MEOWS- ES MIÏEIITEJTIEI1LM)
VOOK S1EK EN OWMM.
De Suiker.
De tweede vrouw.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Feuilleton.
-98
a
In
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
dan
ver-
Naar het Duitsch.
Bij abonnement van 500
Groote letters naar
van den uitgeputten patient
ADVERTENTIëN 4 cent per regel,
regels 3 cent en van 1000 regels 2'/» cent,
plaatsruimte.
rietsuiker
Door den krachtigen
aan
ver-
toe;
^<r-
<e''gTans di
'terend
n af»
elk fleschje limonade laten onderzoeken;
vele verval-
de stof zelf
moet buiten bereik gebracht worden en
tevens de accijns op den echten suiker
laagd 1
H
padden,
^jntvaip
I- "'ton
en
te- W
b
dA
malk
Met dezen naam duidt men in het algemeen
aan de zoete stof, die voorkomt in verschil
lende plantensappen, in het bizonder echter die,
welke bereid wordt uit het suikerriet en uit
den beetwortel. Het suikerriet behoort oor
spronkelijk thuis in de tropische streken van
Oost-Azië. Reeds vroeg werd uit het
sap daarvan suiker bereid, zoodat bij de Grie
ken en Romeinen, die dit artikel over Egypte
kregen, ervan gesproken wordt als van »zoet
zoute. In de middeleeuwen werd door de Ara
bieren het riet overgebracht naar de door hen
veroverde landen om de Middellandsche Zee,
tot in het Zuiden van Spanje, waar het nu
nog in Andalusië voorkomt. De hoofdstapel
plaats voor de suiker was in die dagen Alexan
dria, vanwaar de Venetianen ze overbrachten
naar Middel-Europa. Toch heeft ze langen tijd
het gebruik van honig en zoethout niet kunnen
verdringen. Eerst nadat in de koloniën der
Europeesche mogendheden in Oost en West
het suikerriet meer algemeen werd aange
plant, nam het gebruik er van toe. In het
begin der 16e eeuw werd het overgebracht naar
de Antillen en Mexico en daarna door de Por-
tugeezen naar Brazilië. De Franschen brachten
het naar hunne koloniën in Noord-Amerika.
In verband m<?t deze aanplantingen breidde
zich de handel in slaven verbazend uit en toen
in de vorige eeuw de slavernij werd afgeschaft,
leed de suikeraanplanting daaronder in hooge
mate.
Tegenwoordig komt het suikerriet nagenoeg
in alle landen voor, waar het klimaat er voor
geschikt is- Bovenaan in de suikerproductie
staat ons eiland Java, dat in 1900 734 mill,
K.G. uitvoerde of 25 proc, van de totale uit
voer over de geheele wereld. Tot 1890 kwam
de suiker op onze O. I. eilanden nog als een
gouvernements-cultuurproduct voor. Het ver
bouwen van het riet geschiedde in gedwon
gen arbeid, de bewerking er van werd aan
particulieren overgelaten, terwijl het gouverne
ment de bereide suiker in den handel bracht.
In 1870 werd tot de geleidelijke opheffing
overgegaan en sedert dien tijd ontwikkelde
zich de particuliere suikerindustrie, die door de
produktie van beetwortelsuiker in Europa een
geduchte concurrentie kreeg.
’t Eiland Cuba, dat in 1900 nog 401 mill.
K.G. of 14 proc. der totale werelduitvoer le-
kostschool plaatste en zij kort daarna stierf.»
*Dat ik eindelijk een slechte onderwijzeres ben ge
worden,* riel Marie nu met een glimlach in, «en dat
ik met genoegen mijn betrekking bij de zeven kinderen
van den bankier Salzmann verwisselde tégen die, welke
u mij aanbood.*
«Juist zoo, en dat je verzwakte gezondheid bij mij
herstelde. Verder weet ik nog, dat je een onbedwing
baar verlangen koestert naar je vroegere, moeielijke
betrekking, die je alleen ter wille van mij nog niet
aanvaard helft.»
Nu gleed er een weemoedig lachje over de lieve trek
ken der schoone blondine maar daar werd gescheld
Marie stond op.
«Is de werkster al weg?« vroeg mevrouw verstrooid.
Maria knikte en ging om de deur te openen. Als
het eens goede tijding was voor haar een goed en
gagement in de provincie of in het buitenland! Haar
hart klopte vol verwachting; met vlugge hand opende
zij de deur. Zij zag niet het bekende gezicht van
juffrouw Devall, de brievenbesteller was het ook niet.
Neen een wildvreemde man keek haar met groote
oogen aan. Voor die onverwachte verschijning deed
zij een paar schreden achteruit, maar de man naderde
haar driftig.
