NIEUWS- Eii AIIVERTESTIEBLA»
DE VROUWENHATER.
ÏMR SNEEK ES MSTKEEEN.
Ongelijk in Rang.
Woensdag 14 Maart 1906.
No. 21.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Officieele Advertentie,
Feuilleton.
KENNISGEVING.
’t geheel niet meer zien.
Hij heeft thuis met
Toen sprong
HOOFDSTUK VI.
13.)
9
9
Vrij bewerkt door M.J. KORVING.
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS,
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
hij soms zelfs zijn inspectietochten door ’t bosch
moet bekorten.
BURGEMEESTER en WETUOUDER?der gemeente
Sneek brengen onder de aandacht van degenen, die
gedurende het jaar 1905 iets voor de gemeente hebben
verricht of aan haar geleverd, dat hunne pretentiën,
voor zoover ze niet vóór of op 30 Juni e. k. zijn inge
leverd, moeten worden gehouden voor verjaard en ver
nietigd, volgens art. 228 der gemeentewet, in verband
met de wet van 8 November 1815 (Staatsblad no. 51.)
Sneek, den 9 Maart 1906.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
JAC. van der LAAN, Secretaris.
te brengen,* fluisterde hij Olga toe en drukte haar een
brief in de hand.
VoordatOlga hem kon dankzeggen, was hij weerou
der de gasten verdwenen. In een afgelegen hoek brak
zij den brief open en verslond met de oogen den inhoud.
Juist wilde zij hem in het haardvuur werpen, toen hare
moeder op den drempel verscheen.
«Ontaarde!* riep zij en sprong op Olga toe. «Ondanks
al mijn maatregelen gelukt het je dus toch om eene
briefwisseling met Czernischew te onderhouden?*
Olga slingerde het papier weg, doch het bereikte het
vuur niet en viel voor den haard op den grond. Onmid
dellijk greep hare moeder het op en las het.
Haar gelaat werd eerst donkerrood en daarna
aschgrauw, terwijl er eene afschuwelijke grijnslach om
hare lippen speelde.
«Dus dezen nacht tusschen twaalf en een uur wil hij
hier voor je venster zijn,* hijgde zij. «Nu, hij zal waardig
ontvangen worden; dat bezweer ik jel*
Zij borg den brief weg, greep hare dochter krachtig
aan den arm en trok haar het muzieksalon binnen.
«Kom, mijn engel, speel eens iets,* zeide zij zoo luid,
dat allen het konden hooren. «Onze vriend Sulkowsky
heeft gezegd, dat hij gaarne wat muziek zou hooren.*
Werktuigelijk nam Olga voor de vleugelpiano plaats
en hare vingers gleden gedachtenloos over de geel ge
worden toetsen.
«O God, wat is zij van plan?» dacht Olga in de gro otste
onrust. «Kon ik hem slechts waarschuwen!*
«Speel dan toch!* riep de prinses. «Met zulk getrom
mel zul je bij onzen vriend weinig eer inleggen.*
Olga schrikte, maar tevergeefs raadpleegde zij haar
geheugen om een melodie te vinden.
«Neem dan toch een muziekboek voorje!* riep hare
moeder boos.
Onzin! Ik heb het overlegd anders.
Reeds eenmaal droeg ik je in mijn huis
sedert is het mij daar zoo stil en eenzaam
geworden. Als je het goed vindt breng ik je
er nog eenmaal binnen, maar dan om je voor
altijd te behouden. Maar je zult mij uitlachen,
niet waar?
Vrouw Veronica lachte, maar het klonk an
ders dan een lach van spot en ergernis. Ze
liet toe, dat hij haar nog dienzelfden avond
naar zijn huis bracht,‘toen nam hij haar weer
op zijn sterken arm en droeg haar over den
drempel. En ditmaal kuste hij haar het eerst.
Uit den vrouwenhater is een liefhebbend
echtgenoot geworden. Lange Friedel slaat
heelemaal niet meer op de tafel in de her
berg en scheldt er niet meer op de vrouwen,
-
ten niet wat zij er van moesten denken. Maar
hierin waren allen het eens, dat men trotsch
mocht zijn op langen Friedel, want hij had
iets gedaan, dat het dorp tot eer verstrekte.
