(MN- mi Mmiifii'
l
p
L. o
Vree op Aarde.
De tweede vrouw.
l
w b thans Kerstdagen zal ons
bla
ver
NIEU..ARSWENSCHEN
“S.5
r
Feuilleton.
niet
Nog
J. C.
Uitnoodiging aan de landbouwers.
1
De Uitgever.
DE UITGEVER.
rt*
p
lit
Uitgever: B. FALKENA ivizn., Singel, Sneek.
ïïrg’c.epsdagavond
iCENTS PER ADVERTENTIE.
Vroegt® inzending wordt dringend
verzocht.
11
blij
er of
indergezich-
:el
daar eene vrouwantwoordde ik
'▼WTWTWTWTW
IWfWTWVWW»
ingen
meien
eder,
nede
uit
hef
?lgie
ver-
aar-
ider
die
dat,
het
nen
Igie
iens
-hot
8de
ens
het
•gie
ten
het
het
Ier
lo
der
der
ig
de
ig
de
>n
le
l
jeen
hij
ter
enst
lari-
tnde
lan-
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 m/hnden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
wen
d te
t aan
waar
l van
n
P
die
lat,
iet
its
ik-
jft;
:en
iet
an
er-
ler
Naar het Duitsch,
en
'in
'e-
in-
de
)rden
aees-
£n
lijke
iten
der
Jven,
idei
ur; k-
var W
vM fii
het
<3 i l
mand
'rdam
nder-
ikrijk
1
-■’6,
-en 13
AAAi ^.^derMlAAAAAAAAAAAA
Kr
er
et
et
le
et
e.
le
i-
>n
Men kan heel wat beredeneeren op landbouwkundig
gebied, maar als de conclusies niet gestaafd worden
door de practijk, hebben ze niet veel waarde. Dat zal
wel weinig tegenspraak vinden. Van daar, dat de land
bouwers me moeten helpen, om door practische proe
ven de theorie te verbeteren of te bevestigen. En daar
om doe ik bij deze een uitnoodiging. Een uitnoodiging
dus aan alle landbouwers, die met ernst en met we-
tenschappelijken zin hun vak beoefenen, aan hen dus,
die eenigszins vooruitstrevend zijn en niet bij voorkeur
aan den ouden sleur en slenter doen en het pad van
grootvader bewandelen.
Het betreft overigens een vrij eenvoudige zaak, een-
zelfs in beschaving en ontwikkeling is vooruit
gegaan, doch dat ’t «Vrede op aardenóg als
voor eeuwen een ijdele klank is gebleven.
Waar is ze te vinden? In het huisgezin?
Onder de burgers van een zelfde dorp of stad
of land? Tusschen de onderscheiden volkeren
der wereld?
O ja, in het huisgezin, maar niet genoeg.
En bij de burgers onderling, doch ook daar
is veel te wenschen over. Zonder van broe
dertwist en oudermoord te spreken, die helaas
nog maar al te veel voorkomen, wordt door
allerlei beuzelingen de huiselijke vrede zoo be
droevend veel verstoord en wie kent in zijn
plaats niet de burgerveten in enger of uitgebrei-
der kring? Wijs ons, zouden wij durven
uitroepen, één plaats waar men allen eendrach-
Dat-
baron l \de mij. «Ga naar het buitenland, heer
geraakt.- u daar eene vrouwantwoordde ik
«Arme,
Ik gelAe Armgard!* mompelde hij half onbewust,
trof mü- hij mij in 't geheel niet hoorde; dat
«Geef mij
opvoeding va,rej(ie volmacht en ik zal mij aan de
«Dat helpt kind wijden,*- zei ik snel.
der moeder o. antwoordde hij dof. »Het gezag
Vleiend verzoek. Denk er nog eens over na.
met mevrouw h, verleerd. Spreek er eens
dachten verandert '.eyjj 0?er. Als u van ge-
een paar regels ^-]L^eer jn het hotel Bellevue
heid naar u te doeu,nde om mij vol dankbaar-
eens over denken iuffrouw> Wilt u er nog
«Meer oprechtheid nt
gezien. Er kwam een iemands gelaat
een zucht naar daden, g „avoe[ jn Op)
«Ik neem uw aanzoek aanW H s bedwelm(Je mij
ik schrikte
\°°rd eeAlsPikr mijUniet dÏrvoaÜ tnijV?, alsof
«Mevrouw, mijn verloofde 1* a h
voudig tenminsti
Iedere landbouwer
Zooals de meeste le;
is het bij de suikerbiet.