«Woont hier mevrouw Ruscheweyh vroeg hij
kortaf.
«Jawel mijnheer!» antwoordde zij weer in haar ge
wonen toon. «Zal ik u aandienen?»
«Wees zoo goed« antwoordde hij en volgde haar op
den voet. Nogmaals zag zij naar hem om; het was een
vreemde verschijning, vond zij.
«Wien moet ik aanmelden?» vroeg zij glimlachend.
«Baron Tiefort», antwoordde hij, zichtbaar verdrietig
over dit kleine oponthoud.
spierwerkzaamheid
zeer verhoogt.
Wezen we zooeven reeds op 't heilzame van
de verlaging van den suikeraccijns, ook om
een andere reden zou die verlaging wensche-
lijk zijn. In den laatsten tijd toch heeft men
in vele huisgezinnen om de goedkoopte de
suiker vervangen door Saccharine. Ofschoon
de geleerden het over het al of niet giftige
van deze stof nog niet volkomen eens zijn,
staat ’t toch vast, dat de voedingswaarde van
saccharine uiterst gering is. Het is juist de
ontzettend groote zoetkracht, 300- tot 500
maal zoo zoet als suiker, die de saccharine tot
een zoo gevaarlijk en zoo verleidelijk ver-
valschingsmiddel maakt. Elk bedrijfdat
suiker verbruikt, wordt, omdat saccharine zoo
veel goedkooper is in verhouding tot de
zoetheid, in de verleiding gebracht door de
concurrentie, openlijk of clandestien dit goedje
te gaan gebruiken, evenals nu reeds uit de
meeste Nederlandsche jams de echte suiker
door de aardappelsuiker (glucose) verdrongen
is. De eerlijke fabrikant en winkelier heeft
recht op bescherming tegen hen, die knoeien
en surrogaten verkoopen voor echt. Door een
aan de zoetkracht eenigszins geëvenrecligde
accijns op saccharine is zulks niet te bereiken;
het zou een ontembare smokkelarij lokken, als
op één pakketje van een kilo saccharine hon
derd gulden door geheimen of gemaskerden
invoer te verdienen was. Er blijft daarom geen
andere weg open, dan die welke, op Neder
land na, door alle Europeesche staten Tur
kije niet uitgezonderd is ingeslagen: de sac
charine verbieden voor industriëel gebruik.
Margarine is volstrekt niet schadelijk, heeft
nagenoeg dezelfde chemische samenstelling en
dezelfde voedingswaarde als natuurboter. Toch
verbiedt de wet dit surrogaat in plaats van
natuurboter te verkoopen, en zulks ter be
scherming van eerlijkheid en goeden trouw in
den handel. Hoeveel te meer reden is er dan
niet, het publiek afdoende te beveiligen tegen
het gebruik van saccharine als suiker-surro-
gaat in voedings- en genotmiddelen; men kan
in de praktijk niet elk taartje of elk potje jam
en
(er zouden anders ongetwijfeld
schingen aan ’t licht komen),
1). I.
In een der grootste huizen van de Potsdammerstraat
te Berlijn, woonde op de vierde verdieping de weduwe
van den overste Ruscheweyh. Vermogen had zij niet
en haar weduwe-toelage was klein. Tien jaren van
ongestoord geluk had zij met haren echtgenoot op de
bel-étage doorgebracht; na zijn dood was ze naar de
vierde verdieping verhuisd, waar ze nu drie kamers in
gebruik had. Bedienden had zij niet, een werkster ver
richtte het grove werk. Wat er meer te doen viel in
de kleine huishouding kwam voor rekening van een
juffrouw van gezelschap, Maria Zemplin geheeten. Deze,
een blondine van ongeveer vijf-en-twintig jaren, kwam
zoo juist zacht de woonkamer binnen, waar haar mees
teres in een gemakkelijken fauteuil haar middagslaapje
scheen te doen. De deuren, die tot het kleine balkon
toegang verleenden, stonden wijd open en de heerlijke
Meilucht drong verfrisschend de kamer binnen.
Zorgvuldig spreidde Marie een lichte slaapdeken over
de knieën der oude dame, want het was wat koel.
Door die aanraking ontwaakte mevrouw Ruscheweyh,
en richtte zich een weinig op. Haar voorkomen was
eenvoudig, haar gelaat bleek.
«Ben je zoo bezorgd voor me, Marie?« vroeg zij vrién
delijk-weemoedig. «Maak toch onze scheiding niet
pjjnljjker dan noodig is.*
«Och, mevrouw, dat zal voor u wel schikken, want
u gaat naar uwe liefhebbende kinderen, maar ik! Ik
weet niet of ik een vriendelijk huisdak zal vinden vóór
den vijftienden Juli. Mij alleen treft het moeilijke van
ons scheiden.*
Het meisje boog haar lief, blond kopje nadenkend
over haar handwerkje, dat zij zooeven had ter hand
genomen. Een lichte zucht ontsnapte haar daarbij.