En zelfs dachten alle vrouwen er zoo over,
ofschoon ze zeer goed wisten, hoe slecht hij
over haar dacht. Het bericht van de moe
dige redding bereikte ook den landraad en
weldra prijkte in het knoopsgat van langen
Friedel het lint met de reddingsmedaille. Maar
Friedel liet zich nergens zien. Die was alleen
nog maar in het bosch te vinden. En wie
hem daar ontmoette, kreeg veel stof tot na
denken. Want men zag hem veelal in diep
gepeins verzonken en ernstig voor zich uit
staren. Hij hield dan streng afrekening met
zijne beginselen.
Op zekeren dag de plaats van het ongeluk
voorbijkomende, zag hij Veronica bedroefd
voor de puinhoopen van haar woning staan.
Toen zij hem bemerkte, kwam er een diepe
blos op haar schoon gelaat. Langzaam wendde
zij zich naar hem om, zij scheen te willen
spreken, maar hij belettp haar dat. Er kwam
een schittering in zijne oogen, zooals nog
nooit bij hem was opgemerkt.
Veronica! zei hij, het is onnoodig je huis
weer op te bouwen
MaarZe sprak niet verder, want
zij voelde zijn gloeienden blik op haar rusten.
Ik kan toch niet op straat blijven. Als ik
mijn geld van de brandwaarborgmaatschappij
heb, dan Hij liet haai’ echter niet uit
spreken.
Olga stond op; doch hare hand, die naar de muziek
greep, werd door een andere hand plotseling vastge
houden, en eene zachte stem zeide
«Neen Olga, laat het maar. Gij zijt niet wel, ik zie
het.*
Olga wierp den spreker een afwijzenden blik toe en
maakte haastig hare hand vrij.
«Gij vergist u, Sulkowsky. Ik ben volkomen wel,*
klonk het kort en hard van hare lippen. Zij ging vlug
weer zitten en speelde met zenuwachtige haast en
zonder eenige uitdrukking een modern salonstuk, dat
zij van buiten kende.
Sulkowsky was naast den vleugel blijven staan. Toen
Olga opstond, boog hij voor haar en bood haar zijn arm,
doch zij deed alsof zij daar niets van bemerkte.
Alle voorzichtigheid ter zijde zettende, snelde zij
naar Stwolinsky, die aan het andere eind der zaal
alleen stond.
«Wat moet dat beduiden?* mompelde prinses Anna,
en zij volgde hare dochter zoo vlug als zij kon.
«Zeg aan Gregor, dat hij in geen geval dezen nacht
hier moet komen,* fluisterde Olga den officier toe. »Ik...«
«Aha, is dat de overbrenger van de minnebrieven,*
viel de prinses in, die bevend van toorn plotseling
naast hen opdook. «Ik dank u, mijnheer,* sprak zij daar
op tot Stwolinsky. «Ik zal niet nalaten u bij gelegen
heid als boodschapper voor verliefden aan te bevelen.*
De stem weigerde haar verder den dienst.
«Maar mevrouw, waarom maakt ge u zoo boos?» vroeg
Peter doodbedaard. Wat komt daarvan? In het gun
stigste geval haalt ge u een beroerte op den hals.*
«Genoeg, genoeg,* viel prinses Anna weder in.
Zij sprak zacht, maar aan den toon van hare stem
hoorde Stwolinsky, dat zij zich niet langer zou kunnen
beheerschen. Om een schandaal te vermijden, verdween
Dito-dito.
Zooals bekend, wonen de klerken, die in de City van
Londen hun brood verdienen, uren ver van hunne kan
toren. Per trein, tram of omnibus trekken zij des
ochtends naar de City om ’s avonds per zelfde vervoer
middelen huiswaarts te keeren.
Het spreekt vanzelf, dat de bedienden nog al eens
over hun tijd op het kantoor komen.
Op het kantoor van een der grootste scheepvaart-
ondernemingen waren de laatkomers verplicht, de
redenen in een daarvoor aangewezen boek op te
geven.
Op bedoeld kantoor was het langzamerhand gewoonte
geworden, dat de eerste telaatkomer als reden neer
schreef «Treinvertra°;ing«, «Omnibuspaard gevallen* of
iets dergelijks. De nakomers schreven er dan maar
«dito-dito*.onder, zonder nu juist eerst na te lezen wat
voor reden de eerste bediende had opgegeven.