te, om het chilisalj eter,
hun bieten, niet in éénmaal
tweemaal uit te zaaien; in den laatst,
heel wat bietenboeren, die hun chili in o
Als een bekend voorbeeld van dit in tv
ties verdeelen van het chili salpeter, kan ook dienen voor
het in twee of driemaal zaaien van chilisalpeter op
granen (vóór en na den winter).
Daar staat tegenover, dat op veengrond de haver
b.v. beter een chilibemesting in eens ontvangt. Een
bekend feit is het echter weer, dat op lichtere gronden
(zand en lichte zavel) een bemesting in eens, niet zulke
goede resultaten geeft, dan wanneer het chilisalpeter
over twee of drie malen verdeeld wordt. En dat dit
op lichtere gronden, wier vasthoudingskracht voor wa
ter en voedingsstoffen zoo gering is, is geraakkelijk te
begrijpen.
Zoowel dus uit aanwijzingen der practijk, als op the
oretische gronden is er reden te vermoeden, dat op
vele gewassen, zooals mangelbieten, suikerbieten, kool
rapen, granen, enz. op sommige gronden het chilisal
peter beter in drie malen dan in twee of een keer uit
gestrooid wordt, nl.:
lo. Voor of tijdens of kort na het zaaien of poten
noodig voor een onmiddellijk krachtige ontwikkeling,
goed om de opkomst van het zaad te bevorderen, goed
als middel tegen eenige plantenziekten en om de plan
ten in den strijd tegen het onkruid de overwinning te
doen behalen.
2o. Een maand ongeveer tater. Dan is het ctuir-*
salpc/ar noodig om stengel en bladvorming te bevorde
ren er de plant in volwassen toestand te brengen.
N.B. Voor de wintergewassen valt deze tweede be
mesting na den winter, bij het hervatten van den groei.
3o. Nog eenige weken later. Deze laatste gift is
noodig voor bloei-, zaad-, vrucht- en knolvorming enz.
Het behoeft verder niet gezegd, dat. wanneer we
twee- of driemaal zaaien, in het algemeen het salpeter
beter tot zijn recht zal komen, dan bij het salpetergift
in éénmaal. De kans daartoè is tenminste grooter.
Verondersteld, dat we een en ander theoretisch be
redeneerd hebben, dan is het van betrekkelijk geringe
waarde, als de practijk het niet bevestigt.
Vandaar, dat ik aan bovengenoemde landbouwers de
uitnoodiging doe, eens proeven te nemen over deze
kwestie. Het is duidelijk, dat we daarbij in de 1/
plaats het oog moeten houden op den aard van de'.®
bodem en in de 2e plaats op het gewas. Dat zijn d
twee zaken, die bij den uitslag allereerst moeten opgej
ven worden, immers, wat voor suikerbieten waar
geldt daarom nog niet voor haver of aardappelen;
voor den zandbodem goed is, deugt daarom nog niet
voor de klei of het veen. En overigens is de proef
eenvoudig.
Strooi uw chilisalpeter eensgedeeltelijk.
a. In éénmaal.
b. In twee malen.
c. In drie malen uit. En deel later eens hier of
daar, b.v. in deze courant, uwe bevindingen mede.
nog een groote afstand tot aan Corlswald en de avond
lucht is koel.*
Met zorgzamen ijver reikte baron Tiefort eenSchotsch-
geruite reisdeken toe aan de vrouw, met wie hij
sedert weinige uren door het huwelijk was verbonden.
Zij fronste het voorhoofd en met koelheid dankende,
legde zij de reisdeken over hare knieën.
«Zal ik ook dat eene raampje sluiten vroeg hij
kalm en beleefd.
Maar had hij er dan volstrekt geen begrip van
hoe verstikkend het haar hier moest zijn na de onder
vonden gemoedsbewegingen en met nog zoovele in
het verschiet?
«Dank u,« antwoordde zij.
Als iemand, die weet, dat hij zijn plicht heeft ver
vuld, leunde hij weer in de kussens van de coupé.