«Kind, wat praat je daar weer dwaas! We zijn nu
twee jaar bij elkaar en altijd vriendelijk en goed. Met
de opoffering van eene dochter zorg je voor mijn gemak
en een opgeruimd humeur. Denk nu niet slechter
van me dan ik ben. Waarlijk het scheiden valt mjj ook
heel zwaar!»
«0, mevrouw!» riep de frissche stem der blondine nu
schertsend, «schrei nu maar niet; ik geloof u wel zonder
dat. Om Gods wil, maak mijn hart niet week. Dengeheelen
dag preek ik me zelven voor, dat ik me tegen die teer
gevoeligheid moet verzetten. Breng daar nu geen
verandering in, ik heb werkelijk moed noodig. Gisteren
bracht de post mij een brief van juffrouw Devall; zij
heeft nog geen passende betrekking voor me gevonden.*
«Nog niet?* vroeg de dame langzaam. «Als de men
schee je maar kenden, ze zouden om je vechten. Het
is wel jammer dat ik zoo teruggetrokken leef en je
deugden niet kan uitbazuinen!*
«Er zal zich wel wat opdoen,* sprak Marie getroosd,
en ijverig hanteerde zij weer de naald.
«Ik bewonder je gemoedelijke kalmte op zoo’n jeug
digen leeftijd.* Dat was eene oprecht gemeende beken
tenis van de oude dame, wier oogen met welgevallen
op het slanke, schoone meisje rustten.
«Wij zijn reeds zoo lang bij elkander,* ging zij pein
zend voort, «en ik weet eigenlijk niets van je, als datje
vroeg je ouders hebt verloren, dat een tante je op een
der 19e eeuw:
mill. K.G. In
In 1870
In 1880 resp.
In 1890 resp. 3536
1900 resp. 5708 en
Het was een man, die door het ongeluk^ruw was
geworden, een man, die nu vastberaden zijn geluL zocht
en geen minuut wilde verliezen. X.
Jaren geleden diende hij als eerste luitenant onder
den overste Ruscheweyh, die hem wegens zijn be
gaafdheid een schoone toekomst voorspelde.
Het oog van menige hoog aristocratische schoone
rustte destijds met welgevallen op hem, doch hij huwde,
ten spijt van alle familie-traditiën, de dochter van een
niet-adellijken geheimraad.
Zij was onbemiddeld, maar zeer verwend en begon
aan zijne zijde het leven eener dame uit de groote we
reld.
De eerste winter van hun huwelijksleven werd in
allerlei vermaken doorgebracht, maar toen nam hij, tot
groote verrassing van allen, zijn ontslag uit het leger.
Hij trok zich terug opzijn klein landgoed inde provincie
en sedertdien tijd hoorden zijne vrienden in de residen
tie niets meer van hem.
«Baron Tiefort», herhaalde de dame peinzend. Ja, nu
herinnerde zij zich hem reeds stond hij voor haar.
«Ik ben het, mevrouw. Herkent u uw ouden bescher
meling niet meer?«
De oude dame was opgesprongen.
«Zijt gij het, Tiefort, de eerste luitenant Tiefort?»
Ongeloovig had zij deze woorden uitgesproken; haar
oog rustte onderzoekend op zijn gelaat en zijn volle
haarlokken, die aan de slapen reeds een zilveren draadje
vertoonden.
«Juist, dezelfde,» antwoordde hij beklemd.
«Is het mogelijk?» vroeg zij, en weer zag zij hem
oplettend aan. Dat verdroot hem. Een weemoedige
glimlach gleed over zijn baardeloos gelaat, zoodat alle
harde trekken verdwenen. Haar oog verhelderde, zij
greep zijne hand. (Wordt vervolgd.)
verde, heeft jarenlang de meeste suiker gepro
duceerd. In ’t jaar 1894/95 bedroeg de pro
duktie zelfs 1004 mill. K.G., doch tijdens den
opstand tegen Spanje zijn de suikerplantages
grootendeels verwoest, zoodat in 1896/97 de
opbrengst op 212 mill. K.G. werd geschat.
Evenzoo heeft de oorlog tusschen Spanje en
Amerika de opbrengst op de Filippijnen van 230
mill. K.G. in 1896,doen dalen tot 40 mill, in 1900.
Hier is dus weer opnieuw het bewijs geleverd,
hoe de oorlog ’t gansche bestaan van een land
kan bedreigen en de volkswelvaart vernietigt.
