van zijn geliefde treurige, wee
moedige klaagtonen!
En ten laatste volgde, na eene pauze, het slotnum
mer van het Program Weerzien, een stuk, dat hij
den laatsten nacht had gecomponeerd, terwijl hij
rusteloos, met de viool onder zijn kin, op zijn kamer
heen en weer liep. Hij had uitdrukking gegeven aan
al de aandoeningen, die zijn ziel vervulden. Hij ver
tolkte al de herinneringen, die dit weerzien bij hem,
den beroemden kunstenaar, hadden opgewekt, die reeds
meende in zijn kunst volkomen gelukkig te zijn. En
plotseling had hij een blik in zijn hart geslagen en
gevoeld hoe arm, hoe eenzaam het was, ondanks al
zijn succes en beroemdheid. En dit was hem pas dui
delijk geworden, toen hij haar weerzag, de geliefde
zijner jeugd, die hij door al die uiterlijke, leege schat
ten der wereld verlaten en vergeten had.
Het gordijn viel. Als men op dezen avond den
kunstenaar en zijn programma ook al niet geheel had
begrepen, zoo werd hij toch met toejuichingen en
bloemengaven overladen. Bij een Wenzel Ignaez kon
men het zich niet anders denken!
De jonge kunstenaar had evenwel geen oog voor die
kostbare, welriekende gaven. Hij had slechts oog
voor een kleinen ruiker veldbloemen, waaraan een
kaartje was gebonden, waarop met bevende hand deze
weinige woorden waren geschrevenHartelijk dank,
mijn geliefde, we zie elkaar niet meer terug.
Deze ruiker was de eenige herinnering aan zijne
geboortestad, die hij den volgenden dag meenam, toen
hij den trein besteeg om nooit weer terug te keeren.
eigen haard had, die op de heele wereld niets had
wat ze beminde dan zijn oude viool. Met enkele korte
streken ging de muziek dan over in een opgewekte
wals. Het was dezelfde, die de jonge Ignaez in een
danszaal speelde toen de kleine modiste, Greta Muller,
getroffen door de zwaarmoedige uitdrukking zijner
oogen, zich uit den kring der dansenden had verwijderd,
om met haar helderen, onschuldigen blik het sombere
in Ignaez te doen verdwijnen en er zonneschijn voor
in de plaats te too veren.
Na eene korte pauze begon Wenzel Ignaez weer te
spelen. De strijkstok gleed nu zoo licht over de snaren.
Het was als de heldere loop van een snel stroomend
beekje over de met mos bedekte steenen in de lente. Het
geleek op vogelgekweel en liefdesprookjes. Hij liep
met haar tusschen bloeiende heesters, geurende bloe
men, over groene weiden, beklom met haar hooge bergen
en zat in de donkere bosschen op het zachte mos, terwijl
de groene dennen boven hunne hoofden, hunne eigen
aardige, eentonige melodie ruischten. En vervolgens
al hunne toekomstplannen, hunne prachtige luchtkastee-
len, die zij voor het knetterend vuur in haar kleine
dakkamer of op het water in een roeiboot bij het een
tonig plassen van het water, hadden gebouwd. De
volle poëzie, die zich in de harten van twee zich
liefhebbende menschenkinderen kan vereenigen, had
in deze tonen uiting gevonden, die slechts door een
enkele der toehoorders volkomen begrepen werd? Maar
wat bekommerde zich de kunstenaar, of die anderen
hem verstonden hij speelde slechts voor die eene,
en zij verstond hem! Haar oogen hingen als geboeid
aan de zijne, haar bleek gelaat werd licht gekleurd,
waardoor zij wel 20 jaren jonger scheen. Haar heele
ziel was vervuld van wat zij hoorde. Daarop
is zeer toegenomen, sedert in verschillende
staten nikkel als muntmateriaal gebruikt wordt
en men andere metalen door vernikkelen te
gen den invloed van vocht en lucht beschermt.
Ook wordt het gebruikt voor de vervaardi
ging van verschillende soorten van zoogenaamd
nieuwzilver.
Het metaal, dat in zijn verbindingen tot de
meest algemeen verbreide behoort, is het alu
minium', het komt voor als bestanddeel
verschillende steensoorten, als graniet en
zalt, en tevens in
leemsoorten.
Om dit metaal af te zonderen, maakt men
gebruik van den electrischen stroom; als grond
stof dient tegenwoordig leem. In Europa
wordt vooral aluminium bereid in het Zwit-
sersche plaatsje Neuhausen (bij Schaffhausen),
waar men als beweegkracht :n de aluminium-
fabrieken het water van c*^3 waterval randen
Rijn gebruikt. Jaarlijks worden hier meer dan
2 mill. KG. geproduceerd. De Ver. Staten
leveren jaarlijks ruim 3 mill. KG., ook daar
wordt als beweegkracht tot levering van den
electrischen stroom het vallend water van de
Niagara gebruikt. Om zijn lichtheid en daar
mee gepaard gaande stevigheid wordt het voor
velerlei doeleinden gebruikt, waarvoor men
vroeger het zwaardere ijzer aanwendde. Een
bezwaar voor meer algemeen gebruik blijven
nog de te hooge kosten van bereiding, waar
door de prijs van 1 KG. aluminium in 1900
nog circa f 1,10 bedroeg. In vergelijking met
vroeger is die echter reeds aanmerkelijk gedaald;
in 1856 kostte 1 KG. f 180, in 1889
f 30 en in 1892 f 3.
Van de brandstoffen, waarin wereldhandel
wordt gedreven, neemt de petroleum, de eerste
plaats in. Hoewel deze vloeibare brandstof
reeds sedert lang bekend is, dateert het vinden
van groote hoeveelheden en het gebruik er
van als brandstof eerst uit de tweede helft der
19e eeuw. Sedert dien tijd heeft zich deze
oliesoort langzamerhand een plaats op de we
reldmarkt veroverd, waar men voornamelijk een
onderscheid maakt tusschen Russische en Ame
rikaansche petroleum.
Het is een vloeistof, die waarschijnlijk ont
staat door de ontleding van producten van
dierlijke oorsprong, terwijl men vroeger iheen-
de, dat ze van plantaardige oorsprong was.
Ze komt uit boorgaten, die óf een voortdurende
toevoer van olie geven óf waaruit deze alleen
door pompen verkregen kan worden. Vóór