Mee. naderde een klein station, de locomotief floot
schril de jonge vrouw schrikte er van.
«Ben je verschrikt vroeg hij deelnemend en boog
zich naar haar toe. Hoe onverdraaglijk gelijkmoedig
zag hij uit zijne oogen bij het spaarzame gaslicht in
de coupé.
«Neen, maar waarom rookt u niet
«Ik vind de coupé daar te eng voor. Dat vermeed
ik om u, Marie. De indringende nieuwsgierigheid der
reizigers mocht u lastig worden.*
«Ik zou niet weten, wat de nieuwsgierigheid der
menschen moest opwekken.*
«Lieve Marie, je hebt veel geschiktheid om juist te
redeneeren. Welnu, zou je zelf geen belang stellen
in een jong echtpaar, zooals wij toch voorstellen
»U hebt gelijk,* antwoordde ze onbeschroomd en
daarbij klonk een heldere lach, die hem moed gaf.
moederlijke vriendin, want dat is zij werkelijk voor
mij geworden. Over acht dagen wordt hier in stilte
ons huwelijk volt'Okken. Dominé S., die sedert jaren
de vriend en geestelijke raadsman van mevrouw Ru-
scheweyh is, voltrekt het huwelijk. Tiefort’s reisge
noot, de echtgenoot van den predikant en mijn geliefde
mevrouw zullen onze getuigen zijn. Dan gaan wij
per sneltrein naar Corlswald, waar wij de booze schoon
mama in persoon met het onomstootelijk feit van ons
huwelijk zullen verrassen.
De baron, die nu reeds zijne toebereidselen voor zijn
groote reis maakt, zal mij plechtig in mijn rechten bevesti
gen en mij dan zoo spoedig mogelijk ontslaan van hare
hinderlijke tegenwoordigheid. Of ik de toekomst
vrees? Therese, ik fluister mij Egmond’s woorden
voor
«Voortgezweept door onzichtbare geesten, hollen de
zonnepaarden van den tijd voort met het lichte wagentje
van ons levenslot. Ons blijft niets over, dan moedig
de teugels te grijpen en de wielen vrij te houden van
steenen hier en het storten in den afgrond daar.
Vanwaar en waarheen het is ons onbekend.*
Bij elke aandoening blijft mijn verstand nog al koel.
«Een angstwekkende toestand* zou onze oude dokter
Paukstatt zeggen. Wees niet ongerust over mij, ik
ben het zelf ook niet. Den volgenden brief schrijft
je de barones Tiefort.
Denk aan mij op den dag van mijn huwelijk en zeg
dan aan Marie Zemplim plechtig «fare well for ever.*
Je getrouwe vriendin,
Mabie Zemplin.*
HOOFDSTUK III.
en veel omvattender beteekenis ‘eft.
Doch de kinderschare verheugzich en ju
belt het «Vrede op aarde, in mschen een
welbehagen* in forsche tonen u De ouderen
jubelen mee. Hoe zouden zij ’t niet, waar
zooveel blijde kindermonden en L 3
5). II.
«De baron vertelde nu zijn toestand, zijn ve^r
alles in korte, afgebroken zinnen. ,t tegei^er
hebben,
“IttierUeg uw jong ”Wt T- Kl
moedergebik zal
Sem ?hield mij zijne hand toe, alsof het den koop
Hij mem my j T jii bji znue voorwaaiden
iueer
af en sprak gestreng: baron 1 Ik heb te
»U speelt met het heiligste, heer b aron R
hooge gedachte van het huwelijK,
Nog een de dagen van 25 en 26
December zijn' aangebroken.de dage» vanjf klinkt, dat het menschdom wel veel, zeer veel
’t heerlijk schooirstfeest.
Hoe reikhalzend m vooral de kleiji'en
er naar uitgezien, die sof in huislijken
kring óf in de Zondagschocet 'fté ouders
en ouderen zich om den pre- en schitte
rend versierden kerstboom z’n tallooze
lichtjes, zullen scharen, onar, naast het
ontvangen van een kerstgenk, te hooren
van het Kindeke in de Xe, dat geboren
was, om Vrede op Aarde tgngen.