Een geduchten concurrent heeft de rietsui
ker gevonden in de beetwortelsuiker. Hoewel
reeds in het begin der 17e eeuw de aanwe
zigheid van suiker in den beetwortel in Frank
rijk werd aangetoond en in het midden der
18e eeuw in Duitschland door kristallisatie
suiker uit het sap werd afgezonderd, is toch
de bereiding op groote schaal eerst afkom
stig uit het begin der 19e eeuw. Toen Na
poleon door zijn continentaalstelsel den invoer
van koloniale produkten nagenoeg onmogelijk
maakte, moest men, evenals voor zooveel
andere produkten, ook voor de
een surrogaat vinden,
steun, dien de regeering van Napoleon
de bereiding van de beetwortelsuiker
leendenam de produktie er van
doch met Napoleons val nam een moeilijke
tijd voor deze suikersoort een aanvang, daar
toen een overvloed van koloniale waren het
vasteland kwam overstroomen. Toch bleef
de concurrentie voortduren en door den steun,
dien verschillende regeeringen op meer dan
een wijze gaven, alsmede door het verbeteren
der methode van suikerbereiding en van het
gewas zelf, heeft de beetwortelsuiker op het
vasteland van Europa de rietsuiker grooten
deels verdrongen.
Hoezeer de produktie van de beetwortelsuiker
in verhouding tot die van de rietsuiker is toe
genomen, moge uit onderstaande opgave blij
ken, die over ’t algemeen duidelijk doet uitko
men, dat de laatste de concurrentie niet heeft
kunnen volhouden.
De produktie van rietsuiker en beetwortel
suiker was in de tweede helft
In 1850 resp. 200 en 1260
1860 resp. 452 en 1850 mill. K.G.
resp. 846 en 1905 mill. K.G.
1815 en 2334 mill. K.G.
en 2678 mill. K.G.
2985 mill. K.G.
Over het pasaangegeven tijdsverloop is dus
de produktie der beetwortelsuiker ruim 28
maal zoo groot geworden, terwijl die der riet
suiker nog niet ten volle. 2'/j maal zoo groot
geworden is, waarbij trouwens herinnerd moet
worden aan de bovengenoemde ongunstige
omstandigheid voor de laatstgenoemde suiker
soort door den Spaansch-Amerikaanschen
oorlog.
Beetwortelen worden in ons land voorna
melijk verbouwd op de zware kleigronden van
Zeeland, de Zuidhollandsche eilanden, het
Noordwesten van Noord-Brabant, Gelderland
en Friesland. Ook in andere landen van Eu
ropa wordt de suikerbietenbouw hoe langer hoe
belangrijker; zoo is men zich in Spanje na het
verlies van Cuba meer op het aanplanten er
van gaan toeleggen. De uitvoer van beet
wortelsuiker geschiedt vooral door Duitsch
land (voor circa 120 mill, gld); in hoofdzaak
naar Engeland en de Vereenigde Staten, door
Oostenrijk-Hongarije naar Engeland en Turkije,
door ons land (voor ruim 50 mill, gld.) bijna
uitsluitend naar Engeland, ook echter naar de
Vereenigde Staten en naar België. De talrijke
schepen, die in de laatste weken door onze
grachten voeren, alsmede de vele wagonla
dingen, vooral aan het station te Leeuwarden,
zijn er de bewijzen van, hoeveel suikerbieten in
onze provincie worden verbouwd.
Nederland leverde in 1900 van de totale
wereldproduktie van 5708 mill. K.G. beetwortel
suiker het belangrijke bedrag van 183 mill. K.G.;
Duitschland 1819 mill. K.G., dus bijna tien
maal zooveel, en België, dat maar een betrek
kelijk klein gebied heeft, voor den bietenteelt
geschikt, zelfs 305 mill. K.G. Onder de sui-
kerverbruikeride landen staat bovenaan Enge
land (’t land, waar op de suiker, als op zoo
vele andere verbruiksartikelen geen invoerrech
ten worden geheven; daar koopt men voor een
penny (stuiver) een groote zak vol bruidsui-
kertjesl). In 1893 werd daar 37,4 K.G. per hoofd
en per jaar gebruikt; in Nederland 12,5 K.G.
Nu de belasting op de suiker ook voor ons
land belangrijk staat verlaagd te worden, zal
’t gebruik ongetwijfeld toenemen. Dit is voor
al daarom van zoo groot belang, omdat de
suiker een uitstekend voedingsmiddel is. Zij
dient het lichaam hoofdzakelijk tot brandma
teriaal, en bij een tijdelijke bovenmatige
lichaamsinspanning kan zij van veel nut zijn:
de geneesheeren dienen bij voorkeur in zoo
danige gevallen een lepel suiker toe, wat de
o
8
IURANT
De ire.rc