Het gebeurde dan op een goeden morgen, dat de eer
ste telaatkomer, volkomen naar waarheid invulde «Va
der geworden van tweelingen.*
De chef de bureau, die toevallig dien dag het boek
eens inkeek, ontdekte tot zijn niet geringe verbazing
dat al de vrouwen van de dien ochtend te laat gekomen
bedienden dezen in den afgeloopen nacht met twee
lingen hadden verheugd.
Late kennismaking.
A. Zou je ’tgelooven ik heb mijne vrouw pas
3 maanden voor onze bruiloft leeren kennen!
B. Zoo? Ik pas 3 maanden daarna\
(Slot.)
Reeds drong het vuur door de naden van
deur en vensters in ’t benedengedeelte. Lange
Friedel stormde verder den weg op naar het
dorp. Bij den naasten buurman hamerde hij
op de vensters, bij den tweeden ook; hij riep
met vervaarlijke stem
Er uit, er uit! Het huis van Veronica
staat in brand! En toen hij zeker wist, dat
men hem had gehoord, keerde hij vliegens
vlug terug naar het huis der jonge weduwe.
Boven voor het venster stond ze in haar witte
nachtkleeding, in al haar schrik en door den
angst, welke zich op haar gelaat weerspiegel
de, dubbel schoon. Jammerend hief zij de
blanke armen op, of ze den hemel om hulp
en bescherming smeekte. En nu had zij lan
gen Friedel herkend en riep op hartverscheu-
renden toon:
Erbarm u! ik kan er niet meer uitko
men! De trap brandt! Mijn kind!
Waar staat de ladder? Zijn stem beefde
toen hij ’t riep.
Achter het huisBliksemsnel haalde
hij de ladder en klom naar boven. De vlam
men begonnen reeds om hem heen te dwarre
len. Nu was hij bij het venster.
Kom hier, Veronica
Neen, eerst mijn kind Ze hief het
weenende, bevende kind op en legde het in
zijne armen.
Oom Friedel! Oom Friedel!
Ja, ja, meisje! Hij klom naar beneden
en gaf het kind aan eenige vrouwen, die reeds
Aanvankelijk gaf Fedor ontwijkende antwoorden, maar
eindelijk bekende hij, ginds twee schoonheden ontdekt
te hebben,aan wie hij en Sulkowsky nu ijverig het hof
maakten.
«O, jou domkop!* viel de prinses tegen haar zoon
uit. «Dus, zoo gaat jou het welzijn van je moeder ter
harte! In plaats van er op bedacht te zijn, den prins aan
ons huis te binden, opdat hij zich met je zuster verlooft,
sleep je hem mee, naar wie weet, welke deernen.»
«Maar mama stotterde Fedor ontsteld, daar zijne
moeder tegenover haar lieveling nog nooit zulke harde
woorden had gebezigd.
Prinses Anna beet zich op de lippen en keerde het
gelaat naar het venster.
Een poos bleef Fedor besluiteloos staan, toen sloop
hij zacht de kamer uit. Hij had den moed niet om ver
giffenis te vragen.
Des avonds kwam er bezoek van eenige families uit
den omtrek en vier of vijf officieren uit K. Onder de
laatsten was ook Stwolinsky.
«Gregor heeft mij dezen middag een bezoek gebracht.
Ik ben alleen gekomen om u een groet van hem over
jammerend beneden stonden.
Huilen helpt niet! Aanpakken! Redden
wat er nog te redden is! Hij keek naar bo
ven. Daar stond nog altijd handenwringend
Veronica, maar nu ze het kind gered wist,
gleed een flauwe glimlach over haar gelaat.
Het volgende oogenblik hoorde men het ge
kraak van de instortende trap. Tegelijk sloegen
ook uit het tweede bovenvenster de vlammen.
Veronica scheen nog eenmaal een vaarwel te
wuiven, toen omhulde rook en stof haar witte
gestalte. Maar reeds had lange Friedel weer
de ladder beklommen.
Doe het niet, je zult zelf het slachtoffer
worden! klonk het achter hem. Maar hij
lette niet op deze woorden, niet op het ge
vaar.
Veronica Vrouw Veronica! schreeuwde
hij. Maar er kwam geen antwoord. De vrouw
was reeds bewusteloos neergevallen. Uit de
vensteropening, waarvoor ze zoo pas nog stond,
sloegen de eerste vlammen. Toen een
sprong in het brandende vertrek allen,
die op straat stonden hielden den adem in,
terwijl juist de brandspuit uit het dorp kwam
aanratelen. Maar daar kwam langp Friedel
weer te voorschijn. Over zijn sterken schouder
hing de bewustelooze vrouw. Nu uit het
venster, door rook en vlammen, en dan lang
zaam, vol zorg, stap voor stap naar beneden.