Zie hun vergenoegdeichtjes op dn dag
van het feest en ge kf*t overtuigd hoe
ze niet in hun verwachtihgüjn teleurgeejd.
Het kerstfeest heeft hun 'geven, wat jer
kinderen begeerte is, iets «taters*, en ze r_
blijden zich, betrekkelijk nogyAnig beseft
de, dat de gave van het kemest, het fee t
van Christus’ geboorte, zoo on-dig hoogei samenwOont!
En daar buiten, in den breeden kring
volkeren, ook daar is de vrede verre te
’en.
|0'(_nkt ons niet het angstgeschrei der tal-
I te|glachtoffers van de Russische omwen-
h de ooren? Hooren we niet het wa
len spreken en stralen van heerlijke feest
vreugde.
Maar als dan straks allen te zamen huis-
w's^rts keeren en het lied van de vrede nog
na klinkt, de sterretjes van den hemel vriende
lijk naar beneden blikken en alles om en rond in
de natuur kalmte en rust ademt, dan, gedach
tig aan het Kindeke in de kribbe, worden
wij ouderen onwillekeurig ernstig gestemd.
Want vooral in deze oogenblikken isdemensch
’t meest vatbaar voor teedere indrukken, zelfs
’t verhardste en koudste hart zal iets meevoe
len van de warme koesterende stralen der
liefdezon, die er oprees boven Bethlehem’s
stallen.
Helaas! Hoe kort, te kort, duurt deze ge
moedsstemming. Te vroeg wordt de enkele
mensch, en daardoor de gansche maatschappij,
weer teruggeroepen naar de sleur van het
alledaagsche. De stoffelijke dingen verstikken
den geestelijken opbloei, de pas ontloken bloem
van algemeene menschenmin. Het vrede-
plantje wordt onder den zwaren druk van ’t
materialisme vernietigd en doodgedrukt.
En daardoor, daardoor in hoofdzaak komt
het/ dat in de ruim negentien eeuwen, sedert
de/Ster uit het Oosten haar licht laat schijnen
„erfi ’t Vrede op aarde op gezette tijd weer-
pengekletter der volkeren rondom ons
Lezen we niet van de millioenen, die jaar
lijks het militairisme verslindt? Vangen onze
ooren niet op de jammerkreten der inboorlin
gen uit verre werelddeelen, die men op deze
wijze bezig is te «beschaven*?
Worden niet... doch waartoe meer? De voor
beelden zijn er voor 't grijpen, om aan te too-
nen, dat het «vrede op aarde* nog weinig
veroveringen gemaakt heeft.
Wij kinderen der 19e eeuw, die wel het
«Hebt uwe naasten lief als u zelven* als een
der hoogste geboden kennen, veronachtzamen
maar al te veel dit gebod en verbitteren in
kleinen en i'grooten kring zoo onnoemelijk veel
elkander het leven; voeren strijd, vaak nog
wel,ter wille(!) van den vrede-predikenden
Godsdienst.
We twijfelen derhalve, doch willen niette
min hopen, dat nog eens de woorden van een
beroemd Engelsch schrijver bewaarheid zul
len worden, als hij zegt
Er zal een tijd komen, dat de broederschap
sterker blijkt te zijn dan de enge grenzen, die
thans de wereld in verwarring brengen; dat
de kanonnen niet meer bulderen, de trompet
ten niet meer schetteren, dat het ijzeren pant-
.serschip roest en de oorlogsbanieren zijn opge
rold, dat de slagboomen van geloof en taal en
ras, die thans scheiding maken, worden opge
heven en de menschheid in waarheid één zal zijn.
Wij willen er aan toevoegen:
En als dan ook in engeren kring we el
kander beter willen leeren verstaan en in het
huisgezin het liefde- en vredeplantje met zorg
wordt aangekweekt, dan zal het woord «Vrede
op aarde*, daad geworden zijn.
Dat het zoover komen moge.
28-jarig(
en Nov.
eenisatra
den wen
ge wezen:
®an alhi.w.
'deeld to
ducteur AAAAAAAAAAAAAA
m-.,-, it-
boete vanren zal in ons Blad, dat
whtbank verschijnt, gelegenheid
besta 7an s. plaatsen van
t een
liefdesgeluk.
Wordt vervolgd.
1 «Aïeve Marie, versmaad de reisdeken niet; het is