Vrouwen kwamen hem schreiend omringen.
Hij echter stond als een roofdier, dat zijn
buit denkt te verdedigen, slechts even stil
en snelde daarna met de jonge vrouw in zijn
armen naar zijn eigen woning.
Daar legde hij vrouw Veronica in een ge-
makkelijken stoel, streek haar zacht over het
golvende haar en riep zacht haar naam. Ver
volgens tastte hij aarzelend naar het hart.
Er was nog leven te bespeuren, gelukkig! Na
een poosje sloeg zij de oogen op. Haar blik
dwaalde rond in het vreemde vertrek en ves
tigde zich eindelijk op den man, die nog altijd
haar hand in de zijne hield, die zoo treurig
en dan toch ook weer zoo vroolijk haar in ’t
gelaat zag, die spreken wilde en geen woord
over zijne lippen kon brengen.
Waar is Martha?
Bedaard, beste vrouw Veronica! Martha
is in goede handen en gezond!
Is het waar? O, het was zoo verschrik
kelijk. Haar oogen dwaalden nu langs haar
eigen lichaam en zij bloosde.
hij achter de deur, zonder van iemand afscheid te
nemen.
Kort daarna gingen ook de andere gasten heen, daar
de aangename stemming maar niet wilde komen. Ieder
gevoelde instinctmatig, dat er hier iets niet in den haak
was.
Voortdurend werd Olga gekweld door de gedachte,
dat Stwolinsky haar misschien niet goed verstaan had.
In hare slaapkamer gekomen zijnde, opende zij dade
lijk het venster en leunde op het kozijn. De nacht was
stil, de sterren flonkerden aan den hemel.
«Hij wil hier komen,* dacht zij. «Hoe gaarne zou ik
een uurtje met hem praten! Maar neen, neen, blijf weg,*
kermde zij, plotseling verbleekend. «Wat is mama van
plan? Zij zag er zoo verschrikkelijk uit.*
In den tuin werd een luid gehuil hoorbaar, dat al
nader en nader kwam en eindelijk dicht onder haar ven
ster klonk.
«Ah,« mompelde zij, terwijl angst en droefheid haar
gelaat misvormden, «de wolfshonden zijn losgelaten.
Je wilt hem dus in stukken laten scheuren, moeder?*
Zij stond nog een oogenblik hijgend aan het venster,
en liet zich daarop onhoorbaar in den tuin zakken.
Toen Waiwara eenige minuten later de kamer bin
nentrad om op de sofa hare slaapplaats in orde te bren
gen, keek zij te vergeefs naar Olga rond.
«Waar is het vogeltje nu heengevlogen?* mompelde
zij en richtte den blik naar het openstaande venster
waardoor de koele nachtlucht naar binnen stroomde.
Zij boog zich het raam uit.
«Olga!* riep zij een paar maal, maar hoorde niets dan
het afschuwelijk gehuil der honden, die onrustig in den
tuiu rondliepen.
«Die beesten zullen haar niets doen,* dacht zij. «Stój'fig
heeft zij den tuin reeds verlaten en snelt zü^fu den
lange Friedel open een oogenblik later had hij
zijn wijden mantel gespreid over de bevende
gestalte.
Nu is immers alles goed, fluisterde hij
haar toe.
Ze rilde nog weer. Maar plotseling richtte i
zij zich half op en eer hij het kon beletten,
sloeg ze haar blanke, volle armen om zijn j
hals, zooals de kleine Martha dat vroeger
had gedaan, en ze drukte haar bevende lip- I
pen op zijn mond. En lange Friedel liet
haar begaan.
Den volgenden dag trok vrouw Veronica
voorloopig naar een harer familieleden. Lan
ge Friedel liet zich sedert dien dag noch in
het dorp, noch in 4e herberg zien. Zelfs bij
vrouw Veronica niet. Sommigen beweerden j -
dat hij te trotsch was om dankbetuigingen want hij laat er zich in den laatsten tijd in
te aanvaarden, anderen zeiden niets, maar wis-
zijn schoone Veronica zooveel te praten dat
-vin.
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
I